Domeinnaamrecht  

IEF 5791

Accupoolklemmen

Rechtbank ’s-Gravenhage 16 januari 2008, HA ZA 07-81. Amadeo Marti Carbonell tegen Automotoren Centrum Van Veldhuisen B.V. en AMC Engine Parts B.V. en Johannes van Veldhuisen.

Wel gemeld, nog niet besproken. Merkinbreuk, handelsnaaminbreuk en inbreukmakend gebruik domeinnamen.

Eiser, Carbonell, fabriceert metalen ringetjes en accupoolklemmen voor de autoindustrie, alsook cilinderkoppen voor auto’s en is houder van o.m. het Gemeenschapswoordmerk AMC. Gedaagde, Van Veldhuisen, is in 1988 een eenmanszaak begonnen onder de naam Automotorencentrum Van Veldhuisen. Deze onderneming is opgegaan in twee besloten vennootschappen: Auto Motoren Centrum Van Veldhuisen BV en AMC Engine Parts BV.

AMC Engine Parts BV is houdster van de domeinnaam amc-engineparts.nl. AMC-Motorenrevisie is houdster van de domeinnaam amc-revisie.nl. Bij vonnis van 21 juni 2006 heeft de voorzieningenrechter van deze rechtbank Auto Motoren Centrum Van Veldhuisen BV en AMC Engineparts BV bevolen iedere inbreuk op het gemeenschapsmerk van Carbonell te staken en gestaakt te houden, meer specifiek elk gebruik van de domeinnaam amc-engineparts.nl. 

De rechtbank oordeelt dat voor de bescherming van de handelsnaam “niet nodig is dat de naam AMC bij iedereen hier te lande bekend is, maar onvoldoende is daarvoor dat die naam hier te lande bij enkele personen bekend is”. Er is door eiser “onvoldoende gemotiveerd gesteld dat de handelsnaam AMC in Nederland een dusdanige bekendheid geniet, dat daarvoor verwarring te duchten is”.

Tenslotte wordt geoordeeld dat gedaagde “geen beroep op een ouder handelsnaamrecht toekomt. Ook indien een jongere handelsnaam merkinbreuk oplevert, kan het gebruik van de handelsnaam echter niet worden verboden, indien dit volgens de eerlijke gebruiken in nijverheid en handel gebeurt. Bij de beoordeling van de inachtneming van het vereiste van eerlijk gebruik moet rekening worden gehouden met de mate waarin het gebruik van de handelsnaam van de derde door het betrokken publiek of althans een aanzienlijk deel daarvan zou worden begrepen als aanwijzing voor het bestaan van een verband tussen de waren van de derde en de houder van het merk of een persoon die toestemming heeft voor het gebruik van het merk, alsook met de mate waarin de derde zich daarvan bewust had moeten zijn. Voorts moet rekening worden gehouden met de omstandigheid dat het een merk betreft dat daar waar het is ingeschreven en waar bescherming wordt gevraagd, een zekere bekendheid geniet, waaruit de derde voordeel zou kunnen behalen om zijn waren in de handel te brengen.

Conclusie is dat de vorderingen kunnen worden toegewezen, voor zover deze erop zien Van Veldhuisen c.s. te bevelen het gebruik te staken en gestaakt te houden van handelsnamen welke bestaan uit de afkorting AMC, dan wel de afkorting AMC bevatten (waaronder tevens de genoemde domeinnamen zijn te verstaan), alsmede het gebruik te staken en gestaakt te houden van het dienstmerk AMC, dan wel te verbieden enige naam waarvan de afkorting AMC deel uitmaakt te gaan voeren.

Lees hier het vonnis.

IEF 5742

Voldoende belang

wgl.gifVzr.  Rechtbank Haarlem, 25 januari 2008, LJN: BC3298, Eiser tegen Gedaagde (winegallery.nl).

Wel gemeld, maar nog niet samengevat. Merkhouder komt met succes op tegen het gebruik van de domeinnaam winegallery.nl. Echter, gedaagde hoeft de domeinnaam niet aan de merkhouder over te dragen. “ Gedaagde zou de domeinnaam wel aan eiser kunnen verkopen. Dat geeft gedaagde, indien hij de rechthebbende op de domeinnaam is, voldoende belang bij zijn verweer tegen de door eiser gevorderde overdracht (om niet) van de domeinnaam.”

Eiser is rechthebbende op het woord- en beeldmerk Wine Gallery en heeft in het kader van een doorstart de handelsnamen Wine Gallery en Wine Gallerij van de curator van de gefailleerde onderneming DBL verworven. Gedaagde meent dat de domeinnaam aan haar toekomt. Volgens gedaagde waren op de datum van het faillissement de facturen door DBL niet betaald, waardoor op grond van de algemene voorwaarden de rechten zouden terugvallen aan gedaagde. Bovendien stelt gedaagde dat zij de domeinnaam al aan een derde heeft verkocht.

De voorzieningenrechter overweegt dat het voeren van een website onder een domeinnaam die identiek is aan het merk, is aan te merken als gebruik van het merk. Dat ongerechtvaardigd voordeel getrokken kan worden uit het merk WINE GALLERY, blijkt volgens de voorzieningenrechter uit het volgende e-mailbericht: “Als mensen mij bellen om wijn te bestellen, wat uiteraard ook gebeurd, dan verwijs ik ze uiteraard naar mijn schoonvader. De rechter leidt hieruit af dat de kans aanwezig is dat (potentiële) klanten bij het zoeken op internet terechtkomen bij de website van gedaagde.

In dit kort geding is alleen niet komen vast te staan dat de domeinnaam door gedaagde aan een derde is overgedragen en aan wie van de partijen de domeinnaam toekomt. De algemene voorwaarden acht de KG rechter niet van toepassing.

In het geding is volgens de voorzieningenrechter niet (voldoende) komen vast te staan dat de facturen aan het gefailleerde DBL zijn verzonden, ontvangen en onbetaald gelaten. Daarbij speelt onder meer een rol dat volgens opgave van de curator van DBL gedaagde zich niet met een vordering in het faillissement heeft gemeld.

Opmerkelijk is wellicht dat het belang dat gedaagde de domeinnaam aan eiser kan verkopen de voorzieningenrechter ervan weerhoudt om de vordering tot overdracht toe te wijzen.
“4.13 (…) Hoewel gedaagde, gezien genoemd merkenrecht van eiser, de domeinnaam niet zal kunnen gebruiken - dat zal alleen eiser kunnen -, zou gedaagde de domeinnaam wel aan eiser kunnen verkopen. Dat geeft gedaagde, indien hij de rechthebbende op de domeinnaam is, voldoende belang bij zijn verweer tegen de door eiser gevorderde overdracht (om niet) van de domeinnaam. De voorzieningenrechter tekent hierbij aan dat gesteld noch gebleken is dat in het onderhavige geval sprake is van domeinnaamkaping, welke handelwijze tot een ander oordeel kan leiden. De vordering, zoals vermeld onder 3.1 onder B., zal dan ook worden afgewezen.”
De voorzieningenrechter wijst de merkinbreuk toe en de overdracht van de domeinnaam af met compensatie van de proceskosten.

Lees het vonnis hier.

IEF 5738

(Redelijk) verse rechtspraak

tsh1st.gif1- Rechtbank Rotterdam, 4 maart 2008, KG ZA 07-1121, A.M. Zegers Beveiligingssystemen tegen Zegers B.V.(met dank aan Huib Berendschot, AKD Prinsen Van Wijmen).

Handelsnaam/domeinnaamgeschil. “ 4.2.2. (…) Het gebruik door Zegers B.V. van de - algemeen beschrijvende en gangbare – aanduiding "beveiliging" in de domeinnaam www.zegersbeveiliging.nl, terwijl tussen partijen vaststaat dat aan hen bedien het gebruik van de naam 'Zegers" is toegestaan. is. mede gelet op het hiervoor overwogene, onvoldoende om (ook) te spreken van een gcbruik door Zegers B.V. van de aanduiding “Zegers beveiliging" alshandelsnaam. De domeinnaam www.zegersbeveiliging.nl geeft naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter het "adres" van Zegers B.V. weer. Dit geldt temeer nu, zoals reeds is gebleken, op de website met als domeinnaam www.zegersbeveiliging.nl geen informatie wordt verstrekt: bezoekers worden onmiddellijk  doorgeleid naar de website van Zeges B.V. met als domeinnaam wwv-zegers-iss.nl, terwijl laatstgenoemde website qua lay-out, logo en tekst ook niet identiek is aan de website van Zegers Beveiligingssytemen.”

Lees het vonnis hier.

2- Rechtbank ’s-Gravenhage, 27 februari 2008, Bettacare Ltd. tegen H3 Products B.V. en Wedeka B.V.

Octrooirecht. Tussenvonnis in versnelde bodemprocedure.  “4.3. De rechtbank is blijkens deze uitspraak niet alleen bevoegd van de grensoverschrijdende inbreukvorderingen kennis te nemen, de uitspraak brengt tevens mee dat de rechtbank zich ervan dient te vergewissen of Bettacare de inbreukprocedure, voor zover zij een grensoverschrijdend verbod vordert, wenst aan te houden in afwachting van een door H3 en/of Wedeka uit te lokken oordeel van de bevoegde buitenlandse rechter. Bettacare heeft verzocht toepassing te geven aan een door het Handelsgericht Zürich gehanteerde oplossing, welke aansluit bij de thans door de Hoge Raad uitgezette koers, maar de rechtbank ziet hierin geen aanleiding om ervan uit te gaan dat Bettacare aanhouding wenst. Volgens deze Zwitserse methode krijgt de partij die zich beroept op de nietigheid van het buitenlandse deel van een Europees octrooi zes weken de gelegenheid om een nietigheidsvordering aanhangig te maken. Maakt zij daarvan gebruik, dan wordt de procedure voor wat betreft de grensoverschrijdende inbreukvordering geschorst.

Belangrijk verschil met de door de Hoge Raad aan GAT/Luk gegeven uitleg is dat, indien verweerder geen gebruik maakt van de gelegenheid een nietigheidsvordering aanhangig te maken, de rechtbank volgens de Zwitserse methode bevoegd is en de vordering inhoudelijk beoordeelt. Volgens de Hoge Raad is de rechtbank in dat geval weliswaar bevoegd, maar moet zij het gevorderde grensoverschrijdende inbreukverbod afwijzen. Gelet hierop zal de rechtbank in conventie nog geen eindvonnis wijzen, maar Bettacare de gelegenheid geven zich bij akte op de rol van 26 maart 2008 uit te laten over de vraag of zij aanhouding wenst in afwachting van een oordeel van de bevoegde buitenlandse rechter.”

Lees het vonnis hier.

3- Rechtbank ’s-Gravenhage, 5 maart 2008, KG ZA 08-4, Consejo Regulador Del Tequila A.C. c.s. tegen Toorank B.V. c.s

Merkenrecht. “4.12. De impliciete toestemming tot het gebruik van het merk SOMBRERO NEGRO ontleent Toorank aan de faxbrief van 1 maart 2000 waarin de Overeenkomst werd opgezegd. In die brief wordt Toorank er expliciet op gewezen dat zij als gevolg van die opzegging niet langer gerechtigd is gebruik te blijven maken van de company name Tequilas del Señor en het registratienummer NOM-1124 van TDS. Volgens Toorank mocht zij hieruit af leiden dat het gebruik van het Tequila Sombrero Negro etiket en het teken Tequila Sombrero Negro haar impliciet was toegestaan. De voorzieningenrechter kan deze gedachtegang niet volgen.”

Lees het vonnis hier.

4- Rechtbank ’s-Gravenhage, 4 maart 2008, KG ZA 08-8, Lachmansingh tegen Sital.

Merkenrecht. “4.5. Lachmansingh heeft uitdrukkelijk betwist de goederen zelf te hebben besteld of ooit eerder samen met Sital goederen geïmporteerd te hebben. Sital heeft een verklaring van de leverancier overgelegd waarin wordt bevestigd dat de goederen zijn besteld door Lachmansingh en zijn meegezonden met de zending van Sital. Deze verklaring is echter niet voldoende om in deze procedure aannemelijk te achten dat Sital met de invoer van de goederen niets van doen heeft. In dit verband is van belang dat uit niets blijkt dat, zoals Sital aanvoert, partijen eerder op deze wijze goederen geïmporteerd zouden hebben. Vooralsnog moet er daarom van uit gegaan worden dat Sital inbreuk op het Kamalmerk heeft gemaakt. 4.6. Gezien het voorgaande wordt het gevorderde verbod toegewezen.”

Lees het vonnis hier.

5- Rechtbank ’s-Gravenhage, 4 maart 2008, KG ZA 08-69, Enanef Limited c.s tegen Eurosolar B.V.

Merkenrecht. “4.6. De voorzieningenrechter begrijpt dat Enanef in het modelrecht een plaats zou willen geven aan de zogenoemde resultaatgerichte leer. Het modelrecht is evenwel nog minder dan het merkenrecht aangewezen voor toepassing van deze leer (vergelijk voor het merkenrecht HvJ EG 18 juni 2002, Philips- Remington). De resultaatgerichte leer zou immers met zich meebrengen dat techniek welke principieel vrij is – het apparaat van Enanef wordt niet beschermd door enig in Nederland geldig octrooi – en ook equivalenten van diezelfde techniek, langs de weg van het modelrecht alsnog uitsluitend voor Enanef beschikbaar zou zijn.”

Lees het vonnis hier.

6- Rechtbank Haarlem, 29 februari 2008, Ampy Metering Ltd c.s. tegen Range King B.V.(met dank aan Hester Overbeek, Van Diepen Van der Kroef).

Auteursrecht. “5.4. De voorzieningenrechter oordeelt dienaangaande als volgt. De deskundige Slijk heeft zijn oordeel blijkens zijn rapport gebaseerd op argumenten die op liet eerste gezicht valide lijken. De voorzieningenrechter mist zelf de deskundigheid om te kunnen beoordelen of de magneetkaarten en de gegevens die daarop staan voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking komen omdat feitelijk niet goed valt vast te stellen hoe de informatie op de magneetkaarten dient te worden gekwalificeerd. Vooralsnog is daarom, gelet op de betwistingen door Range King, geenszins komen vast te staan dat de magneetkaarten van Ampy c.s. software of anderszins instructies bevatten die te kwalificeren zijn als een werk in de zin van artikel 10 lid 1 onder 12 Auteurswet. Daartoe is derhalve nader onderzoek door deskundigen vereist. Dientengevolge kan niet worden toegekomen aan de vraag of sprake is van inbreuk op een auteursrecht. Nu de procedure in kort geding zich daarvoor niet leent, zal dit in een bodemprocedure aan de orde dienen te komen.”

Lees het vonnis hier.

7- Rechtbank Arnhem, 20 februari 2008, KG ZA 08-54, Smeba Brandbeveiliging B.V. tegen Life Safety Products B.V.

Executiegeschil. “4.13 (…) Deze vraag is bevestigend beantwoord in het arrest van het gerechtshof Amsterdam van 21 november 1985, KG 1986, 11. Met inachtneming van dit arrest ziet de voorzieningenrechter in de onderhavige zaak ook aanleiding het maximumbedrag aan dwangsommen te verhogen. Gebleken is immers dat Smeba de opgelegde geboden op verschillende punten niet, dan wel niet tijdig is nagekomen.”

Lees het vonnis hier.

IEF 5732

In verwarring achterblijft

glasnl.gifVzr. Rechtbank ’s-Gravenhage, 5 maart 2008, KG ZA 08-175, Glasrenovatie Nederland B.V. tegen Slingerland Glastechniek.

Handelsnaam/domeinnaamgeschil. Van een onderneming die dezelfde woorden in de handelsnaam gaat voeren mag worden verwacht dat deze ter voorkoming van verwarring bij het gebruik van die woorden in de eigen handelsnaam zoveel mogelijk afstand houdt van de handelsnaam van de eerdere gebruiker. Proceskostenveroordeling met BTW-motivering.

Eiser Glasrenovatie Nederland, alyhans haar rechtsvoorganger  voert sinds 1994 de handelsnaam Glasrenovatie Nederland. Een aandeelhouder van een aandeelhouder van eiser heeft in 1995 het Benelux woordmerk GLASRENOVATIE NEDERLAND gedeponeerd. Gedaagde Slingerland Glastechniek heeft in september 1996 de domeinnaam glasrenovatienederland.nl geregistreerd en is deze domeinnaam eind 2006 daadwerkelijk gaan gebruiken. De domeinnaam voert rechtstreeks naar de website van Slingerland Glastechniek.

Niet in geding is dat het gebruik van de domeinnaam glasrenovatienederland.nl als het voeren van een handelsnaam is aan te merken. Nu Slingerland Glasrenovatie die handelsnaam pas in 2006 is gaan voeren, komt Glasrenovatie Nederland een ouder handelsnaamrecht toe. De vorderingen van Glasrenovatie Nederland komen er op neer Slingerland Glastechniek te verbieden de domeinnaam glasrenovatienederland.nl te gebruiken en te gebieden deze domeinnaam aan Glasrenovatie Nederland over te dragen. Glasrenovatie Nederland beroept zich enerzijds op haar merkenrecht en anderzijds op haar handelsnaamrecht. De voorzieningenrechter is voorshands van oordeel dat het verbod kan worden toegewezen op basis van artikel 5 van de Handelsnaamwet en laat de merkenrechtelijke grondslag daarom buiten beschouwing.

“4.7. Naar voorlopig oordeel is door het voeren van de jongere domeinnaam/ handelsnaam bij het publiek verwarring tussen de beide ondernemingen te duchten. De diensten die partijen aanbieden zijn gelijk. Zij doen dit (mede) via het internet en bestrijken daarmee allebei heel Nederland. Daar komt bij dat het publiek na het intypen van de domeinnaam glasrenovatienederland.nl zal verwachten op de website van Glasrenovatie Nederland terecht te komen. De enkele omstandigheid dat op de website van Slingerland Glastechniek, waarnaar wordt gelinkt, de handelsnaam Slingerland Glastechniek verschijnt en geen link wordt gelegd met Glasrenovatie Nederland, doet aan het verwarringsgevaar niet af.

Juist doordat de handelsnaam van Slingerland Glastechniek verschijnt, waar men verwacht op de site van Glasrenovatie Nederland terecht te komen, is verwarring tussen beide ondernemingen te duchten. Dat er op de website van Slingerland Glastechniek verder geen link wordt gelegd met Glasrenovatie Nederland zal er niet toe leiden dat het verwarringsgevaar wordt weggenomen, maar zal er hooguit toe leiden dat het publiek, nadat het verwarringsgevaar zich heeft verwezenlijkt, in verwarring achterblijft.

4.8. Voor zover Slingerland Glastechniek betoogt dat de woorden ‘glastechniek’ en ‘Nederland’ beschrijvend zijn en Glasrenovatie Nederland zich om die reden niet tegen de jongere domeinnaam/handelsnaam van Slingerland Glastechniek kan verzetten, overweegt de voorzieningenrechter als volgt. In de jurisprudentie zijn weliswaar aanknopingspunten te vinden voor de conclusie dat beschrijvende woorden niet mogen worden gemonopoliseerd, maar dat wil niet zeggen dat Glasrenovatie Nederland aan haar handelsnaam, welke bestaat uit de combinatie van de woorden ‘Glasrenovatie’ en ‘Nederland’, in het geheel geen bescherming kan ontlenen. Van een onderneming die dezelfde woorden in de handelsnaam gaat voeren mag worden verwacht dat deze ter voorkoming van verwarring bij het gebruik van die woorden in de eigen handelsnaam zoveel mogelijk afstand houdt van de handelsnaam van de eerdere gebruiker. Dat heeft Slingerland Glastechniek, door deze woorden (net als in de handelsnaam van Glasrenovatie Nederland) eenvoudigweg achter elkaar te zetten, niet gedaan.”

Conclusie van het voorgaande is dat de vordering Slingerland Glasrenovatie te verbieden de domeinnaam glasrenovatienederland.nl te gebruiken kan worden toegewezen. In het verlengde daarvan zal, nu daartegen geen afzonderlijk verweer is gevoerd, ook de vordering de domeinnaam aan Glasrenovatie Nederland over te dragen, worden toegewezen.

“4.12. Slingerland Glastechniek zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. Glasrenovatie Nederland heeft de volledige proceskosten ex art. 1019h Rv gevorderd. Zij heeft in verband hiermee kosten opgegeven en gespecificeerd van in totaal tot de behandeling ter zitting € 3.865,69 exclusief BTW. Uit de kostenspecificatie blijkt dat dit bedrag inclusief € 71,80 aan deurwaarderskosten, maar exclusief het verschuldigde griffierecht (€ 254,00) is. Ter zitting heeft Glasrenovatie Nederland haar eis vermeerderd met € 1.500,00. Dit zijn de kosten die betrekking hebben op de aan de zitting gerelateerde tijdsbesteding. Omdat is gesteld dat deze kosten betrekking hebben op een tijdsbesteding van 6 uren en gelet op het gehanteerde uurtarief, gaat de voorzieningenrechter ervan uit dat dit bedrag inclusief BTW is. Nu Glasrenovatie Nederland de BTW zal kunnen verrekenen, gaat de voorzieningenrechter ook hier uit van een bedrag exclusief BTW (zijnde € 1.260,50). Het totale bedrag aan proceskosten komt dan uit op € 3.865,69 + € 250,00 + € 1.260,50 = € 5.376,19 exclusief BTW. Nu de proceskosten niet -althans onvoldoende gemotiveerd- zijn betwist, zal dit bedrag worden toegewezen.”

Lees het vonnis hier.

IEF 5692

(e)

netline.gifRechtbank ’s-Gravenhage, 29 februari 2008, KG ZA 08-88. Netline Systems B.V. tegen V.O.F. Netlin.

Handelsnaam- en domeinnaamkwestie. Bevel tot staken inbreuk op handelsnaam; overdracht domeinnaam; volledige proceskostenveroordeling.

NETLIN.gifVonnis met mooie ‘screen prints’. De handelsnaam Netlin van gedaagde is van jonger datum dan de handelsnaam Netline van eiseres. Partijen begeven zich op dezelfde markt, te weten de verkoop van IT-producten aan het midden- en kleinbedrijf. Gedaagde voert aan dat eiseres de handelsnaam Netline Systems voert, aangezien die naam staat ingeschreven in het KvK-handelsregister. De rechtbank oordeelt daarentegen dat voor de toepassing van de Handelsnaamwet niet de inschrijving in het handelsregister, maar het feitelijk gebruik van een handelsnaam beslissend is. Eiseres voert de naam Netline onder meer op visitekaartjes en facturen en zij beheert onder die domeinnaam een website waarop zij onder de naam Netline haar producten en diensten verkoopt. Door het handelsnaamgebruik van Netlin is verwarring te duchten bij het publiek tussen de ondernemingen van partijen. De handelsnaam Netlin wijkt immers slechts in geringe mate af van de handelsnaam Netline; het betreft de laatste letter “e”.

Gedaagde voert nog aan dat eiseres niet optreedt tegen derden die – volgens Netlin – handelsnamen gebruiken die evenzeer overeenstemmen met Netline. Dit leidt volgens de rechter niet tot een andere conclusie; het staat eiseres vrij om zelf te beoordelen of en wanneer zij ook die derden wil aanspreken.

Lees het vonnis hier

IEF 5608

In extensie

circ.gifVzr. Rechtbank 's-Gravenhage, 14 februari 2008, IEF 5608 (G & G Component B.V. tegen [PCB Elect Export]).

Domeinnaam maakt inbreuk op handels(domein)naam.

G&G exploiteert sinds 1994 een verkoop- en adviesorganisatie voor printed circuit boards en de assemblage daarvan. Sinds 2000 heeft G&G de domeinnaam ggcomponent.nl in gebruik.

[PCB Elect Export]exploiteert onder de handelsnaam PCB Elect Export een onderneming die soortgelijk is aan de door G&G gevoerde onderneming. [PCB Elect Export]exploiteert ook een website voor zijn onderneming met de domeinnaam pcbelectexport.com. Voorts heeft [PCB Elect Export] sinds begin 2007 de domeinnamen ggcomponent.com en ggcomponent.eu in gebruik genomen. De bezoekers van deze website worden gerrouted naar de website www.pcbelectexport.com.

G&G vordert onder meer een verbod, overdracht van de domeinnamen, rectificatie en een voorschot op de schadevergoeding.

Naar voorlopig oordeel van de Voorzieningenrechter is G&G na inschrijving van haar domeinnaam ggcomponent.nl op 3 oktober 2000 die domeinnaam ook als handelsnaam gaan voeren voor haar onderneming. [PCB Elect Export] is pas in 2007 de domeinnamen ggcomponent.com en ggcomponent.eu gaan gebruiken. Voorshands merkt de Voorzieningenrechter dit handelen van [PCB Elect Export] aan als het gebruik door [PCB Elect Export] van de handelsnaam met het kenmerkende bestanddeel ggcomponent voor zijn eigen onderneming.

Volgens de Voorzieningenrechter heeft deze handelswijze van [PCB Elect Export] ertoe geleid dat G&G en [PCB Elect Export] beide printed circuit boards verhandelen vanuit Nederland en deze afzetten in Nederland en een groot aantal landen daarbuiten, onder een handelsnaam met het kenmerkende bestanddeel ggcomponent. De handelsnamen verschillen alleen in extensie en daardoor zijn de verschillen zo gering dat er gevaar voor verwarring te duchten is. [PCB Elect Export] maakt aldus inbreuk op de handelsnaamrechten van G&G. Het gevorderde verbod en de overdracht worden toegewezen.

De vordering tot vergoeding van een voorschot op de schade wordt niet toegewezen. G&G heeft haar schade en haar spoedeisend belang bij het ontvangen van enig bedrag onvoldoende inzichtelijk gemaakt. Ook de gevorderde rectificatie wordt afgewezen nu volgens de Voorzieningenrechter niet is toegelicht hoe langs deze weg de schade door inbreuk op de handelsnaam wordt beperkt, gecompenseerd of voorkomen.

De proceskosten veroordeling wordt door de Voorzieningenrechter op (IEF; zeer lage bedrag van) EUR 2000,- gesteld nu vordering sub II (het vorderen van het voorschot op de schadevergoeding) wordt afgewezen.

Lees het vonnis hier.

IEF 5594

Eerst even voor jezelf lezen

Vzr. Rechtbank Almelo, 11 februari 2008, KG ZA 08-27, Internetnotarissen B.V. tegen Openbareverkopen.nl B.V.(met dank aan Mark Jansen, Dirkzwager).

Auteursrecht, databankenrecht, geschriftenbescherming. “Veroordeelt Openbareverkopen.nl om zich binnen 24 uur na betekening van dit vonnis te onthouden van iedere inbreuk op de aan Internetnotarissen en/of de Notarissen toekomende geschriftenbescherming op de objectbeschrijving en bijzondere veilingvoorwaarden , afzonderlijk dan wel gezamenlijk als geheel, van de door de Notarissen op www.veilingnotaris.nl geplaatste en in de toekomst te plaatsen advertenties, direct of indirect via anderen, door het overnemen van een (nagenoeg) identiek kopie daarvan op de website www.openbareverkopen.nl of op een andere door Openbareverkopen geëxploiteerde website, dan wel door een andere vorm van ongeoorloofde verveelvoudiging en/of openbaarmaking van deze objectbeschrijvingen en bijzondere veilingvoorwaarden, waardoor inbreuk wordt gemaakt op de geschriftenbescherming van Internetnotarissen en/of de Notarissen."

Lees  het vonnis hier.

Rechtbank Amsterdam, 9 januari 2008, LJN: BC3829, Web Measurement Services B.V. c.s. tegen Weborama S.A.

Databankrecht. “Gesteld noch gebleken is dat Weborama met het opvragen van de gegevens geprofiteerd heeft van, dan wel substantiële schade toegebracht heeft aan WMS c.s. Gezien het geringe aantal files (27.800, althans 110 van 1 miljoen) dat Weborama heeft opgevraagd, derhalve nog geen 3%, heeft zij in kwantitief opzicht geen substantieel deel van de op Webstats aanwezige gegevensverzameling geraadpleegd. Van een substantieel deel in kwalitatief opzicht is naar het oordeel van de rechtbank ook geen sprake, nu slechts URL’s zijn opgevraagd. Ook van herhaald en systematisch opvragen van niet-substantiële delen van Webstats is naar het oordeel van de rechtbank geen sprake geweest.”

Lees het vonnis hier.

Vzr.  Rechtbank Haarlem, 25 januari 2008, LJN: BC3298, Eiser tegen Gedaagde.

Winegallery.nl. Samenvatting rechtspraak.nl: “Hoewel gedaagde gezien het merkenrecht van eiseres, de domeinnaam niet zal kunnen gebruiken - dat zal alleen eiseres kunnen -, zou gedaagde de domeinnaam wel aan eiseres kunnen verkopen. Dat geeft gedaagde, indien hij de rechthebbende op de domeinnaam is, voldoende belang bij zijn verweer tegen de door eiseres gevorderde overdracht (om niet) van de domeinnaam. De voorzieningenrechter tekent hierbij aan dat gesteld noch gebleken is dat in het onderhavige geval sprake is van domeinnaamkaping, welke handelwijze tot een ander oordeel kan leiden.

Lees het vonnis hier.

IEF 5548

Commentaren

meech.gifMireille van Eechoud (IViR): Het hergebruik regime voor overheidsinformatie in de Wob, een tussenstand. Verschenen in Mediaforum 2008-1, p. 2-10.

“De generieke regeling voor hergebruik van overheidsinformatie –het hoofdstuk V-A van de Wob– viert zijn tweede verjaardag. Het derde levensjaar zal in het teken staan van een drietal gebeurtenissen: de evaluatie door de Europese Commissie van richtlijn 2003/98/EG (Public Sector Information Directive), een aangekondigd wetsvoorstel voor herziening van de Wet openbaarheid van bestuur, en mogelijk een voorstel ter regeling van de overheid & markt problematiek. Ondertussen lopen conflicten over de voorwaarden waaronder overheidsinstanties data vrijgeven voor commerciële exploitatie hoog op. Tijd voor een tussenstand.

(…) Naar mijn mening gaat de beleidslijn iets te makkelijk aan de potentieel beperkende werking van intellectuele eigendomsrechten op overheidsinformatie voorbij, zeker nu de beleidslijn constateert dat overheden veelvuldig gebruik maken van de mogelijkheid hun auteurs- en databankenrecht voor te behouden (art. 15b Auteurswet, art. 8 Databankenwet). Hoe het controleren van het gebruik van informatie door de overheid met een beroep op intellectuele eigendomsrechten zich verhoudt tot het uitgangspunt van de Wob dat informatie openbaar is op democratisch en rechtsstatelijke gronden is namelijk onduidelijk.”

Lees het gehele artikel hier (Ivir.nl).

ae.gifArnoud Engelfriet (o.a. Ius Mentis): Andermans site scrapen, wanneer mag dat?

“Scrapen is een vorm van uitbesteden. Een zoekmachine bouwen is veel werk.  (…) Erg fijn dus als je al dat gedoe kunt uitbesteden, en jij je alleen bezig hoeft te houden met zoekresultaten tonen - en natuurlijk de advertenties er omheen. Met de juiste scriptjes kan dat allemaal volautomatisch. (…)  Het moge duidelijk zijn dat de beheerders van die achterliggende sites hier niet blij mee zijn. (…) Zomaar iets laten verbieden gaat meestal niet. Dus wat valt er juridisch te doen tegen scrapen? Of omgekeerd, wat mag je scrapen van andermans site?

Lees het gehele artikel hier (Netters.nl)

mhv.gifMenno Heerma van Voss, (Solv): Samenvattend commentaar bij HvJ EG, 29 januari 2008, zaak C-275/06, Productores de Música de España (Promusicae) tegen Telefónica de España SAU.

“De onderliggende boodschap lijkt te zijn: 'ga niet lichtvaardig om met privacybescherming.' Er dient een juist evenwicht te zijn tussen de bescherming van IE-rechten enerzijds en de bescherming van privacy anderzijds. De  afweging van deze belangen dient evenredig te zijn.”

Lees het gehele artikel hier (Solv.nl).

skm.gifSil Kingma (Blauw Tekstra Uding): Domeinnaam-moord. Column bij Gerechtshof Amsterdam, 15 januari 2008, rolnr. 2007.00680, Thuisbezorgd.nl tegen Jolide VOF

 “Het enkele registeren van een domeinnaam maakt nog niet dat de domeinnaam als handelsnaam fungeert. Om deze reden moet niet de domeinnaam van Jolidé maar de domeinnaam van Thuisbezorgd.NL als oudere handelsnaam worden beschouwd. (…)
Een oordeel dat de succesvolle uitbating van de thuisbezorgen.nl, de domeinnaam van Jolidé, welhaast onmogelijk maakt. De waarschijnlijk mooie plannen van Jolidé worden door deze beslissing ernstig gedwarsboomd. Een typisch gevalletje van domeinnaam-moord dus. Een moord die had kunnen worden voorkomen, wanneer Jolidé meteen na het registreren van haar domeinnaam met haar activiteiten was gestart.”

Lees de volledige column hier(Emerce.nl). 

IEF 5498

Gem Gim

Vzr. Rechtbank Rotterdam, 14 juli 2006,  Gemnet B.V. tegen Stichting Stimular.

Nieuwe oude domeinnaamzaak via Domjur.nl.  Domeinnaam gimnet.nl.  “De tekens ‘gemnet’ en ‘gimnet’ zijn niet identiek, zodat het beroep van Gemnet op art. 13A lid 1 sub a BMW faalt. Het beroep op art. 13A lid 1 onder b BMW faalt eveneens, omdat onvoldoende aannemelijk is geworden dat sprake is van soortgelijke waren als bedoeld in die bepaling.v (…) Gemnet kan zich evenmin met succes beroepen op het bepaalde onder c en d van genoemd artikel, omdat zij onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat Stimular door gebruik van het teken ‘gimnet’ als domeinnaam ongerechtvaardigd voordeel trekt uit of afbreuk doet aan het onderscheidend vermogen of de reputatie van het merk ‘gemnet’.

Onder de naam Gimnet wordt uitsluitend een website onderhouden die informatie verschaft, zodat naar oordeel van de voorzieningenrechter geen sprake is van het drijven van een onderneming onder die naam in de zin van art. 1 Hnw en het beroep op art. 5 en 5a Hnw wordt verworpen. Volgens de voorzieningenrechter evenmin sprake van onrechtmatig handelen. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter is de naam niet misleidend gebruikt. De voorzieningenrechter wijst de vorderingen van Gemnet af.”

Lees hier meer.

IEF 5488

Nieuwe geschillenregeling

sidn.gifDe SIDN introduceert per 28 februari een nieuwe geschillenregeling voor .nl-domeinnamen. Deze regeling zal de huidige arbitrageprocedure vervangen en zal van toepassing zijn op alle .nl-domeinnamen. Door de introductie van de Geschillenregeling zal ook het Reglement voor registratie van .nl-domeinnamen wijzigen. De geschillenregeling heeft ten doel een snel, eenvoudig en goedkoop alternatief te bieden voor de gang naar de rechter. De geschillen zullen worden beslecht door erkende, onafhankelijke specialisten op het gebied van domeinnamen en intellectuele eigendomsrechten.

Roelof Meijer, Algemeen Directeur SIDN: “Met de introductie van de nieuwe geschillenregeling volgen we een advies op dat de lokale internetgemeenschap heeft gegeven tijdens het Domeinnaamdebat 2006. Deze regeling heeft een aantal grote voordelen boven de huidige arbitrageregeling. Zo is de geschillenregeling van toepassing op alle .nl-domeinnamen en hun houders en biedt de regeling bredere grondslagen dan alleen intellectuele eigendomsrechten als merken en handelsnamen. Wij zijn er van overtuigd dat de nieuwe geschillenregeling bij zal dragen aan de kwaliteit van het .nl-domein.”

Lees hier meer.