IEF 22191
16 augustus 2024
Uitspraak

Inbreuk op auteursrecht op haakpatronen

 
IEF 22189
15 augustus 2024
Uitspraak

Rechter werpt licht op de licentieovereenkomst tussen EIC c.s. en Reflexy c.s.

 
IEF 22190
15 augustus 2024
Uitspraak

Restaurants gaan de strijd aan: rechter constateert verwarrende handelsnaam

 
IEF 7043

Kinderen de dupe

Hoge Raad, 5 september 2008, LJN: BD4746, De Stichting Hoop Voor Straat- En Zwerfkinderen tegen De Stichting Fonds Toekomst Voor Kinderen.

Handelsnaamrecht; rechtmatigheid gebruik gelijkende handelsnaam. Verkade & Hoge Raad concluderen dat de in het middel aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden. (81 RO).

Conflict over de compatibiliteit van de namen: - enerzijds Stichting Hoop voor Straat- en Zwerfkinderen JUCONI, waarbij het gewicht van het woord JUCONI voor het hof doorslaggevend was, wat nu in cassatie wordt bestreden; - anderzijds Stichting Fonds van Hoop voor Kinderen: dat is niet langer de statutaire naam van Stichting Toekomst (die is nu immers: Stichting Fonds Toekomst voor Kinderen), maar de Stichting Toekomst wijst het verwijt van onrechtmatigheid van een naam met 'hoop voor kinderen' erin van de hand (al dan niet in verband met de schadeclaim van 'Stichting Hoop').

Het hof heeft - als feitenrechter - vastgesteld (IEF 3705) dat Stichting Hoop naar buiten toe veelal optreedt onder de naam 'Juconi', al dan niet met toevoeging van haar statutaire naam, en dat daarom niet sprake is van een zodanig verwarringsgevaar dat dit kan leiden tot het door Stichting Hoop gevraagde verbod. In dit oordeel ligt besloten dat het feitelijk voeren door de Stichting Hoop van haar statutaire naam in samenhang met de naam 'Juconi' zodanig overheersend is (boven het voeren van die statutaire naam zonder de naam 'Juconi'), dat verwarringsgevaar daarmee (zo goed als) uitgesloten is.

De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Lees het arrest hier.

IEF 7042

Het Bergmerk

 

Olympia Beeldmerk Kleur
Olympia Beeldmerk ZW
Rechtbank Groningen, 3 september 2008, HA ZA 07-490, Fraas tegen Storteboom Kornhorn B.V. (met dank aan Hans van der Perk, JPR Advocaten).  

(Klik op afbeeldingen voor vergoting)
Eerst even voor jezelf lezen. Merkenrecht. Bodemprocedure (na eerder kort geding en verklaring ex  art. 260 / 1019i RV). Niet alleen het IOC maakt bezwaar tegen het gebruik van de aanduiding als Olympia en afbeeldingen van ringen:  Eiser Fraas is houder van Benelux-woordmerk OLYMPIA LUXUS HÄNCHEN, voor kipproducten, en maakt i.c. succesvol bezwaar tegen gebruik door gedaagde van OLYMPIA,  OLYMPIA LUXUS HÄNCHEN en het ‘Bergmerk’ in de Benelux. Ook gebruik als exportmerk wordt verboden. Werkelijke proceskosten onvoldoende gespecificeerd: liquidatietarief.

"5.10.3. De rechtbank is verder van oordeel dat het aannemelijk is dat de totaalindruk die het Luxus enPremium-merk en het "Bergmerk" op de gemiddelde consument maakt zodanig is, dat die consument een verband kan leggen tussen eerstgenoemde door Fraas gebruikte merken en het laatstgenoemde door Storteboom gebruikte teken.

5.10.4. Voor de rechtbank is doorslaggevend het feit dat in zowel de merken van Fraas als in hettekenvan Storteboom niet alleen op een dominante en maar ook op een qua vorm gelijke wijze gebruik wordt gemaakt van bet woord "olympia" door dat in hoofdletters prominent te plaatsen op de verpakking van door hen op de markt gebrachte producten, zijnde zoals hiervoor is overwogen soortgelijke waren. Opvallend is voorts dat op de sticker die op de doos waarin de kipproducten van Storteboom zijn verpakt enkel het woord “OLYMPIA” staat, derhalve zonder beeldmerkteken.

5.10.5. Door het gebruiken van genoemd woord op de omschreven wijze en op grond van het feit dat het naar het oordeel van de rechtbank aanduiden van een kipproduct met het teken "OLYMPIA" toch niet als vanzelfsprekend kan worden aangemerkt, roept de totaalindruk van het merk en het teken bij de gemiddelde consument -zeker bij een niet ongebruikelijke vluchtige waarneming van producten- niet alleen een zodanige visuele maar ook, bij het uitspreken van het woord "olympia", een zodanige auditieve gelijkenis op dat die consument een verband kan leggen tussen de merken van Fraas en het door Storteboom gebruikte "Bergmerk".

5.10.6. Naar het oordeel van de rechtbank zal de gemiddelde consument wanneer hij tot aankoop van een "olympia-kip(produkt)" wil overgaan daarbij niet vermelden of het een product moet zijn met op de verpakking (ook) een samenstel van ringen of een met een afbeelding van een berg. De gemiddelde consument zal door de prominente vermelding van "OLYMPIA" op de verpakking van de onderhavige producten genoemde onderdelen (de ringen en de berg) eerder als "details"/"franjes" zien dan als een specifiek bestanddeel dat bepalend is voor de herkomst (identificatie) van het product.

5.10.7. Dat het woord "Olympia" door een derde in Griekenland als "trademark" is ingeschreven maakt, wat betreft de Griekse markt, het voorgaande niet anders nu het Storteboom is die door Fraas wordt aangesproken op het gebruik van het "Bergmerk" en vaststaat dat Storteboom dat teken ook op haar verpakkingen gebruikt.

Lees het vonnis hier.

IEF 7041

Faits divers

Autoriteit nodig voor architecten. “Architecten weigeren zich langer te laten misbruiken door de overheid. Deze eist bij aanbestedingen het onmogelijke. Een nieuwe autoriteit is een oplossing, zegt Bjarne Mastenbroek. Architecten verzetten zich tegen de huidige selectie van ontwerpers van belangrijke openbare gebouwen.

Architectenbureau Atelier Kempe Thill heeft net in opdracht van het Stimuleringsfonds voor Architectuur de aanbestedingscultuur onder de loep genomen. De studie schept een ontluisterend beeld. Neem het auteursrecht. Zo is in Denemarken bij wet geregeld dat een architect zijn auteursrecht niet kan opgeven, maar in Nederland eisen veel opdrachtgevers nog vóór aanvang van de opdracht het auteursrecht op. De gemeente Amsterdam heeft dit zelfs standaard in haar contract staan. Schandalig, want zonder auteursrechtelijke bescherming is een architect vogelvrij.” 

Lees hier meer (NRC).

Recidiverende piraat. “De 47-jarige Van D. uit het Gelderse Culemborg is op 25 augustus 2008 door de politierechter tot een onvoorwaardelijke werkstraf van 120 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 12 weken met een proeftijd van 2 jaar veroordeeld. Zowel de Politie als BREIN ontvingen in het verleden herhaaldelijk informatie dat Van D. op grote schaal illegale kopieën van cd's en dvd's met films en muziek zou vervaardigen en verspreiden.

Van D. is al twee keer eerder veroordeeld tot geldboetes en taakstraffen voor de handel in illegale dragers.  “Deze keer moet de voorwaardelijke gevangenisstraf hem op het rechte pad houden”, zegt BREIN directeur Tim Kuik. “Anders is het drie keer scheepsrecht en draait hij de cel in.”

Lees hier meer (BREIN).

Gebruiksvoorwaarden. “Google heeft een gedeelte van de gebruikersovereenkomst van Chrome aangepast. Het gaf de zoekmachine verregaande rechten op alles wat zijn gebruikers invoeren bij de zoekmachine. Belangengroepering EFF maakt zich daarnaast grote zorgen over het gedrag van slimme zoekbalk Omnibox.

Voor de aanpassing van de zogenoemde ‘EULA’ van kracht werd, vertelde Google Chrome vóór installatie dat “door het invullen of weergeven van inhoud u Google het recht geeft op een eeuwige, onomkeerbare, wereldwijde, royaltyvrije en non-exclusieve licentie om te reproduceren, aanpassen, wijzigen, vertalen, publiceren, publiekelijk uitvoeren en weergeven en distribueren van elk materiaal dat u toevoegt, plaatst of weergeeft op of door onze diensten.”

Lees hier meer (Zdnet).

Nog geen grote vormen heeft aangenomen? “Auteursrechtenorganisatie Buma/Stemra heeft tenminste vier illegale aanbieders van nummers van de laatste CD van Marco Borsato van het internet laten verwijderen. (...) DTwee piraten trokken zich vrijwillig terug nadat de Buma hen had gesommeerd een overeenkomst over de auteursrechten te sluiten. De andere illegale Borsato-sites zijn door de betrokken (buitenlandse) providers van het wereldwijde web verwijderd. Hoewel het illegaal aanbieden van muziek via het internet nog geen grote vormen heeft aangenomen, blijft Buma/Stemra alert.”

Lees hier meer (Webwereld). 

Leefregels onbedoeld plagiaat. “Bij universiteiten en hogescholen is behoefte aan duidelijkheid rond het onderwerp plagiaat. (...) Het is niet altijd duidelijk of er sprake is van kwaadwillig plagiaat, slechte bronvermelding of zelfs geoorloofd gebruik van andermans materiaal. SURFdirect, de digitale rechten community van SURF, gelooft meer in het voorkómen van plagiaat dan het bestrijden ervan. Zij heeft leefregels voor het geoorloofd hergebruik van materiaal opgesteld om met voorlichting over correct citeren en hergebruik duidelijkheid te scheppen.”

Lees hier meer (Surf). 

IEF 7040

Exquisite Legging

Vzr. Rechtbank ´s-Gravenhage, 4 september 2008, KG ZA 08-633, Bonnie Doon Europe B.V. tegen Angro Hosiery B.V. c.s. (met dank aan Lars Bakers en Gitta van der Meer, Leidsegracht Advocaten).

Eerst even voor jezelf lezen. Ongeregistreerd gemeenschapsmodel legging, ontlening. Indictietarieven IE: eenvoudige zaak: E.15.000,-

“Nu per 1 september 2008 de functie van procureur is vervallen, zijn in de kop van dit vonnis, bij gebreke van het indienen van een B-formulier (wijziging advocaat) op de voet van artikel 7.3. van het landelijk rolreglement, de bij de rechtbank geregistreerde voormalige procureurs aangemerkt als behandeld advocaat. Tot 1 september 2008 is voor Bonnie Doon mw. mr. G.H. van der Meer, advocaat te Amsterdam opgetreden en voor Angro rnr. A.A.H.M. van der Wijst, advocaat te Boxtel.

5.7. Het verweer dat een presentatie in de showroom van Bonnie Doon waarbij de Exquisite Legging aan een selecte groep afnemers wordt getoond niet kan worden aangemerkt als aan het publiek beschikbaar stellen in de zin van artikel 11 GModVo, wordt verworpen. Die presentatie heeft immers, gelet ook op de hiervoor genoemde bestellingen, onmiskenbaar tot doel gehad het ter verkoop aanbieden van de Exquisite Legging, een handeling die kwalificeert als het n de handel brengen van het betrokken model aan ingewijden in de sector als bedoeld in artikel 11 GModVo. Voor zover uit de stellingen van Angro in dit verband voorts nog moet worden begrepen dat zij stelt dat het tonen van ontwerptekeningen / afbeeldingen niet kan worden aangemerkt als het beschikbaar stellen aan het publiek, wordt Angro daarin niet gevolgd omdat dit niet anders is dan het afbeelden van een tweedimensionaal model in een publicatie zoals een catalogus, een handeling waarvan Angro in ieder geval vindt dat dat een beschikbaarstelling is. De toets is uiteindelijk of de ingewijden in de betrokken sector kennis hebben kunnen nemen van het model, hetgeen in deze zaak voorshands bevestigend wordt beantwoord.

(…) 5.9. Nu Bonnie Doon naar voorlopig oordeel haar Exquisite Legging als eerste aan het publiek beschikbaar heeft gesteld, wordt voldaan aan het nieuwheidsvereiste van artikel 5 GModVo. Tussen partijen is verder niet in geschil dat de Exquisite Legging, ervan uitgaande dat deze voor het eerst aan het publiek beschikbaar is gesteld, een eigen karakter heeft in de zin van artikel 4 OModVo (vgl. pleitnota mr. Van der Wijst, positum 30), zodat de Exquisite Legging van Bonnie Doon voldoet aan de in artikel 4 GModVo genoemde beschermingsvoorwaarden. Dat betekent dat Bonnie Doon zich ut hoofde van haar niet-ingeschreven Gemeenschapsmodelrecht in beginsel kan verzetten tegen het gebruik daarvan door Angro, mits dat gebruik voortvloeit uit het namaken van het beschermde model.

5.10. Gelet op het feit dat de Exquisite Legging eerder dan de Angro Legging aan het publiek beschikbaar is gesteld en deze laatste legging een nagenoeg klakkeloze kopie betreft van de Exquisite Legging, wordt voorshands aangenomen dat van ontlening sprake is. Hetgeen Angro daartegen heeft ingebracht maakt dit niet anders (…)”

Lees het vonnis hier (inmiddels de doorzoekbare versie van de Rechtbank Den Haag).

IEF 7039

AA & IViR

Drie Ars Aequi-artikelen op de IViR-site:

Wat is de zorgplicht van Hyves, XS4ALL en Marktplaats? Chr.A. Alberdingk Thijm, Ars Aequi, 2008-07/08, p. 573-580.

“Blijkens overweging 47 is een toezichtverplichting in een ‘speciaal geval’ dus wel toegestaan. Wanneer is daar nu sprake van? Het is van belang een ‘speciaal geval’ nauwkeurig af te bakenen van een ‘normaal geval’. Het is namelijk niet toegestaan een extra voorwaarde te creëren om te kunnen profiteren van de vrijwaring van de aansprakelijkheid. (...)

De verplichting die de voorzieningenrechter in de zaak Martijn aan de vereniging oplegde, gaat mogelijk te ver. De verplichting ten aanzien van het verwijderen of ontoegankelijk maken van informatie is namelijk al uitputtend geregeld in de Richtlijn. Dat sprake moet zijn van een ‘speciaal geval’ geeft aan dat het in ieder geval moet gaan om duidelijk afgebakende gevallen. Dat betekent dat het moet gaan om specifieke handelingen van bepaalde personen en dat het toezicht beperkt moet zijn in duur en omvang. Bovendien zal steeds moeten worden beoordeeld of de maatregel de bedrijfsvoering van de tussenpersoon niet onevenredig belast in termen van tijd en geld.”

Lees het artikel hier.

Audiovisuele mediadiensten en het internet, N.A.N.M. van Eijk, Ars Aequi, 2008-07/08, p. 549-555.

"Rechtsbeginselen uit de ‘oude’ wereld staan veelal nog als een huis (vrijheid van meningsuiting, privacy, rechtmatigheid/onrechtmatigheid) maar moeten wat de toepasbaarheid betreft wel vertaald worden naar de nieuwe technologische omgeving. In deze bijdrage wordt aan de hand van de recente Europese richtlijn voor audiovisuele mediadiensten geïllustreerd hoe een dergelijke vertaalslag plaats heeft gevonden en wat daarbij mis kan gaan. Oude regels worden soms wat al te gemakkelijk doorgetrokken aar het internet."

Lees het artikel hier.

Het ijzeren geheugen van internet, A.W. Hins, Ars Aequi, 2008-07/08, p. 558-564.

“Twee vragen verdienen nog overdenking. De eerste is of ieder archief in gelijke mate aanspraak kan maken op onaantastbaarheid. Naar mijn mening is dat niet het geval. Een journalistiek archief verdient meer respect dan een willekeurig discussieforum. Het verwijderen van een bericht uit een amateuristische site is in beginsel minder schadelijk voor de openbare meningsvorming dan het censureren van een archief waarin belangrijke maatschappelijke ontwikkelingen op professionele wijze zijn bijgehouden. Het zal niet altijd makkelijk zijn te bepalen wat ‘journalistiek’ inhoudt, maar sleutelwoorden zijn: professionele en/of regelmatige werkzaamheid voor een nieuwsmedium. Artikel 9 van de Privacyrichtlijn van de EG biedt steun voor het creëren van een bevoorrechte positie voor journalistieke publicaties. Het is de bepaling waarop in Nederland artikel 3 van de Wbp is gebaseerd, maar dat ook een nuttige boodschap bevat voor de rechter. Waar het op aankomt is dat het recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer moet worden verzoend met de vrijheid van meningsuiting.”

Lees het artikel hier.

IEF 7038

Nieuwe ronde

Oppendoezer“Tweesterrenrestaurant Apicius in het Noord-Hollandse Bakkum heeft haar eigen aardappel: de Bakkumer Ronde. En dat vinden telers van de Opperdoezer Rondes niet leuk. De telers van de Opperdoezer Rondes hebben nu de algemene inspectiedienst ingeschakeld. Tweesterrenkok Thorvald de Winter van Apicius noemt dit ’behoorlijk kinderachtig’. „Onze zelfgeteelde Bakkumer Rondes hebben niets te maken met de Opperdoezer Rondes. En we beweren ook helemaal niet dat het Opperdoezers zijn.” (…) Hero Stam [Power to the Pieper], in het Noordhollands Dagblad opgevoerd als zelfbenoemd beschermheer van de West-Friese aardappeldelicatesse, is somber over de toekomst van ‘zijn’ aardappel. „Nu heb je iemand die Bakkumer Rondes aanbiedt. Als dat echt mag dan voorspel ik je straks ook Hoornse Rondes, Zaanse Rondes, Leidse Rondes en weet-ik-wat-voor Rondes je krijgt. Gaat er vanzelf een schitterend streekproduct kapot,” aldus Stam.”

Lees hier meer (Telegraaf).

IEF 7037

Personalia

Thera Adam -Van StraatenThera Adam-van Straaten maakt overstap van Simmons & Simmons naar Leijnse Artz. "Per 1 september 2008 is Thera Adam-van Straaten overgestapt van Simmons & Simmons naar Leijnse Artz. Zij zal daar haar intellectueel eigendomspraktijk voortzetten. Haar streven om deze praktijk in de top van de markt verder uit te bouwen, sluit nauw aan bij de ambities van Leijnse Artz. Leijnse Artz is een Rotterdamse boutique firm, onder andere op het gebied van het intellectueel eigendomsrecht. Thera begon haar carrière bij NautaDutilh in 1998, werkte vervolgens als bedrijfsjurist bij Unilever en voerde vanaf 2005 haar IE-praktijk bij Simmons & Simmons."

IEF 7036

Liever geen louter "nationale" appèlmiddelen

Hof-van-Cassatie - Brussel"Merk (Benelux) Toch Hoe Sterk…" Vertaling van de openingsrede ("A Vos Marques (Benelux)…"), door de heer Jean-François Leclercq, procureur-generaal, uitgesproken op de plechtige openingszitting van het Belgische Hof van Cassatie op 1 september 2008.

Openingsrede van 40 pagina’s, met veel voetnoten en soms mooie zinnen als “Bij de vergelijking tussen het Benelux-merk en het Gemeenschapsmerk ontdekte Dominique Kaesmacher acht verschillen”en “De vitaliteit van de Benelux inzake intellectuele eigendom gaat er niet op achteruit.” Leclerq gaat in op de voordelen van het Benelux-systeem en, veel interessanter,  de nadelen van de nationale beroepsprocedures:

 “Die beperkte concentratie betreffende inschrijvingsgeschillen bij één enkel hof van beroep per Staat heeft echter niet de verwachte resultaten opgeleverd op het vlak van de uniformisering, aangezien tussen rechtspraak van de nationale gerechten verschillen ontstaan zijn die moeilijk aanvaardbaar zijn binnen een uniforme regeling. Bovendien kunnen die verschillen tussen de landen nog meer tot uiting komen tijdens de cassatieprocedure die nog steeds onder het nationale recht valt.

Teneinde eenheid te brengen inzake de inschrijvingsgeschillen zou een zuivere Benelux-regeling kunnen worden ingesteld:

1) inschrijving door het BBIE;
2) een kamer van het Benelux-Gerechtshof wordt bevoegd voor het hoger beroep;
3) een andere kamer van het Benelux-Gerechtshof krijgt cassatiebevoegdheid.

Anders gezegd, het huidige hoger beroep voor de drie nationale appelgerechten zou worden vervangen door een hoger beroep voor een kamer van het Benelux-Gerechtshof en het cassatieberoep, dat thans door het nationale recht wordt geregeld, zou worden vervangen door een cassatieberoep tegen de appelbeslissing van de voornoemde kamer van het Benelux-Gerechtshof, dat zou worden ingesteld voor een andere kamer van hetzelfde Benelux-Gerechtshof.

Het is wenselijk de appel- en cassatiebevoegdheid te groeperen binnen het ene en hetzelfde Benelux-Gerechtshof om te beletten dat louter "nationale" appelmiddelen, en vooral cassatiemiddelen, die dus geen verband houden met het Benelux-recht, het geschil ingewikkelder maken. We zijn dus tegen een gemengde regeling waarin de drie thans bevoegde nationale appelgerechten zouden blijven uitspraak doen over de beroepen en waarin het Benelux-Gerechtshof slechts als een soort supranationale cassatierechter zou optreden.”

Lees de gehele rede hier.

IEF 7035

In telecomwetgeving gefietst

Villamedia bericht: “GroenLinks maakt zich zorgen over enkele “zeer negatieve” elementen uit de hervormingen in de telecomsector, waarover het Europees Parlement deze week vergadert. Europarlementariër Kathalijne Buitenweg zegt zich vooral zorgen te maken over de bepalingen voor het internetverkeer en de privacy van gebruikers in Europa. (…) Het onderscheid tussen illegale of legaal informatie en software wordt bepaald op basis van nationale wetgeving. “Internetproviders zijn geen politieagenten. Het is ook nooit de bedoeling geweest om providers verantwoordelijk te maken voor het tegenhouden van inbreuken op intellectuele eigendomsrechten”

(…) De parlementariër stoort zich aan de vermenging van regelgeving: zo wordt het beschermen van auteursrecht en intellectueel eigendom in telecomwetgeving “gefietst”, terwijl dat volgens Buitenweg thuishoort in auteursrechtwetgeving”.

Lees hier meer.

IEF 7034

Het recht op de slagzin

Spoedprocedure Slagzinnenregister per 1 september 2008. “Stel dat u voor een pitch of een campagne in ontwikkeling vooraf de zekerheid wilt dat de gekozen slagzin beschermd zal zijn tegen navolging. Om u in zulke situaties van dienst te zijn, biedt GVR/De Kennisconnectie een Spoedprocedure aan.
 
Door te kiezen voor een spoedprocedure voor uw slagzin, hoeft u niet op de uitslag van de beoordeling te wachten tot een vergadering van de Slagzinnencommissie, die eens in de twee maanden bijeen komt. Met een spoedprocedure heeft u al binnen 4 werkdagen resultaat. Om deze dienst aan te vragen vult u het Spoedprocedureformulier in en stuurt dit – indien mogelijk met voorbeelden van gepland gebruik – naar het kantoor van GVR/De Kennisconnectie. De Slagzinnencommissie toetst vervolgens, net als bij een “normale” indiening, uw slagzin aan de voorwaarden van het Reglement. Het is voor een spoedprocedure van extra groot belang dat de rationale van de slagzin wordt bijgevoegd. De voorbeelden van gebruik en de rationale helpen de commissie namelijk in hun interpretatie van uw gebruik van de slagzin.’ De goedkeuring van uw slagzin door middel van een spoedprocedure heeft dezelfde status als een “normale” goedkeuring tijdens een commissievergadering."

Lees hier meer.