IEF 22166
30 juli 2024
Uitspraak

HvJ EU: Servier

 
IEF 22165
30 juli 2024
Uitspraak

Bunq maakt geen inbreuk op "Easy-merken" Easygroup

 
IEF 22164
30 juli 2024
Uitspraak

Rijschool gebruikt verwarrende handelsnaam

 
IEF 16491

In de tijdschriften januari 2017

Berichten IE november/december 2016
BMM Bulletin
Mediaforum

Berichten IE november/december 2016
Inzien in verwondering – Toon Huydecoper
Het ex parte verbod – Edger Brinkman
10 jaar volledige proceskostenveroordelingen – how about it? – Moïra Truijens
Het bewijsbeslag in IE-zaken; het kalf is nog niet verdronken – Wim Maas
Het verbod tegen een tussenpersoon in de fysieke wereld. Beschouwingen naar aanleiding van HvJ 7 juli 2016
(Praagse markthal) – Constant van Nispen

IEF 16490

Uitspraak ingezonden door Merel Teunissen, Versteeg Wigman Sprey advocaten.

Objectieve feiten mag men niet monopoliseren, tv-serie De Maatschap geen inbreuk op levensverhaal

Rechtbank Amsterdam 6 jan 2017, IEF 16490; ECLI:NL:RBAMS:2017:52 (Robert Moszkowicz tegen VPRO-Dutch Mountain Film), https://ie-forum.nl/artikelen/objectieve-feiten-mag-men-niet-monopoliseren-tv-serie-de-maatschap-geen-inbreuk-op-levensverhaal

Vzr. Rechtbank Amsterdam 6 januari 2017, IEF 16490 (Robert Moszkowicz tegen VPRO-Dutch Mountain Film) Auteursrecht. In april, mei [IEF 15979] en juni [IEF 16076] 2016 heeft eiser beslag geprobeerd te leggen, zonder resultaat [ook in hoger beroep heeft het geen stand gehouden, IEF 16261]. Eiser vordert overhandiging van beeld- geluidsopnames van tv-serie waarmee auteursrecht op het boek De Straatvechter is geschonden, verbod op openbaarmaking inbreukmakende delen en schadevergoeding. De lijst met punten van overeenstemming en het boek is één dag voor de zitting in het geding gebracht en zonder te vermelden waar de overeenstemming in het boek staan, hetgeen in strijd is met de substantiëringsplicht. Objectieve feiten mag men niet monopoliseren. De subjectieve trekken, zoals de compositie, verhaallijn en de manier waarop het verhaal wordt verteld, het taalgebruik en de volgorde van de gebeurtenissen vertonen wezenlijke verschillen met verhaallijnen, taalgebruik en werkwijze in de televisieserie. Ontlening van zes scènes in de tweede aflevering van de serie gaat grotendeels om feiten en ware voorvallen die niet door het auteursrecht worden beschermd. Het gevorderde wordt afgewezen.

IEF 16478

Artists impression Red Apple Rotterdam geeft geen recht op overkapping

Rechtbank Rotterdam 21 dec 2016, IEF 16478; ECLI:NL:RBROT:2016:9961 (VvE Kopblokwoningen in the Red Apple tegen Stichting Havensteder), https://ie-forum.nl/artikelen/artists-impression-red-apple-rotterdam-geeft-geen-recht-op-overkapping

Rechtbank Rotterdam 21 december 2016, IEF 16478 ; ECLI:NL:RBROT:2016:9961 (VvE Kopblokwoningen in the Red Apple tegen Stichting Havensteder) Als randvermelding. Bouwrecht. Non-conformiteit van appartementen (geen overkapping). Havensteder is opdrachtgever voor de bouw van het gecombineerde appartementen- en kantorencomplex “The Red Apple”. Op geen enkele afbeelding is een overkapping te zien. Zoals nadrukkelijk vermeld in de verkoopbrochures, kunnen aan de verkoopbrochures geen rechten worden ontleend, aangezien dit een “artist impression” betreft. Als uitgangspunt geldt dat “artist impressions” en maquettes slechts een indicatie geven van de uitvoering van de woning. Vordering tot het (laten) plaatsen van een overkapping/glazen dak wordt afgewezen.

IEF 16489

EUIPO nodigt BMM uit te reageren op modellen en merkenenquêtes

De BMM maakt van de gelegenheid gebruik om de stem van haar leden te laten horen. Beide enquêtes zijn zeer uitgebreid. Wij verzoeken u om enkel feedback te geven over die punten waarover u daadwerkelijk een relevante opmerking hebben en uw antwoorden vóór 18 januari naar het secretariaat te sturen; de antwoorden worden gecompileerd en doorgestuurd. Alvast dank voor deelname, namens het BMM-bestuur, de Benelux Overleg Commissie en de Wetgevingscommissie.

IEF 16488

Verbod op indirecte inbreuk door aanbod en leveren voor toepassing van productie van UHT-melk

Rechtbank Den Haag 6 jan 2017, IEF 16488; ECLI:NL:RBDHA:2017:110 (DSM tegen Novozymes c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/verbod-op-indirecte-inbreuk-door-aanbod-en-leveren-voor-toepassing-van-productie-van-uht-melk

Vzr. Rechtbank Den Haag 6 januari 2017, IEF 16488; ECLI:NL:RBDHA:2017:110 (DSM tegen Novozymes c.s.) Octrooirecht. DSM houdster EP1954808B1 met als titel 'Enzyme preparation yielding a clean taste', te vertalen als ‘Enzympreparaat dat geen bijsmaak opleverd’. De oppositieafdeling van het EOB heeft de nietigheidsverweren van Du Pont en Novozymes gepasseerd en het octrooi in stand gehouden conform het derde hulpverzoek. Er is hoger beroep bij de TK ingesteld. Het octrooi is conform het derde hulpverzoek beperkt tot melk die gesteriliseerd is door middel een zogenoemde UHT (Ultra Hoge Temperatuur)-behandeling. Deze melk wordt hierna aangeduid als UHT-melk. De voorzieningenrechter verbiedt Novozymes c.s. om in Nederland en alle overige landen waar het octrooi van kracht is, met uitzondering van Duitsland en Frankrijk, indirect inbreuk te maken op de gewijzigde conclusies van EP 808, waaronder aanbieden of leveren van Lactozym® Pure voor de toepassing in het betreffende land van een werkwijze/gebruik voor de productie van UHT-melk. Opgaveplicht en recall.

IEF 16487

Bijdrage ingezonden door Charles Gielen, NautaDutilh.

Charles Gielen - Noot bij BAYER/SANDOZ

Noot Charles Gielen bij BAYER / SANDOZ, (HR 5 februari 2016, IEF 15677) NJ 2016/496, IEF 16487.
1. Bayer verwijt Sandoz IEF 15677 inbreuk op twee Europese octrooien verleend voor werkwijzen om drospirenon te maken dat een van de werkzame stoffen in door Bayer verhandelde anticonceptiva is (die octrooien worden op de gebruikelijke wijze afgekort als: EP 791 en EP 840). Een van de kenmerken van EP 791 is dat in de werkwijze gebruik gemaakt wordt van rutheniumzout als katalysator en in de werkwijze van EP 840 dat water wordt afgesplitst door toevoeging van p-tolueensulfonzuur (pTSA). Sandoz, die eveneens anticonceptiva met drospirenon verhandelt, laat deze produceren door Industrial Chimica. In de door laatstgenoemde toegepaste werkwijze wordt gebruik gemaakt van een katalysator bekend onder de naam Tempo en verder wordt het water afgesplitst met een zwakke base, pyridine en water. Deze maatregelen vallen niet letterlijk onder de octrooien van Bayer, maar Bayer stelt dat die maatregelen equivalent zijn aan de maatregelen van de octrooien. Dat standpunt wordt in dit kort geding door de Voorzieningenrechter en het Hof Den Haag afgewezen. AG van Peursem adviseert het beroep te verwerpen en aldus geschiedde. De Rechtbank Den Haag heeft overigens in de bodemprocedure bij vonnis van 23 juli 2014 hetzelfde beslist (ECLI:NL:RBDHA:2014:9417, IEF 14076); een appelbeslissing is niet bekend.

IEF 16486

Beschikking ingezonden door Jechiël Evers en Pascale Kos, The Law Factor.

GROEP moet zijn nagenoeg identieke, op markante wijze gespelde handelsnaam QOMPAS GROEP wijzigen

Hof Arnhem-Leeuwarden 15 dec 2016, IEF 16486; (Qompas tegen IT-Qompas (Groep)), https://ie-forum.nl/artikelen/groep-moet-zijn-nagenoeg-identieke-op-markante-wijze-gespelde-handelsnaam-qompas-groep-wijzigen

Hof Arnhem-Leeuwarden 15 december 2016, IEF 16486 (Qompas tegen IT-Qompas (Groep)) Handelsnaamrecht. Bij de kantonrechter werd tevergeefs verzocht om wijziging van handels- en domeinnamen van QOMPAS GROEP zodanig dat daarin niet het woord Qompas voorkomt. Hoewel Qompas niet voldoende aannemelijk maakt dat de producten en diensten van Qompas Groep (met uitzondering van de werving- en selectieactiviteiten) wezenlijk met de hare overlappen, is wel sprake van verwantschap. Dat Qompas zich meer richt op scholieren en studenten en Qompas Groep juist de werkgever als doelgroep heeft, neemt niet weg dat personeelsfunctionarissen met beide handelsnamen kunnen worden geconfronteerd. De nagenoeg identieke, op markante wijze gespelde naam, de toevoeging “Groep” en het logo en de opmaak van de website met een zeer vergelijkbare “look and feel” in vorm en kleurgebruik, zorgen voor toewijzing van het gevorderde gebod tot wijziging van handels- en domeinnamen.

 

IEF 16485

Bijdrage ingezonden door Charles Gielen, NautaDutilh.

Charles Gielen - Noot bij AIB/Novisem

NOOT CHARLES GIELEN bij arrest AIB/NOVISEM (HR 13 november 2015) NJ 2016/491
1. In deze zaak (IEF 15425) gaat het om twee vragen, een die voor de handhaving van alle intellectuele eigendomsrechten van belang is, te weten wat het criterium is voor de toelaatbaarheid van een exhibitievordering en een die betrekking heeft op het criterium voor inbreuk op kwekersrechten.

2. De Europese Richtlijn 2004/48 betreffende de handhaving van intellectuele eigendomsrechten (de Handhavingsrichtlijn) heeft er voor gezorgd dat er een geharmoniseerd systeem van handhaving van ie-rechten is ontstaan, waarvan een deel op zijn beurt weer is gebaseerd op de mondiale Overeenkomst inzake de handelsaspecten van intellectuele eigendom, beter bekend als de TRIPS-overeenkomst. De Handhavingsrichtlijn is in Nederland onder meer geïmplementeerd in een nieuwe titel 15 van Boek 3 Rv. (art. 1019-1019i Rv), die op 1 mei 2007 in werking trad. Op de handhaving van specifieke ie-rechten gerichte maatregelen zijn voorts opgenomen in de verschillende ie-wetten. Als voorbeeld van handhavingsmaatregelen die voor Nederlands recht nieuw zijn, noem ik het bewijsbeslag (art. 1019c), het ex parte kort geding (1019 e) en de veroordeling in redelijke en evenredige proceskosten (1019h). Art. 1019a, waarover de onderhavige zaak mede gaat, voorziet in een exhibitievordering, die we al kennen in art. 843a Rv en op grond waarvan hij die daarbij een rechtmatig belang heeft inzage kan vorderen van bepaalde bescheiden aangaande een rechtsbetrekking waarbij hij partij is, en die vastlegt dat als een dergelijke rechtsbetrekking geldt een onrechtmatige daad wegens inbreuk op een intellectueel eigendomsrecht. Over art. 1019a Rv. jo. art. 843a Rv. gaat het eerste punt van deze zaak.

IEF 16484

Uitspraak ingezonden door Paul Reeskamp en Marijn van der Wal, DLA Piper.

Grondslag van hoofdverzoek en hulpverzoek ontvalt na definitief oordeel Technische Kamer van Beroep

Rechtbank Den Haag 4 jan 2016, IEF 16484; ECLI:NL:RBDHA:2017:131 (Coloplast tegen Medical4you), https://ie-forum.nl/artikelen/grondslag-van-hoofdverzoek-en-hulpverzoek-ontvalt-na-definitief-oordeel-technische-kamer-van-beroep

Rechtbank Den Haag 4 januari 2017, IEF 16484, LS&R 1409; ECLI:NL:RBDHA:2017:131 (Coloplast tegen Medical4you) Octrooirecht. Procesrecht. Coloplast is houdster van EP1145729B1 voor een gebruiksklaar urinekathetersamenstel (dochter van EP398). EP729 is gewijzigd in stand gelaten bij de EOB oppositiedivisie, maar in beroep bij de TKB zijn het (ook in de Nederlandse procedure voorliggende) hoofd- en hulpverzoek herroepen. De TKB zal later beslissen over de geldigheid van twee resterende hulpverzoeken. Coloplast heeft na pleidooi haar eis gewijzigd en deze twee hulpverzoeken ingebracht in de - door haar gekozen - Nederlandse VRO-procedure. Dat is in strijd met de goede procesorde, mede gelet op het versnelde karakter van de VRO-procedure. Het verzoek tot schorsing totdat de TKB definitief heeft beslist, wordt geweigerd, nu partijen eerder te kennen gaven op korte termijn een vonnis te willen. De grondslag voor Coloplast's vorderingen is komen te ontvallen doordat zij zich niet langer op het hoofdverzoek en hulpverzoek beroept. In reconventie worden conclusie 1, en een aantal volgconclusies vernietigd nu Coloplast de geldigheid daarvan niet langer verdedigt. Proceskostenveroordeling jegens Coloplast vastgesteld op €92.500 (in conventie) en €92.500 (in reconventie).

IEF 16483

Recall levert geen nieuwe inbreuk op, onder zich houden is geen voorbehouden handeling ex 73 ROW

Rechtbank Den Haag 4 jan 2017, IEF 16483; ECLI:NL:RBDHA:2017:4 (Rasco c.s. tegen Aebi Schmidt), https://ie-forum.nl/artikelen/recall-levert-geen-nieuwe-inbreuk-op-onder-zich-houden-is-geen-voorbehouden-handeling-ex-73-row

Rechtbank Den Haag 4 januari 2017, IEF 16483; ECLI:NL:RBDHA:2017:4 (Rasco c.s. tegen Aebi Schmidt) Octrooirecht. Niet nietig. Verbod. Verantwoording. Recall. Aebi Schmidt is houdster van EP0995838 voor een 'vrachtwagen met een daarop afneembaar opgebouwd opzetwerktuig'. Rasco legt zich toe op het ontwerp, de productie en de verkoop van zoutstrooiers, sneeuwploegen, en maaimachines en heeft een opzetstrooiwerktuig aan de Roteb verkocht. Het octrooi is nieuw, en ook de inventiviteitsaanval op basis van DE220 in combinatie met NL464 en/of DE372 strandt. Rasco c.s. heeft de combinatie aangeboden en heeft het opzetstrooiwerktuig geleverd voor toepassing van de uitvinding aan partijen die daartoe niet gerechtigd zijn, terwijl zij weet dat dit opzetstrooiwerktuig voor die toepassing geschikt of bestemd is, alles in de zin van artikel 73 ROW. Door de combinatie en het opzetstrooiwerktuig aan te bieden is er direct en indirect inbreuk gemaakt op EP 838. De recall levert geen inbreuk op. Het onder zich houden van teruggestuurde opzetstrooiwerktuigen wederom inbreuk zou maken, omdat het in voorraad houden van een wezenlijk bestanddeel in de zin van artikel 73 ROW geen voorbehouden handeling is (slechts het aanbieden en leveren wordt door artikel 73 bestreken).