IEF 22400
29 november 2024
Uitspraak

IE-klassieker: Postkantoor

 
IEF 22399
28 november 2024
Uitspraak

Gebruik van WordPress-merk zonder toestemming schendt merkrechten, beslag deels opgeheven

 
IEF 22396
28 november 2024
Uitspraak

Geen merkinbreuk door gebruik handelsnaam Vackracht

 
IEF 20447

Inhoudsopgave Berichten Industriële Eigendom

Inhoudsopgave van het tijdschrift Berichten Industriële Eigendom 6-2021.

Artikelen
Keuze van de closest prior art conform de problem-solution approach − Theo Blomme 270

Normatief verwarringsgevaar in het handelsnaamrecht − Roderick Chalmers Hoynck van Papendrecht en Charlotte Vrendenbarg 278

The Unified Patent Court on its way to open for business. The recent history of the Unitary Patent Package – a long time in the making − Wouter Pors 285

De wezenlijke waarde van de waar: commentaar op het ‘commentaar op commentaar’ − Jorn Torenbosch 291

IEF 20446

Uitspraak ingezonden door Paul Reeskamp en Meyke Rietveld, DLA Piper.

Procter & Gamble mag tv-commercial niet meer uitzenden

Rechtbank Rotterdam 6 jan 2022, IEF 20446; (Unilever tegen Procter & Gamble), https://ie-forum.nl/artikelen/procter-gamble-mag-tv-commercial-niet-meer-uitzenden

Vzr. Rechtbank Rotterdam 6 januari 2022, IEF 20446, RB 3587;  C/10/630111/KG ZA 21-1083 (Unilever tegen Procter & Gamble) Kort geding. Vergelijkende reclamezaak. Procter & Gamble heeft in de periode augustus 2020 t/m april 2021 een aantal vergelijkende reclamecampagnes gevoerd waarin haar wasmiddel Ariel (impliciet) met Robijn, een wasmiddel van Unilever, is vergeleken. Unilever legt aan haar vorderingen samengevat ten grondslag dat de in de tv-commercial gemaakte vergelijking onjuist en misleidend is. Procter & Gamble Nederland wordt verboden de tv-commercial nog verder uit te zenden. De tv-commercial is misleidenden door deze tv-commercial uit te zenden en te blijven uitzenden, handelt Procter & Gamble onrechtmatig handelt jegens Unilever.


 

IEF 20445

Inhoudsopgave Jurisprudentie Geneesmiddelenrecht

Inhoudsopgave van het tijdschrift Jurisprudentie Geneesmiddelenrecht. Aflevering 4, 20 december 2021, jaargang 22.

Communicatie en reclame
36. De Staat mag de coronavaccins ‘vaccins’ noemen en hoeft zijn coronavaccinatiecampagne niet te staken of rectificeren. De vorderingen van Stichting Viruswaarheid.nl worden afgewezen. Rechtbank Den Haag 5 maart 2021, C-09-607026-KG ZA 21-115, ECLI:NL:RBDHA:2021:1920. Met noot. mw. mr. M. Meddens-Bakker, onder «JGR» 2021/37.

IEF 20444

Artikel ingezonden door Wouter Pors, Bird & Bird.

Wouter Pors: AstraZeneca vs Menzis / Appeal

On 14 October 2020 the District Court The Hague held AstraZeneca liable for damages incurred by healthcare insurance company Menzis, resulting from an unjustified enrichment of AstraZeneca [IEF 19490]. This in turn resulted from enforcing a patent that was later invalidated by the Court of Appeal The Hague. I commented on this judgment in an article on IE-Forum on 15 October 2020 [IEF 19496] , in which I called this a landslide decision, because this was the first such claim by an insurance company. The judgment has now been overturned by the Court of Appeal [IEF 20449].

IEF 20442

Beroep op coronamaatregelen treft geen doel

Rechtbank Rotterdam 17 sep 2022, IEF 20442; ECLI:NL:RBROT:2021:12969 (Buma en Sena tegen gedaagde), https://ie-forum.nl/artikelen/beroep-op-coronamaatregelen-treft-geen-doel

Ktr. Rechtbank Rotterdam 17 september 2021, IEF 20442; ECLI:NL:RBROT:2021:12969  (Buma en Sena tegen gedaagde) Het geschil ziet op de vraag of gedaagde door Buma en Sena gevorderde bedragen voor het muziekgebruik over 2020 is verschuldigd. Volgens gedaagde zijn er geen licentieovereenkomsten met Buma en Sena tot stand gekomen. Het bestaan van de overeenkomst voor wat betreft Sena komt niet vast te staan en de vorderingen van Sena worden afgewezen. Gedaagde doet een beroep op artikel 6:258 BW (het leerstuk van de onvoorziene omstandigheden) omdat zijn winkel als gevolg van de coronamaatregelen een groot deel van 2020 gesloten is geweest en hij in die periode geen muziek openbaar heeft gemaakt. Dit beroep treft geen doel. Er is geen sprake van een fundamentele verstoring van het evenwicht van de overeenkomst vanwege een coulance-creditering en het onvoldoende concreet maken van het sluiten van de winkel. De vordering van Buma wordt toegewezen.

IEF 20441

Foto’s van Sinterklaasintocht zijn auteursrechtelijk beschermd

Hof Den Haag 26 okt 2021, IEF 20441; ECLI:NL:GHDHA:2021:2410 (Foto’s Sinterklaasintocht ), https://ie-forum.nl/artikelen/foto-s-van-sinterklaasintocht-zijn-auteursrechtelijk-beschermd

Hof Den Haag 26 oktober 2021, IEF 20441; ECLI:NL:GHDHA:2021:2410 (Foto's Sinterklaasintocht) Zie ook [IEF 20469]. Appellant is een professioneel fotograaf en heeft tijdens de intocht van Sinterklaas in de gemeente Zuidland foto’s gemaakt. Geïntimeerde en zijn vader leggen als Piet en Sinterklaas tegen betaling van een onkostenvergoeding jaarlijks 10 á 15 bezoeken af. Geïntimeerde en zijn vader hebben op hun website, en op Marktplaats en Facebook foto's van appellant gepubliceerd. Onder meer het standpunt dat de foto’s te banaal en alledaags zouden zijn om voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking te komen wordt als onjuist verworpen. De foto’s van de Sinterklaasintocht zijn auteursrechtelijk beschermde werken. Er is niet voldaan aan de voorwaarden voor een beroep op het citaatrecht; er is geen sprake van geen naamsvermelding terwijl dat wel redelijkerwijs mogelijk was. Geïntimideerde wordt onder andere veroordeeld tot betaling van schadevergoeding wegens auteursrechtinbreuk (900,-) en ontbreken van naamsvermelding (225,-) en veroordeeld in de proceskosten.

IEF 20440

Vorderingen paardenondernemer afgewezen

Hof Den Haag 16 nov 2021, IEF 20440; ECLI:NL:GHDHA:2021:2409 (Dutch Dressage Horses en Dressage Stables en Horses), https://ie-forum.nl/artikelen/vorderingen-paardenondernemer-afgewezen

Hof Den Haag 16 november 2021, IEF 20440, RB 3585; ECLI:NL:GHDHA:2021:2409 (Dutch Dressage Horses en Dressage Stables en Horses) Zie [IEF 19336]. Geïntimeerden en appellante houden zich bezig met het beleren van en handelen in dressuurpaarden. Volgens geïntimeerden maakt appellante zich schuldig aan inbreuk op auteursrechten, onrechtmatige concurrentie en misleidende reclame, door zonder toestemming foto’s, video’s en adres te gebruiken om zichzelf als succesvol paardenondernemer voor te doen op haar website, op YouTube en op haar Facebook- en Instagramaccounts. Geïntimeerden worden in het ongelijk gesteld. Er is geen sprake van misleiding in de zin van art. 6:194 BW. Geen oneerlijke concurrentie. De op het auteursrecht op foto’s gebaseerde vorderingen worden afgewezen; er is geen rechtsgeldige overdracht. Makerschap van c.q. aanspraak op (eventuele) auteursrechten op verkoopteksten is onvoldoende onderbouwd. Geïntimeerden worden veroordeeld tot vergoeding volledige proceskosten in eerste aanleg wegens niet naleving van artikel 21 Rv; hogere proceskosten in incidenteel appel vanwege de vele niet onderbouwde en kansloze stellingen.

IEF 20439

Artikel ingezonden door Timme Geerlof en Faziel Abdul, Windt Le Grand Leeuwenburgh Advocaten.

Jaaroverzicht paralleldistributie en handhaving IE-rechten in licht van artikel 34 en 36 VWEU

De handhaving van IE-rechten ter beperking van de verdere verhandeling van goederen staat op gespannen voet met de werking van de interne markt en Europese verkeersvrijheden. Na de eerste verhandeling binnen de EER zijn de rechten van de merkhouder uitgeput en kan hij zich, behoudens bijzondere omstandigheden, niet verzetten tegen de verdere verhandeling van de goederen. Hoewel deze Europese uitputtingsleer al decennia geldt, wordt over de toepassing ervan tot op de dag vandaag geprocedeerd. De belangrijkste uitspraken van 2021 vatten Faziel Abdul en Timme Geerlof samen in een overzicht op LinkedIn.

IEF 20438

Baker McKenzie Amsterdam verwelkomt Benjamin van Kessel als partner

Internationaal advocatenkantoor Baker McKenzie heeft Benjamin van Kessel (46) per 1 januari 2022 tot partner Intellectueel Eigendom, Technologie en Commerciële Contracten benoemd.
Met zestien jaar ervaring is Benjamin een toonaangevende advocaat op alle gebieden van het intellectueel eigendomsrecht, waaronder merken, octrooien, auteursrechten en modelrechten. Hij adviseert zijn (internationale) cliënten over zowel contentieuze als niet-contentieuze zaken en heeft ruime ervaring in IE en IT transactiewerk en (fiscaal gedreven) IE herstructureringen. Zijn cliënten bestaan voornamelijk uit Amerikaanse en Europese multinationals. Benjamin maakt de overstap van Eversheds Sutherland, waar hij de IP, IT Commercial Contracts afdeling van kantoor Amsterdam leidde.

IEF 20434

Inhoudsopgave IER

Inhoudsopgave van het tijdschrift IER, nummer 2021-06

Vizier
Nr. 43 Duin 2022 / Mr. L.E. Dijkman p. 393

Artikelen
Nr. 44 AangeSpoord / Prof. mr. dr. P.G.F.A. Geerts p. 395