Rechtbank beveelt Google tot verstrekking gebruikersgegevens na auteursrechtinbreuk
Rb. Overijssel 31 oktober 2024, IEF 22364; ECLI:NL:RBOVE:2024:5656 (Lens Media tegen Google) Lens Media ontdekte dat haar auteursrechtelijk beschermde instructievideo’s zonder toestemming op een YouTube-kanaal werden vertoond en verzocht de rechtbank om Google te bevelen de gegevens van de gebruiker achter het kanaal te verstrekken. Google betwistte het verzoek, stellende dat Lens Media niet aan de vereisten van artikel 843a Rv had voldaan. De rechtbank oordeelt dat Lens Media voldoende had aangetoond dat zij auteursrechthebbende is en dat er sprake was van auteursrechtinbreuk. De rechtbank stelt vast dat Lens Media een rechtmatig belang heeft bij de gevraagde gegevens om juridische stappen te kunnen ondernemen. De verzochte gegevens worden als voldoende specifiek beschouwd, met uitzondering van enkele te algemene verzoeken. De rechtbank beveelt Google om binnen veertien dagen de namen, telefoonnummers, e-mailadressen, IP-adressen, woon- en verblijfadressen, en geboortedatum van de gebruiker te verstrekken, voor zover deze gegevens daadwerkelijk aan Google zijn verstrekt.
Uitspraak ingezonden door Tobias Cohen Jehoram, De Brauw Blackstone Westbroek.
Definitieve prejudiciële vragen aan het HvJ over mededeling aan het publiek en de rol van geo-blocking in Anne Frank-zaak
HR 8 november 2024, IEF 22363, IEFbe 3823; ECLI:NL:HR:2024:1603 (Anne Frank Fonds tegen Anne Frank Stichting c.s.). Deze zaak betreft de publicatie van een nieuwe wetenschappelijke online editie van het dagboek van Anne Frank op een website. In het tussenarrest van 20 september heeft de Hoge Raad partijen in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over het voornemen prejudiciële vragen te stellen aan het HvJEU. Voor het grootste gedeelte blijven de vragen hetzelfde als in het tussenarrest [zie IEF 22249]. De Hoge Raad ziet na de schriftelijke uitlatingen van partijen wel reden om enkele wijzigingen door te voeren en enkele passages te schrappen. De definitieve drie vragen die de Hoge Raad aan het Hof stelt zijn als volgt:
Broadcom vs. Philips: ontbinding licentieovereenkomst Clarity-software onterecht bevonden
Rb. Midden-Nederland 22 oktober 2024, IEF 22362, IT4662; ECLI:NL:RBMNE:2024:5958 (Broadcom tegen Philips). Deze zaak betreft een kort geding tussen Broadcom en Philips. Broadcom, een softwareontwikkelaar, had een licentieovereenkomst met Philips voor het gebruik van haar Clarity-software. Broadcom ontbond deze overeenkomst buitengerechtelijk per 30 april 2024, omdat Philips volgens haar de contractuele verplichtingen niet nakwam, met name door niet tweemaal per jaar te rapporteren over het gebruik van de software en door onjuiste gebruikersaantallen door te geven. Philips betwistte de geldigheid van de ontbinding en stelde dat zij de overeenkomst niet had geschonden. De voorzieningenrechter oordeelde dat Broadcom de licentieovereenkomst niet terecht had ontbonden. De rechter vond dat de tekortkomingen van Philips, zoals het niet tweemaal per jaar rapporteren, niet ernstig genoeg waren om ontbinding te rechtvaardigen. Bovendien had Broadcom deze werkwijze gedurende de looptijd van de overeenkomst geaccepteerd.
Uitspraak ingezonden door Michiel Odink, Meredith Hom en Nini Blom, Leeway.
Vordering tot doorhaling van het merk DESKTOP TAXATIE twee keer afgewezen
BBIE 29 oktober 2024, IEF 22358 (Matrixian tegen Calcasa en VBO tegen Calcasa). Deze samenvatting betreft twee doorhalingsbeslissingen van het BOIP. Matrixian en VBO vorderen beiden doorhaling van het merk DESKTOP TAXATIE waarvan Calcasa het merkrecht bezit. Matrixian en VBO stellen dat de term "desktoptaxatie" beschrijvend is en geen onderscheidend vermogen heeft, aangezien het een algemene beschrijving zou zijn van diensten die op afstand worden uitgevoerd. VBO voert aan dat "Desktop Taxatie" specifiek de diensten van Calcasa omschrijft: taxaties die op afstand worden uitgevoerd. Calcasa betwist dit en stelt dat DESKTOP TAXATIE niet beschrijvend is. Het Bureau volgt dit standpunt en oordeelt dat DESKTOP TAXATIE niet beschrijvend is, omdat "desktop" doorgaans een computerterm is en geen synoniem voor "op afstand”. Daarnaast stelt Matrixian dat Calcasa het merk te kwader trouw heeft geregistreerd, aangezien de registratie plaatsvond na een uitspraak van de voorzieningenrechter waarin "Desktop Taxatie" als beschrijvend en niet onderscheidend werd aangemerkt. Het Bureau is bij haar beslissing niet gebonden aan een uitspraak in kort geding en moet zelfstandig beslissen. Bovendien kan uit het enkele feit dat Calcasa na dit vonnis het merk DESKTOP TAXATIE heeft geregistreerd, zonder bijkomende omstandigheden, niet worden afgeleid dat Calcasa hierbij te kwader trouw handelde. Er zijn geen verdere omstandigheden door Matrixian aangevoerd. Hierdoor wijst het Bureau de vorderingen tot doorhaling in beide zaken af.
Carly van der Beek treedt toe als Senior Associate bij Pinsent Masons Nederland
Pinsent Masons Nederland is verheugd aan te kondigen dat Carly van der Beek per 14 oktober 2024 is gestart als Senior Associate bij het Life Sciences & IP team. Carly komt over van Vondst Advocaten, waar zij een belangrijke rol speelde in diverse complexe octrooi en life sciences zaken. Carly heeft uitgebreide ervaring in de farmaceutische en life sciences sector, met een sterke nadruk op octrooirecht en regulatoir recht binnen zowel de Europese als Nederlandse context. Ze adviseert en procedeert in nationale en grensoverschrijdende zaken, vooral met betrekking tot de introductie van (generieke) geneesmiddelen en de regelgeving rondom farmaceutisch onderzoek, zoals data- en marktexclusiviteit en aanvullende beschermingscertificaten. Met haar uitgebreide ervaring en expertise zal Carly een waardevolle aanvulling zijn op het team van Pinsent Masons. Haar komst versterkt het IP & Life Sciences team van Pinsent Masons Nederland.
Verzoek tot bevel om bewijsmateriaal over te leggen deels toegewezen
UPC CFI LD Den Haag 14 oktober 2024, IEF 22348, IEFbe 3820; UPC_CFI_327/2024 (Winnow tegen Orbisk) Winnow heeft een octrooi op een systeem en methode voor het monitoren van voedselverspilling (EP 245) en volgens haar maakt Orbisk hier inbreuk op. In deze procedure verzoekt Winnow dat Orbisk wordt bevolen documenten over te leggen overeenkomstig Rule 190 RoP en artikel 59 UPCA. Dit verzoek moet volgens Orbisk worden afgewezen, onder andere omdat Winnow geen bewijsmateriaal heeft overgelegd waarover ze redelijkerwijs kon beschikken en omdat het niet voldoende waarschijnlijk is dat het octrooi geldig is en er inbreuk op wordt gemaakt. De volgende vereisten gelden voor een bevel tot overlegging van bewijs: ten eerste moet de verzoekende partij bewijsmateriaal hebben overgelegd dat redelijkerwijs beschikbaar is ter ondersteuning van haar vorderingen, ten tweede moet het bewijsmateriaal waartoe om toegang wordt verzocht zijn gespecificeerd en in het bezit zijn van de andere partij, ten derde moet de vertrouwelijke informatie van de andere partij worden beschermd en ten slotte moet elk bevel om bewijsmateriaal over te leggen voldoen aan de vereisten van evenredigheid en billijkheid.
IE-klassieker: Fack ju Göhte
HvJ EU 27 februari 2020, IEF 22359; ECLI:EU:C:2020:118 (Fack ju Göthe)
Onderwerp:
Openbare orde en goede zeden.
Feiten:
Het EUIPO oordeelt dat het woordteken ‘Fack Ju Göthe’ niet ingeschreven kan worden.
Rechtsregel (rechtsoverweging 39):
Bij de beoordeling of een woordteken in strijd is met de ‘goede zeden’ dienen alle contextuele elementen in ogenschouw te worden genomen en ex nunc te worden getoetst aan de in de samenleving geldende fundamentele normen en waarden.
Uitspraak ingezonden door Timme Geerlof en Claire ten Heuvelhof, Windt Le Grand Leeuwenburgh.
Kollaras gedeeltelijk aansprakelijk voor merkinbreuk, Hennessy c.s. voor onrechtmatig beslag
Rb. 23 oktober 2024, IEF 22357 (Hennessy c.s. tegen Kollaras) Polmos, onderdeel van Hennessy c.s., heeft conservatoir beslag laten leggen op 2400 flessen namaak Belvedere Producten die op naam stonden van Kollaras. Naast de inbeslaggenomen flessen bleek Kollaras ook niet-uitgeputte, gedecodeerde producten van Hennessy-merken te verhandelen [IEF 16718]. Hennessey c.s. dagvaardde Kollaras en de rechtbank wees de vorderingen in een verstekvonnis grotendeels toe [IEF 21518]. Kollaras ging in verzet en stelde onder meer dat de dagvaarding nietig was omdat deze naar een onjuist adres was verzonden.
Nota naar aanleiding van het verslag Wet versterking auteurscontractenrecht
Op 15 oktober 2024 heeft de Staatssecretaris van Rechtsbescherming een nota gepubliceerd waarin de voortgang en inhoud van het wetsvoorstel Versterking Auteurscontractenrecht (ACR 2) worden toegelicht. Het wetsvoorstel beoogt om de contractuele positie van auteurs te versterken in hun onderhandelingen met exploitanten, zoals uitgevers en producenten, en borduurt voort op de eerdere wet uit 2015 (ACR 1). In 2020 is ACR 1 geëvalueerd, wat leidde tot dit wetsvoorstel [zie ook: IEF 22005]. De Tweede Kamer heeft hierover een verslag uitgebracht en stelt verschillende vragen naar aanleiding van het wetsvoorstel. In de onlangs gepubliceerde beslisnota worden enkele kernwijzigingen en verduidelijkingen in het wetsvoorstel besproken.
Deelnemers aan het Congres Duurzaamheid & Recht ontvangen de oratie van Charlotte Vrendenbarg, Duurzaamheid via IE: nog een wereld te winnen.
Op dinsdag 12 november 2024 bespreken we duurzaamheid in het IE- en reclamerecht. Duurzaamheid is een belangrijk thema voor bedrijven en in de praktijk blijkt de regelgeving hierover en de toepassing ervan complex. Dit congres biedt niet alleen juridische diepgang maar ook volop inspiratie: van duurzame praktijkvoorbeelden en vooruitstrevende sprekers tot een vegetarische borrel en duurzame congreslocatie. Neemt u ook deel aan dit congres? Dan ontvangt u op de dag zelf gratis de oratie van Charlotte Vrendenbarg: Duurzaamheid via IE: nog een wereld te winnen.
Locatie: Social Impact Factory te Utrecht
Datum en tijd: dinsdag 12 november 2024, 12:00 - 17:15 uur, inclusief lunchbuffet en borrel.
Accreditatie: 4 PO-punten.
Aanmelden is nog mogelijk via onze shop.