onleesbare, zwartgeblakerde eenheden
Rechtbank 's-Gravenhage 26 september 2005, KG 05/1021, Quint Fun Racers - United Bicycles. Voor wie binnenkort voor mr. Du Pon mag pleiten: lees je stukken nog eens goed door.
Zaak begint met de feiten. Quint is fabrikant van driewielers en heeft een licentie verleend aan Toyvision. United Bicycles (UB) sluit met Quint een overeenkomst, die moest voorzien in het geval Toyvision failliet zou gaan. Quint probeert deze overeenkomst tot twee keer toe op te zeggen. Quint vordert United Bicycles te verbieden de Triker, een driewieler, of enig ander soortgelijke driewieler, dat voor de geïnformeerde gebruiker geen andere indruk wekt dan de Triker, na te maken en te verhandelen. Ter terechtzitting vermeerdert Quint haar eis, te weten dat het gevorderde tevens geldt voor de Rocker, Zigzag en Viper (ook driewielers). Dit alles met een beroep op het aan Quint toekomend modellenrecht. In reconventie vordert United Bicycles dat Quint pas Trikers mag fabriceren of verkopen, nadat UB de in de overeenkomst genoemde 100.000 Trikers heeft gefabriceerd en verkocht.
Maar dan volgt het oordeel. Rechtsoverweging 9: "Gelet op de omschrijving in het petitum van de dagvaarding beroept United Bicycles (bedoeld is Quint, red.) zich ter onderbouwing van haar vordering op haar toekomende modelrechten. Ter zitting heeft haar raadsman ook nog (even) de Auteurswet genoemd, doch zulks niet uitgewerkt, terwijl het petitum al evenmin de rechtsfiguur van het auteursrecht is toegesneden (het enkele gebruik van de term "kopie" in dat petitum is daartoe onvoldoende. Voorzover Quint heeft bedoeld alsnog enig auteursrecht aan haar vordering ten grondslag te leggen, wordt daaraan dan ook voorbij gegaan."
10. In de dagvaarding wordt geen enkel modelrecht nader beschreven (bijvoorbeeld naar soort, datum van deponering en inschrijvingsnummer). Het enige dat omtrent de ingeroepen modelrechten in de dagvaarding valt te lezen is opgenomen onder punt 3, en dit luidt als volgt: Quint heeft voorts vele modellendepots verricht voor het model van de TRIKER en zijn andere driewielers. Kopieën van deze modellendepots worden overgelegd als productie 3.
11. De door Quint bedoelde productie 3, zoals aan de voorzieningenrechter overgelegd, betreft een kleine 100 pagina’s, ongenummerd en zonder index of tabs. Voorzover in die 100 pagina’s tekst voorkomt, lijkt het inderdaad te gaan om modeldepots (zij het dat de voorzieningenrechter niet in staat is vast te stellen of dat ook het geval is voor wat betreft diverse onvertaalde teksten in Japanse, Chinese en Russische lettertekens). Een Gemeenschapsmodeldepot voor de Triker, waarvan in het vervolg van de dagvaarding ter onderbouwing van de bevoegdheid van deze rechtbank nog sprake is, werd overigens in het geheel niet aangetroffen.
12. Wat betreft de afbeeldingen die in bedoelde 100 pagina’s zijn opgenomen moet worden vastgesteld dat het hier voor het overgrote deel gaat om onleesbare, zwartgeblakerde eenheden. Als voorbeeld worden hieronder afbeeldingen weergegeven van het Benelux-depot van 29 januari 2001 ten aanzien van de Triker, zoals (de raadsman van) Quint heeft gemeend die aan de voorzieningenrechter te kunnen presenteren.
13. De conclusie uit het voorgaande is dat Quint haar vordering onvoldoende heeft onderbouwd en wel op de volgende (ieder voor zich reeds concludente) gronden: Quint is in gebreke gebleven om in de dagvaarding aan te geven op welke specifieke modeldepots zij haar vordering grondt Quint is in gebreke gebleven duidelijke afbeeldingen over te leggen van de modeldepots waarop zij haar vordering grondt.
14. De vordering van Quint zal reeds op deze gronden worden afgewezen. Ten overvloede wordt overwogen dat de beslissing omtrent die vordering niet anders zou luiden, indien Quint haar vordering wel behoorlijk had onderbouwd op het gebied van de depots."
In reconventie stelt de rechtbank dat de buitengerechtelijke ontbinding van de overeenkomst tussen partijen geen doel treft. De overeenkomst beoogde, aldus de rechtbank, veilig te stellen (i) dat de productie van driewielers door zou gaan, (ii) dat UB de verloren gegane investeringen zou kunnen terugverdienen en dat (iii) Quint licentievergoedingen zou ontvangen voor de te produceren driewielers. De overeenkomst betreft dus geen 'gewone' licentieovereenkomst. De rechtbank komt tot de slotsom dat "de vordering van UB die er toe strekt Quint te doen medewerken aan de uitvoering van de overeenkomst door zelf geen onder die overeenkomst vallende producten te vervaardigen, toewijsbaar is. De in de overeenkomst aan UB verschafte licentie is immers nadrukkelijk exclusief van aard.
Lees hier het vonnis.
Voor de liefhebber
Hoge Raad, 23 september 2005, LJN: AU3140, 38810. Belastingzaak. Zaak betreft, heel kort gezegd, de bewijslast met betrekking tot de intellectuele eigendom en de daarmee samenhangende litigieuze royalty's. Heeft inhoudelijk niets met enig IE-recht te maken, maar wellicht interessant voor liefhebbers van belastingen, royalty's procesrecht e.d. Aardig voor iedereen is dat de rechter nu eens letterlijk bepaalt dat de term octrooirecht 'Nederlandsrechtelijk' correcter is dan de term 'patentrecht'. Lees arrest hier.
nieuwe nichers
Het wordt steeds drukker in de IE-niche. Per 1 oktober a.s. gaat officieel GoversVanZoest Advocaten van start in de Lairessestraat in Amsterdam. Het jongste IE-niche kantoor is een intiatief van Annelies van Zoest en Jan-Kees Govers, thans werkzaam bij Boekel De Nerée. Zij zijn voorlopig de enige twee advocaten van het kantoor. GoversVanZoest Advocaten gaat zich uitsluitend richten op intellectuele eigendom, franchising en reclamerecht. Vanaf maandag 3 oktober openen de deuren.
Voor jou
"Leuke les te geef! Weet je dat er ook een speciaal lespakket is dat nog veel meer vertelt over popmuziek, websites, tv-programma's en over jouw auteursrechten? Dat daar ook een vetgave videoband in zit waarin Di-rect gevolgd wordt bij het maken van hun laatste cd? Dat daar ook een magazine bij hoort, helemaal voor jou, met interviews, feiten en weetjes? Dat jouw docent dit GRATIS kan bestellen bij Uitgeverij Zorn? Inclusief een docentenhandleiding, zodat het een leuke maar ook interessante les wordt? Dat dit lespakket speciaal gemaakt is voor de vakken CKV, maatschappijleer, Nederlands en economie?
Stuur jouw docent naar deze website. Dan kan 'ie er zelf over lezen!"
Rule of reason-excepties
Kabinetsreactie op SER advies diensten in de interne markt. Met betrekking tot de verhouding tussen de dienstenrichtlijn en het EG-Verdrag (IE-exceptie) wordt het volgende opgemerkt:
"Het Hof van Justitie EG heeft, op basis van het Verdrag, de lidstaten de mogelijkheid geboden om beperkingen op te leggen aan het vrij verkeer van diensten indien dit gerechtvaardigd is om dwingende redenen van algemeen belang. Deze zogenaamde ‘rule of reason’ excepties komen bovenop de al in het EG-Verdrag zelf voorziene excepties uit hoofde van bijvoorbeeld de openbare orde, de openbare veiligheid en de volksgezondheid. In het kader van de rule of reason kunnen lidstaten nationaal beleid rechtvaardigen met thans een achttiental excepties, waaronder een beroep op (...) bescherming van de intellectuele eigendom (...). Met de dienstenrichtlijn worden de uitzonderingsgronden beperkt tot de uitzonderingsgronden genoemd in het Verdrag, waarmee een beroep op de genoemde ‘rule of reason’ excepties niet meer mogelijk zou zijn.
De SER is van mening dat deze inperkingen acceptabel zijn, mits er een zekere fasering wordt betracht en de aanbevelingen op het terrein van flankerende maatregelen worden gerealiseerd. De Raad van State daarentegen is geen voorstander van het categorisch uitsluiten van de ‘rule of reason-jurisprudentie’ van het Hof van Justitie.
Het Kabinet is van oordeel dat de mogelijkheid om de door het Hof van Justitie ontwikkelde of nog te ontwikkelen rule of reason-excepties in te roepen, onverkort moet blijven bestaan. Het gaat daarbij immers er niet om de dienstenmarkt af te schermen, maar veeleer om de bevoegdheid en het behoud van de mogelijkheid om met wezenlijke belangen rekening te kunnen blijven houden." Lees hier meer.
Geharmoniseerde processen
Bruno Vandermeulen (Bird & Bird): "Harmonisation of IP litigation practice: still a long road ahead." Artikel gepubliceerd in JILP, september 2005.
"This article will address these issues by way of providing answers to three important questions that show the dividing lines that run throughout the court systems in the European Union. To address these issues in a comprehensive manner, this article describes these dividing lines along the following themes : (1) the collection of evidence and the use of that evidence across the national boundaries (2) the duality between validity and infringement issues (particularly relevant for patents) (3) the question of whether a court grant an injunction reaching beyond its own national borders (4) use of so-called “torpedo” actions (5) recovery of attorney’s fees and (6) protection of confidentiality or proprietary information or business interests during a litigation." Lees hier meer.
uit een oogpunt van efficiëntie
uit een oogpunt van efficiëntie
Vrijdagmiddagberichten
The examples show the original logo and define its source and then the rip-off logo created by LogoWorks.com. (Baddesignkills, via boingboing.net, a directory of wonderful things).
-Maar liefst 77 procent van de medewerkers van de internationale organisaties in Den Haag en omgeving wil weg uit Nederland. Dit blijkt uit een uitgelekte interne opiniepeiling van IOSA-NL. Aan de enquete hebben o.a. medewerkers van het Europees Octrooibureau in Rijswijk meegedaan. De IOSA-NL benadrukt dat de uitkomsten bij de diverse internationale organisaties sterk op elkaar lijken. (Planet)
Kennisbescherming
Uit de MvT bij de Vaststelling begrotingsstaten Ministerie van Economische Zaken (XIII) voor het jaar 2006; Kamerstukkken 30300 XIII, nr. 2. 2e Kamer 2005-2006, p. 32 onder A: Overzicht 'Kennisbescherming': Samenvatting van motieven, instrumenten, infrastructuur en activiteiten.
"Motivering: Om een sterk innovatievermogen te gelde te maken via een goed intellectueel eigendomsysteem. Het gaat daarbij met name om het vinden van een juiste balans tussen kennisbescherming en vrij gebruik van kennis."
Instrumenten: Deelname aan internationale organisaties: WTO, WIPO, EU, EOO, Benelux. In de World Trade Organisation (WTO), World Intellectual Property Organisation (WIPO), Europese Unie (EU), Europese Octrooi Organisatie (EOO) en Benelux komen de internationale afspraken (verdragen, verordeningen, richtlijnen) tot stand die het (wettelijke) kader vormen van het intellectuele eigendomsbeleid.
Infrastructuur: OCNL, BMB, BTMB, EOB, OHIM Octrooicentrum Nederland (OCNL) is de organisatie die het Nederlandse octrooisysteem uitvoert en het gebruik ervan stimuleert. In de organisaties Benelux Merken Bureau (BMB), Benelux Tekeningen of Tweede Kamer, vergaderjaar 2005–2006, 30 300 hoofdstuk XIII, nr. 2 31 Modellen Bureau (BTMB), Europees Octrooi Bureau (EOB) en het Bureau Harmonisatie van de Interne Markt (OHIM) vervult EZ bestuursfuncties.
Belangrijkste wetgeving: ROW 1995, BMW, BTMW, EOV, EG, TRIP’s EZ oefent invloed uit op afspraken die in internationaal verband worden gemaakt. Belangrijke voorbeelden zijn de Benelux Merken Wet (BMW) en Benelux Tekeningen of Modellen Wet (BTMW), het Europees Octrooiverdrag (EOV), de EG-Verordeningen enrichtlijnen voor merken, modellen en het auteursrecht, verdragen in het kader van de WIPO als ook het Agreement on Trade Related Aspects of Intellectual Property Rights (TRIP’s) in het kader van de WTO. EZ heeft een directe verantwoordelijkheid voor de Rijksoctrooiwet 1995 en de genoemde Benelux-wetten.
Activiteiten: Rijksoctrooiwet 1995 (ROW 1995) De ROW 1995 wordt in 2005 geëvalueerd om te bezien of bijvoorbeeld het zesjarige Nederlandse registratie-octrooi voldoet aan het oorspronkelijke uitgangspunt om daarmee doelgroepen als het MKB en uitvinders een laagdrempelige entree te verschaffen tot het octrooisysteem.
Kosten van octrooiering: In 2005 vindt een internationaal vergelijkend onderzoek plaats naar de kosten van het gebruik van het octrooisysteem, daarin worden ook begepen indieningstaksen, kosten van inhuur octrooigemachtigde en instandhoudingstaksen. Op basis van de resultaten van dit onderzoek worden mogelijk beleidsaanpassingen doorgevoerd.
Benelux-Verdrag betreffende merken, modellen en tekeningen. Het nieuwe Benelux-verdrag treedt naar verwachting op 1-1-2006 in werking. In 2006 wordt gewerkt aan onder andere implementatie van richtlijn 2004/48/EG betreffende de handhaving van intellectueel eigendom.
Europees merken- en modellenrecht: In 2006 vindt een verkenning plaats naar de toekomstige positie van het Benelux Merken Bureau, waarbij de dienstverlening ten opzichte van gebruikers een belangrijke invalshoek zal zijn.
Europees octrooisysteem. Dit EOV-systeem zal de nodige aandacht krijgen. Het gaat daarbij met name om het Vertalingenprotocol en het Litigation Agreement, de centrale rol van het EOB (ten opzichte van nationale octrooibureaus) en de kwaliteitsnormen die moeten gelden voor de octrooiverlening.
EG-Verordening voor dwanglicenties: in verband met de productie van geneesmiddelen voor derde-wereldlanden Als de lidstaten het eens worden over deze Verordening zullen in 2006 de ROW 1995 en de nu bestaande beleidsregel in dat verband (Stcrt 2004, nr. 246, p. 11) aangepast worden.
Doelgroepen: Bedrijven, kennisinstellingen, universiteiten en particuliere uitvinders.
Verwijzingen beleidsstukken: EG-verordening voor dwanglicenties in verband met de productie van geneesmiddelen voor derde-wereldlanden.