Auteursrecht  

IEF 5602

Rechthebbenden onderhandelen met distributeurs

vbl.gifKamervragen met antwoord,  nr. 1204 2e Kamer. Vragen van het lid Van Dam (PvdA) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de staatssecretaris van Economische Zaken over het bod van de kabelmaatschappijen Casema, Essent en @Home op de voetbalrechten. (Ingezonden 16 januari 2008); Antwoord.

“Zover mij bekend wordt hierover op Europees niveau geen discussie gevoerd. Rechthebbenden van radioen tv-programma’s kunnen zelf bepalen of ze distributierechten aan derden willen verstrekken en of de distributierechten van hun programma’s al dan niet exclusief worden verleend. De Auteurswet beschermt de rechten van rechthebbenden en maakt ongeoorloofde distributie van programma’s strafbaar. Rechthebbenden onderhandelen met distributeurs van programma’s. Vaak Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, Aanhangsel 2574 worden de distributierechten van radio- en tv-programma’s exclusief verleend. Dergelijke exclusiviteitscontracten zijn op grond van de Europese regelgeving in principe toegestaan.”

Lees alle vragen en antwoorden hier.

IEF 5600

Designradiatoren

rad.gifVzr. Rechtbank ’s-Gravenhage, 12 februari 2008, KG ZA 07-1477, The Heating Company BVBA tegen Instamat Watertechniek B.V.

Vorderingen eiser m.b.t. inbreuk model- en auteursrecht op designradiatoren worden afgewezen. Na bestudering prior art zorgen de overblijvende kenmerken voor een andere algemene indruk. Afbeeldingen in het vonnis. Productnamen spelen geen rol. Opgave proceskosten moet gemotiveerd worden weersproken.

Eiser The Heating Company brengt op basis van een internationaal en een Gemeenschapsmodel radiatoren op de markt onder de naam Carré en Carré Bath. Gedaagde Instamat brengt radiatoren op de markt onder de naam Quadro en Quadro Bath. Eiser stelt dat stelt dat gedaagde hiermee inbreuk maakt op het haar toekomende model- en auteursrecht.

De voorzieningenrechter volgt deze stelling niet. Na aftrek van prior art ziet de voorzieningenrechter onvoldoende overeenkomsten. Over de vergelijking tussen de Carré en de Quadro stelt hij onder andere:

“4.7. De breedte en diepte van de elementen van het model van The Heating Company verhouden zich grofweg als 1:2 terwijl de tussenruimte grofweg gelijk is aan de breedte van het element. De breedte, diepte en tussenruimte van de elementen van de Quadro verhouden zich meer als 1:1:½. Voorshands wordt geoordeeld dat de Quadro door deze verschillen op de geïnformeerde gebruiker niet dezelfde algemene indruk maakt als het gedeponeerde model, ongeacht of de verhouding tussen lengte en breedte van de Quadro en van het model overeenstemt. Dit laatste heeft The Heating Company overigens niet uitgewerkt.”

En over de Carré Bath en de Quadro Bath, ook weer na aftrek van prior art::

4.9. The Heating Company heeft desgevraagd erkend dat het gedeponeerde model in dat opzicht niets nieuws heeft gebracht. Hiervan uitgaande schuilt het eigen karakter van het door The Heating Company gedeponeerde model, en dus ook de beschermingsomvang, vooral in het gebruik van – voor zover dat uit het depot is op te maken - vierkante elementen waarbij de tussenruimte zodanig gering is, dat een vrijwel gesloten vlak ontstaat. De elementen van de Quadro Bath zijn daarentegen rechthoekig en verder uit elkaar geplaatst, met de korte kant bevestigd aan de collector. Als gevolg oogt het minder massief. Een en ander is waarneembaar in onderstaande, door Instamat overgelegde foto’s.

4.10 The Heating Company wijst er terecht op dat vergeleken moet worden, niet tussen de door haar op de markt gebrachte radiatoren en die van Instamat, maar tussen haar model en de door Instamat verhandelde radiatoren. Dat neemt niet weg dat de foto’s een beeld geven van dit aspect van die vergelijking. Ook in dit verband wordt in aanmerking genomen dat er ten tijde van het depot al radiatoren met rechthoekige elementen op de markt waren. Met inachtneming van wat hiervoor over de beschermingsomvang van het model is overwogen, moet dan ook voorshands moet worden geoordeeld dat de radiator van Instamat een andere algemene indruk wekt. De ingeroepen modelrechten kunnen dus niet tot toewijzing van de vorderingen leiden.”

Om min of meer dezelfde redenen ziet de voorzieningenrechter m.b.t. de auteursrechtelijke vordering ook niet in dat de ontwerpen van Instamat niet als zelfstandig werk kunnen worden aangemerkt. Daar komt bij dat onvoldoende aannemelijk is dat het auteursrecht bij eiser berust. Eiser heeft niet aannemelijk gemaakt dat de ontwerper, die niet in dienst is bij eiser,  het auteursrecht, of zijn aandeel daarin, aan haar heeft overgedragen. Ook van slaafse nabootsing kan geen sprake zijn.

Ook de productnamen spelen i.c. geen rol. "4.12 Het bezwaar dat The Heating Company in dit verband heeft tegen de op haar (niet als merk gedeponeerde) productnamen gelijkende aanduidingen Quadro en Quadro Bath kan in ieder geval niet leiden tot een verbod die radiatoren op de markt aan te bieden, hoogstens om dit te doen onder die benamingen."

Over de gevraagde proceskostenveroordeling stelt de voorzieningenrechter tot slot:

“4.13. (…) Deze bedragen volgens Instamat aan haar zijde in totaal € 23.637,57 exclusief B.T.W. voor circa 80 gewerkte uren. The Heating Company heeft tegen deze opgave aangevoerd dat zij het aantal gewerkte uren te hoog vindt. Dit verweer is echter niet nader uitgewerkt. Zo geeft zij niet aan welke van de door Instamat gespecificeerde werkzaamheden onnodig zijn geweest of om andere redenen vraagtekens bij haar oproepen. Het verweer wordt als te weinig gemotiveerd verworpen. De proceskosten aan de zijde van Instamat moeten worden vastgesteld op € 23.888,57 (€ 23637,57 + € 251 griffierecht).  

Lees het vonnis hier.

IEF 5599

Objectbeschrijvingen

vnot.gifVzr. Rechtbank Almelo 11 februari 2008, KG ZA 08-27, Internetnotarissen B.V. tegen Openbareverkopen.nl B.V.

Auteursrecht. Databankenrecht. Geschriftenbescherming. Objectbeschrijvingen op veilingsite en veilingvoorwaarden vallen onder de geschriftenbescherming.

Eiser Internetnotarissen exploiteert de website www.veilingnotaris.nl. Op deze website kunnen deelnemende notarissen op handen zijnde veilingen van onroerend goed aankondigen door middel van een advertentie. Gedaagde Openbareverkopen heeft 131 publicaties van www.veilingnotaris.nl rechtstreeks overgenomen en op haar eigen website www.openbareverkopen.nl geplaatst. Hiertegen komt Internetnotarissen op in het onderhavige kort geding.

De Voorzieningenrechter oordeelt dat de overgenomen objectomschrijvingen tezamen met de adresgegevens en de bijzondere veilingvoorwaarden een onvoldoende eigen oorspronkelijk karakter hebben om als werk in de zin van artikel 1 van de Auteurswet te kunnen worden aangemerkt. Het gaat veeleer om feitelijke informatie over het object en de daarbij verstrekte gegevens.

Wel is de Voorzieningenrechter van mening dat de objectbeschrijvingen en veilingvoorwaarden vallen onder de geschriftenbescherming als bedoeld in artikel 10 lid 1 sub 1 Auteurswet. Openbareverkopen is heeft hierop volgens de Voorzieningenrechter inbreuk gemaakt. Zij heeft immers de volledige veilingadvertentie overgenomen en daarmee herhaald op haar website. Het zou anders kunnen zijn als Openbareverkopen (gedeeltelijk) zou hebben geciteerd. Dat is ook het verschil met de zaak zoekallehuizen.com. Ook had zoekallehuizen.com op haar website een deeplink toegevoegd welke rechtstreeks naar de betreffende advertentie op de website van de makelaar verwijst. De handelswijze van Openbareverkopen is anders: zij kopieert de veilingadvertenties van Internetnotarissen 1 op 1.

Wat betreft de foto’s neemt de Voorzieningenrechter auteursinbreuk aan. Artikel 15b Aw jo. art. 516 Rv doet hier niets aan af. Immers, wanneer de bekendmakende partij de bekendmaking optuigt met een uitgebreidere objectbeschrijving, foto’s en bijzonder veilingvoorwaarden, valt deze bekendmaking niet langer onder de werking van artikel 15b Aw.

Het beroep op het databankenrecht strandt volgens de Voorzieningenrechter op het ontbreken van een substantiële investering. Het publiceren van veilingadvertenties behoort tot de kerntaken van de notaris. Dit gebeurt tegenwoordig doorgaans digitaal (tekstverwerker/fotoprogramma). Het vergt alsdan slechts een kleine moeite om deze reeds digitale documenten ook via het internet te publiceren.

Openbareverkopen handelt aldus eveneens onrechtmatig jegens Internetnotarissen. De vorderingen van Internetnotarissen worden derhalve toegewezen en Openbareverkopen wordt veroordeeld in de volledige proceskosten ad EUR 20.000,-.

Lees het vonnis hier.

IEF 5597

Faits Divers

Vakbondsinspanningen. “FNV KIEM breekt nadrukkelijk een lans voor het komen tot betere afspraken op het terrein van auteursrechten en naburige rechtentoepassingen. (…) FNV KIEM vindt het van het grootste belang dat de wereld onder ogen ziet dat werkenden in de kunst-, cultuur en mediasector vaak voor hun primaire inkomen mede afhankelijk zijn van deze geldstroom. Goede voorbeelden hiervan -als gevolg van vakbondsinspanningen – zijn te vinden in een zogenaamde mediaregeling voor orkestmusici in de cao voor orkesten. En verder is ook door toedoen van de vakbond veel opgebouwd in regelingen rond auteursrechten voor musici en uitvoerende kunstenaars die door instellingen als Norma, Buma/Stemra etc. worden uitgevoerd.”

Lees hier meer (fnv.nl).

Links naar rechts. “Latexfalt leidde Chinese werknemers op, zodat ze zelf het asfalt aan konden brengen. ,,Natuurlijk moet je dan een afweging maken, want Chinezen schrijven van links naar rechts: ’copyright’ wordt ’right to copy’. Als je een westerse machine ziet staan, zijn ernaast een stuk of vijf lokale duplicaten te vinden. Chinezen zijn scherpe zakenmensen.”

Lees hier meer (ad.nl).

Logo Deventer heeft lookalikes. “Toeval? Absoluut. Toch is het opmerkelijk dat het nieuwe logo van de gemeente Deventer - het verbeeldt water, de brug en stad en land - wel iets wegheeft van dat van Rijkswaterstaat. (…) Voor de duidelijkheid: er is hier absoluut geen sprake van plagiaat. (…) “voor  een leek lijken ze inderdaad wel op elkaar, maar er zijn ook aanzienlijke verschillen'', meldt een woordvoerder. 

Lees hier meer (destentor.nl).

Niet nu. “De SP gaat een andere naam kiezen voor haar landelijke kwartaalkrant. De naam NU-krant is namelijk een inbreuk op het merkrecht van Ilse Media, uitgever van de bekende onafhankelijke nieuws website NU.nl.  De SP en Ilse Media hebben als onderdeel van hun regeling afgesproken dat de SP de eerste aflevering van de krant mag verspreiden, maar daarna verder zal gaan onder een andere naam. De SP vergoedt de juridische kosten van NU.nl en maakt daarnaast een bedrag van EUR 10.000 over aan Amnesty International.”

Lees hier meer (sp.nl).

Buma.  “Weblogs die muziekfilmpjes van videosites integreren op hun site hebben voorlopig nog niets te vrezen van de Buma/Stemra.  Donderdag ontstond opschudding onder bloggers omdat de organisatie een naar eigen zeggen 'premature' e-mail verstuurde waarin stond dat het op die manier aanbieden van filmpjes een licentie vereist.  Buma/Stemra liet weten die inbedding van de filmpjes als een 'nieuwe openbaarmaking' te zien 'waarvoor een regeling moet worden aangegaan'.

(...) Noortje de Bakker van Buma/Stemra zegt dat het niet de bedoeling was dat MOMI deze tweede mail zou krijgen. "Het is zo dat we sinds begin dit jaar een nieuwe afdeling hebben die zich bezighoudt met online muziek. In dat kader worden de sites aangeschreven," zegt ze. "Een aantal van die aanbieders is nu aangeschreven over die geïntegreerde opname van filmpjes, maar dat was prematuur." Buma/Stemra onderzoekt wel hoe ze met dat fenomeen om moet gaan.

Lees hier meer (nu.nl). 

Politie-logo. De Rotterdamse ondernemer Marco Tomassen moet 12 februari voor de rechter verschijnen voor het verkopen van T-shirts met daarop een parodie op het logo van de politie.
 (…) Op de shirts staan respectievelijk de woorden ‘Corrupt’ en ‘Poep’. Op de O is een logo geplaatst dat iets weg heeft van het politielogo.

Lees hier meer (ad.nl).

IEF 5596

Nederland verwelkomt de mededeling

Kamerstukken II 2007-2008, 22112, nr. 609. Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie; Brief staatssecretaris met 8 nieuwe BNC-fiches

BNC fiche van de "Mededeling inzake creatieve online-inhoud in de interne markt (3 januari 2008, COM(2007) 836)"

"Nederland verwelkomt de mededeling en kan de door de Commissie gekozen doelstellingen en uitdagingen ten aanzien van creatieve onlinecontent onderschrijven. Nederland steunt een benadering die enerzijds het potentieel van schaalvoordelen benut, maar anderzijds rekening houdt met de economische en culturele gevolgen voor de betrokken partijen en de maatschappij in het algemeen. Voorts zijn er nog wel enkele kanttekeningen te plaatsen. Zo biedt de mededeling de mogelijkheid om de volgende voor Nederland belangrijke onderwerpen nogmaals onder de aandacht van de Commissie te brengen:

– Ten eerste hecht Nederland sterk aan harmonisatie van de uiteenlopende nationale thuiskopiestelsels. Het ontbreken daarvan werkt zowel mededingingsverstorend als innovatiebelemmerend en raakt daarmee het hart van de onderhavige mededeling (zie de Auteursrechtbeleidsbrief van 20 december 2007- Kamerstukken II 2007/08, 31 200 VI, nr. 98).

– Ten tweede wil Nederland het collectieve rechtenbeheer graag via een juridisch bindend instrument, zoals een richtlijn, reguleren (zie de Auteursrechtenbrief en de motie Dittrich c.s.Kamerstukken II 2005/06, 28 989, nr. 37).

De wens van de Commissie om de markt voor grensoverschrijdend collectief beheer van auteursrechten en naburige rechten voor rechtmatige online-muziekdiensten te liberaliseren (zie de aanbeveling van 18 mei 2005, PbEU 2005, L 276/54), zal volgens Nederland de facto namelijk leiden tot een ontwikkeling waarbij fonogrammenproducenten hun rechten bij slechts een paar grote collectieve beheersorganisaties gaan onderbrengen. Hierdoor lopen kleinere nationale organisaties in de EU, zoals Buma/ Stemra, het risico dat hun rechtenpakket zal krimpen, waardoor de pluriformiteit van het aanbod en de culturele diversiteit worden ondermijnd. Dit strookt niet met het streven van de Commissie in de onderhavige mededeling om het legale online aanbod te vergroten.

Ook het Europees Parlement heeft inmiddels het belang van een kaderrichtlijn en van culturele diversiteit en creativiteit ondubbelzinnig benadrukt. Naast de twee bovengenoemde punten steunt Nederland het standpunt van de Commissie dat DRM-techniek in potentie goede mogelijkheden biedt voor eerlijk rechtenmanagement waardoor nieuwe mogelijkheden kunnen ontstaan voor innovatieve businessmodellen.

De Commissie erkent overigens terecht dat nog hard gewerkt moet worden aan de interoperabiliteit, transparantie en gebruiksvriendelijkheid van deze techniek. Technische beschermingsmaatregelen in een DRM-systeem, zoals kopieerbeveiliging en kopieerbeperking, kunnen soms ook benut worden bij het tegengaan van auteursrechtinbreuk en grootschalige piraterij.

Nederland is ook geïnteresseerd in de door de Commissie genoemde andere elementen ter bestrijding van online piraterij: invoering van legaal aanbod, voorlichting, handhaving en samenwerking met internet service providers. In algemene zin zal Nederland erop toezien dat bij vervolgacties op dit vlak onnodige regeldruk voor bedrijven wordt voorkomen. Verder is het voor Nederland van belang dat de Commissie in geval van concrete vervolgstappen een degelijk «impact assessment» voegt, inclusief een volwaardige kosten-batenanalyse."

Lees het kamerstuk hier

IEF 5594

Eerst even voor jezelf lezen

Vzr. Rechtbank Almelo, 11 februari 2008, KG ZA 08-27, Internetnotarissen B.V. tegen Openbareverkopen.nl B.V.(met dank aan Mark Jansen, Dirkzwager).

Auteursrecht, databankenrecht, geschriftenbescherming. “Veroordeelt Openbareverkopen.nl om zich binnen 24 uur na betekening van dit vonnis te onthouden van iedere inbreuk op de aan Internetnotarissen en/of de Notarissen toekomende geschriftenbescherming op de objectbeschrijving en bijzondere veilingvoorwaarden , afzonderlijk dan wel gezamenlijk als geheel, van de door de Notarissen op www.veilingnotaris.nl geplaatste en in de toekomst te plaatsen advertenties, direct of indirect via anderen, door het overnemen van een (nagenoeg) identiek kopie daarvan op de website www.openbareverkopen.nl of op een andere door Openbareverkopen geëxploiteerde website, dan wel door een andere vorm van ongeoorloofde verveelvoudiging en/of openbaarmaking van deze objectbeschrijvingen en bijzondere veilingvoorwaarden, waardoor inbreuk wordt gemaakt op de geschriftenbescherming van Internetnotarissen en/of de Notarissen."

Lees  het vonnis hier.

Rechtbank Amsterdam, 9 januari 2008, LJN: BC3829, Web Measurement Services B.V. c.s. tegen Weborama S.A.

Databankrecht. “Gesteld noch gebleken is dat Weborama met het opvragen van de gegevens geprofiteerd heeft van, dan wel substantiële schade toegebracht heeft aan WMS c.s. Gezien het geringe aantal files (27.800, althans 110 van 1 miljoen) dat Weborama heeft opgevraagd, derhalve nog geen 3%, heeft zij in kwantitief opzicht geen substantieel deel van de op Webstats aanwezige gegevensverzameling geraadpleegd. Van een substantieel deel in kwalitatief opzicht is naar het oordeel van de rechtbank ook geen sprake, nu slechts URL’s zijn opgevraagd. Ook van herhaald en systematisch opvragen van niet-substantiële delen van Webstats is naar het oordeel van de rechtbank geen sprake geweest.”

Lees het vonnis hier.

Vzr.  Rechtbank Haarlem, 25 januari 2008, LJN: BC3298, Eiser tegen Gedaagde.

Winegallery.nl. Samenvatting rechtspraak.nl: “Hoewel gedaagde gezien het merkenrecht van eiseres, de domeinnaam niet zal kunnen gebruiken - dat zal alleen eiseres kunnen -, zou gedaagde de domeinnaam wel aan eiseres kunnen verkopen. Dat geeft gedaagde, indien hij de rechthebbende op de domeinnaam is, voldoende belang bij zijn verweer tegen de door eiseres gevorderde overdracht (om niet) van de domeinnaam. De voorzieningenrechter tekent hierbij aan dat gesteld noch gebleken is dat in het onderhavige geval sprake is van domeinnaamkaping, welke handelwijze tot een ander oordeel kan leiden.

Lees het vonnis hier.

IEF 5592

Voldoende afstand tussen de vazen

vaas.gifGerechtshof Amsterdam, 29 januari 2008, rolnummer 2007, 1009, Brass & Boom tegen Zarex B.V. c.s (met dank aan Helen Maatjes, Intellectueel Eigendom Advocaten).

Hoger beroep in de kort geding  over afgeplatte vazen. Geen werk volgens rechtbank, geen overeenstemming volgens het hof.

Anders dan de rechtbank slaat het Hof de vraag of er sprake is van een auteursrechtelijk beschermd werk over. Het hof  neemt voorshands aan dat wel zo is, maar omdat er, gelet op de totaalindrukken, voldoende afstand is gehouden  door de wederpartij is er ook bij het hof een sprake van inbreuk. Ook van slaafse nabootsing is geen sprake. Er is, zoals gezegd,  voldoende afstand tussen de vazen en gesteld noch gebleken is dat door de vormgeving de goede naam van appellante is aangetast. Ook verwarring is niet aannemelijk geworden. 

Lees het arrest hier. Eerder bericht + vonnis rechtbank hier.

IEF 5589

In strijd met de zorgvuldigheid

Vzr. Rechtbank Amsterdam, 24 januari 2008, KG ZA 07-2249 P/TF, Stichting Brein tegen M. (met dank aan Ruber Brouwer, Hocker).

Auteursrecht. Website faciliteert systematisch en structureel het downloaden van bestanden die slechts door inbreuken op rechten van anderen beschikbaar gesteld zijn. Strijd met de maatschappelijke zorgvuldigheid. Geen volledige proceskostenveroordeling: geen IE, maar OD.

Wel gemeld, nog niet samengevat. Brein bestrijdt Intellectuele eigendomsfraude namens de bij haar aangesloten recht- en belanghebbende, zoals BUMA, STEMRA, IFPI, MPA, NVPI en NVF. M. is houder en beheerder van de website www.shareconnector.com. Deze website fungeert als een portaal om bestanden te downloaden. 95% van deze bestanden worden zonder toestemming van de rechthebbende gedownload. Brein vraagt een verbod op grond van auteursrecht, naburige rechten en/of onrechtmatige daad.

De Voorzieningenrechter oordeelt dat ShareConnector zelf niet beschikt over bestanden en dat zij deze dus ook niet kan aanbieden. M, al dan niet met anderen, selecteert en indexeert de via het eDonkey-netwerk beschikbare bestanden en maakt deze geselecteerde bestanden toegankelijk via het eDonkey peer-to-peer netwerk. Hieruit volgt volgens de voorzieningenrechter dat M niet zelf die bestanden openbaar maakt. Het feit dat hij die openbaarmaking door anderen via ShareConnector faciliteert, maakt dit niet anders. Er is derhalve geen sprake van inbreuk op de Auteurswet en/of de Wet op de Naburige rechten.

De vraag resteert of de handelswijze van M onrechtmatig is jegens de rechthebbende. In beginsel staat het M immers vrij om op internet beschikbare bestanden te selecteren en te indexeren en vervolgens die bestanden voor anderen toegankelijk te maken. Echter, onder omstandigheden kan deze handelswijze toch onrechtmatig zijn. Zo ook in dit geval. Het is bekend dat 95% van de door M samen met anderen geselecteerde bestanden openbaar zijn gemaakt zonder toestemming van de rechthebbenden. Zijn website faciliteert dus systematisch en structureel het downloaden van bestanden die slechts door inbreuken op rechten van anderen beschikbaar gesteld zijn. De voorzieningenrechter oordeelt derhalve dat deze handelswijze in strijd is met de zorgvuldigheid die M in het maatschappelijk verkeer betaamt en dus onrechtmatig is jegens de belangen wier belangen door Brein worden vertegenwoordigd. Het feit dat M met zijn hobby geen inkomsten genereert doet niets af aan het onrechtmatige karakter. 

De vorderingen van Brein worden aldus grotendeels toegewezen. Echter, de vordering tot vergoeding van de volledige proceskosten van Brein wordt afgewezen nu de vorderingen tegen M niet op een IE-recht, maar op onechtmatige daad worden toegewezen.

Lees het vonnis hier.

IEF 5588

Steunbetuiging

Rechtbank Alkmaar 24 januari 2008, KG ZA 07-418, Stichting Baas in Eigen Huis tegen Plazacasa B.V.

Auteursrecht. Eiseres in collectieve actie is niet-ontvankelijk in haar vordering. Zij maakt onvoldoende onderscheid tussen voor- en tegenstanders van de handelwijze van gedaagde.

Wel gemeld, nog niet samengevat. Dit kort geding is het tweede kort geding van Stichting Baas in Eigen Huis tegen Plazacasa. Plazacasa exploiteert de website www.jaap.nl waarop volledige beschrijvingen en foto’s van in Nederland te koopstaande woningen worden gepubliceerd.   

Plazacasa moest na het vonnis van 7 augustus 2007 van de Voorzieningenrechter Alkmaar stoppen met het exploiteren van de website jaap.nl door objectgegevens van websites van Nederlandse makelaars over te nemen. In hoger beroep is dit vonnis vernietigd (arrest hier). Het Hof was van mening dat de Stichting niet kon worden ontvangen in haar vordering omdat de Stichting slechts zou optreden voor een klein gedeelte van de makelaars van wie de objectgegevens worden overgenomen. Onder deze omstandigheden kan niet worden gezegd dat de Stichting opkomt voor gelijksoortige belangen in de zin van artikel 3:305a BW. Bovendien verhindert het opgelegde verbod feitelijk de publicatie van objectgegevens van zowel tegenstanders als voorstanders van openbaarmaking op jaap.nl.

Na het arrest van het Hof is jaap.nl weer als vanouds van start gegaan. Hiertegen komt de Stichting wederom op. De Stichting heeft na het arrest van het Hof haar statuten aangepast. Ook heeft zij duizenden steunbetuigingen verzameld. De vordering wordt dan ook alleen ingesteld namens de makelaars die een steunbetuiging hebben afgegeven. Zij gaat er in het tweede kort geding dan ook vanuit dat zij nu wel zal worden ontvangen in haar vorderingen.

De Voorzieningenrechter beslist anders. Met het arrest van het Hof als uitgangspunt oordeelt de Voorzieningenrechter voorshands dat de Stichting wederom niet-ontvankelijk moeten worden verklaard.

Uit de gewijzigde staturen blijkt volgens de Voorzieningenrechter niet dat de Stichting uitsluitend de belangen behartigt van die makelaars die schriftelijk hun steun hebben betuigd. Hiermee staat vast dat de Stichting in haar gewijzigde staturen geen onderscheid maakt tussen voor- en tegenstander van jaap.nl.

Bovendien kan uit de tekst van de schriftelijke steunbetuiging niet worden opgemaakt dat de makelaars het onderhavige kort geding steunen. De steunbetuiging is te algemeen verwoord. Bovendien heeft Plazacasa aangevoerd dat minstens 60 makelaars die op de lijst van de Stichting staan hun steun aan de Stichting hebben uitgesproken, maar ook aan Plazacasa te kennen hebben gegeven geen bezwaar te hebben tegen publicatie van de objectgegevens van bij hen te koop staande woningen.

Ook de meer specifieke steunbetuigingen doen de Voorzieningenrechter niet anders oordelen nu deze ook al in het eerste kort geding door het Hof zijn bekeken en ook het Hof hierdoor niet tot een andere beslissing hebben gevoerd.

De Stichting heeft naar het voorlopig oordeel van de Voorzieningenrechter niet voldaan aan de door het Hof gestelde eisen en is daarmee niet-ontvankelijk in haar vorderingen.

Lees het vonnis hier.

IEF 5558

Rechtvaardigen

NMA, 21 december 2007, zaaknummer: 4070, XS4ALL – Buma.

Eerder gemeld, nog niet samengevat. XS4ALL beklaagt zich bij de Nma over een tweetal handelingen van Buma welke naar het oordeel van XS4ALL strijd met art. 24 Mededingingswet (Mw) op leveren, namelijk: 1) de volledige en verstrekkende overdracht van rechten waartoe Buma haar aangeslotenen verplicht, waardoor Buma iedere mogelijkheid voor de bij haar aangelsotenen uitsluit om zelfstandig toestemming te verlenen tot het gebruik van hun muziekrepertoire, en 2) de weigering van Buma XS4ALL toe te staan rechtstreeks met de bij Buma aangeslotenen afspraken te maken mbt (bepaalde aspecten van) het gebruik van hun muziekrepertoire. De Nma wijst de klacht af.

Met betrekking tot de markt overweegt de Nma dat Buma zowel op de markt voor beheersdiensten van auteursrechtelijk beschermde muziek aan auteurs inzake openbaarmaking, als op de markt voor het verlenen van toestemming voor openbaarmaking van auteursrechtelijk beschermde muziek actief is. De geografische markt is naar het oordeel van de Nma waarschijnlijk niet meer uitsluitend nationaal. Een exacte afbakening kan echter in het midden blijven.

 

1. Misbruik van Buma door individuele exploitatie onmogelijk te maken

De Nma geeft aan dat bij de toetsing van het Exploitatiecontract voor auteurs het basiskader  voor de mededingingsrechtelijke beoordeling van de relatie tussen collectieve beheersorganisaties en hun aangeslotenen, mn voor wat betreft de overdracht van rechten, wordt gevormd door de drie GEMA beschikkingen.

De Nma onderscheidt drie aspecten  ten aanzien van de door Buma vereiste overdracht
a. overdracht van rechten
b. overdracht volledige muziekauteursrecht
c. overdracht bestaande en toekomstig repertoire

ad a: De Nma geeft aan dat overdracht van rechten aanvaardbaar is voorzover dit noodzakelijk is (BRT II) en dat de overdracht aanvaardbaar is om het machtsverschil tussen individuele rechthebbenden en gebruikers te herstellen (GEMA III). De technologische ontwikkelingen brengen niet mee dat deze jurisprudentie hierzien zou moeten worden.
ad b: Nu Buma rechthebbenden in staat stelt bepaalde exploitatiemogelijkheden of landen bij de overdracht aan Buma uit te sluiten (art. 19 Exploitatiecontract en art. 7 Exploitatiereglement), is er geen sprake van misbruik in de zin van art. 24 Mw.
ad c: Nu Buma een opzegterkijn hanteert, acht de Nma de door Buma verlangde overdracht van huidige en toekomstige rechten in overeenstemming met art. 82 EG.

2. Weigering om toestemming te verlenen voor individueel beheer

De Nma geeft aan dat collectief beheer het uitgangspunt is. De vraag is daarom of de situatie die aanleiding was voor de klacht van XS4ALL een uitzondering op dit uitgangspunt verlangt en wel zodanig dat er sprake is van misbruik bij weigering van deze uitzondering. Dit is niet het geval.

"De redenen die Buma heeft aangedragen voor haar weigering om een uitzondering te maken zijn in overeenstemming met de traditionele rechtvaardiging voor het vereiste van overdracht van rechten, te weten een opheffing van het verschil in machtsverhoudingen. Niet duidelijk is waarom er in het kader van het rechtenvrije festival georganiseerd door XS4all, geen verschil in machtsverhoudingen aan de orde zou zijn. De traditionele rechtvaardiging voor het vereiste van overdracht is dus ook in de betrokken situatie van toepassing. En zelfs als de traditionele rechtvaardiging voor het vereiste van overdracht in de betrokken situatie niet zou gelden, dan is het nog de vraag of het noodzakelijk is voor Buma om een uitzondering te maken op het vereiste van overdracht om misbruik te voorkomen. Het belang van het maken van een uitzondering zou dan op moeten wegen tegen de kosten die gemoeid zijn met het beoordelen van verzoeken om uitzonderingen. De NMa betwijfelt of dit het geval is. Hoewel de methode van terugbetaling van reeds geïnde bedragen in de betrokken situatie omslachtig is, lijkt dit gerechtvaardigd en proportioneel ten einde het systeem van collectief beheer te kunnen handhaven." (ov. 64)

Conclusie:

"De klacht van XS4ALL gericht tegen de vermeende overtreding door Buma van artikel 24 van de Mw wordt afgewezen. De redenen voor deze afwijzing zijn de volgende:
1)De NMa is van oordeel dat Buma geen misbruik maakt door te eisen dat rechthebbenden hun rechten aan Buma overdragen. Daarbij neemt de NMa in overweging dat een rechthebbende bepaalde delen van zijn repertoire tevens individueel kan beheren waar het gaat om nietcommercieel gebruik.
2)De NMa is van oordeel dat Buma de mogelijkheid geeft aan rechthebbenden om bepaalde exploitatievormen en/of landen uit te sluiten van een overdracht aan Buma. Het feit dat Buma in beginsel de overdracht verlangt van het volledige auteursrecht levert dan ook evenmin misbruik op in de zin van artikel 24 Mw.
3) De NMa is van oordeel dat Buma geen misbruik maakt door te eisen dat een rechthebbende zijn huidige en toekomstige rechten dient over te dragen.
4)De NMa is van oordeel dat Buma geen misbruik maakt door te weigeren gebruik te maken van de mogelijkheid onder artikel 3 van haar Exploitatiereglement of vergelijkbare bepalingen in haar standaardcontracten voor andere rechthebbenden in de situatie die aanleiding was voor de klacht van XS4ALL.(ov. 67)
Gelet op het bovenstaande wordt de aanvraag van XS4ALL om een boete en/of een last onder dwangsom op te leggen aan Buma ingevolge artikel 56 Mw voor een mogelijke overtreding van artikel 24 Mw, afgewezen. (ov. 68)"

Lees het besluit hier.