Merkenrecht  

IEF 18503

Uitspraak ingezonden door Shaharzaad Said en Timme Geerlof, Windt Le Grand Leeuwenburgh, Allard Rignalda, KLOS cs, en Theo-Willem van Leeuwen, Merkenbureau Abcor.

Doorhalingsbeslissing merk 'Ik wil van mijn auto af'

BBIE 3 jun 2019, IEF 18503; (WijKopenAutos tegen Dealerdirect ), https://ie-forum.nl/artikelen/doorhalingsbeslissing-merk-ik-wil-van-mijn-auto-af

BBIE 3 juni 2019, IEF 18503, IEFbe 2893 (WijKopenAutos tegen Dealerdirect) Merkenrecht. Onderscheidend vermogen. Doorhalingsbeslissing. Vervolg op kort geding [IEF 17914]. Verzoeker tot doorhaling WijKopenAutos stelt dat de bekendheid van 'ik wil van mijn auto af' in het Nederlandstalige gebied te laag is om toekenning van een exclusief merkrecht te rechtvaardigen. DealerDirect BV, verweerder, is van mening dat het merk 'ik wil van mijn auto af' door inburgering over voldoende onderscheidend vermogen beschikt en dat de beslissing van het Bureau om het voor inschrijving toe te laten juist is geweest. Hij verzoekt het nietigheidsverzoek ongegrond te verklaren en de inschrijving te handhaven. Het bestreden merk is ab initio beschrijvend en mist ieder onderscheidend vermogen. De bezwaren worden niet weggenomen door het gebruik dat er van het merk is gemaakt. Inburgering is niet aangetoond. Het verzoek tot doorhaling wordt toegekend.

IEF 18496

Reclames huidcrème Lidl zijn misleidend én maken inbreuk op merkrechten La Prairie

Rechtbanken 31 mei 2019, IEF 18496; ECLI:NL:RBAMS:2019:3868 (La Prairie tegen Lidl), https://ie-forum.nl/artikelen/reclames-huidcr-me-lidl-zijn-misleidend-n-maken-inbreuk-op-merkrechten-la-prairie

Vzr. Rechtbank Amsterdam 31 mei 2019, IEF 18496; RB 3317, ECLI:RBAMS:2019:3868 (La Prairie tegen Lidl) Reclamerecht. Merkenrecht. Vergelijkende reclame. La Prairie biedt huidverzorgingsproducten aan, en is in deze hoedanigheid houdster van het internationale woordmerk ‘La Prairie’. Lidl is een levensmiddelenbedrijf, en heeft gestunt met soortgelijke huidverzorgingsproducten, waarbij La Prairie herhaaldelijk werd aangehaald. La Prairie vordert nu elk gebruik van het merk door Lidl te verbieden, en elke vergelijking in de reclames te verbieden. Lidl slaagt er niet in aan te tonen dat de gegevens in haar reclame juist zijn, nu slechts deels dezelfde ingrediënten worden gebruikt, en de resultaten van het gebruik ook zullen verschillen, terwijl in de reclame de indruk wordt gewekt dat deze gelijk zullen zijn. Daarnaast heeft Lidl een sub c inbreuk gemaakt op de merkrechten van La Prairie, nu Lidl heeft geprofiteerd van de reputatie van dit merk. Lidl wordt veroordeeld gebruik van de term La Prairie te staken en eerder gebruik te rectificeren.

IEF 18495

Uitspraak ingezonden door Rogier de Vrey, CMS.

Persoonlijk stempel op logo en woord Mayvinci niet gemotiveerd betwist

Rechtbank Gelderland 28 mei 2019, IEF 18495; ECLI:NL:RBGEL:2019:3092 (Bigfoot tegen Ayanmo), https://ie-forum.nl/artikelen/persoonlijk-stempel-op-logo-en-woord-mayvinci-niet-gemotiveerd-betwist

Vzr. Rechtbank Gelderland 28 mei 2019, IEF 18495; ECLI:NL:RBGEL:2019:3092 (Bigfoot tegen Ayanmo) Kort geding. Bigfoot is een Qatarese onderneming in coatingtechnologie onder de merknaam 'Mayvinci´ voor (exclusieve) auto's, luxe motorjachten en privéjets. Het bedrijf Van Leeuwen SCC houdt zich onder meer bezig met de reparatie en het slepen van auto´s. Bigfoot en Van Leeuwen SCC hebben een exclusieve distributieovereenkomst gesloten. Gedaagde Ayanmo houdt zich bezig met de in- en verkoop van auto's, en is houdster van het Benelux woordmerk Mayvinci. Het auteursrecht op het logo en het woord Mayvinci komen op grond van artikel 8 Aw toe aan Bigfoot. Ayanmo heeft niet gemotiveerd betwist dat het logo en het woord Mayvinci werken zijn die een eigen oorspronkelijk karakter bezitten en het persoonlijk stempel van de maker dragen. Bovendien heeft Ayanmo op geen enkele wijze gesteld, dat iemand anders dan Bigfoot het logo en het woord Mayvinci heeft ontworpen/bedacht.

IEF 18494

EN-S Sports hoeft Van Caem Sports niet te vrijwaren nu er gebrek is aan overtuigend bewijs

Rechtbanken 20 mrt 2019, IEF 18494; ECLI:NL:RBDHA:2019:2683 (Van Caem Sports tegen EN-S Sports), https://ie-forum.nl/artikelen/en-s-sports-hoeft-van-caem-sports-niet-te-vrijwaren-nu-er-gebrek-is-aan-overtuigend-bewijs

Rechtbank Den Haag 20 maart 2019, IEF 18494; ECLI:NL:RBDHA:2019:2683 (Van Caem Sports tegen EN-S Sports) Vrijwaringszaak. Hier spelen twee zaken. In beide zaken ligt de vraag voor of EN-S Sports is gehouden Van Caem Sports te vrijwaren omdat zij schoenen heeft geleverd aan Van Caem onder een garantie-verplichting. Van Caem is er niet in geslaagd te bewijzen dat EN-S Sports gehouden is haar te vrijwaren, omdat zij onvoldoende (overtuigend) bewijs heeft aangeboden. De rechtbank wijst de vorderingen van Van Caem daarom af.

IEF 18490

Calvin Klein maakt geen inbreuk op IE-rechten Diesel

Rechtbanken 27 mei 2019, IEF 18490; ECLI:NL:RBDHA:2019:5189 (Diesel tegen Calvin Klein), https://ie-forum.nl/artikelen/calvin-klein-maakt-geen-inbreuk-op-ie-rechten-diesel

Rechtbank Den Haag 22 mei 2019, IEF 18490, IEFbe 2889; ECLI:NL:RBDHA:2019:5189 (Diesel tegen Calvin Klein) Merkenrecht. Auteursrecht. Vernietiging inschrijving. Inbreuk. Diesel is een onderneming die zich bezig houdt met casual kleding, waaronder jeans. In hun collecties zit standaard het 5-pocketmodel. Bij dit model wordt op de zogenoemde ‘coin pocket’ een label met woord-/beeldmerk van Diesel aangebracht (hierna: het positiemerk). Calvin Klein is eveneens een modeconcern dat jeans voorziet van een label op de coin pocket. Diesel stelt dat dit een inbreuk is op haar merk- en auteursrechten. In reconventie vordert Calvin Klein nietigverklaring van het positiemerk. Deze vordering slaagt nu het positiemerk van huis uit het vereiste onderscheidend vermogen mist, en ook inburgering niet overtuigend bewezen kan worden. Voor zover de plaatsing van het merk als een 'werk' in de zin van de auteurswet moet worden aangemerkt, zijn er te veel verschillen om te kunnen spreken van overeenstemmende totaalindrukken. De vorderingen van Diesel worden dus afgewezen. Het positiemerk wordt nietig verklaard, en Diesel wordt veroordeeld in de proceskosten.

IEF 18488

Bewijs uitputting Philipp Plein-merk mag nog geleverd worden

Rechtbank Den Haag 15 mei 2019, IEF 18488; ECLI:NL:RBDHA:2019:4895 (Philipp Plein tegen kledingwinkel), https://ie-forum.nl/artikelen/bewijs-uitputting-philipp-plein-merk-mag-nog-geleverd-worden

Rechtbank Den Haag, 15 mei 2019, IEF 18488; ECLI:NL:RBDHA:2019:4895 (Philipp Plein tegen kledingwinkel) Intellectueel Eigendom. Inbreuk op Uniemerk? Philipp Plein is een Duitse modeontwerper. Onder eigen naam brengt hij kleding op de markt, veelal bewerkt met doodshoofden, exotische leersoorten en biker-elementen. Gedaagde exploiteert twee gelijknamige kleding- en schoenenwinkels. Phipp Plein stelt dat gedaagde inbreuk maakt op Uniewoordmerk “PHILIPP PLEIN” door de verkoop van counterfeit producten. Gedaagde voert in reconventie aan dat het beslag onrechtmatig is omdat twee Italiaanse medewerkers van Philipp Plein aanwezig waren bij de beslaglegging terwijl de voorzieningenrechter daartoe geen toestemming heeft gegeven en daartoe geen noodzaak bestond. Beslissing wordt aangehouden. Gedaagde mag bewijs van zijn stelling leveren dat de producten door of met toestemming van Philipp Plein in de EER in het verkeer zijn gebracht.

IEF 18484

Uitspraak ingezonden door Anthony Van der Planken en Thierry van Innis, Van Innis & Delarue

EUIPO wijst vordering nietigverklaring rode zool af

EUIPO - OHIM 22 mei 2019, IEF 18484; (Van Haren tegen Louboutin), https://ie-forum.nl/artikelen/euipo-wijst-vordering-nietigverklaring-rode-zool-af

EUIPO 22 mei 2019, IEF 18484, IEFbe 2888; (Van Haren tegen Louboutin) In navolging van de rechtbank Den Haag [IEF 18217] heeft het EUIPO de door Van Haren ingestelde vordering tot nietigverklaring van het Uniemerk voor de rode zool afgewezen. Het EUIPO oordeelt dat:
(i)  de nieuwe nietigheidsgrond bepaald in artikel 7(1)(e)(iii) van de Uniemerkenverordening niet van toepassing is op merken gedeponeerd vóór de inwerkingtreding van deze nieuwe nietigheidsgrond;
(ii) de rode zool hoe dan ook niet onder deze nieuwe nietigheidsgrond valt, nu de rode zool geen wezenlijke waarde aan de waar geeft.
Zie ook: IEF 17759; IEF 17487; IEF 17209; IEF 16890; IEF 15786; IEF 15746; IEF 14828; IEF 13716; IEF 12902 en IEF 12573.

IEF 18478

Uitspraak ingezonden door Dirk Visser en Paul Kreijger, Visser Schaap & Kreijger.

Heineken hoeft aanduiding Tequila niet van Desperados producten te verwijderen

Rechtbank Amsterdam 15 mei 2019, IEF 18478; ECLI:NL:RBAMS:2019:3564 (CRT tegen Heineken), https://ie-forum.nl/artikelen/heineken-hoeft-aanduiding-tequila-niet-van-desperados-producten-te-verwijderen

Rechtbank Amsterdam  15 mei 2019, IEF 18478, RB 3316; ECLI:NL:RBAMS:2019:3564 (CRT tegen Heineken) Tequila is een drank, die wordt gedestilleerd uit het sap van de blauwe ‘Tequilana Weber’- agaveplant en geproduceerd in bepaalde Mexicaanse staten. Tequila is in 1978 ingevolge het Verdrag van Lissabon (waarvan Mexico lid is) geregistreerd bij de Wereldorganisatie voor de intellectuele eigendom (WIPO) als geografische aanduiding. Eiser CRT is onder de Mexicaanse Federal Law on Metrology and Standardization de bevoegde instantie die toeziet op de naleving van de op Tequila van toepassing zijnde regels. Heineken brengt o.a. bier op de markt met de naam Desperados. CRT stelt onder meer dat de Desperadosproducten niet voldoen aan de Mexicaanse regelgeving, terwijl dit op grond van de EU-MX-overeenkomst wel vereist is voor alle producten waarin Tequila zit. Daarnaast is sprake van misleidende reclame en oneerlijke handelspraktijken. De vorderingen worden afgewezen. Ondanks het prominente gebruik van het woord ‘Tequila’ op de voorzijde van de verpakking en in reclame-uitingen, moet het de redelijk omzichtige en oplettende gemiddelde consument duidelijk zijn dat Tequila in Desperados fungeert als smaakmaker en dat het percentage Tequila in het bier relatief gering is.

IEF 18472

Niet enkel lovende aard ten grondslag aan betwist merk

HvJ EU 15 mei 2019, IEF 18472; ECLI:EU:C:2019:406 (VM tegen EUIPO), https://ie-forum.nl/artikelen/niet-enkel-lovende-aard-ten-grondslag-aan-betwist-merk

HvJ EU 15 mei 2019, IEF 18472, IEFbe 2885; ECLI:EU:C:2019:406 (VM tegen EUIPO) In 2009 heeft VM Vermögens-Management bij EUIPO een Uniemerkaanvraag ingediend krachtens verordening nr. 207/2009 voor woordteken 'Vermögensmanufaktur'. Interveniënte in eerste aanleg, DAT Vermögensmanagement, diende bij EUIPO een vordering tot nietigverklaring van het betwiste merk in. VM voert zes middelen aan, waaronder schending van artikel 65, leden 2 en 3, van verordening nr. 207/2009, in samenhang met artikelen 17 en 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. Schending van artikel 36, eerste zin, van het Statuut van het Hof van Justitie van de Europese Unie. Hogere voorziening wordt in geheel afgewezen. Het argument van VM dat het gerecht blijk gaf van onjuiste rechtsopvatting door te stellen dat het betwiste merk onderscheidend vermogen miste, alleen omdat de uitdrukking Vermögensmanufaktur een lovende verwijzing is, berust op een onjuiste lezing van het bestreden arrest.

IEF 18471

Summiere en algemene bewoordingen in dagvaarding scheppen onduidelijkheid

Rechtbank Den Haag 10 mei 2019, IEF 18471; ECLI:NL:RBDHA:2019:4822 (Afvalzuiger), https://ie-forum.nl/artikelen/summiere-en-algemene-bewoordingen-in-dagvaarding-scheppen-onduidelijkheid

Ktr. Rechtbank Den Haag 10 mei 2019, IEF 18471; ECLI:NL:RBDHA:2019:4822 (Afvalzuiger) Auteursrecht, slaafse nabootsing en (vorm)merk. Eiser produceert de mobiele afvalzuiger Glutton en is houder van het Uniewoordmerk en Unievormmerk. Gedaagde is een bedrijf in de exploitatie van industriële oplossingen en apparatuur gericht op de Nederlandse markt. Zij heeft een mobiele afvalzuiger, onder de naam Vanguard op de Nederlandse markt geïntroduceerd. Eiser heeft in de dagvaarding slechts zeer summier en in algemene bewoordingen uiteengezet op welke feiten en omstandigheden hij zijn vorderingen baseert. Bij een industrieel product zoals de afvalzuiger waaraan allerlei technische en functionele eisen zijn te stellen, die van directe invloed zijn op bestaan en reikwijdte van de ingeroepen rechten, verzet het karakter van een kort geding zich ertegen dat een eisende partij afwacht of bepaalde verweren zullen komen. Cruciale geschilpunten komen nu onvoldoende uit de verf. De onduidelijkheid die hierdoor is ontstaan, is voor rekening van de eisende partij. Vorderingen afgewezen.