Jurisprudentielunch octrooirecht: aanmelden kan vandaag nog
Hoe staat het ervoor met het octrooirecht in Nederland en het UPC? Tijdens de jurisprudentielunch op dinsdag 2 december brengen Willem Hoyng en Bart van den Broek (HOYNG ROKH MONEGIER) u in drie uur tijd volledig op de hoogte.
Besproken worden onder andere:
- Hof Den Haag 11 feb 2025, IEF 22539; ECLI:NL:GHDHA:2025:542 (Janssen Biotech tegen Samsung Bioepis)
- Rechtbank Den Haag 10 sep 2025, IEF 22925; ECLI:NL:RBDHA:2025:16766 (SB tegen Janssen)
- Hof Den Haag 14 jan 2025, IEF 22477; (Sandzo tegen Astellas)
- UPC-zaken als Kodak/Fujifilm, Belkin/Philips en SeoulViosys/Klein
Zoals altijd combineren we inhoud met comfort: een verzorgde lunch in het Olympisch Stadion in Amsterdam.
Uitspraak ingezonden door Tom Brohm, Dentons.
Ontvankelijkheid WAMCA-collectieve actie en aanwijzing exclusieve belangenbehartiger
Rb. Den Haag 26 november, IEF 23134; C/09/666989 (Stichting React tegen Sara Mart c.s.). De Rechtbank Den Haag behandelt in dit vonnis alleen de ontvankelijkheid van Stichting Namaakbestrijding React in een WAMCA-collectieve actie tegen Sara Mart c.s. (Sara Mart HK, Sara Mart China, Sara Mart UK en Doop Tech). Stichting React treedt op voor (met name) de leden van Coöperatie SNB-REACT, veelal grote merkhouders. Zij stelt dat via het “Sara Mart Platform” (de websites saramart.eu, saramart.pl/nl-NL/, hacoo.pl/nl-NL/ en de apps SARAMART en “Hacoo – sara lower price mart”) op grote schaal namaakgoederen worden aangeboden en aangeprezen, onder meer via influencers en social media. In de hoofdzaak vordert zij onder meer verklaringen voor recht dat merkinbreuk en onrechtmatig handelen worden gepleegd, vergaande stakings- en recallbevelen, maatregelen tegen “blurring”, hidden links en dark patterns, en schadevergoeding en proceskosten op IE-grondslag.
Uitspraak ingezonden door Bartosz Sujecki, Van Diepen Van der Kroef Advocaten.
EBS/Belplast: geldig dakvoetprofiel en modelinbreuk op het Wienerberger-profiel
Hof Arnhem-Leeuwarden 18 november 2025, IEF 23133; ECLI:NL:GHARL:2025:7442 (EBS tegen Belplast c.s.). European Building Supply B.V. (EBS) heeft een ingeschreven model voor een kunststof dakvoetprofiel (model nr. 30 610-01) en stelt dat verschillende vennootschappen uit de Belplast-groep inbreuk maken op dat model met het zogeheten Wienerberger-dakvoetprofiel. In eerste aanleg worden de vorderingen van EBS afgewezen [IEF 22402], waarna EBS in hoger beroep gaat bij het hof Arnhem-Leeuwarden. Het hof beoordeelt eerst de geldigheid van het model en oordeelt dat het dakvoetprofiel een zelfstandig voortbrengsel is (dus geen onderdeel van een samengesteld voortbrengsel), dat niet volledig technisch is bepaald en dat er voldoende vormgevingsvrijheid overblijft. Vergeleken met het bestaande vormgevingserfgoed heeft het model een eigen karakter en wekt het bij de geïnformeerde gebruiker een andere algemene indruk, zodat het ingeschreven model van EBS geldig is.
Ebba Hoogenraad spreekt tijdens het Nationaal Reclamerechtcongres 2025
Op donderdag 11 december 2025 vindt het Nationaal Reclamerechtcongres plaats in Hotel Jakarta, Amsterdam. Tijdens deze jaarlijkse bijeenkomst worden de belangrijkste ontwikkelingen in het reclamerecht besproken.
Dagvoorzitter Ebba Hoogenraad (Hoogenraad & Haak) opent het congres met haar jaarlijkse overzicht van hot topics & greatest hits. Zij bespreekt onder meer:
- Update duurzaamheid;
- Medische claims bij food: een antwoord?
- De strijd over vegetarische vleesbenamingen
- Fright nights en andere goede smaak-perikelen
Het programma van het Nationaal Reclamerechtcongres biedt een combinatie van actualiteiten, praktijkinzichten en ruimte voor discussie. Hét event voor juristen, advocaten, beleidsmakers en toezichthouders die zich bezighouden met reclame. U kunt zich deze week nog aanmelden.
Uitspraak ingezonden door Mathijs Peijnenburg, Hoogenraad & Haak.
Fruugo geen verkoper: geen eigen merkgebruik en bescherming onder de hosting-exceptie
Hof Den Haag 25 november, IEF 23126; C/09/622304 (Audi en Volkswagen tegen Fruugo). Het arrest betreft een geschil waarin Audi en Volkswagen Fruugo aanspreken wegens merkinbreuk en onrechtmatig handelen. Op de niet-hybride online marktplaats fruugo.nl worden alleen producten van derde verkopers aangeboden; Fruugo verkoopt zelf niets. Derde verkopers voeren de productinformatie (incl. merken en zoekwoorden) in, die Fruugo vervolgens automatisch opslaat, vertaalt en doorstuurt naar onder meer Google Shopping. Via het platform zijn inbreukmakende producten op de merken van Audi en Volkswagen aangeboden en verkocht, die na sommatie door Fruugo zijn verwijderd. Audi en Volkswagen stellen primair dat Fruugo zélf merkinbreuk pleegt (via advertenties en de productpagina’s op Fruugo) en subsidiair dat Fruugo onrechtmatig handelt door inbreuk door derden te faciliteren en zich ten onrechte op de hosting-exceptie te beroepen.
Geen sprake van auteursrechtinbreuk in tijdschrift over klassieke auto's
Rb. Midden-Nederland 22 oktober 2025, IEF 23125; ECLI:NL:RBMNE:2025:6129 ([eiseres] tegen [gedaagde]). [eiseres] geeft in Nederland twaalf keer per jaar een tijdschrift over klassieke auto’s uit. [gedaagde] gaf ook een tijdschrift over klassieke auto’s uit, dat zes keer per jaar in Zwitserland verschijnt. [eiseres] leverde sinds 2010 redactioneel materiaal en DTP-diensten aan [gedaagde]. Na een ruzie is de samenwerking geëindigd. [gedaagde] heeft hierna nog wel foto's gebruikt. Volgens [eiseres] heeft [gedaagde] de overeenkomst onregelmatig opgezegd door geen opzegtermijn te hanteren. Ook stelt [eiseres] zich op het standpunt dat [gedaagde] inbreuk maakt op het auteursrecht op redactionele artikelen en foto’s van [eiseres], door deze na opzegging van de overeenkomst voor het tijdschrift (digitaal) te gebruiken.
Aanhouding in incident wegens prejudiciële vragen
Hof Den Haag 18 november 2025, IEF 23124; ECLI:NL:GHDHA:2025:2390 (MHCS c.s. en [geïntimeerde]). MHCS c.s., onderdeel van de LVMH-groep en merkhouder van onder meer Hennessy en Moët & Chandon, heeft [geïntimeerde], een logistiek dienstverlener voor onder meer de Van Caem Klerks Groep, in een bodemprocedure aangesproken wegens het faciliteren van merkinbreuk op hun merken. De rechtbank had [geïntimeerde] in die zaak verplicht opgave te doen van onder meer de door haar gefaciliteerde handel in gedecodeerde LVMH-producten met douanestatus T2. In deze zaak zijn prejudiciële vragen gesteld [IEF 22882].
Uitspraak ingezonden door Edwin van der Velde en Paul Tijam, Simmons & Simmons LLP.
Geen inzage in beslagen documenten Coty: merkinbreuk onvoldoende onderbouwd
Rb. 19 november 2025, IEF 23123; ECLI:NL:RBDHA:2025:21744 (Coty tegen Prestige). Prestige Parfums B.V. (hierna: Prestige) houdt zich bezig met de wereldwijde handel in originele parfumflessen, waaronder parfumflessen van merken die beheerd worden door Coty Beauty Germany GmbH (hierna: Coty). In een eerdere bodemprocedure heeft de rechtbank geoordeeld dat Prestige met de vastgestelde verkoop en levering van producten geen merkinbreuk heeft gemaakt. Het betrof goederen met douanestatus T1 (transitgoederen) en de leveringen impliceerden in dit geval niet noodzakelijkerwijs dat deze goederen in het vrij verkeer van goederen van de Unie zouden worden gebracht. De rechtbank heeft geoordeeld dat Prestige met het aanbieden van de demonstratiemodellen op de aanbiedingenlijst, zonder vermelding dat het om goederen met de douanestatus T1 ging, wel merkinbreuk heeft gemaakt. Prestige is bevolen opgave te doen van gegevens met betrekking tot de demonstratiemodellen met de Coty Merken [IEF 22053]. Dit leidde tot een eerder 843a-kortgeding tussen Coty en Prestige (eerste aanleg IEF 22237; hoger beroep IEF 22862), nu wijst de rechtbank het vonnis in de 843a-bodemzaak. Coty vordert inzage om zo de omvang van de inbreuk vast te stellen en verdere inbreuken tegen te houden door de voormannen van Prestige aan te spreken. Prestige voert gemotiveerd verweer, volgens haar is niet aan de vereisten uit artikel 843a Rv voldaan.
Met korting naar het IE diner 2026
Komt u ook naar het IE-diner op donderdag 29 januari 2026? We werken dit jaar met vroegboekkorting. Als u zich aanmeldt vóór 15 december krijgt u €50 korting.
Prejudiciële vragen gesteld over collectief beheer van auteursrechten voor uitvoerende kunstenaars
Prejudiciële vragen gesteld aan HvJEU 9 september 2025, IEF 23117; IEFbe 4041; C-601/25 (SAWP) via MinBuza. Stowarzyszenie Artystów Wykonawców SAWP (hierna: verzoeker) is een organisatie voor het collectief beheer van auteursrechten van uitvoerende kustenaars. Zij vraagt informatie op bij verweerder, een kabeltelevisie-exploitant, over welke uitzendingen met muzikale werken zij heeft uitgezonden en hoeveel daar aan verdiend is. E. spółka z ograniczoną odpowiedzialnością (hierna: verweerster) stelt dat zij geen informatie hoeft te delen, omdat zo een verzoek verband moet houden met een daadwerkelijke aanspraak op een schadevordering die voortvloeit uit een inbreuk op het auteursrecht. Verweerster exploiteert alleen audiovisuele werken waarvan de rechten aan de producenten toebehoren, en niet aan de uitvoerende kustenaars. Er kan dus geen schadevordering voortvloeien uit dit informatieverzoek. De Poolse rechter vraagt of het nationale kader in overeenstemming is met richtlijn 2014/26 en richtlijn 2004/48.