Domeinnaamrecht  

IEF 4856

Eerst even voor jezelf lezen

medlease.gifGerechtshof Arnhem, 9 oktober 2007, rolnummer 2007/679 KG. Medi Lease B.V. tegen Econocom Nederland B.V. (Met dank aan Wim Maas, Howrey)

Het hof gaat in op de vraag of Econocom inbreuk maakt op de handelsnaam van Medi Lease en/of onrechtmatig jegens Medi Lease handelt door het gebruik van de handelsnaam, domeinnaam en/of het teken “Medlease”.

4.5. “(…) Dit betekent echter niet dat het woord “Medi Lease” geen onderscheidend vermogen zou hebben. Aan het onderscheidend vermogen van de handelsnaam mogen immers geen al te strenge eisen worden gesteld. Ook al dan niet originele samenvoegingen van beschrijvende woorden kunnen onderscheidend zijn. Wel geldt dat naarmate een handelsnaam van zichzelf of door gebruik een groter onderscheidend vermogen heeft, deze een ruimere bescherming geniet, en dat naarmate een handelsnaam meer beschrijvend is of bestaat uit afgesleten, veel gebruikte termen, een meer beperkte beschermingsomvang aangewezen is.”

Lees het arrest hier. Lees eerder bericht + vonnis rechtbank hier.

IEF 4841

Faits Divers

Kuifje parodie. “Deense schilder mag Kuifje en Magritte parodiëren. (…) In het Tijdschrift voor Belgisch Handelsrecht stuitte de Gentse jurist Dirk Voorhof op een zomerarrest van het Brusselse hof van beroep dat zijn oren deed tuiten. De rechtenhouders van Kuifje (nv Moulinsart) en van René Magritte (Charly Herscovici) werd het recht ontzegd zich nog langer te verzetten tegen de exploitatie van de "parodiërende" schilderijen van Ole Ahlberg. De Deense kunstenaar schildert de stripheld perfect na, maar dan in chique erotische situaties.”

Lees hier meer (Knack.be).

Spelmerk. SBS6 heeft te kennen gegeven hun belspelprogramma Treetz van de buis af te halen. Het evenementenbureau Evotions heeft de televisiezender gesommeerd om dit te doen, omdat SBS6  zich schuldig maakte aan het schenden van het merkrecht. Treetz is al ruim 2 jaar geleden gedeponeerd bij het merkenbureau door evenementenbureau Evotions en was dus niet in positieve zin verrast door het inmiddels ‘lenen’ van hen toegekende merk.

Lees hier meer (FZ.nl).

Nepdesign. “Beter goed gejat dan slecht bedacht? Wat populair is wordt nagemaakt. Soms worden ontwerpen rechtstreeks gekopieerd; soms zijn er wat dingen veranderd, maar is het origineel nog duidelijk herkenbaar. Het is een bekend verschijnsel in de modewereld, maar ook designmeubels worden schaamteloos gekopieerd."

Lees hier meer (Elsevier).

Belastingdienst. “Echt of nep? Leuker kunnen ze het dus wel maken, die Belastingdienst. Ik zag in de Grazia van vorige week deze pagina opduiken. Op het eerste gezicht denk je dat het een 'normale' rubriek is maar als je een pagina doorbladert zie je dat het een advertentie van de Belastingdienst Douane betreft. Erg fraai, leuk gedaan”

Lees hier meer (Molblog.nl).

Open brief aan Dr. Kamil Idris (WIPO): Where were you, Director General, these last days, while the future, the image and the reputation of your Organization were being dragged through the mud a few floors from your office? Where were you when our future, our image and our reputation were at stake? And what is more, when the future of the wealthiest of the UN institutions, the future of intellectual property and the future of creativity and innovation of developing countries were being questioned? Where were you to defend the organisation and us, your staff?

Lees hier meer (IP Watch). 

Domeinindustrie. “In Nederland is er een lokale dochter opgestart van het succesvolle  DomainNews.com. In aanvulling op het algemene nieuws uit de domeinindustrie richt DomainNews.nl zich meer op de Nederlandse markt. Daarmee beantwoordt het gerenommeerde DomainNews de groeiende vraag naar nieuws over domeinnamen in Nederland, die de groei reflecteert van het aantal professionals dat in Nederland met domeinnamen de kost verdient.”

Lees hier meer.

Octrooi op borstkankergen ongeldig. “Het Europese octrooi van Myriad Genetics en de universiteit van Utah op het BRCA1-gen, het bijbehorende eiwit en de toepassingen blijft voor het grootste deel ongeldig. Dat heeft het hof van beroep van het Europese octrooibureau (EPO) in München bepaald. (…) Het Europese octrooi EP 705 902 dateert van 2001. Het werd indertijd aangevochten door het Institut Curie en enkele andere, voornamelijk Franse laboratoria. In 2005 verklaarde het EPO het octrooi grotendeels ongeldig, om technische redenen. Twee andere Myriad-octrooien werden eveneens geheel of gedeeltelijk ongeldig verklaard.”

Lees hier meer. (C2W.nl).

Parodie Musti. Een parodie op de Vlaamse animatiefiguur Musti kan door de beugel. In de parodie heet de witte kat 'Mufti' en krijgt hij naast een donker kleurtje ook de bommengordel van een zelfmoordterrorist. (…) "Deze parodie op Musti zou je kwaadaardig kunnen noemen," zegt juridisch adviseur Ronny Vidts namens ER Productions op nieuwsblad.be. "We zouden kunnen optreden, maar we denken niet dat dit jonge kijkers schade toebrengt."

Lees hier meer (Telegraaf).

IEF 4835

In de kern

asvs.gifVzr. Rechtbank Arnhem, 19 september 2007, LJN: BB5014. ASV Stübbe Gmbh & Co Kg tegen ASV Stübbe Benelux B.V. c.s.

Merkinbreuk. Uitleg vaststellingovereenkomst. Na het einde van een distributieovereenkomst tussen ASV Stübbe GmbH en ASV Stübbe Benelux B.V. ontstaan geschillen, die partijen door middel van het sluiten van een vaststellingovereenkomst hebben beslecht. De vraag in dit geding (in conventie en reconventie) is of partijen toerekenbaar tekort zijn geschoten in de nakoming van hun verplichtingen uit de vaststellingsovereenkomst.

De voorzieningenrechter overweegt en oordeelt als volgt:

‘4.4 Vaststaat dat ASV Stübbe Benelux tot op heden het gebruik van de merkrechten ‘ASV’ en ‘Stübbe’ van ASV Stübbe niet heeft gestaakt en de domeinnamen ‘asv-stuebbe.nl’ en ‘asv-stubbe.nl’ niet heeft overdragen aan ASV Stübbe Nederland BV. [gedaagde 4] voert als reden hiervoor aan dat hij de vaststellingsovereenkomst zo heeft begrepen, en ook mocht begrijpen, dat de punten 1 tot en met 3 successievelijk zouden worden afgewerkt. Nadat door hem € 50.000,00 is betaald (punt 1), heeft ASV Stübbe evenwel geweigerd mee te werken aan de aandelenoverdracht (punt 2), waarna [gedaagde 4] zijn medewerking aan de overdracht van de domeinnamen (punt 3) heeft opgeschort.

4.5. Voorshands geoordeeld is op geen enkele wijze aannemelijk geworden dat de punten 1 tot en met 3 van de vaststellingovereenkomst successievelijk moeten worden afgewerkt.’

De voorzieningenrechter komt tot de conclusie dat ASV Stübbe Benelux B.V. c.s. toerekenbaar tekort zijn geschoten in de nakoming van hun verplichtingen voortvloeiend uit de vaststellingovereenkomst.

De voorzieningenrechter oordeelt ten aanzien van de gevorderde volledige proceskostenveroordeling als volgt:

‘4.9. ASV Stübbe vordert op grond van artikel 1019h Rv een volledige proceskostenveroordeling. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter kan de in deze zaak - die in de kern handelt over inbreuken op intellectuele eigendomsrechten - door ASV Stübbe gevorderde vergoeding voor juridische bijstand ten bedrage van € 7.800,00, niet als onevenredig of onredelijk worden aangemerkt. De gevorderde vergoeding zal worden toegewezen, nu evenmin is gebleken van feiten of omstandigheden op grond waarvan geoordeeld moet worden dat de billijkheid zich tegen toewijzing verzet. De kosten aan de zijde van ASV Stübbe worden begroot op:
- kosten dagvaarding   € 155,16 (2x dagvaarding van € 84,31 en € 70,85)
- vast recht   €    300,00
- salaris procureur    € 7.800,00
Totaal     € 8.255,16’

In reconventie worden de vorderingen van ASV Stübbe Benelux B.V. c.s. afgewezen. ASV Stübbe GmbH mocht onder de gegeven omstandigheden terecht overgegaan tot opschorting van haar (leverings)verplichtingen uit hoofde van de vaststellingovereenkomst en er is geen sprake van onverschuldigde betaling verricht door ASV Stübbe Benelux B.V. c.s.

Lees het vonnis hier.

IEF 4834

Eerst even voor jezelf lezen

Vzr. Rechtbank Arnhem, 19 september 2007, LJN: BB5014. ASV Stübbe Gmbh & Co Kg tegen ASV Stübbe Benelux B.V. c.s.

Distributie- en vaststellingsovereenkomst. “Vast staat dat ASV Stübbe Benelux tot op heden het gebruik van de merkrechten ‘ASV’ en ‘Stübbe’ van ASV Stübbe niet heeft gestaakt en de domeinnamen ‘asv-stuebbe.nl’ en ‘asv-stubbe.nl’ niet heeft overdragen aan ASV Stübbe Nederland BV.”

Lees het vonnis hier.

Douanekamer Gerechtshof Amsterdam, 3 juli 2007, LJN: BB4622. Belastingzaak, inspecteur tegen belanghebbende.

 “6.1. De Douanekamer stelt voorop dat tussen partijen vaststaat dat de door Licentiehouder betaalde royalty’s waarvan de bijtelling in geschil is, betrekking hebben op de door haar aangekochte goederen waarvan de waarde dient te worden bepaald, en voorts dat de litigieuze royaltybetalingen in hun geheel zien op het recht gebruik te maken van een handelsmerk. Derhalve dient onderzocht te worden of Licentiehouder de royalties betaald heeft als voorwaarde voor de verkoop van de goederen, een en ander als bedoeld in artikel 32, eerste lid, aanhef en onderdeel c, van het CDW en in de daaraan in de artikelen 157 tot en met 162 van de UCDW gegeven uitwerking.”

Lees de uitspraak hier.

IEF 4663

Een aanmerkelijk verwijt

drbg.gifRechtbank ’s-Gravenhage, 12 september 2007, KG ZA 07-785, DER-TEC B.V. tegen Bege Aandrijftechniek B.V. (met dank aan Hidde Koenraad, Steinhauser Hoogenraad).

Domeinnaamzaak met proceskostenveroordeling waarvan de overwegingen zich ook laten lezen als een meer algemene uiteenzetting van de Haagse vice-president Hensen over de uitleg van het leerstuk van de werkelijke proceskostenverdeling. “De ervaring leert dat, indicatief, voor een kort geding in een gemiddelde merk-, model-, auteursrechtzaak afhankelijk van complexiteit en belang rekening is te houden met een bedrag tussen de 15.000 tot €25.000 aan proceskosten aan de zijde van de eisende partij.”

Beide partijen in deze zaak houden zich bezig met aandrijftechniek. Eiser Der-Tec is houdster van Het Benelux woordmerk Der-Tec en voert enkele handelsnamen met het bestanddeel Der-Tec. Gedaagde Bege is heeft de domeinnaam dertec.eu laten registreren en doorlinken naar de website bege.nl. Der-tec en de voorzieningenrechter beschouwen dit als inbreuk en Bege eigenlijk ook. Het eigenlijke geschil betreft de kosten.

“4.2. Bege stelt dat de overdracht van de domeinnaam zelf nooit een struikelblok is geweest, maar dat Der-Tec bleef bij haar starre standpunt: “Wel overdracht, geen vergoeding daarvoor en wel volledige vergoeding van de advocaatkosten van Der-Tec die Bege vanaf het begin te hoog vond.”Volgens Bege gaat het geschil eigenlijk helemaal niet over inbreuken op grond van handelsnaam en merkrecht. Zij stelt dat "dit geschil gaat over het feit dat Der-ter kost wat het kost haar kosten vergoed wil zien, Bege zal en moet al haar kosten vergoeden met een beroep op de richtlijn 2004/84/EG en artikel 1019h Rv".

"4.3. Nu Bege behoudens de bepaling van dwangsommen overigens geen verweer voert tegen de gevorderde overdracht, begrijpt de voorzieningenrechter dat Bege zich niet verzet tegen toewijzing van de hoofdvorderingen en het debat beperkt tot de dwangsommen en de proceskosten.”

Omdat Bege aanvankelijk en herhaaldelijk heeft geweigerd aan de overdracht mee te werken, bepaalt de rechter een dwangsom van €1000,- per dag. Door deze dwangsom is het volgens de voorzieningrecht niet nodig te bepalen dat het vonnis, ex artikel 3:300 BW, dezelfde kracht heeft als een opdracht van gedaagde aan Eurid tot overdracht van de domeinnaam aan Der-tec.

Aan de proceskosten wijdt de voorzieningenrechter vervolgens ongeveer twee pagina’s van het vonnis. De overwegingen laten zich ook lezen als een meer algemene uiteenzetting over de uitleg van het leerstuk van de werkelijke proceskostenverdeling:

“4.8 (…) In beginsel voorziet deze algemene regel niet in een matiging van de toe te wijzen kosten naar de mate van verwijtbaarheid van de inbreuk op het IE recht. De mate van verwijtbaarheid kan tezamen met andere omstandigheden wel leiden tot een door de billijkheid geboden matiging”

“4.10. Bij deze stand van maken staat in elk geval wast dat Bege bewust en opzettelijk een domeinnaam heeft geregistreerd die overeenstemt met het merk en de handelsnaam van haar concurrent, Bege heeft op de koop toegenomen dat die domeinnaam vervolgens doorlinkt naar haar eigen website. Dergelijke inbreukmakende handelingen zijn naar voorlopig oordeel niet als ter goeder trouw gedaan aan te merken. Er is grond Bege terzake een aanmerkelijk verwijt te maken waarbij een volledige kostenvergoeding aangewezen is. “

“4.11 Dit wordt niet anders in het licht van het door Bege aangedragen billijkheidargument. Dit argument komt er immers op neer dat Der-tec wordt voorgehouden dat zij de inbreuk op haar IE-recht eenvoudig had kunnen afkopen (…) Met deze redenering gaat Bege eraan voorbij dat er geen rechtsgrond is voor vaststelling van een vergoeding voor overdracht van de domeinnaam.”

“4.13. De ervaring leert dat, indicatief, voor een kort geding in een gemiddelde merk-, model-, auteursrechtzaak afhankelijk van complexiteit en belang rekening is te houden met een bedrag tussen de 15.000 tot €25.000 aan proceskosten aan de zijde van de eisende partij. In dit geval heeft eiser zich, terecht, beroepen op zijn merkrecht en handelsnaamrecht. Verweerder heeft tot en met de dag van de zitting wat de hoofdzaak betreft geen serieus verweer gevoerd.  Dit betekent dat eiser in zijn voorbereiding volledig dient te zijn. In het licht hiervan dient de kostenopgave van Der-Tec voor redelijk te worden gehouden en kan Bege niet volstaan met het enkel roepen dat het wel erg veel is. Bege zal dan ook worden veroordeeld in de kosten van de procedure conform de opgave van Der-tec.” (€13.635,38)

Lees het vonnis hier

IEF 4621

Geen Bankgarantie

Onopgemerkte en ongepubliceerde oude zaak via de nieuwsbrief van Domjur.nl:

- College van Beroep voor het bedrijfsleven, 26 juni 2007, Zaaknummer / rolnummer: AWB 06/888, Bankgarantie tegen De Nederlandsche Bank

- Rechtbank Rotterdam, 25 oktober 2006, LJN: AZ7251, Bankgarantie tegen De Nederlandsche Bank

“In geschil is het antwoord op de vraag of eiser door het gebruik van het woord 'bank' in de handels- en internet domeinnamen 'De Bankgarantieshop', 'Nationale Bankgarantie', en 'Bankgarantienet' het verbod van art. 83 Wtk overtreedt en of DNB in redelijkheid heeft kunnen weigeren eiser hiervan ontheffing te verlenen."

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft het door DNB ten aanzien van art. 83 Wtk gevoerde beleid bestendigd en geoordeeld dat DNB in redelijkheid de beleidslijn heeft kunnen ontwikkelen dat slechts in zeer uitzonderlijke omstandigheden een ontheffing wordt verleend.

Volgens de rechtbank kan niet worden gezegd dat verweerster, na afweging van alle belangen, niet in redelijkheid tot toepassing van het beleid ten aanzien van eiser heeft kunnen komen. Ter zitting is overigens nog gebleken dat bij het zoeken op internet op het trefwoord 'bankgaranties', ook, en niet als laatste, ondernemingen worden gevonden die een zelfde product aanbieden als eiser, maar die niet het woord 'bank' of vormen daarvan in hun naam voeren. Voor de rechtbank is dan ook niet aannemelijk geworden dat eiser door het verbod van artikel 83, eerste lid, van de Wtk 1992 en het weigeren door verweerster van het verlenen van ontheffing op grond van artikel 83, vierde lid, van de Wtk 1992 in de onmogelijkheid komt te verkeren zijn activiteiten voor te zetten.

Lees hier en hier  (Domjur.nl) of hier (Rechtspraak.nl) meer.

IEF 4522

Niet verschenen

Rechtbank Amsterdam, 28 maart 2007 HA-ZA 07-630, Relatieplanet Nederland B.V. tegen A.J.C. Van Putten. (Met dank aan Michiel Ellens, Teurlings & Ellens Advocaten).

Al eerder in dit bericht gemelde  domeinnaamzaak. Het blijkt een verstekvonnis te betreffen. Vordering van Relatieplanet tot overdracht domeinnaam relatieplanner.nl wordt toegewezen, evenals een inbreukverbod op het merk Relatieplanet. Ook dient gedaagde kosten voor beslag van de domeinnaam, proceskosten ad € 2551,00 en een schadevergoeding van € 7500,00 te betalen.

Lees vonnis hier.

IEF 4521

Een onderscheidende betekenis

sp.gifRechtbank Zwolle-Lelystad, 14 augustus 2007, KG ZA 07-331, De Telegraaf B.V. tegen Zegers. (Met dank aan Arvid van Oorschot, Klos Morel Vos & Schaap).

Merkenrecht. Het merk ‘speurders’ is “een redelijk tot goed bekend merk en daarnaast ook een zogenaamd seriemerk”. De domeinnaam mijnspeurder.nl dient te worden afgegeven. Uitlatingen van gedaagde over de zaak worden aangemerkt als onrechtmatige publicaties. Matiging proceskosten i.v.m. inkomenspositie.

De feiten laten zich heel kort samenvatten: De Telegraaf voert sinds 1922 een advertentierubriek onder de naam Speurders, begin 2007 heeft Zegers de domeinnaam mijnspeurder.nl geregistreerd en de Telegraaf maakt hiertegen bezwaar op grond van haar merkrechten. De rechter wijst de vorderingen van de Telegraaf toe, inclusief de vorderingen met betrekking tot de onrechtmatige publicaties van Zegers over de wijze waarop de Telegraaf zich in deze zaak zou hebben opgesteld. 

“5.6 “(…) Hoewel 'speurder' en daarvan afgeleide woorden ook woorden zijn waarvan in de Nederlandse taal normaal gebruik wordt gemaakt, heeft het woord ‘speurders’ in de context waar het in deze zaak om gaat wel degelijk een onderscheidende betekenis. ‘Speurders" is immers al sinds jaar en dag een begrip op het gebied van de kleine advertenties. Gelet op de bekendheid van "speurders" en de lange periode (vanaf 1922) waarin door de Telegraaf  al in voorgaande betekenis gebruik wordt gemaakt van de term ‘speurders’, is het aannemelijk dat de identificatie van ‘speurders’ zich niet alleen uitstrekt tot de advertentierubriek van het dagblad Telegraaf, maar ook tot de identificatie met de Telegraaf zelf. Derhalve moet worden geoordeeld dat ‘speurders’ als ingeschreven wordmerk in deze context bescherming geniet.

Vergelijking van ‘mijnspeurder’ met ‘speurders’ leidt tot het oordeel dat sprake is van een (in hoge mate) overeenstemmend teken. (…) de kans [zal] groot zijn dat er verwarring ontstaat bij het publiek, in die zin dat ‘mijnspeurder’ geassocieerd zal worden met het merk ‘speurders’ van de Telegraaf. Dit risico wordt alleen maar vergroot doordat Zegers, en dit is door hem niet weersproken, ‘mijnspeurder’ gebruikt voor identieke diensten als waar de Telegraaf haar merk ‘speurders’ voor gebruikt: advertentie publicatie en bemiddeling. Ook het feit dat het merk ‘speurders’ een redelijk tot goed bekend merk is en daarnaast ook een zogenaamd seriemerk is, maakt de kans op verwarring des te groter.”

Twee publicaties van Zegers over de zaak worden als onrechtmatig aangemerkt;

“5.12. De beschuldiging die Zegers in het eerste artikel (verder Publicatie te noemen) uit, komt neer op een beschuldiging van de Telegraaf dat zij op oneigenlijke gronden en met oneigenlijke middelen Zegers de domeinnaam "mijnspeurder" probeert afhandig te maken. De Telegraaf heeft zich bij haar eis tot afgifte consequent beroepen op een aan haar toekomend merkrecht. waarop door Zegers inbreuk wordt gemaakt. (…) Uit geen enkel in het geding gebracht stuk blijkt dat de Telegraaf zich in het geschil tussen haar en Zegers heeft bediend van middelen die het oorbare te buiten gaan of een andere toon behelzen dan een strikt zakelijke. Daarnaast is de voorzieningenrechter van oordeel dat het artikel onnodig tendentieus is. Zegers zet zichzelf neer als het slachtoffer en schroomt niet om hierbij gebruik te maken van het feit dat hij WAO’er is, hoewel dit niets van doen heeft met het tussen partijen spelend geschil. Gelet op al het voorgaande moet dan ook geoordeeld orden dat het belang van de Telegraaf om niet lichtvaardig aan (achteraf loze) beschuldigingen te worden blootgesteld zwaarder heeft te wegen dan het belang van Zegen zich te uiten als hij heeft gedaan. Dat Zegers zich hierbij heeft laten leiden door zijn emoties, ontslaat hem niet van zijn verplichting de nodige zorgvuldigheid te betrachten bij her openbaar maken van een artikel met deze inhoud. De eerste publicatie moet dan ook onrechtmatig  jegens de Telegraaf worden geacht.

5.13. ook de tweede publicatie (verder Tweede Publicatie te noemen) is naar het oordeel van de voorzieningenrechter onrechtmatig jegens de Telegraaf. In het licht van de omstandigheden van dit geval moest de Tweede Publicatie gezien worden als kennelijk bedoeld om de Telegraaf schade toe te brengen, althans de Telegraaf nog verder negatief neer te zetten, Deze Tweede Publicatie is immers als vervolgactie aangekondigd in de mailwisseling met (de raadsman) van de Telegraaf over het tussen Zegers en de Telegraaf gerezen geschil met betrekking tot de domeinnaam. (…) Ook deze beschuldigingen vinden naar het oordeel van de voorzieningenrechter onvoldoende steun in het beschikbare feitenmateriaal.”

Zegers wordt als grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten veroordeeld,  Waarbij de voorzieningenrechter, mede gelet op de inkomenspositie van Zegers, wel aanleiding ziet om de kosten, met betrekking tot het IE gedeelte, op grond van art. 1019h Rv  te matigen tot € 7.000,-. De (voor niet IE-zaken gebruikelijke) proceskosten in verband met onrechtmatige daad (de publicaties vloeien niet noodzakelijkerwijs voort uit het feit dat het geschil een intellectuele eigendomskwestie betrof) en de beslagkosten komen daar nog bovenop.

Lees het vonnis hier.

IEF 4516

De Benelux is meer dan Nederland alleen

Joris Deene: Intellectuele rechten kroniek 2006. “De auteur geeft een overzicht, een juridische kroniek, van de voornaamste gebeurtenissen van 2006 in het domein van de intellectuele rechten. Hij behandelt zowel het auteursrecht en de naburige rechten, het tekeningen- en modellenrecht, het octrooirecht, het merkenrecht als de bescherming van de handelsnaam en domeinnaam. Hij situeert de materie binnen de wetgeving en de rechtspraak.”

Lees de kroniek (30 pagina's) hier.

IEF 4490

Meer zekerheid voor zoekmachines

dirkvisser.JPGKort commentaar Prof. mr. Dirk J.G. Visser , hoogleraar intellectuele eigendomsrecht aan de Universiteit Leiden en advocaat te Amsterdam  (Klos Morel Vos & Schaap). Dirk Visser is o.a. advocaat van www.zoekallehuizen.nl.

In zijn vonnis van 7 augustus jl. heeft de Voorzieningenrecht van de Rechtbank Alkmaar bepaald dat huizenzoekmachine Jaap.nl op grond van het auteursrecht níet complete woningomschrijvingen van makelaars met alle foto’s erbij mag kopiëren en in eigen opmaak op zijn eigen website presenteren.

De Rechtbank heeft ook bepaald dat een dergelijke zoekmachine op grond van het citaatrecht wél per zoekresultaat één verkleinde foto (“thumbnail”) met een formaat van ten hoogste 194x145 pixels en een tekst met maximaal 155 tekens en enkel ander relevante gegevens (adresgegevens en vraagprijs) mag overnemen.

Met deze uitspraak sluit de Rechtbank Alkmaar aan bij de beslissing van het Gerechtshof Arnhem van vorig jaar over huizenzoekmachine Zoekallehuizen.nl. Dat Gerechtshof bepaalde toen als eerste dat het vermelden van korte relevante informatie bij een zoekresultaat van een zoekmachine op grond van het citaatrecht toegestaan was.

Het is goed voor de rechtszekerheid op internet dat een beetje duidelijker wordt wat zoekmachines wel en niet mogen. Jaap.nl ging duidelijk te ver: als je hele sites van een ander zou mogen kopiëren en in eigen opmaak aanbieden, omdat je jezelf presenteert als zoekmachine, zou dat de mogelijkheid om geld te verdienen met websites met eigen content nogal belemmeren. Zoekmachines zijn van grote waarde voor internet, maar het is duidelijk dat ze geen vrijbrief zijn om alle content van anderen volledig te kopiëren en op een eigen site te presenteren.

De grens die de Rechtbank Alkmaar nu heeft geformuleerd is natuurlijk niet absoluut, maar geeft wel wat houvast. Aanbieders van zoekmachines hebben nu meer duidelijkheid over wat wel en niet mag.

Wel blijft nog een vraag in hoeverre een zoekmachine zich speciaal mag richten op één of enkele internetdatabanken. Daarbij speelt niet alleen het auteursrecht een rol, maar ook het databankenrecht. Waarschijnlijk mag een zoekmachine zich niet beperken tot het doorzoeken van één of enkele internetdatabanken van anderen waarin substantieel is geïnvesteerd. In de Zoekallehuizen-zaak heeft het Gerechtshof Arnhem bepaald dat de websites van de individuele makelaars geen blijk gaven van een substantiële investering, omdat het slechts een spin-off betrof van hun verkoopactiviteit. In de Jaap.nl-zaak deden de makelaars geen beroep op het databankenrecht, vermoedelijk omdat dit door het Gerechtshof al zo duidelijk was afgewezen.

Zoekmachines die zoeken in één of enkele internetdatabanken waarin wél substantieel is geïnvesteerd kunnen dus onrechtmatig zijn, ook als ze zich wat de presentatie van de zoekresultaten betreft beperken tot hetgeen de Rechtbank Alkmaar nu heeft geformuleerd.

Amsterdam, 8 augustus 2007