IEF 22191
16 augustus 2024
Uitspraak

Inbreuk op auteursrecht op haakpatronen

 
IEF 22189
15 augustus 2024
Uitspraak

Rechter werpt licht op de licentieovereenkomst tussen EIC c.s. en Reflexy c.s.

 
IEF 22190
15 augustus 2024
Uitspraak

Restaurants gaan de strijd aan: rechter constateert verwarrende handelsnaam

 
IEF 6068

Kunst in voorrraad

kh.gifRechtbank Amsterdam, 24 april 2008, KG ZA 08-551 NB/MB, Klashorst tegen Van de Kerkhof c.s. (met dank aan Michiel Ellens, Teurlings & Ellens Advocaten).

Stukgelopen samenwerking met IE-componenten. Handelsnaam, domeinnamen, rectificatie. 

Schilder Peter Klashorst en Willy van de Kerkhof c.s hebben, kort gezegd, een samenwerkingsverband, waarbij Klashorst de kunst produceert en Van de Kerkhof c.s. het geld en de website regelen. Beide partijen hebben inmiddels twijfels over elkaars prestaties. Klashorst beschuldigt Van de Kerkhof van oplichting, Van de Kerkhof eist in reconventie rectificatie van een artikel in de Telegraaf (‘kunstrel rond Willy van de Kerkhof’). De rectificatie wordt afgewezen en Van de Kerkhof c.s. dienen rekening en verantwoording af te leggen over de periode van de samenwerking. Een samenvatting in IE-citaten:

“5.2. Niet valt in te zien dat als de vorderingen van Klashorst zouden worden toegewezen sprake is van 'onomkeerbare voorzieningen', die zich om die reden niet zouden lenen voor een voorziening in kort geding, zoals Van de Kerkhof c.s. verder heeft aangevoerd. Overgedragen domeinnamen kunnen bijvoorbeeld weer worden teruggeleverd, gestaakte werkzaamheden weer worden opgepakt, administratieve overzichten naderhand worden aangevuld enlof gewijzigd en voorschotten worden terugbetaald.

(…) 5.4. Klashorst heeft in de eerste plaats gevorderd dat Van de Kerkhof c.s. wordt geboden inbreuk op de handelsnaam Peter Klashorst te staken en gestaakt te houden en dat gedaagden wordt verboden om nog langer managementactiviteiten voor Klashorst te verrichten. Voor zover Van de Kerkhof c.s. de naam Peter Klashorst als handelsnaam voert, gebeurt dat alleen in het kader van de verkoop van de reeds aan hem geleverde schilderijen van Klashorst, via de website peterklashorst.com. Klashorst heeft niet betwist dat hij destijds met het ontwikkelen van de website met deze naam door Van de Kerkhof c.s. heeft ingestemd en dat hij er geen bezwaar tegen heeft dat de in voorraad zijnde schilderijen alsnog door gedaagden zouden worden verkocht, mits hij zelf zijn werk ook kan promoten en verkopen en hij een deel van de opbrengst ontvangt. Onder deze omstandigheden bestaat geen grond om gedaagden te verbieden de (handels-)naam Peter Klashorst te gebruiken. Voor het toewijzen van een verbod om nog verder managementactiviteiten te verrichten bestaat evenmin enige grond, nu van de Kerkhof c.s. uitdrukkelijk hebben verklaard dat niet (langer) te doen, behalve voor zover dit inhoudt het verkopen van de nog in voorraad zijnde kunstwerken. Daarbij wordt er vanuit gegaan dat gedaagden wanneer zij voor andere zaken worden benaderd over Klashorst, de betrokkenen rechtstreeks naar Klashorst zullen verwijzen en geen mededelingen in het kader van zijn management namens hem (meer) zullen doen.

(…)5.6. Tussen partijen is niet in geschil dat de website peterklashorst.com met instemming van Klashorst is ontwikkeld door Power to the Pixels en dat deze B.V. daarin heeft geïnvesteerd. Thans is dan ook geen grondslag aanwezig om Power to the Pixels te verplichten tot overdracht van deze domeinnaam aan Klashorst, zonder dat daar een passende vergoeding tegenover staat, zoals Power to the Pixels terecht heeft aangevoerd. De vorderingen onder C en D zullen daarom worden afgewezen.

(…) 6.1. Van de Kerkhof heeft rectificatie gevorderd van het onder 2.2 1 aangehaalde artikel in De Telegraaf. Klashorst heeft aangevoerd geen gesprek met een journalist van De Telegraaf te hebben gehad - hij is in de publicatie ook niet letterlijk geciteerd - en heeft het vermoeden geuit dat de schrijver van het artikel zijn informatie uit de conceptdagvaarding heeft gehaald, die voor de pers ter inzage lag. Niet valt uit te sluiten dat dit inderdaad het geval is geweest en dat de desbetreffende journalist de tekst uit de dagvaarding in zijn eigen woorden heeft 'vertaald'. Onder deze omstandigheden bestaat geen rechtsgrond op basis waarvan Klashorst gehouden zou zijn tot rectificatie of verboden zou moeten worden zich nog onrechtmatig uit te laten over Van de Kerkhof. Daar komt nog bij dat Van de Kerkhof in het artikel uitgebreid weerwoord heeft kunnen geven en van die gelegenheid ook gebruik heeft gemaakt. Dat Van de Kerkhof door de publicatie door toedoen van Klashorst schade heeft geleden is voorshands dan ook niet aannemelijk, laat staan dat deze betaling van een voorschot van € 100.000,- zou rechtvaardigen. De vorderingen in reconventie zullen dan ook worden afgewezen."

Lees het vonnis hier.

IEF 6051

Elektronisch communiceren toegestaan

Verordening (EG) Nr. 355/2008 can de commissie van 21 april 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1239/95 wat betreft het gebruik van elektronische communicatiemiddelen bij de procedures voor het Communautair Bureau voor plantenrassen.

Uit de overwegingen:

(1) De voorschriften van Verordening (EG) nr. 1239/95 van de Commissie van 31 mei 1995 houdende voorschriften ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 2100/94 van de Raad, betreffende de procedures voor het Communautair Bureau voor Plantenrassen (2) dienen te worden vereenvoudigd, met name door het gebruik van elektronische communicatiemiddelen toe te staan.

(2) Het is wenselijk om zowel de indiening van aanvragen, bezwaarschriften en beroepen als de betekening van stukken door het Communautair Bureau voor plantenrassen („het Bureau”) te vereenvoudigen door het gebruik van elektronische communicatiemiddelen toe te staan. Bovendien moet het Bureau de mogelijkheid worden geboden om certificaten voor communautaire kwekersrechten in elektronische vorm af te geven. De bekendmaking van informatie betreffende communautaire kwekersrechten dient eveneens met behulp van elektronische middelen mogelijk te worden gemaakt. Ten slotte moet — met het oog op een grotere efficiëntie — de elektronische archivering van dossiers betreffende procedures worden toegestaan.
(3) De voorzitter van het Bureau moet de bevoegdheid worden verleend om alle noodzakelijke voorschriften ten aanzien van het gebruik van elektronische middelen voor communicatie of archivering vast te stellen.
(4) Verordening (EG) nr. 1239/95 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

Lees de verordening hier

IEF 6049

Aanmelden en Route

De teller van de IEForum.nl Wereld IE Dag Borrel 1912 de staat nu op ongeveer 175 bezoekers. Even ter geruststelling van enkele aanmelders: het is gratis en laat aanmelden heeft geen consequenties, er hoeven tenslotte geen cursusmappen en handouts bijgedrukt te worden (hooguit wat extra pralines bestellen).

Voor wie niet bekend is in (de binnenstad) van Amsterdam is een routebeschrijving wellicht van belang. Let op: het adres is Keizersgracht 555, de ingang is om de hoek in de Nieuwe Spiegelstraat en bezoekers van de borrel kunnen niet parkeren in de de parkeergarage van Lovells.

Laat aanmelden kan hier. Routebeschrijving hier. Beluister W.C. Handy’s  Memphis Blues (1912) hier.

IEF 6048

Met dank aan de hulppersoon

VDO dayton map.jpgRechtbank ’s-Gravenhage, HA ZA 07-1198, 16 april 2008, Siemens VDO Trading GmbH c.s. tegen Kryezi

Inbreuk op merkenrecht, auteursrecht en databankenrecht. Verkoop van wegenkaartensoftware via o.a. marktplaats.nl.

Eiseres Siemens brengt autonavigatiesystemen en bijbehorende cd-rom’s op de markt onder de naam VDO. Gedaagde Kryezi heeft op o.a. de website marktplaats.nl diverse malen VDO cd-rom’s (wegenkaarten) aangeboden onder de naam Peter Hartog. Om de inbreuk te kunnen bewijzen heeft Siemens een hulppersoon ingeschakeld die onder de naam J. Stam via e-mail contact heeft opgenomen met de aanbieder. Deze hulppersoon van Siemens heeft vervolgens een cd-rom besteld en geld overgemaakt naar de opgegeven bankrekening van de aanbieder.

Volgens de rechtbank staat vast dat het in de e-mail overeengekomen bedrag door de hulppersoon van Siemens is overgemaakt naar de bankrekening van Kryezi en dat Kryezi het bedrag heeft ontvangen en behouden. Tevens blijkt uit de e-mail dat Kryezi spreekt over het branden van een cd, zodat de rechtbank aanneemt dat het hier om een kopie van de software gaat.

Kryezi stelt dat hij originele cd-rom’s slechts eenmaal heeft aangeboden op tweedehands.nl en dat hij daarvoor het geld heeft ontvangen. De rechtbank acht dit niet geloofwaardig. “Vast staat immers dat het bedrag is betaald door de hulppersoon van Siemens. Zonder nadere toelichting - die ontbreekt -, valt niet in te zien waarom Siemens iemand zou inschakelen om onder een valse naam via de website tweedehands.nl een originele cd-rom van een Siemens product te bestellen bij iemand die daarvoor slechts eenmaal adverteert.”

De rechtbank oordeelt dat sprake is van inbreuk op het databankenrecht en auteursrecht van Siemens. Tevens staat vast de inbreuk op het Gemeenschapsmerk VDO op grond van art. 9 lid 1 sub a GMV. De rechtbank passeert het verweer van Kryezi dat niet Siemens maar Siemens Automotive AG houder is van het merk VDO. Siemens beschikt immers over een power of attorney waaruit genoegzaam blijkt dat Siemens is gemachtigd om op eigen naam het Gemeenschapsmerk te handhaven en Siemens Automotive AG te vertegenwoordigen in deze procedure.

De vorderingen van Siemens worden grotendeels toegewezen. De rechtbank ziet echter geen grond voor opgave van gegevens betreffende leveranciers en afnemers, omdat niet kan worden aangenomen dat de handel van Kryezi meer omvatte dan het aanbieden en verkopen van door hemzelf vervaardigde kopieen van Siemens-producten aan consumenten.

Kryezi is veroordeeld in de proceskosten ad € 9.193,48. De rechtbank zag geen aanleiding deze te matigen vanwege het enkele feit dat Kryezi procedeert op basis van een toevoeging.

Lees het vonnis hier.

IEF 6047

Een intentieverklaring getekend

Een beetje in aansluiting op de discussie in de NRC (zie hieronder, IEF 6045): Persbericht FOBID (het nationale samenwerkingsverband van de landelijke bibliotheekorganisaties en Stichting Auteursrechtbelangen, namens de organisaties van auteurs, uitvoerende kunstenaars, producenten, omroep en uitgevers).

“Eén loket voor digitaliseringprojecten bibliotheken. Op 22 april 2008 is tijdens de eerste manifestatie van Amsterdam Wereldboekenstad door de Nederlandse bibliotheken en de Nederlandse organisaties van auteursrechthebbenden een intentieverklaring getekend over samenwerking bij de digitalisering van collecties van bibliotheken, archieven en musea.

Organisaties van makers, uitvoerende kunstenaars, uitgevers en producenten gaan meewerken aan het digitaliseren van auteursrechtelijk beschermd werk in bibliotheken, voor zover dat cultureel van belang is en voor zover dat mogelijk is zonder economische schade toe te brengen aan rechthebbenden. Partijen streven naar brede beschikbaarstelling van informatie als daar praktisch geen bezwaren tegen bestaan. Als er wel bezwaren (lijken te) zijn, wordt in elk geval beschikbaarstelling on site (dat wil zeggen via het interne netwerk van de betreffende instelling) mogelijk gemaakt. Partijen zullen samen onderzoeken welke problemen zij tegenkomen en hoe zij die moeten oplossen.

De intentieverklaring houdt in dat bibliotheken hun collecties kunnen gaan digitaliseren, mits zij daarover per project overeenstemming bereiken met de desbetreffende organisaties van rechthebbenden over de voor dat project benodigde regelingen. Stichting Auteursrechtbelangen en ‘VOICE’, de nieuwe branchevereniging voor collectieve beheersorganisaties, zorgen voor één loket dat bibliotheken en archieven kan adviseren en kan helpen bij het treffen van benodigde regelingen met Nederlandse rechthebbenden. Zij willen ook een pragmatische oplossing bieden voor de zogenaamde verweesde werken (werken waarvan de rechthebbende niet te achterhalen zijn). Het akkoord voorziet in een gestructureerd gezamenlijk overleg, waarbij per project afspraken worden gemaakt over de werken die gedigitaliseerd mogen worden, de manier waarop die werken vervolgens beschikbaar mogen worden gemaakt en de eventuele vergoeding die daarvoor moet worden betaald.

FOBID en Stichting Auteursrechtbelangen hebben verschillende vertrekpunten en volgen de internationale discussies over dit thema*, maar kiezen voor een pragmatische aanpak, die enerzijds voorkomt dat reële belangen van rechthebbenden worden geschaad, terwijl anderzijds wordt voorkomen dat onnodig hoge kosten moeten worden gemaakt om rechthebbenden te achterhalen.

Amsterdam 22 april 2008

(* Die discussies worden onder meer gevoerd in het kader van het besluit van de Europese Commissie om binnen enkele jaren te komen tot een Europese Digitale Bibliotheek (https://ec.europa.eu/information_society/activities/digital_libraries/index_en.htm); Als referentiepunt voor het te voeren overleg hanteert FOBID de ‘bouwstenen’ die geformuleerd zijn door de Juridische Commissie van FOBID in de notitie ‘Copyright and the Digitasation of Library Materials’ (https://www.fobid.nl/); Stichting Auteursrechtbelangen hanteert als referentiepunt voor het te voeren overleg zijn ‘Beleidsplan inzake digitale ontsluiting cultureel erfgoed’ (https://www.auteursrecht.nl/auteursrecht/pagina.asp?pagnaam=nieuws).

IEF 6045

Het recht heeft om gelezen te worden

Twee reacties in de NRC op dit door twee KB directeuren geschreven artikel ‘Auteurswet nekt de digitale bibliotheek.’

1- Arnoud Vrolijk, conservator UBL: Auteursrecht is er niet voor niets. Sommige rechten kosten gewoon wat. Laat auteur snel van zijn recht afstand doen

“Bossenbroek en Jansen stellen dat een auteur vóór alles het recht heeft om gelezen te worden. Het Nederlands recht kent iets dergelijks echter niet. We moeten aannemen dat ze dit zelf bedacht hebben. Sterker nog, ze plaatsen dit boven het geldend recht. Als een dergelijk principe stand zou houden zou het mogelijk moeten zijn om iemands auto te stelen met het oog op diens gezondheid: lopen is immers goed voor je. Ook kijken ze niet naar de intellectuele eigendom in bredere zin: beeldende kunstenaars en musici hebben ook een auteursrecht en oefenen dit ook uit via stichtingen als Beeldrecht en Buma/Stemra. Moet hun recht dan ook ingeperkt worden, of alleen dat van schrijvers? Zo niet, dan zou er rechtsongelijkheid bestaan.

(…) Ook menen Bossenbroek en Jansen dat er een ‘immens zwart gat’ zal ontstaan in de digitale bibliotheek als hun ideeën over het auteursrecht niet nagevolgd worden. De hele twintigste-eeuwse literatuur zal een ‘missing link’ worden. Dit is een logische en rekenkundige fout: boeken uit de twintigste eeuw zullen immers niet voor altijd ontbreken. De auteurs zelf geven toe dat alle werken van vóór 1937 rechtenvrij zijn. Dit betekent niets anders dan dat de literatuur uit 1938 in 2009 beschikbaar komt, enzovoort. Op den duur komt alles heus wel beschikbaar, men moet alleen geduld hebben. Bovendien is er niets wat de Koninklijke Bibliotheek verhindert om nu al recente boeken te scannen. Ze mogen dit alleen niet publiceren.

Door het negeren van de politieke, juridische, rekenkundige, logische en intellectuele aspecten lijkt het ‘immense zwarte gat’ niet zozeer in de digitale bibliotheek te zitten als wel in het artikel van de beide auteurs.”

Lees het artikel van Vrolijk hier.

2-  Ewoud Sanders, medewerker NRC: Laat auteur snel van zijn recht afstand doen. Open een register op internet waarin auteurs kunnen aangeven dat zij akkoord gaan met digitalisering van hun werk.

“Daarom heb ik nog een andere suggestie: bied hedendaagse publicisten de mogelijkheid aan om via een formulier op internet kenbaar te maken dat zij geen bezwaar hebben tegen digitalisering van hun werk. Je zou kunnen denken aan een database waarin je verschillende opties kunt aanklikken. Bijvoorbeeld: hierbij geef ik toestemming om al mijn boeken die niet meer in de boekhandel verkrijgbaar zijn, digitaal te ontsluiten. Of: al mijn werk (boeken, artikelen, enzovoorts) dat ouder is dan tien jaar, mag bij een officiële erfgoedinstelling digitaal worden ontsloten.”

Lees het artikel van Sanders hier.

IEF 6044

Lord Hoffmann flirt met EOB in Lundbeck/Generics UK uitspraak

Remco de Ranitz (De Ranitz Advocatuur, ) en Otto Swens (Vondst Advocaten, )

Op 10 april jl. heeft de Court of Appeal in Engeland uitspraak gedaan in het lang verwachte hoger beroep in de zaak Lundbeck tegen Generics UK. De uitspraak is een feest voor elke voorstander van meer harmonisatie op octrooirecht in Europa, want de rechters, met name Lord Hoffmann, hebben de zaak aangegrepen om het – tot dusver altijd vrij eigenzinnige - Engelse octrooirecht dichter bij het EOB / continentale octrooirecht te brengen. Een uitvoerige bespreking van de uitspraak volgt later in de IER. Vanwege de actualiteit vast een kort voorproefje.

De zaak betrof de geldigheid van een octrooi van Lundbeck op escitalopram (een SSRI anti-depressivum). De rechter in de eerste aanleg hanteerde bij zijn beoordeling van de inventiviteit en de nawerkbaarheid de ‘standaard’ Engelse benadering die afwijkt van de EOB / continentale benadering. In het kader van de inventiviteit bekeek hij of het voor de vakman voor de hand lag om het onderzoek te doen dat tot de oplossing in het octrooi leidde (‘obvious to try’). In Europa zou dat echter nog geen reden zijn om gebrek aan inventiviteit aan te nemen. Daarvan is ‘bij ons’ slechts sprake als het onderzoek dat tot de oplossing leidt voor de vakman ‘obvious to try’ is ‘with a reasonable expectation of success”. Terzake de (niet) nawerkbaarheid, oordeelde de rechter, onder verwijzing naar de Engelse uitspraak Biogen / Medeva uit 1997 (overigens ook van Lord Hoffmann), dat als een octrooihouder een product claimt, terwijl de ‘eigenlijke’ uitvinding is gelegen in het feit dat hij een (of, zoals in het geval van Lundbeck: twee) methode heeft uitgevonden om een product te maken (dat tot dan toe nog niet was gemaakt en in die zin dus ook nog niet bestond), de beschermingsomvang van het octrooi ten onrechte het resultaat an sich omvat, dus: het (eind)product, ook als het op andere manieren wordt gemaakt. Dan krijgt de octrooihouder, in dit geval Lundbeck, volgens de Engelse rechter meer dan waar hij recht op heeft, omdat het octrooi die andere manieren niet beschrijft. En dus is de uitvinding niet nawerkbaar Ook dit wijkt af van de Europese benadering. In Europa beschermt een productconclusie gewoon het product, ook als de ‘eigenlijke’ uitvinding is gelegen in het feit dat de octrooihouder een manier heeft gevonden om het product te maken. Een dergelijke conclusie is dus nawerkbaar zodra de octrooihouder tenminste één manier beschrijft om dat product te maken. 

De Court of Appeal deelt de visie van de rechter in eerste aanleg niet. In de appeluitspraak, die met name op het conto van Lord Hoffmann komt, is een duidelijke beweging te zien naar de benadering EOB / continentale benadering. Lord Hoffmann legt eerst uit dat de rechter in eerste aanleg de Biogen / Medeva uitspraak te breed toepast. In het octrooi in die zaak werd een klasse producten geclaimd, dus: meerdere producten, terwijl de octrooihouder niet voor al die producten een nawerkbare beschrijving in het octrooi had opgenomen. Dat is volgens Lord Hoffmann iets anders dan in het Lundbeck octrooi, waarin de conclusie zich richt op slechts één product. In dat geval is het octrooi nawerkbaar, zodra het één manier beschrijft om dat product te maken. Lord Hoffmann voegt hier aan toe dat het onjuist is om via de nawerkbaarheid een correctie toe te passen op octrooien waarin een product wordt geclaimd, terwijl de ‘echte’ uitvinding niet zozeer het product is, maar het feit dát de octrooihouder een manier heeft gevonden om het product te maken. Volgens Lord Hoffmann is ook het uitgangspunt dat de octrooihouder niet meer mag krijgen dan wat hij heeft bijgedragen aan de stand van de techniek niet alles bepalend. Hierbij wijst Lord Hoffmann op diverse EOB rechtspraak, waarvan hij stelt “which we have always regarded as carrying great weight”!

Interessant is ook met name dat de Court of Appeal de Engelse inventiviteitsbeoordeling dichter bij de ‘Europese’ benadering brengt. Lord Hoffmann overweegt dat ‘obvious to try’ niet voldoende is om gebrek aan inventiviteit aan te nemen en Lord Jacob onderschrijft dit: “It is not enough that an experiment revealing an invention would have been short and simple. There has to be a reason why the skilled man would have carried it out. Normally that would require at least an expectation that something might come out of it. Otherwise, short and simple though it would have been, doing the experiment would have been pointless.” Dit gaat de richting op van de EOB benadering ‘obvious to try with a reasonable expectation of success’!

Wij wijzen er nog op dat begin mei bij de House of Lords – met Lord Hoffmann - de zaak Conor / Angiotech dient, waarin ook de discussie over de Engelse benadering van inventiviteit versus de EOB / continentale benadering centraal staat. Wordt dus vervolgd.

Lees het Britse arrest hier,

(Remco de Ranitz en Otto Swens vertegenwoordigen Angiotech in Nederlandse octrooiprocedures).

IEF 6043

Wereld Boek en Auteursrechtdag

wbcd.bmpEven voor de goede orde, De Wereld IE Dag borrel is pas morgen, en zaterdag, 26 april,  is het pas officieel Wereld IE Dag, geïnitieerd door WIPO, maar vandaag, 23 april, is het (verwarring is nu eenmaal het centrale IE-begrip) wel Wereld Boek en Auteursrechtdag, geïnitieerd door Unesco. En de Amsterdam Wereldboekenstad festiviteiten van deze week fietsen daar weer een beetje tussendoor.

“World Book and Copyright Day. By celebrating this Day throughout the world, UNESCO seeks to promote reading, publishing and the protection of intellectual property through copyright.  
23 April: a symbolic date for world literature for on this date and in the same year of 1616, Cervantes, Shakespeare and Inca Garcilaso de la Vega all died. It is also the date of birth or death of other prominent authors such as Maurice Druon, K.Laxness, Vladimir Nabokov, Josep Pla and Manuel Mejía Vallejo. It was a natural choice for UNESCO's General Conference to pay a world-wide tribute to books and authors on this date, encouraging everyone, and in particular young people, to discover the pleasure of reading and gain a renewed respect for the irreplaceable contributions of those who have furthered the social and cultural progress of humanity.”

Lees hier meer. Amsterdam Wereldboekenstad hier.