Portretrecht  

IEF 2400

Moderne coupe

'Wordt het niet eens tijd voor een nieuw kapsel?' Met deze boodschap verspreidde kapper Jamal Saoud 20.000 flyers met de afbeelding van Balkenende en Wilders mét een moderne coupe. Ook zette hij de beeltenis van de twee politici in etalage van zijn kapsalon Haarvisie in Rijswijk.

De Rijksvoorlichtingsdienst zag er de humor niet van in. De directeur-generaal benadrukt nog maar eens dat een beeld van een regeringsleider niet gebruikt mag worden voor commerciële doeleinden zonder toestemming van de betreffende persoon. "Meneer heeft een standaard waarschuwingsbrief gehad. Dat is eigenlijk heel aardig van ons. We hadden hem ook direct voor de rechter kunnen slepen."

Saoud begrijpt het 'gezeur' niet. "De Kijkshop heeft eerder ook Balkenende gebruikt in een campagne en een schadevergoeding moeten betalen. Daar heb ik geen zin in. Het is alleen jammer dat de Kijkshop Balkenende belachelijk maakte en dat ik hem er juist leuker uit laat zien." Saoud haalt de poster van Balkenende uit de etalage.

En Wilders? Die vindt de RVD kinderachtig: "Het is een kleine ondernemer die op creatieve wijze reclame maakt. Ik ben niet van plan om mijn haar te veranderen zoals op de afbeeldingen in zijn zaak. Ik ga er ook geen probleem van maken dat hij mijn gezicht gebruikt. Dat zou ik wel doen als mijn hoofd elke dag in een spotje vóór het achtuur-journaal wordt uitgezonden."

Lees hier iets meer.

IEF 2366

korte hippe

“Een kapper heeft in een advertentie voor zijn zaak minister-president Balkenende een nieuw kapsel aangemeten. Op de afbeelding staat Jan Peter met een korte hippe coup." Er is ‘uiteraard’ geen toestemming verleend en de RVD heeft een sommatie gestuurd.

Lees hier iets meer (Telegraaf).

IEF 2201

Omdat ze het waard is…

Rechtbank Den Haag, 14 juni 2006, HA ZA 01-1664 J. Guldenaar tegen L’Oréal Nederland B.V.

Het portret van het model Joyce Guldenaar is afgebeeld op haarproducten van L’Oréal. In 1998 zijn van het model in opdracht en voor rekening van het modellenbureau Karen Models foto’s gemaakt op verzoek van McCann-Erickson. Dit laatste bedrijf coördineert de reclame en promotieactiviteiten van L’Oréal. De foto’s werden gemaakt voor de verpakking van de producten Feria en Récital Preference van L’Oréal voor de Amerikaanse markt. Joyce Guldenaar heeft van Karen Models voor deze foto’s eenmalig $ 4.000,- gekregen.

Gezien aan L’Oréal slechts toestemming was verleend voor het gebruik van de foto’s in de Verenigde Staten, heeft Joyce Guldenaar L’Oréal in 2001 L’Oréal gesommeerd ieder gebruik van haar portret buiten de VS te staken. In de sommatie werd gevorderd iedere verspreiding van de L‘Oréal producten en reclamemateriaal met haar portret in Nederland, of althans buiten de VS te staken dan wel de schade die zij door dat gebruik heeft geleden te vergoeden.

Beiden partijen hebben geen kopie van de overeenkomst kunnen overleggen. Bij de beoordeling van de inhoud van de overeenkomst, acht de rechtbank het niet aannemelijk dat Guldenaar bezwaar zou hebben gehad tegen het gebruik van haar portret buiten de VS. Dit alles mits die exploitatie wel op een professioneel verantwoorde wijze gebeurt, dus dat Guldenaar voor dat gebruik zou worden betaald. Aangezien Guldenaar voor het wereldwijde gebruik van haar portret niet is betaald, oordeelt de rechtbank toestemming voor dat gebruik niet geacht moet worden te zijn gegeven.

L’Oréal voert het verweer te goeder trouw te hebben gehandeld. De rechtbank honoreert dit verweer voor de periode tot 2001, het moment waarop L’Oréal de sommatiebrief heeft ontvangen. Tot dat moment mocht L’Oréal ervan uitgaan dat Karen Models over toestemming van Guldenaar beschikte. Vanaf het moment dat L’Oréal op de hoogte was van het standpunt van Guldenaar, rustte op L’Oréal de zorgvuldigheidsverplichting om zich te vergewissen van de bevoegdheid van de contractpartners van de L’Oréal-groep wereldwijd. Zij had alles moeten doen wat in haar vermogen lag om te verhinderen dat andere groepen van L’Oréal het portret van Guldenaar wereldwijd zouden gebruiken.

Bij het bepalen van de schadevergoeding haakt de rechtbank aan bij de tarieven die door het reclamebureau McCann-Erickson aan L’Oréal worden gehanteerd. Voor het vaststellen van de precieze omvang van de schade beveelt de rechtbank L’Oréal om nog nadere inlichtingen te geven. Echter, de rechtbank oordeelt dat L’Oréal in ieder geval voor een bedrag van EUR 40.000,- aansprakelijk is. Voor het overige bedrag wordt de zaak naar de rol verwezen.

Lees het vonnis hier.

IEF 2087

Des Aanschijns

Rechtbank Amsterdam, 18 mei 2006, 338809/KG 06-606 OdC, Chatib Sjarbaini tegen Uniconsult BV (met dank aan Lisette Varossieau, Van der Steenhoven Advocaten).

Voorschotschadevergoeding € 5.000,= vanwege inbreuk op het portretrecht van Sjarbaini.

Uniconsult heeft in een oplage van 2 miljoen de advertentiekrant Lekker Doen!! uitgegeven in haar supermarktketen Dirk van der Broek, Digros en Bas van der Heijden, haar slijterijketen Dirk III en haar reisketen D-reizen. In de uitgave van LEKKER DOEN!, geldig van 6 t/m 12 maart 2006 stond een advertentie van Rexona (deodorant) waarin de opschrift: “Mannen en Zweten…”, en verder met de tekst: “Vrouwen halen vaak flinke neus op als er zo’n zwetende man de kamer binnenkomt. Maar de heren kunnen het echt niet helpen…Het is aangeboren…” Boven deze tekst van de advertentie is een foto afgedrukt van Sjarbaini, zich in het zweet werkend in de sportschool.

Sjarbaini vordert, kort gezegd, een verbod, opgave en voorschot op schadevergoeding. De voorzieningenrechter veroordeelt Uniconsult om aan Sjarbaini € 5000 te voldoen. De overige vorderingen zijn wegens gebrek aan belang afgewezen.

Verbod:  De verbods- en opgave vorderingen wijst de voorzieningenrechter af. De mededelingen van Uniconsult dat zij de foto niet wederom zal gebruiken en dat het fotobureau, waar de foto vandaan komt, de foto zou hebben verwijderd uit haar databestand en dat alle foto’s en ander materiaal zou zijn vernietigd is voor de Voorzieningenrechter aanleiding om geen grond te zien voor de vrees van Sjarbaini dat Uniconsult zijn foto wederom zal gebruiken.

Voorschot schadevergoeding: De voorzieningenrechter wijst wel een voorschot op schadevergoeding toe. Uniconsult heeft de aansprakelijkheid van de materiele en immateriële die Sjarbaini ten gevolge van het plaatsen van de foto heeft geleden erkend, maar zij betwist de hoogte ervan. De voorzieningenrechter komt een voorschot van € 5.000,= op de vergoeding van immateriële schade als redelijk voor, in aanmerking nemend dat LEKKER DOEN! een oplage heeft van 2 miljoen. Het is aannemelijk dat het gebruik van de foto in de advertentie van Rexona in combinatie met de hiervoor genoemde tekst over zweten Sjarbaini onaangenaam heeft getroffen. Een voorschot op vergoeding van materiele schade wordt afgewezen vanwege onvoldoende onderbouwing.

Lees het vonnis hier.

IEF 2047

Gewetensvol

Het College Bescherming Persoonsgegevens heeft zich gebogen over het portretrecht van (vermeende) criminelen en concludeert dat  “Politie en justitie gewetensvol hebben gehandeld bij het publiceren van foto’s van verdachten op internet. Het CBP concludeert dat politie en justitie in Rotterdam, Nijmegen en Katwijk juiste afwegingen hebben gemaakt voordat overgegaan werd tot publicatie van de foto van verdachte op internet. Bovendien zijn de foto’s verwijderd zodra de identiteit van de verdachte bekend was.

Bij het publiceren van foto’s van verdachten op internet dient er in ieder afzonderlijk geval een afweging te worden gemaakt of het opsporingsbelang opweegt tegen de ingrijpende maatregel van publicatie op internet. Daarbij moeten ook de mogelijk beschadigende en onomkeerbare neveneffecten van publicatie op internet voor de verdachten, met name voor ‘first offenders’ (iemand die voor het eerst met de politie in aanraking komt), zorgvuldig worden meegewogen.”

Lees hier meer.

IEF 1882

Geen gedoe dus

Artikeltje in de Volkskrant over games en merk- en portretrechten: “Sensible Soccer zou goed beschouwd een computerspel kunnen zijn zoals een advocaat dat zou ontwerpen. Waarom? In tegenstelling tot de felrealistische voetbalgames Fifa van Electronic Arts en Pro Evolution Soccer van Konami lijken de spelers in Sensible Soccer helemaal nergens op. (…) Geen gedoe dus met de portretrechten van voetballers of het merkrecht van een club.

Klopt, zegt John Hare van uitgever Codemasters (In kleine kring bekend van dit vonnis in  de zaak Tellegen- Codemasters) . ‘We zouden veel geld kwijt zijn aan het recht om de echte clubs en echte spelers af te beelden.’En met een knipoog voegt hij er aan toe: ‘Als je de legale valkuilen weet te vermijden, kun je nog een heel eind komen.’ Het merk- en portretrecht is geen onderwerp dat gamesmakers lichtvaardig aan hun laars lappen.”

Lees het hele artikel hier.

IEF 1859

Goud verzilveren (2)

NRCnext meldt dat hockeyers zelf hun populariteit willen verzilveren. Namens de mannen- en vrouweninternationals voerde oud-hockeyer en advocaat Donk de afgelopen twee jaar (eerder bericht hier) met de hockeybond onderhandelingen over de portretrechten bedoeld voor commerciële doeleinden van de topsporters. Acht jaar lang lag de exploitatie van de verzilverbare populariteit van het Nederlands elftal bij de KNHB.

Donk: "Juridisch gezien liggen die rechten bij de hoofdrolspelers, bij de internationals, dus dat is de discussie niet." Dat de rechten de afgelopen acht jaar bij de bond lagen, had tot gevolg dat “[...] dat de spelers al die tijd beperkingen zijn opgelegd, terwijl de bond niets met die exploitatiemogelijkheden heeft gedaan. Dan is de vraag: waarom heb je die portretrechten dan en waarom wil je die vervolgens per se behouden?" Het einde van de onderhandelingen lijkt nabij met als uitkomst dat de hockeyers zelf hun imagerechten beheren, zonder daarbij de belangen van de bond te schaden.

Donk hield twee jaar geleden op verzoek van strafcornerspecialist Taeke Taekema de door alle A-internationals ‘verplicht’ te ondertekenen overeenkomst tegen het licht. “Wurgcontract is een groot woord, maar het is wel een zéér eenzijdige overeenkomst. Iedere jurist zal beamen dat het op z’n zachtst gezegd vreemd is, dat in vier aparte artikelen is geregeld dat de bond de exclusieve rechten heeft om spelers in te zetten voor commerciële doeleinden. Toch kwam de bond daarmee weg”, aldus Donk.

Aanvoerder Delmee weerlegt de suggestie dat de spelers geldwolven zijn: “ Waar het om gaat is keuzevrijheid; wij willen niet aan de ketting liggen, zeker niet als blijkt dat sommige bedrijven wel degelijk geïnteresseerd zijn in ons, of in sommigen van ons.” Lees hier meer over imagerechten van spelers.

IEF 1849

Zich vrij en onbespied wanen

Rechtbank Amsterdam, 29 maart 2006, LJN: AV7581. Prins Willem-Alexander, Prinses Maxima en Prinses Catharina-Amalia tegen De Telegraaf Tijdschriften Groep B.V.

Nederlandse versie van de Prinses Caroline uitspraak van het EHRM. Inbreuk op privacy en portretrecht, verbod voor de toekomst.

Onder de titel 'Amalia's zwempret in Porto Ercole’ publiceert de Privé foto’s van Willem-Alexander, Maxima en Prinses Amalia.  De begeleidende tekst suggereert onder andere 'dat Hare Majesteit eisers min of meer met dwang kwam ophalen om op tijd terug te zijn voor Prinsjesdag.'De Rechtbank wijst de vorderingen grotendeels toe.

Nu vaststaat dat de gewraakte foto’s zijn gemaakt zonder een daartoe strekkende opdracht van eisers en zonder hun toestemming, is op grond van artikel 21 Auteurswet openbaarmaking daarvan niet geoorloofd voor zover een redelijk belang van eisers en Prinses Amalia zich tegen openbaarmaking verzet.

Onder het redelijk belang van artikel 21 Auteurswet valt de bescherming van de geportretteerde tegen inbreuken op zijn recht op eerbiediging van zijn persoonlijke levenssfeer. Indien een dergelijke inbreuk is gemaakt kan het antwoord op de vraag of die openbaarmaking jegens de geportretteerde ook onrechtmatig is, slechts worden gevonden door een afweging die, met inachtneming van alle bijzonderheden van het gegeven geval, ertoe strekt na te gaan welk recht zwaarder weegt: dat van de geportretteerde gevrijwaard te blijven van inbreuken op zijn persoonlijke levenssfeer of dat van degene die het portret gepubliceerd heeft op vrijheid van meningsuiting..

In het onderhavige geval zijn eisers en Prinses Amalia gefotografeerd terwijl zij zich hadden afgezonderd op een strand gelegen bij het vakantiehuis van de Koninklijke Familie. Zoals uit de foto’s blijkt waren zij daar op dat moment alleen. Daaruit moet worden afgeleid dat eisers de onmiskenbare bedoeling hadden zich op dat moment in de beslotenheid van het gezin af te zonderen. Onder die omstandigheden mochten eisers en Prinses Amalia zich vrij en onbespied wanen en hoefden zij er geen rekening mee te houden dat zij heimelijk met een telelens zouden worden gefotografeerd over een grote afstand (750 meter) en hoogte (50 meter).

Dat het geen privé-strand betreft doet hieraan niet af. Hierbij komt dat de gepubliceerde foto’s -zoals door gedaagden ook wordt erkend- geen bijdrage leveren aan het publiek debat. Volgens gedaagden hecht een groot deel van de Nederlandse bevolking er belang aan om geïnformeerd te worden over het wel en wee van de meest vooraanstaande burgers van ons land.

De bevrediging van de nieuwsgierigheid van de lezers van Privé kan echter niet als een rechtens te respecteren belang dienen die een rechtvaardiging kan opleveren voor een inbreuk als de onderhavige op de privacy van eisers en Prinses Amalia. Gelet op al deze omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat de onderhavige foto’s onrechtmatig zijn jegens eisers en Prinses Amalia. De omstandigheid dat de taferelen op de foto’s op zichzelf onschuldig te noemen zijn -zij tonen slechts eisers en Prinses Amalia in badkleding- doet de belangenafweging niet anders uitvallen.

Nu ook de begeleidende tekst bij de foto’s, met betrekking tot het onderbreken van de vakantie van eisers voor de bruiloft van Prins Pieter-Christiaan, onbetwist onjuist is, is ook die tekst jegens eisers en Prinses Amalia onrechtmatig. De hieruit voortvloeiende beperking van de vrijheid van meningsuiting acht de rechtbank in een democratische samenleving gerechtvaardigd en noodzakelijk.

Ten aanzien van die schade hebben eisers aangevoerd dat de rechtbank de schade zou kunnen begroten op de voet van artikel 6:104 van het Burgerlijk Wetboek, derhalve op de winst die gedaagden met de gewraakte editie van Privé hebben behaald. Hiervoor ziet de rechtbank geen aanleiding, nu niet aannemelijk is geworden dat de verkoop van de editie van de Privé is beïnvloed door de plaatsing van de gewraakte publicatie. Wel zal de rechtbank een bedrag aan immateriële schade toekennen wegens de onrechtmatige inbreuk op het privé-leven van eisers en Prinses Amalia, welk bedrag de rechtbank begroot op € 1.000,= per persoon, derhalve in totaal op € 3.000,=.

De rechtbank heeft hierbij in het bijzonder in aanmerking genomen enerzijds dat het om een brutale inbreuk op de privacy gaat, maar anderzijds dat de foto’s onschuldige vakantietaferelen tonen en dat van een negatieve teneur of strekking geen sprake is.

Gelet op de veelvuldige inbreuken die gedaagden de afgelopen jaren hebben gemaakt op het privé-leven van eisers (zie de procedures genoemd in rechtsoverweging 3.4.), acht de rechtbank plaats voor een verbod voor de toekomst.

Het verbod zoals gevorderd is echter te ruim geformuleerd, zoals gedaagden terecht aanvoeren. De rechtbank verbiedt gedaagden voor een periode van twee jaren inbreuken te maken op het recht van eisers en Prinses Amalia op bescherming van hun persoonlijke levenssfeer door het zonder toestemming openbaar maken en/of verveelvoudigen van hun portretten, indien en voorzover die openbaarmaking en/of verveelvoudiging niet voortspruit uit het publieke functioneren van eisers, waarbij het volgens de rechtspraak is toegestaan beeldopnamen te maken en die te publiceren, een en ander behoudens indien sprake is van een maatschappelijk relevante privé-aangelegenheid en de publicatie daarover op rechtmatige wijze een bijdrage levert aan een publiek debat over een kwestie van algemeen belang,

De enkele bevrediging van de nieuwsgierigheid van het publiek kan niet gelden als een legitieme reden voor een inbreuk op het privé-leven van eisers en Prinses Amalia. Ook de uit dit verbod voortvloeiende beperking van de vrijheid van meningsuiting acht de rechtbank in een democratische samenleving gerechtvaardigd en noodzakelijk. Gedaagden worden door dit verbod -anders dan zij menen- niet benadeeld ten opzichte van de overige media. Zij kunnen zich immers richten naar de Mediacode van het Koninklijk Huis, hetgeen -naar eisers onweersproken hebben gesteld- alle overige media ook doen.

Lees het vonnis hier.

IEF 1795

En voor in het weekend

Verse en minder verse rechtspraak (Met dank aan het Gerechtshof te ‘s-Gravenhage):

1- Gerechtshof 's-Gravenhage, 10 oktober 2003, LJN: AS4824, BK-00/00153. Loonbelasting. Navordering. Vergoeding voor populariteits- en portretrechten van profvoetballers behoort tot het loon. Boete wegens opzet (hier).

2 - Gerechtshof  ‘s-Gravenhage, 23 februari 2006, Ipko-amcor tegen Marie-Claire Album S.A. Merkenrecht (hier).

3 - Gerechtshof  ’s-Gravenhage, 22 december 2005, Bond van medewerkers in het Notariaat tegen Monkey-IT V.O.F. Handelsnaamrecht, domeinnaam denotarisklerk.nl (hier).

4 - Gerechtshof  ’s-Gravenhage, 23 februari 2006, Bond van medewerkers in het Notariaat tegen Monkey-IT V.O.F. Handelsnaamrecht, domeinnaam denotarisklerk.nl (hier).

5 - Gerechtshof  ’s-Gravenhage, 17 november 2005, Suriname Alcoholic Beverages tegen Bharat B.P.L. & Son V.O.F. Merkenrecht(hier).

- Gerechtshof  ’s-Gravenhage, 26 januari 2006, Suriname Alcoholic Beverages tegen Bharat B.P.L. & Son V.O.F Merkenrecht(hier).

7 -Gerechtshof ’s-Gravenhage, 23 februari 2006, 04/1096. Glaxo Group Ltd c.s. tegen Asklepios V.O.F. c.s. Merkenrecht, parallelhandel geneesmiddelen. Lees het arrest hier.

8 -Rechtbank Rotterdam, 8 maart 2006, LJN: AV5289. Haw Par Corporation Limited c.s. Tegen Flying Peacock Baynath B.V. c.s.  Merkenrecht, Geen sprake van verwording tot soortnaam en/of verlies van onderscheidend vermogen. Lees het vonnis hier

IEF 1791

Vrijdagmiddagberichten

- Het Atomium verschijnt binnenkort op de muntstukken van twee euro. Navraag leert ons dat ook de Koninklijke Munt van België rechten moet betalen voor het drukken van de Atomium-munt. VZW Atomium en de Koninklijke Munt hebben een akkoord waarin staat dat het Atomium een X-aantal munten zal ontvangen om te verkopen als collector’s item. Hoeveel munten dat zijn is niet bekend en daar willen beide partijen ook niet op antwoorden: "Dat is een privé-aangelegenheid." Lees hier meer.

-Nieuwe Shield Mark Nieuwsbrief. Uitslag letterquiz, fijne ‘vrijdagmiddagberichten’ en zoals altijd lekker veel plaatjes. Lees de nieuwsbrief hier.  

- 10.000 chinezen tekenen petitie tegen Europese merkaanvraag voor "Not made in China". Lees hier meer.

- Hoe zat dat ook al weer met auteursrecht op titels? Nooit, of soms toch wel? “The winner of the Oddest Title of the Year is: People Who Don't Know They're Dead: How They Attach Themselves to Unsuspecting Bystanders and What To Do About It. The runner-up is Rhino Horn Stockpile Management: Minimum Standards and Best Practices from East and Southern Africa. In third place, is Ancient Starch Research. Lees hier meer.

- Gratis digitale AO-uitgave over spotprenten - Met o.a. spotprenten van Balkenende, Jezus, en Mohammed. In het nieuwste AO wordt de geschiedenis van de spotprent in Nederland besproken waarbij ook aandacht wordt besteed aan de wijze waarop in de loop der eeuwen door verschillende groeperingen op de prenten is gereageerd. De uitgave is ook digitaal verkrijgbaar. In het belang van het maatschappelijke debat stelt de uitgever deze gratis via deze website beschikbaar.