Auteursrecht  

IEF 734

Fluitketeltje

Planet bericht dat kunstenaar Rob Scholte van plagiaat wordt beschuldigd. Logo-ontwerper Ton Giesbergen stelt dat het schilderij Casa Rosa van Scholte een exacte reproductie is van zijn ontwerp 'Het Fluitketeltje'. Giesbergen ontwierp ‘Het Fluitketeltje’ in de jaren tachtig voor een overheidscampagne tegen te veel vocht in huis. Het schilderij van Scholte is uit 1997. Hier een afbeelding van Scholtes 'Fluitketel', maar of dat nu hetzelfde werk is als Casa Rosa?

Pas afgelopen zondag kwam Giesbergen achter het bestaan van Scholte’s kunstwerk. Zijn vrouw zag het toevallig op een website staan. Giesbergen vindt dit geen bijdrage aan de kunst: “Hij heeft over mijn rug geld verdiend, zonder me in te lichten.” Giesbergen zegt zich “misbruikt en bezoedeld” te voelen door het schilderij en overweegt nu juridische stappen tegen Scholte te nemen.

IEF 732

UIt eigen onderzoek

KPMG bericht dat uit eigen onderzoek is gebleken dat bedrijven in de media- en entertainmentsector die via derden content aanbieden via het Internet weinig grip hebben op de royalty's die daarmee samenhangen en onvoldoende controleren of de inkomsten waar zij recht op hebben volledig aan hen worden afgedragen. Volgens het onderzoek zou slechts 40% van de ondernemingen jaarlijks controles uitvoeren op de volledigheid van de royalty afdracht. Slechts één op de vijf bedrijven heeft het beheer en het incasseren van de royalty’s geautomatiseerd. Wel verwacht meer dan de helft van de bedrijven dat de inkomsten uit royalty’s de komende twaalf maanden flink zullen toenemen.

Persbericht KPMG: Bedrijven hebben weinig grip op royalty's over online-content

2 augustus 2005

Bedrijven in de media- en entertainmentsector die via derden content aanbieden via het Internet hebben weinig grip op de royalty's die daarmee samenhangen. Zij controleren onvoldoende of de inkomsten waar zij recht op hebben volledig aan hen worden afgedragen.


Niet meer dan 40% van de ondernemingen voert jaarlijks controles uit op de volledigheid van de royalty afdracht. Slechts één op de vijf bedrijven heeft het beheer en het incasseren van de royalty’s geautomatiseerd. Dit blijkt uit onderzoek van KPMG naar de wijze waarop bedrijven erin slagen de rechten van hun producten op het Internet te verzilveren. Meer dan de helft van de bedrijven verwacht dat de inkomsten uit royalty’s de komende twaalf maanden flink zullen toenemen.

De bedrijven die op reguliere basis controles uitvoeren op de afdracht, stellen vast of ze krijgen waar ze contractueel recht op hebben. Volgens Bob Crouwel, partner bij KPMG Intellectual Property Services, is dit in het algemeen slechts een administratieve check. Crouwel: “De bedrijven controleren bijvoorbeeld of de percentages die in het contract worden genoemd correct worden toegepast. Slechts in een enkel geval vindt controle plaats bij de partner waarmee het contract is afgesloten. Vooral in de mediasector wordt het bewaken van royalty’s van groot belang, zeker gezien het feit dat de sector de komende jaren in toenemende mate overgaat op het in grote volumes verkopen van digitale informatie, waarbij betaling op basis van gebruik plaatsvindt, zoals muziek, ringtones en games. De volledigheid van de opbrengsten is voor deze ondernemingen van essentieel belang voor hun voortbestaan”.

De aandacht van de ondernemingen in deze sector ligt volgens Crouwel primair bij het ontwikkelen van de markt en het genereren van content en verschillende manieren om deze via portals aan de man te brengen. Crouwel: “Het op orde brengen van de administratieve systemen om de volledigheid van de opbrengsten te waarborgen, krijgt hierdoor relatief weinig aandacht. Aangezien het tot nu toe om relatief kleine bedragen gaat en de aanbieders vaak nieuw en klein zijn, is dit begrijpelijk. Het controleren van de contractspartijen wordt echter steeds meer gemeengoed. De controle op bestaande contractrelaties zal dan ook in een stroomversnelling komen”.

Gezien de verwachte groei van de internetinkomsten is het volgens Crouwel van groot belang dat de bedrijven niet alleen investeren in de relatie met hun licentienemers, maar de verantwoordelijkheid voor de inkomstenstroom ook op een duidelijke plek in de organisatie onderbrengen. Crouwel: “Bij veel bedrijven is deze functie niet belegd. Door helder te maken waar de verantwoordelijkheid voor de inkomstenstroom uit royalty’s ligt, is het ook voor iedereen in het bedrijf duidelijk wie de licentienemer moet aanspreken op het niet voldoen aan zijn verplichtingen”.

Voor nadere informatie: Andy Bellm, telefoon (020) 656 7039 of bestel de (Engelstalige) white paper Revenue assurance for online digital content.

IEF 729

Kamervragen

Kamervragen met antwoord 2004-2005, nr. 2090, Tweede Kamer. Antwoord op de kamervragen omtrent het onderzoek van OSSOS naar de financiele aspecten van een migratie naar open source software waarnaar het Programma Open Standaarden en Open Source Software (zie hier) voor de overheid een onderzoek liet uitvoeren.

De eerste twee onderzoeken van resp. professor Strikwerda en Victor de Pous werden niet gepubliceerd door OSSOS, het derde onderzoek dat verricht werd door SEO wel. OSSOS achtte de eerste publicaties niet geschikt voor de doelgroep. Minister Pechtold is van mening dat 'het gaat om twee geheel verschillende, los van elkaar staande onderzoeken', en dat de onderzoeken van Strikwerda en De Pous niet beantwoordden aan de onderzoeksvraag. Beide schrijvers denken hier echter anders over, volgens Strikwerda en de Universiteit van Amsterdam is er samengewerkt en staan de onderzoeken niet los van elkaar, er zijn zelfs overeenkomsten in de tekst van beide onderzoeken.

Vragen van de leden Gerkens (SP) en Vendrik (GroenLinks) aan de ministers voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties envan Economische Zaken over het onderzoek OSOSS.(Ingezonden 7 juni 2005)

1 Wat is uw reactie op het bericht «Twijfel objectiviteit onderzoek OSOSS»?
2 Is het waar dat het deze week gepresenteerde rapport van OSOSS niet het eerste is? Zo ja, zijn de eerdere rapporten ooit gepresenteerd? Zo neen, waarom niet? Zo ja, waar kunnen deze rapporten opgevraagd en ingezien worden?
3 Is het waar dat professor Strikwerda van het Nolan Norton Institute is gevraagd bepaalde conclusies, zoals de oproep voor een Activity Based Costing waarbij kosten aan activiteiten worden toebedeeld af te zwakken?
2 Zo neen, waarom niet? Zo ja, wat was het doel hiervan?
4 Is professor Strikwerda verzocht passages uit de tekst, waaronder het voorwoord, te schrappen? Zo neen, waarom niet? Zo ja, met welk doel?
5 Met welk doel is het onderzoek verricht?
6 Is het waar dat de onderzoeken van de heren Strikwerda en De Pous niet geschikt waren voor de doelgroep? Zo neen, waarom niet?7 Kunt u uitleggen wanneer een onderzoek geschikt is voor een doelgroep? Welke criteria worden hierbij gehanteerd?
8 Deelt u de mening dat onderzoeken, ongeacht de uitkomsten, zoveel mogelijk openbaar moeten worden gemaakt? Zo neen, waarom niet?

Antwoord

Antwoord van minister Pechtold (Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties), mede namens de minister van Economische Zaken.(Ontvangen 11 juli 2005)

1, 2 en 5
Aan het Nolan Norton Institute (NNI) is gevraagd een analyse uit te voeren naar de kosten en baten van het breed toepassen van open standaarden en open source software bij de overheid. Een deel van dit onderzoek is opgedragen aan NNI-medewerker professor Strikwerda en een ander deel heeft NNI uitbesteed aan de Stichting Economisch Onderzoek (SEO) van de universiteit van Amsterdam. Het rapport van SEO beantwoordde de voornoemde onderzoeksvraag en is als resultaat van het onderzoek gepubliceerd. Het concept rapport van professor Strikwerda sloot onvoldoende aan bij de onderzoeksvraag. Na goed overleg met het NNI is het onderzoek van professor Strikwerda beëindigd en niet gepubliceerd. De rapportage is niet geheim en als bijlage toegevoegd bij deze antwoorden.

3 en 4
Met NNI is herhaaldelijk besproken dat het concept-rapport van Strikwerda de onderzoeksvraag onvoldoende beantwoordde.

6 en 7
Het gaat hier om twee geheel verschillende, los van elkaar staande onderzoeken. De reden voor het niet publiceren van het rapport van professor Strikwerda is vermeld in het antwoord op vraag 1. Een onderzoek dient allereerst de onderzoeksvraag te beantwoorden. Rapporten worden in het algemeen breed beschikbaar gesteld. Specifieke doelgroepen zijn daarbij veelal niet aan de orde.

De in het artikel in «Webwereld» eveneens genoemde brochure van de heer De Pous was bedoeld als een praktische handleiding voor overheden ten aanzien van de juridische aspecten van open source software. Het uitbrengen van eendergelijke handleiding onder verantwoordelijkheid van de overheid bleek op korte termijn echter niet haalbaar. De brochure van de heer de Pous is op internet te vinden onder: https://www.automatiseringgids.nl/info/pdf/DEPOUS-ROSS.pdf.

8
Ja.

IEF 724

Hoehel

Google ziet (vooralsnog) af van juridische stappen tegen hoehel.be, de Westvlaamse parodie op de zoekmachine, aldus Tweakers. Eerder werd wel aan de Antwerpse variant ‘Goegel’ offline gehaald. Google was gelet op het gelijkende logo, een identieke layout en de domeinnaam van mening dat er inbreuk werd gemaakt. De webmaster van hoehel.be had laten weten dat het slechts om een grappige voorpagina ging waar de uitbater geen enkele inkomsten uit haalt. Zelf je eigen parodie maken? Kijk hier.

IEF 723

lief klein konijntje

Van onze correspondente uit het party-circuit. Is deze Lijntje nu een bewerking van een, in ieder geval in België, illegale parodie of een hele nieuwe parodie? Duidelijk is wel dat voor Nijntje het jachtseizoen nooit gesloten is. Zie eerdere berichten hier en hier.

IEF 722

kijkbuisvijanden

Arrest nog niet gezien (wie het heeft mag het mailen) en dat is afgaande op de op persberichten gebaseerde berichtgeving wel nodig. Gisteren melde nu.nl over het geschil tussen SBS en Talpa/Castaway over het format van Expeditie Robinson dat “SBS  een forse schadeclaim indient bij televisiezender Talpa. De aanleiding daarvoor is een uitspraak van het gerechtshof in Amsterdam. Dat bepaalde donderdag dat Talpa onrechtmatig heeft gehandeld door zich de rechten van het programma Expeditie Robinson 2005 toe te eigenen. SBS zond het programma de afgelopen vijf jaar uit op Net5” en vandaag bericht het NRC dat Talpa het programma wel degelijk mag uitzenden, omdat het Castaway, de eigenaar van de rechten (die in de procedure kennelijk niet ter discussie stonden), vrij stond om het het  programma aan een ander dan SBS te gunnen. Omdat er echter ‘onbehoorlijk’ zou zijn gehandeld door Talpa, wil SBS opnieuw een procedure aanspannen tegen Talpa, teneinde de geleden schade ‘forse bedragen’ vergoed te krijgen. Talpa wenst SBS in een reactie ‘veel succes.’

IEF 720

Opmaken verboden

Nog meer mediarecht en geschriftenbeschermingsnieuws bij Dutchmedia: Op last van de voorzieningenrechter moet BV Programmabladen AKN per aanstaande maandag stoppen met de opmaak van de televisie-programmagegevens voor het Algemeen Dagblad. Het kort geding was een vervolg op een soortgelijke uitspraak van het CvdM van 24 februari jl. Lees hier meer.

IEF 718

Vrijdagmiddagberichten

-Uit 'Tien tips voor de beginnend advocaat op zoek naar roem.' Column van Matthijs Kaaks in het Advocatenblad.

- De naam van de synthetische en zeer rekbare stof spandex is een anagram van 'expands.' Dit en meer leuke merken-trivia voor de vrijdagmiddag hier, hier en hier.

- Al bijna tijd voor de vrijdagmiddagborrel? De Telegraaf meldt dat een stel Deense studenten 'open source bier' op de markt introduceren. Volgens de studenten staat het een ieder vrij het recept van het bier te verbeteren of het recept te gebruiken voor een eigen brouwsel zolang de maker maar aangeeft dat het een aftreksel is van Vores Oel ('Ons Bier'). Het concept is overigens niet geheel nieuw. Het recept van OpenCola heeft inmiddels al een vermelding in de Wikipedia.

De Deens studenten willen met het project aangeven dat open source niet alleen iets is uit de digitale wereld. Ontwikkelingslanden zouden het idee bijvoorbeeld kunnen gebruiken om hun eigen anti-Aids medicijnen te ontwikkelen. Sympathiek idee, alleen kun je je na lezing van Hugenholtz' artikel 'Recept, Gerecht en Auteursrecht' afvragen of (bier-)recepten zich eigenlijk wel lenen voor 'open source'...

IEF 716

Opgelet

"Op niet nadenken volgt ontslag op staande voet" stond er vroeger boven de modellen van grootstedelijk advocatenkantoor X. En niet voor niets, de uiterste houdbaarheidsdatum van juridische teksten is bij openbaarmaking meestal al verstreken en niets is wat het lijkt te zijn.

Gelukkig wordt er bij het IVIR nog volop nagedacht: "De tekst van de Auteurswet is niet de thans geldende!!!!" bericht een welingelichte wetenschapper naar aanleiding van het eerdere bericht, zie ergens hieronder, over de nieuwe website wetboek-online.nl. Wel biedt de site een link naar de zeer zeldzame Rijksoctrooiwet 1994.

De website zelf heeft het kennelijk al een beetje zien aankomen. "De hier gepresenteerde wetten hebben geen enkele juridische status en worden u aangeboden zonder verdere garanties. Wetten veranderen dagelijks, de redactie maakt fouten. Deze website kan daardoor onmogelijk volledig up to date en foutloos zijn."

Inderdaad, dat weet iedere jurist, net als dat eigenlijk alleen die bronnen die het meest up-to-date zijn het verdienen om te worden geraadpleegd: Het Staatsblad, de Staatscourant en andere vanwege de overheid verkrijgbaar gestelde publicatiebladen die een officieel karakter hebben. En bij afwezigheid van deze publicaties: de wel betrouwbare overheidssite www.wetten.nl.

IEF 715

Preekbeurten 2 - De dag des oordeels

Rechtbank Amsterdam, 28 juli 2005, LJN: AU0253, 317128 / KG 05-1040 P, SBS tegen Quote Media/MTV. Eindvonnis, volgend op het tussenvonnis van  16 juni 2005 (zie eerder bericht hier).

De Rechtbank Amsterdam vindt uiteindelijk niet dat het gedaagden vrijstond de programmagegevens van de zenders van SBS (SBS 6, Net 5 en Veronica) te publiceren in het tijdschrift IN. Niet op grond van de Auteurswet, niet op grond van de Mededingingswet en niet op grond van het EVRM. "We hebben pech" verklaart Quote Media uitgever Maarten tegenover Dutchmedia, maar we gaan gewoon door met wat we doen. We hebben drie weken gekregen om te kijken hoe we hiermee omgaan." Op de in het tussenvonnis ter sprake gebrachte relatie tussen geschriftenbescherming en de databankenrichtlijn en de positie van omroep/stroman MTV in dit geding gaat de rechtbank helaas niet in.

Het vonnis is verder duidelijk: "Nu tussen partijen vaststaat dat gedaagden de programmagegevens van SBS overnemen uit TV Satellite en TV Film en gedaagden niet hebben betwist dat deze tweewekelijkse programmabladen hun gegevens op grond van een daartoe aan hen gegeven licentie ontlenen aan een geschrift van SBS, is hier sprake van indirecte ontlening als bedoeld in artikel 71w Mediawet jo artikel 10 lid 1 sub 1 Aw. Aan SBS komt derhalve een beroep toe op geschriftenbescherming.

Nu SBS alle andere omroepen een licentie verleent voor het gebruik van haar programmagegevens, moet de vraag worden beantwoord of zij, door te weigeren MTV een licentie te verlenen, misbruik maakt van haar machtspositie in de zin van artikel 82 EG-verdrag en artikel 24 Mededingingswet…Van misbruik van dit alleenrecht is dan ook slechts sprake, indien de weigering om gedaagden een licentie te verlenen tot gevolg zou hebben dat gedaagden belemmerd zouden worden in hun voornemen een nieuw product, waarnaar potentiële vraag bestaat bij consumenten, op de markt te brengen en voor die weigering geen objectieve rechtvaardiging bestaat…Een andere uitstraling, prijsstelling of doelgroep dan bestaande (omroep)bladen kunnen er weliswaar toe leiden dat IN zich kan onderscheiden van andere bladen in dit marktsegment, maar dat brengt niet mee dat van een nieuw product gesproken kan worden. Ook de omstandigheid dat SBS wel aan andere omroepen ten behoeve van hun programmablad een licentie heeft verstrekt brengt niet mee dat SBS verplicht is ook aan gedaagden zo’n licentie te verlenen…Bovendien doet dit blad volgens SBS het door SBS uitgegeven blad Veronica Magazine concurrentie aan.

Ook het beroep op artikel 10 EVRM kan gedaagden niet baten. De beperking op deze vrijheid is immers bij wet geregeld in artikel 10 lid 1 Aw jo artikel 71w Mediawet, zodat aan het vereiste dat de inbreuk bij wet moet zijn voorzien, is voldaan.

Uit het voorgaande volgt dat de vordering van SBS toewijsbaar is met dien verstande dat het beperkt zal worden tot publicatie in het blad IN. Gelet op het feit dat MTV enige tijd gegund zal moeten worden om aan de veroordeling te voldoen zal na te melden termijn worden gesteld. De dwangsom zal, ter voorkoming van executiegeschillen, niet worden vastgesteld per overtreding van het verbod, waaronder moet worden verstaan per exemplaar dat in strijd met de veroordeling wordt verhandeld, maar per editie waarin in strijd met het verbod de programmagegevens van SBS worden vermeld

Lees het vonnis hier.

Het goed geïnformeerde media-weblog Dutchmedia meldt verder dat bij het CvdM nog een procedure loopt tegen BV Programmabladen AKN (AVRO, KRO, NCRV),  de uitgever van publieke omroepbladen, over de rechtmatigheid van werkzaamheden die BV Programmabladen AKN in opdracht van IN Magazine pleegt voor de opmaak van de programmaschema's in IN Magazine.