IEF 22162
29 juli 2024
Uitspraak

Gebruik IGLOO-merken door oud-distributeur is toegestaan voor de verkoop van opgebouwde voorraad

 
IEF 22161
29 juli 2024
Uitspraak

Ziggo is niet langer vergoedingen verschuldigd voor de uitzending van fonogrammen op televisie

 
IEF 22160
29 juli 2024
Uitspraak

Rhedelijk Cultureel maakt inbreuk op auteursrechten fotografe

 
IEF 16826

Bijdrage ingezonden door gespreksleider Dirk Visser, IE-Zomerforum, Universiteit Leiden, Visser Schaap & Kreijger.

Dirk Visser - Sieraden kunnen verwateren

#IEzomerforum, 13juli2017.  Via Mr-Online: Als de verkoper van een succesvol ontwerp niet voldoende zijn best doet om namaak van de markt te houden, kan die vormgeving zo gebruikelijk worden dat hij er niet meer op grond van ‘slaafse nabootsing’ bezwaar tegen kan maken. Dit besliste de Hoge Raad op 19 mei 2017 in een zaak over ‘slaafse nabootsing’ van sieraden (ECLI:NL:HR:2017:938, (All Round/Simstars)).

‘Mi Moneda’ is een sieradenlijn die bestaat uit een hanger en daarvoor geschikte munten. De hanger bestaat uit twee door een scharnier verbonden delen en kan worden geopend om er een verwisselbare munt in te plaatsen. Onder de naam ‘Nikki Lissoni’ werd een sterk gelijkend sieradenlijn op de markt gebracht. Mi Moneda maakte daar bezwaar tegen. Lees verder

IEF 16825

Geen proceskostenvergoeding voor Martinelli Luce nu vorderingen al zijn toegezegd in onthoudingsverklaring

Rechtbank Noord-Holland 17 mei 2017, IEF 16825; ECLI:NL:RBNHO:2017:4377 (Martinelli Luce tegen 4udesigned), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-proceskostenvergoeding-voor-martinelli-luce-nu-vorderingen-al-zijn-toegezegd-in-onthoudingsverk

Rechtbank Noord-Holland 17 mei 2017, IEF 16825; ECLI:NL:RBNHO:2017:4377 (Martinelli Luce tegen 4udesigned) Auteursrecht. Luce is producent van Pipistrello. 4Udesigned heeft 'Batman'-lampen ingekocht en aangeboden onder de naam Pipi waarbij werd vermeld: 'naar een bekend ontwerp, maar net even anders'. Martinelli Luce stelt dat sprake is van auteursrechtelijke inbreuk op de lamp ‘Pipistrello’. De vordering tot verbod op inbreuk wordt afgewezen in verband met gebrek aan belang omdat reeds een onthoudingsverklaring is getekend. De rechtbank stelt dan ook dat Martinelli Luce geen proceskostenvergoeding ontvangt maar compenseert de proceskosten in die zin dat elke partij zijn eigen kosten draagt.

IEF 16824

Poo Pourri had rechtmatig belang bij inzage ex 843a Rv vanwege aannemelijke onrechtmatige daad

Hof Amsterdam 11 apr 2017, IEF 16824; ECLI:NL:GHAMS:2017:1282 (Reckitt tegen Poo Pourri), https://ie-forum.nl/artikelen/poo-pourri-had-rechtmatig-belang-bij-inzage-ex-843a-rv-vanwege-aannemelijke-onrechtmatige-daad

Hof Amsterdam 11 april 2017, IEF ; ECLI:NL:GHAMS:2017:1282 (Reckitt tegen Poo Pourri) Kort geding. Art. 843a. Bewijsbeslag. Toiletspray. Poo Pourri ontwikkelt vanaf 2006 een spray die zij onder de naam Poo Pourri op de markt brengt. Zij hanteert voor de vermarkting deze productnaam, consequent gebruik van het woord Poo voor fecaliën, juxtapositie, rijm, branding en een stink-free garantie. Reckitt gebruikt in haar marketing het woord V.I.Poo, juxtapositie, rijm, branding en een geurvrij-garantie. Zij heeft ook een reclamevideo uitgebracht, met een prinses op een toilet. De look-and-feel van deze producten en de bijbehorende campagne wijkt af van die van andere producten van Reckitt. De rechtsbetrekking ex 843a Rv is die uit onrechtmatige daad. Gelet op de aannemelijke onrechtmatige daad had Poo Pourri het vereiste rechtmatig belang bij de inzage, nu die stukken bij uitstek geschikt waren om nader vast te stellen wat er precies was voorgevallen. De voorzieningenrechter heeft dus terecht de inzagevordering toegewezen.

IEF 16823

Uitspraak ingezonden door Matthijs Schonewille, DLA Piper.

'MEMORY' is niet beschrijvend en geen soortnaam

Hof Amsterdam 23 mei 2017, IEF 16823; (Ravensburger tegen Jaludo), https://ie-forum.nl/artikelen/memory-is-niet-beschrijvend-en-geen-soortnaam

Hof Amsterdam 23 mei 2017, IEF 16823; IEFbe 2191 (Ravensburger tegen Jaludo) Merkenrecht. Ravensburger is houdster van het Benelux-woordmerk 'MEMORY'. Jaludo heeft online spellen met een woordcombinatie met memory. De voorzieningenrechter wijst de vorderingen af, omdat het publiek begrijpt dat met het woord memory wordt gedoeld op de inhoud van het spel, niet op het merk. Het hof acht het woordmerk 'MEMORY' onderscheidend en rechtsgeldig. Het feit dat het bij het spelen van een spel aankomt op gebruik van het geheugen, maakt het woord 'memory' niet zuiver beschrijvend. De onderscheidende kracht van het woordmerk is door het wijdverbreide gebruik van het merk door Ravensburger in de Benelux aanzienlijk toegenomen. Ravensburger heeft actief opgetreden tegen derden die het teken 'memory' gebruiken, waardoor het merk niet tot soortnaam is verworden. Gebruik van 'memory' in verband met spellen kan door het relevante publiek als herkomstaanduiding worden opgevat, waardoor de suggestie kan ontstaan van een verband tussen merkhouder Ravensburger en de desbetreffende spellen. Ook het gebruik van het woord 'memory' in beschrijvende zin ("een leuke Memory-variant" en "net als in Memory") moet als inbreuk worden aangemerkt. Het hof vernietigt het vonnis en beveelt staking van gebruik van het merk/teken MEMORY op last van een dwangsom.

IEF 16788

1 juni - Benelux Merkencongres

Op donderdag 1 juni 2017 vindt het Benelux Merkencongres plaats in Het College Hotel in Amsterdam. Tijdens het Benelux Merkencongres worden alle recente ontwikkelingen in wetgeving en rechtspraak besproken en wordt stilgestaan bij de impact daarvan op de praktijk. Daarnaast komen de volgende onderwerpen tijdens het congres aan bod: - actualiteiten - referend merkgebruik - Het nieuwe recht tegen goederen in transit: scope en bewijslast - Likelihood of confusion and trademark searches - Artificial Intelligence en merkinbreuk opsporen - begripsmatige overeenstemming en, beweerdelijke decoratief, gebruik van teksten op kleding. Lees het complete programma hier

IEF 17051

Prejudiciële vragen over verantwoordelijkheid van zoekmachines en de verwerking van persoonsgegevens

24 feb 2017, IEF 17051; (X tegen CNIL), https://ie-forum.nl/artikelen/prejudici-le-vragen-over-verantwoordelijkheid-van-zoekmachines-en-de-verwerking-van-persoonsgegevens

Prejudiciële vragen gesteld aan HvJ EU 24 februari 2017, IT 2290; IEFbe 2185; C-136/17 (X tegen CNIL) Bescherming persoonsgegevens. Recht op verwijdering koppelingen. De vier verzoekers hebben alle vier bij Google aangeklopt met verzoeken om verwijdering van ongewenste koppelingen van hun namen aan bijvoorbeeld filmpjes op YouTube of krantenartikelen. Als Google weigert wenden zij zich tot de FRA gegevensbeschermingsAut (CNIL) om Google tot actie te dwingen, maar CNIL sluit de klachten zonder actie te ondernemen af. Verzoekers starten daarop een procedure wegens bevoegdheidsoverschrijding. De verwijzende FRA rechter (Raad van State) stelt vast dat de FRA regelgeving (oorspronkelijke wet van 1978) de omzetting bevat van RL 95/46. Het HvJEU heeft in zijn arrest C-131/12 bepaald in welke gevallen informatie uit zoekmachines als ‘verwerking van persoonsgegevens’ moet worden gekwalificeerd. In de FRA wet is opgenomen dat de wet van toepassing is op verwerking van gegevens waarvan de verantwoordelijke op FRA grondgebied is gevestigd [in welke (rechts)vorm dan ook]. Google heeft een dochter in FRA en valt dus onder de werkingssfeer van de FRA wet. Er is ook een bepaling in de wet opgenomen betreffende het ‘recht op het laten verwijderen van koppelingen’ indien aan de voorwaarden daartoe is voldaan. In dat geval is de exploitant van de zoekmachine verplicht tot verwijdering over te gaan. In de punten 10 – 13 zet de rechter nader uiteen om welke te verwijderen koppelingen het in de vier zaken gaat. Hij citeert nogmaals uit arrest C-131/12 waarin het HvJEU voor recht verklaarde dat exploitanten aan de vereisten van RL 95/46 moeten voldoen opdat de daarin vervatte waarborgen hun volle werking kunnen krijgen en een doelmatige en volledige bescherming van betrokkenen, vooral wat betreft eerbieding privéleven, tot stand kunnen brengen en ziet daarin een uitlegprobleem van de RL. Deze vraag (en vervolgvragen) legt hij voor aan het HvJEU:

IEF 16822

Mercedesstickers op imitatievelgen is misleidend

Rechtbank Amsterdam 24 mei 2017, IEF 16822; ECLI:NL:RBAMS:2017:3578 (Mercedesstickers), https://ie-forum.nl/artikelen/mercedesstickers-op-imitatievelgen-is-misleidend

Rechtbank Amsterdam 24 mei 2017, IEF 16822; ECLI:NL:RBAMS:2017:3578 (Mercedesstickers) Misleiding Mercedesstickers. BVA Auctions heeft imitatievelgen met Mercedesstickers online aangeboden en daarmee de koper misleid. BVA Auctions moet de koper een bedrag van bijna €1.500 terugbetalen.

IEF 16821

Uitspraak ingezonden door Maarten Haak en Sarah Arayess, Hoogenraad & Haak.

Jarenlang niets doen met domeinnaam ok.nl is geen onrechtmatig gebruik

Hof Arnhem-Leeuwarden 23 mei 2017, IEF 16821; (Fuelplaza tegen Gaos), https://ie-forum.nl/artikelen/jarenlang-niets-doen-met-domeinnaam-ok-nl-is-geen-onrechtmatig-gebruik

Hof Arnhem-Leeuwarden 23 mei 2017, IEF 16821 (Fuelplaza tegen Gaos) Domeinnaam. Centraal in dit hoger beroep staat de vraag of het houden van de domeinnaam ok.nl door Gaos is aan te merken als gebruik waartegen Fuelplaza op grond van artikel 2.20 lid 1 onder d BVIE kan optreden. Ten eerste is sprake van 'gebruik' van de domeinnaam door Gaos, er is dus geen sprake van het louter geregistreerd houden van de domeinnaam. Ten tweede is er geen sprake van het zonder geldige reden ongerechtvaardigd voordeel trekken uit of afbreuk doen aan omdat Gaos stelt de domeinnaam niet te willen verkopen. Gaos heeft de domeinnaam toentertijd rechtsgeldig verkregen en de site van Fuelplaza wordt door Gaos niet hinderlijk geblokkeerd. Er is daarom ook geen sprake van een onrechtmatige daad. Gaos hoeft de domeinnaam ok.nl dus niet over te dragen aan Fuelplaza.

IEF 16820

Gerecht EU: Verwarringsgevaar geen vereiste voor artikel 8 lid 5

Gerecht EU (voorheen GvEA) 3 mei 2017, IEF 16820; (Environmental Manufacturing/EUIPO - Wolf), https://ie-forum.nl/artikelen/gerecht-eu-verwarringsgevaar-geen-vereiste-voor-artikel-8-lid-5

Gerecht EU 3 mei 2017, IEF 16820; IEFbe 2188; zaak T‑681/15 (Environmental Manufacturing/EUIPO - Wolf) Verwateringsgevaar. Gevaar voor free-riding. Voor het vergelijken van de tekens moet naast de visuele, auditieve en begripsmatige aspecten gekeken worden naar de totaalindruk. Visueel zijn de tekens redelijk gelijk, auditief is er geen vergelijking mogelijk en begripsmatig zijn ze ook redelijk gelijk.  Verder is er sprake van een kans op verwarringsgevaar. In voorgaande beschikkingen zijn alleen de litigieuze tekens onderzocht in het licht van artikel 8 lid 5. Het verwarringsgevaar ex artikel 8 lid 1 sub b is niet onderzocht en er zal niet verder op in worden gegaan. In voorgaande beschikkingen [IEF 14639, IEF 13223 en IEF 11342] werd alleen het probleem van verwatering en free-riding aangehaald. In die context is er geen onderzoek nodig naar het verwarringsgevaar, aangezien het bestaan van een gelijkenis tussen de betrokken tekens voldoende is. Het verzoek tot schending wordt daarom ongegrond worden verklaard. Het beroep wordt in zijn geheel afgewezen.

IEF 16819

Uitspraak ingezonden door Sikke Kingma, Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn Willem Roos, Joep Meddens, Höcker Advocaten.

Hardware-AMvB's thuiskopie niet onverbindend

Hof Den Haag 23 mei 2017, IEF 16819; ECLI:NL:GHDHA:2017:1359 (HP, Dell, Imation en FAIR tegen Staat der Nederlanden en Stichting De Thuiskopie), https://ie-forum.nl/artikelen/hardware-amvb-s-thuiskopie-niet-onverbindend

Hof Den Haag 23 mei 2017, IEF 16819; IT 2292; ECLI:NL:GHDHA:2017:1359 (HP, Dell, Imation en FAIR tegen Staat der Nederlanden en Stichting De Thuiskopie) Thuiskopie ex 16c lid 1 Auteurswet. Bij AMvB zijn er, overeenkomstig het SONT-advies, nieuwe voorwerpen aangewezen ex 16c Aw en nieuwe thuiskopievergoedingen vastgesteld. De rechtbank verklaart dat de hardware-AMvB's in strijd zijn met het verbod op willekeur [IEF 14552]. Het Hof vernietigt het vonnis voorzover de vorderingen van HP c.s. zijn toegewezen en wijst de vorderingen af. Geen van de door HP aangedragen gronden kunnen haar vorderingen dragen: de 2012/2015-AMvB's kunnen niet strijdig worden geacht met de ARl, artikel 16c Aw, het willekeurverbod en/of het zorgvuldigheidsbeginsel. De AMvB's zijn niet onverbindend en de vaststelling en uitvaardiging daarvan door de Staat is niet onrechtmatig, zodat hij hierom niet schadeplichtig is. Er is niet onverschuldigd betaald. Het hof is tot deze beslissingen gekomen zonder de Copydan-kopieën mee te rekenen.