DOSSIERS
Alle dossiers

Woord- en of beeldmerk  

IEF 22301

Uitspraak ingezonden door Nina Dorenbosch, Bird & Bird.

Autocavy c.s. bied voor de Chinese markt bestemde Volkswagens te koop aan in de EU

Hof Den Haag 24 okt 2024, IEF 22301; (Autocarvy c.s. tegen Volkswagen), https://ie-forum.nl/artikelen/autocavy-c-s-bied-voor-de-chinese-markt-bestemde-volkswagens-te-koop-aan-in-de-eu

Hof Den Haag 24 september 2024, IEF 222301 (Autocavy c.s. tegen Volkswagen). Autocavy, een Nederlands onderneming die nieuwe auto’s import- en exporteert, heeft Volkswagens bestemd voor de Chinese markt te koop aangeboden en verkocht in de EU. Autocavy heeft hierin samengewerkt met Techlantic c.s. [zie ook: IEF 22298]. Volkswagen (hierna VW) stelt dat Autocavy hierdoor inbreuk heeft gemaakt op haar merkrechten. Zij vorderde in kort geding een verbod op inbreuk op haar merkenrechten, inzage in het in beslaggenomen bewijs, een bevel van opgave van diverse gegevens en een bevel om de auto’s die Autocavy in haar controle heeft af te geven voor bewaring. Dit is grotendeels toegewezen door de voorzieningenrechter. Hierbij is de Eiser, bestuurder en enig aandeelhouder van Autocavy, persoonlijk een ernstig verwijt gemaakt en zijn alle maatregelen ook jegens hem toewijsbaar geacht. De Eiser en Autocavy (hierna Autocavy c.s.) zijn hiertegen in hoger beroep gegaan.

IEF 22302

Uitspraken ingezonden door Max van Oostrum, Jos Klaus en Michiel Odink, Leeway.

Gleissner vangt bot: Benelux Gerechtshof laat doorhaling Baidu-merken in stand

BenGH 15 okt 2024, IEF 22302; ((Baidu Europe tegen Baidu Online Network Technology).), https://ie-forum.nl/artikelen/gleissner-vangt-bot-benelux-gerechtshof-laat-doorhaling-baidu-merken-in-stand

Benelux Gerechtshof 15 oktober 2025, IEF 22302 (Baidu Europe tegen Baidu Online Network Technology). Het Benelux Gerechtshof heeft zich op 15 oktober uitgesproken in vier zaken in een langlopend geschil tussen de Chinese techgigant Baidu en de Gleissner-vennootschap Baidu Europe [zie onder meer IEF 12978IEF 15440IEF 21289 en IEF 21379). Het Chinese Baidu verzet zich al jaren tegen tal van merkregistraties door Baidu Europe, een onderneming van de bekende trademark trol Michael Gleissner [zie Michael Gleissner: The “infamous troll” who upended the trademark industry - World Trademark Review]. De arresten van het Benelux Gerechtshof draaien om de vorderingen tot vervallenverklaring van vier merken van Baidu Europe, die Baidu op 16 juni 2021 instelde bij het Benelux Bureau voor de Intellectuele Eigendom. Het BBIE oordeelde in deze zaken dat Baidu Europe er niet in slaagde aan te tonen dat zij haar merken normaal gebruikt [zie IEF 21289]. Later werd ook een vijfde Baidu-registratie van Baidu Europe vervallen verklaard omdat deze te kwader trouw verricht is [zie IEF 21379].

IEF 22268

Eindvonnis in zaak Puma tegen Sporttrading over proceskosten

Rechtbank Den Haag 11 sep 2024, IEF 22268; ECLI:NL:RBDHA:2024:14398 (Puma tegen Sporttrading), https://ie-forum.nl/artikelen/eindvonnis-in-zaak-puma-tegen-sporttrading-over-proceskosten

Rb Den Haag 11 september 2024, IEF 22268; ECLI:NL:RBDHA:2024:14398 (Puma tegen Sporttrading). Deze zaak betreft een geschil tussen Puma en Sporttrading. Puma, een wereldwijd merk in sportartikelen, heeft verschillende merken, waaronder de bovenstaande Puma-merken, die het gebruikt op producten zoals boxershorts. Stichd, een dochteronderneming van Puma, heeft een licentie om boxershorts onder de Puma-merken te produceren en te distribueren. In de zomer van 2021 ontdekte Puma dat het Noorse bedrijf Europris boxershorts met Puma-tekens verkocht. Europris verklaarde vervolgens dat ze de boxershorts van Sporttrading had gekocht. Volgens Puma gaat het om namaakproducten. In het tussenvonnis van 15 november 2023 [zie IEF 21908] heeft de rechtbank geoordeeld dat er geen sprake is van uitputting, waardoor Sporttrading inbreuk maakt op de merkenrechten van Puma. Hierna is Puma in de gelegenheid gesteld om een proceskostenoverzicht in het geding te brengen. Sporttrading is het niet eens met alle gevorderde verschotten. 

IEF 22265

'Hinterland' merk voor gin heeft geen beschrijvend karakter

Gerecht EU (voorheen GvEA) 4 sep 2024, IEF 22265; ECLI:EU:T:2024:585 (EUIPO tegen verzoekster), https://ie-forum.nl/artikelen/hinterland-merk-voor-gin-heeft-geen-beschrijvend-karakter

Gerecht EU 4 september 2024, IEF 22265, IEFbe 3797; ECLI:EU:T:2024:585 (EUIPO tegen verzoekster). Op 3 januari 2022 heeft Erzeugergemeinschaft Winzersekt bij het EUIPO een aanvraag ingediend tot nietigverklaring van het Uniewoordmerk Hinterland, dat was ingeschreven in 2019. Het Merk is ingeschreven voor klasse 33, oftewel voor drank anders dan bier. Het verzoek tot nietigverklaring is ingewilligd. De kamer van beroep heeft de vordering tot nietigverklaring afgewezen. Zij is van mening dat de term ‘Hinterland’ geen specifieke betekenis had met betrekking tot de waren waarop dit merk betrekking heeft en daarmee geen onderscheidend vermogen. In de tweede plaats vormt de term geen geografische aanduiding en wordt er ook geen kenmerk dat inherent is aan het product beschreven. Tot slot zou ‘Hinterland’ het publiek niet misleiden aangezien dit woord geen concrete betekenis heeft. Verzoekster verzoekt bij het Gerecht om het bestreden besluit nietig te verklaren en de beslissing van de nietigheidsafdeling te bevestigen. Het EUIPO verzoekt dat de vorderingen worden afgewezen.

IEF 22254

ICE kledingmerk wordt doorgehaald wegens onvoldoende gebruik

EUIPO - OHIM 2 sep 2024, IEF 22254; R 307/2024-1 (Drifa ehf. tegen GILMAR S.P.A.), https://ie-forum.nl/artikelen/ice-kledingmerk-wordt-doorgehaald-wegens-onvoldoende-gebruik

KvB 2 september 2024, IEF 22254, IEFbe 3789; R 307/2024-1 (Drifa ehf. tegen GILMAR S.P.A.). Deze zaak draait om het ICE merk van GILMAR S.P.A. (hierna: Gilmar), dat als Uniemerk staat ingeschreven met betrekking tot de verkoop van tassen en kleding. In 2022 heeft Drifa ehf. (hierna: Drifa) het EUIPO verzocht om de registratie door te halen wegens niet-gebruik (non-usus), maar dit verzoek is afgewezen. Gilmar had namelijk 2000 pagina´s aan bewijs geleverd waaruit bleek dat zij haar merk in de afgelopen jaren voldoende had gebruikt. Drifa gaat in hoger beroep tegen deze beslissing. Zij voert aan dat het ICE merk niet is gebruikt, omdat Gilmar het merk alleen in combinatie met andere merken heeft gebruikt en ¨ice¨ in die gevallen niet los te onderscheiden was als merkaanduiding. Dat laatste zou daarnaast voortvloeien uit het feit dat het merk überhaupt maar weinig onderscheidend vermogen heeft. Bovendien stelt Drifa dat het gebruik door Gilmar in de gehele relevante periode maar zeer beperkt geweest.

IEF 22242

Merkaanvraag "ELTON" afgewezen wegens verwarringsgevaar met "ELON"

EUIPO - OHIM 19 aug 2024, IEF 22242; R 2553/2023-5 (Universal Brand Group tegen Elon Group AB), https://ie-forum.nl/artikelen/merkaanvraag-elton-afgewezen-wegens-verwarringsgevaar-met-elon

Kamer van Beroep EUIPO 19 augustus 2024; IEF 22242; R 2553/2023-5 (Universal Brand Group tegen Elon Group AB). Op 15 juni 2022 heeft Universal Brand Group Pty Limited (hierna: de aanvrager) een aanvraag ingediend voor de registratie van een figuurlijk merk, onder verwijzing naar de prioriteit van Zuid-Afrikaanse merken van april 2022. Dit merk omvatte onder meer software voor de intelligente bediening van verwarmingsapparaten en koffieapparaten (klasse 9 en 11). Elon Group AB (hierna: de opponent) diende een oppositie in tegen deze aanvraag, gebaseerd op haar Europese en Zweedse woordmerken "ELON". De oppositie was gericht tegen alle goederen waarvoor registratie was aangevraagd en was gebaseerd op artikel 8(1)(b) van de EUTMR, dat het verwarringsgevaar toetst. De opponent stelde dat er een kans op verwarring bestond tussen het aangevraagde merk "Elton" en het oudere merk "ELON", met name omdat beide merken sterk visueel en auditief overeenkwamen en identieke of soortgelijke goederen betrof. De aanvrager stelde dat de verschillen, vooral in het auditieve en conceptuele aspect, voldoende waren om een verwarring te voorkomen. In eerste instantie werd de oppositie deels gehonoreerd door de oppositieafdeling van het EUIPO.

IEF 22240

Uitspraak ingezonden door Hidde van der Kaaij & Willem Leppink, Ploum.

Geen uitputting: verkoop van parallelgeïmporteerde producten door Depo-Markt is onrechtmatig

Rechtbanken 4 sep 2024, IEF 22240; C/09/656699 / HA ZA 23-1014 (Duru Bulgur tegen Depo-Markt), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-uitputting-verkoop-van-parallelgeimporteerde-producten-door-depo-markt-is-onrechtmatig

Rb. Den Haag 4 september 2024, IEF 22240; C/09/656699 / HA ZA 23-1014 (Duru Bulgur tegen Depo-Markt). Duru Bulgur is een Turks levensmiddelenbedrijf en houdster van het Uniebeeldmerk met woordelement DURU. Haar producten worden geëxporteerd naar zowel EU-landen als landen buiten de EU. De verpakkingen van de producten voor de Turkse markt bevatten alleen productinformatie in het Turks, terwijl die voor de Europese markt zijn voorzien van informatie in verschillende Europese talen. Duru Bulgur procedeert tegen Depo-Markt, een groothandel in levensmiddelen en verpakkingen voor zowel ondernemingen als consumenten. Duru Bulgur is erachter gekomen dat twee van haar producten in de fysieke winkel van Depo-Markt in Den Haag onder andere in de Turkse variant worden verkocht. Zij heeft met toestemming van de voorzieningenrechter conservatoir bewijsbeslag en beslag tot afgifte gelegd onder Depo-Markt. Duru Bulgur vordert bij de rechtbank dat Depo-Markt wordt bevolen om de gehele voorraad van parallelgeïmporteerde producten te verstrekken aan Duru Bulgur en om iedere verdere verhandeling van dergelijke producten te staken. Ook vordert zij een verklaring voor recht dat Depo-Markt onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld en vordert zij opgave van de productie- en distributiekanalen van Depo-Markt ten aanzien van de producten in kwestie. Tot slot vordert Duru Bulgur een schadevergoeding voor het onrechtmatig handelen.

IEF 22237

Ingezonden door Edwin van der Velde & Paul Tjiam, Simmons & Simmons LLP.

Geen dwangsommen verbeurd door Prestige; executie door Coty is onrechtmatig

Rechtbanken 12 sep 2024, IEF 22237; ECLI:NL:RBAMS:2024:5723 (Prestige Perfumes B.V. tegen Coty Beauty Germany Gmbh), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-dwangsommen-verbeurd-door-prestige-executie-door-coty-is-onrechtmatig

Rb. Amsterdam 12 september 2024, IEF 22237; ECLI:NL:RBAMS:2024:5723 (Prestige Perfumes B.V. tegen Coty Beauty Germany Gmbh). Prestige houdt zich bezig met de wereldwijde handel in originele parfumflessen, waaronder parfumflessen van de merken waarvan Coty de houder is. In het verleden heeft rechtbank Den Haag geoordeeld dat Prestige de rechten van Coty heeft geschonden door een prijslijst te versturen aan een derde partij waarin demonstratiemodellen van de Coty-merken werden aangeboden, zonder dat op de prijslijst werd aangegeven of deze modellen op douanestatus T1 (buiten de EU) of douanestatus T0 (binnen de EU) werden geleverd [IEF 22053]. De uitspraak bracht mee dat Prestige inzage moest bieden aan Coty in de productie- en distributiekanalen van alle demonstratiemodellen die zij in de EU heeft aangeboden of verkregen. Coty heeft vervolgens een verzoekschrift ingediend voor het leggen van conservatoir bewijsbeslag ten laste van Prestige, dat door de voorzieningenrechter is toegewezen. Het bewijsbeslag vindt plaats op 26 juni 2024. Coty is van mening dat het bewijsbeslag onnodig traag is verlopen en dat er dwangsommen zijn verbeurd. Prestige is het daar niet mee eens en vordert in kort geding dat Coty wordt bevolen om haar executiemaatregelen te staken; ook vordert Prestige dat de in beslag genomen bescheiden aan Prestige worden geretourneerd. Coty vordert in reconventie dat haar advocaten afschriften van de in beslag genomen bescheiden ontvangen.

IEF 22231

‘Champagne’ mag gebruikt worden als kleuraanduiding voor kleding, ondanks beschermde oorsprongsbenaming

Rechtbanken 9 sep 2024, IEF 22231; ECLI:NL:RBDHA:2024:14332 (CIVC tegen Ferminadaza), https://ie-forum.nl/artikelen/champagne-mag-gebruikt-worden-als-kleuraanduiding-voor-kleding-ondanks-beschermde-oorsprongsbenaming

Rb. Den Haag 9 september 2024, IEF 22231; ECLI:NL:RBDHA:2024:14332 (CIVC tegen Ferminadaza). Het Comité interprofessionnel du vin de champagne (hierna: CIVC) is een bij Franse wet opgerichte instantie die de taak heeft om misbruik van de aanduiding ‘Champagne’ tegen te gaan. Champagne is een door de Europese Commissie beschermde regio in Noordoost-Frankrijk voor de productie van Champagne. Alleen de in die regio geproduceerde wijnen mogen onder deze naam worden aangeduid. Bovendien moet de productie voldoen aan het productdossier dat bij de oorsprongsbenaming staat geregistreerd. Ferminadaza is een dochteronderneming van de Amerikaanse rechtspersoon Cult Gaia LLC. Zij importeert en verhandelt kledingstukken, waaronder jurken, van Cult Gaia in de Europese Unie. Op 30 mei 2024 informeerde de Nederlandse douane het CIVC dat zij een zending jurken van Cult Gaia naar Ferminadaza had tegengehouden, omdat verschillende stickers op de verpakkingen en aan de labels van de jurken het woord Champagne vermeldden (als kleuraanduiding). Nadat Ferminadaza had voorgesteld het woord op zowel de verpakkingen als de labels te laten verwijderen, heeft CIVC de jurken vrijgegeven. Ferminadaza heeft zich echter niet bereid getoond om toe te zeggen dat zij vergelijkbaar gebruik van het woord in de toekomst zal nalaten. CIVC vordert daarom in kort geding dat Ferminadaza wordt veroordeeld om zich te onthouden van ieder toekomstig gebruik van het woord onder straffe van een dwangsom.

IEF 22230

Modeltekening voor bedieningspaneel van een kookfornuis is auteursrechtelijk beschermd, maar staat reproductie niet in de weg

Overig 8 jul 2024, IEF 22230; (AGA Rangemaster Group Limited tegen UK Innovations Group Limited en Michael Patrick McGinley), https://ie-forum.nl/artikelen/modeltekening-voor-bedieningspaneel-van-een-kookfornuis-is-auteursrechtelijk-beschermd-maar-staat-reproductie-niet-in-de-weg

High Court of Justice 8 juli 2024, IEF 22230, IEFbe 3782; [2024] EWHC 1727 (IPEC) (AGA Rangemaster Group Limited tegen UK Innovations Group Limited en Michael Patrick McGinley). De Britse rechter doet in deze zaak uitspraak over een geschil tussen AGA Rangemaster Group Limited (hierna: AGA) enerzijds en UK Innovations Group Limited en Michael Patrick McGinley (hierna: gedaagden) anderzijds. AGA is de fabrikant en verkoper van de populaire Britse AGA-kookfornuizen. Gedaagden specialiseren zich in de installatie en verkoop van elektronische kooksystemen, onder andere met betrekking tot AGA-fornuizen. Met andere woorden, zij refurbishen AGA-fornuizen zodat die op stroom kunnen werken en zij verkopen de aangepaste modellen vervolgens door aan derden. AGA heeft in beginsel geen bezwaar tegen deze praktijk. Echter, AGA stelt dat gedaagden te ver gaan in hun bewerkingen en in hun marketing, wat beide inbreuk zou maken op haar merkrechten. Ook stelt zij dat het door gedaagden geïnstalleerde bedieningspaneel in de AGA-fornuizen inbreuk maakt op het auteursrecht dat AGA heeft op een modeltekening van een van haar eigen fornuizen. Gedaagden zijn het niet met de stellingen eens.