Een contextuele benaderingswijze
Met dank aan Alex Dolphijn, VANDIJK advocaten.
Handelsnaamrecht. BIQ Architecten verricht sinds haar oprichting in 1994 architectenwerkzaamheden en heeft domeinnaam biqstad.nl. BIQ was houdster van een geregistreerd beeldmerk dat na verloop van 10 jaren was verlopen en in 2009 opnieuw is ingeschreven (hier). BIC Architecten heeft sinds haar oprichting in 2009 werken gerealiseerd in Nederland België en Duitsland en heeft domeinnaam bicarchitects.com.
De vordering met betrekking tot het beeldmerk wordt teruggetrokken, waarover niet langer hoeft te worden geoordeeld. Tussen partijen is niet in geschil dat BIC in het handelsverkeer enkel onder een volledige naamsaanduiding optreedt, niet met "BIC".
Hoewel BIC Architecten aangeeft dat zij haar kernactiviteit beperkt tot Zuid-Nederland in het gebied ten oosten en zuiden van de lijn Utrecht-Maastricht, heeft zij niet betwist dat zij in heel Nederland projecten heeft gedaan dan wel dat zij dit in de toekomst mogelijk zal doen. Het niet doen van actieve acquisitie in België en Duitsland doet er niet aan af dat er wél projecten zijn uitgevoerd.
Conform art. 5 Hnw wordt een verbod gegeven voor het voeren van de namen BIC, BICarchitects, IC architects, BIC architecten en BICarchitecten, ook de variant met hoofdletters A maakt inbreuk. Gebruik van de domeinnaam bicarchitects.com is mede als handelsnaamgebruik te kwalificeren, maar toch wordt vordering afgewezen, omdat `het belang van de door BIQ sub II gevorderde overdracht van de domeinnaam [is] komen te ontvallen`
Dit alles onder last van dwangsom €5.000 per dag met een maximum van €80.000 en met daadwerkelijke proceskostenveroordeling ex 1019h Rv ad €7.335,04.
4.6. Gelet op het puur onderscheidend vermogen van de naamsaanduiding is de voorzieningenrechter van oordeel dat de naamsaanduiding BIC Architecten en/of BIC Architects zowel visueel als auditief als begripsmatig (sterke) associaties oproepen met de naamsaanduiding BIQ Architecten, maar niet met de naamsaanduidingen BIQ, BIQ Stadsontwep en/of BIQ Holding.
4.7. Voorts is de voorzieningenrechter van oordeel dat de aard van de ondernemingen van BIQ en BIC Architecten vrijwel dezelfde is. Immers, zowel BIQ als BIC Architecten opereert met name op het gebied van projectmatige en/of seriematige bouw en zowel BIQ als BIC Architecten hanteert een contextuele benaderingswijze ten aanzien van haar projecten. Gelet hierop is het aannemelijk dat ten aanzien van zowel de werkzaamheden als het klantenpotentieel een aanzienlijke overlap bestaat.
4.14 De voorzieningenrechter is van oordeel dat de domeinnaam www.bicarchitects.com (mede) als handelsnaam dient te worden gekwalificeerd, nu deze gelijkluidend is aan één van de door BIC Architecten gevoerde handelsnaam, namelijk BIC Architects. Zoals hiervoor (zie r.o. 4.4-4.11) al is geoordeeld, levert het voeren van (onder meer) de naam BIC Architects een bij wet verboden inbreuk op de handelsnaam van BIQ Architecten op. Hieruit vloeit voort dat het gebruik van de domeinnaam www.bicarchitects.com óók een inbreuk op de handelsnaam van BIQ Architecten oplevert. In die zin zal de voorzieningenrechter ten aanzien hiervan aansluiten bij haar oordeel omtrent het door BIQ sub I gevorderde [red. staken merk/handelsnaam]. Gelet hierop is he belang van de door BIQ sub II gevorderde overdracht van de domeinnaam komen te ontvallen, zodat dit deel van de vordering zal worden afgewezen.
Met dank aan Leonie Kroon,
'Een verbod op illegaal downloaden is onvermijdelijk, vindt Dirk Visser. Maar zo'n verbod zou moeten worden vergezeld door het afschaffen van de thuiskopie-heffing.'
1. Rapport "Ups and downs" inzake technologische en maatschappelijke ontwikkelingen in de sectoren muziek, film en gaming 29838-14 d.d. 17 januari 2009
Met dank aan Joris van manen,
Prejudiciële vragen van de High Court of Justice (England & Wales), Chancery Division:
Merkenrecht. Beschermingsomvang van merk. Identificatie van waren of diensten waarvoor bescherming van merk wordt aangevraagd. Classificatie van waren en diensten ten behoeve van de inschrijving.
Als randvermelding. Rectificatie en proceskostenveroordeling. Tussen partijen is een regeling bereikt over een rectificatie in de krant van 16 september 2011, maar niet over proceskosten. Eiser stelt dat, als Amigoe direct had gerectificeerd, de procedure niet nodig was geweest. Achteraf valt niet meer vast te stellen hoe de kwestie zou zijn gelopen indien rectificatie eerder had plaatsgevonden. De hoofdvordering is niet beoordeeld (vanwege de bereikte overeenstemming tijdens de zitting), aldus staat niet vast wie in het ongelijk zou zijn gesteld. De kosten worden gecompenseerd in de zin dat ieder eigen kosten draagt.

Tijdens deze informele lunch brengen Bart van den Broek en Willem Hoyng u wederom op de hoogte van de jurisprudentie van het afgelopen jaar op het gebied van het Octrooirecht. Met o.a. de volgende uitspraken: • Sandoz vs. Glaxo, • Sony/LG Electronics, • Danisco/Novozymes, • Astra Zeneca/Sandoz, • Samsung/Apple en • Lilly/Ratiopharm, en meer uit