IEF 22135
19 juli 2024
Artikel

Memes in een juridische notendop: EU vs Amerika

 
IEF 22138
18 juli 2024
Uitspraak

Birkenstock auteursrechtzaak wordt opgesplitst in vier hoofdzaken

 
IEF 22141
18 juli 2024
Uitspraak

Waste Vision maakt geen inbreuk op merken van Routevision

 
IEF 20243

Inbreuk op auteursrecht theorie-examen

Hof Amsterdam 9 jun 2021, IEF 20243; ECLI:NL:GHAMS:2021:2934 (Auteursrechtschending CBR), https://ie-forum.nl/artikelen/inbreuk-op-auteursrecht-theorie-examen

Hof Amsterdam 9 juni 2021, IEF 20243; ECLI:NL:GHAMS:2021:2934 (Auteursrechtschending CBR) Strafrecht. Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan inbreuk op het auteursrecht van het CBR en IBKI door het met een spybril opnemen van examenvragen en deze beelden vervolgens te verwerken in een theorie-cursus. Dit is aan te merken als een verveelvoudiging in de zin van de Auteurswet. De inbreuk op het auteursrecht is gepleegd met een commercieel oogmerk en daarmee gepaard gaand geldelijk gewin. De verdachte heeft met zijn handelen de concurrentieverhoudingen tussen verkeersscholen geweld willen aandoen en daarbij ook andere mensen gebruikt om zijn persoonlijk geldelijk gewin te kunnen bereiken. Voorts heeft het handelen van verdachte bijgedragen aan het ondermijnen van het stelsel van examinering. De verdachte heeft zich ook schuldig gemaakt aan het voorhanden hebben van een wapen en munitie, en aan het witwassen van bijna € 100.000,00.

IEF 20242

HvJ EU over decompileren van computerprogramma

HvJ EU 6 okt 2021, IEF 20242; ECLI:EU:C:2021:811 (Top System SA tegen Belgische Staat)), https://ie-forum.nl/artikelen/hvj-eu-over-decompileren-van-computerprogramma

HvJ EU 6 oktober 2021, IEF 20242, IT 3680, IEFbe 3295; ECLI:EU:C:2021:811 (Top System SA tegen Belgische Staat)  Het verzoek om een prejudiciële beslissing betreft de uitlegging van artikel 5, lid 1, van richtlijn 91/250/EEG van de Raad van 14 mei 1991 betreffende de rechtsbescherming van computerprogramma’s. Dit verzoek is ingediend in het kader van een geding tussen Top System SA en de Belgische Staat over de decompilatie door Selor, het selectiebureau van de federale overheid (België), van een door Top System ontwikkeld computerprogramma dat deel uitmaakt van een applicatie waarvoor dit selectiebureau een gebruikslicentie heeft. De verwijzende rechter is van oordeel dat hij, om uit te maken of Selor die decompilatie mocht verrichten op grond van artikel 6, § 1, WCP, dient na te gaan of de decompilatie van een computerprogramma of een deel daarvan onder de in artikel 5, onder a) en b), WCP bedoelde handelingen valt.

Beantwoording van de prejudiciële vragen:

IEF 20240

Uitspraak ingezonden door Josine van den Berg en Sjo Anne Hoogcarspel, Mount Law.

EUIPO: verzoek tot nietigverklaring lampenmerk afgewezen

EUIPO - OHIM 7 okt 2021, IEF 20240; (Ikea tegen Ledar), https://ie-forum.nl/artikelen/euipo-verzoek-tot-nietigverklaring-lampenmerk-afgewezen

EUIPO 7 oktober 2021, IEF 20240, IEFbe 3294; 40840 (Ikea tegen Ledar) Op 5 oktober 2021 heeft het EUIPO het merk LEDAR geldig verklaard [zie IEF 20231]. In reactie hierop heeft IKEA bij het EUIPO een verzoek tot nietigverklaring gedaan. Hierbij wordt bepleit dat de onderdelen van het ingeschreven merk uitsluitend uit beschrijvende elementen bestaan en dat LEDAR nu een standaard benaming voor lampen is geworden. Door het ontbreken van onderscheidend karakter zou de inschrijving nietig verklaard moeten worden. Ledar verweert door te stellen dat het element 'AR' geen betekenis heeft. Het publiek zal 'LEDAR' niet als een woord zien dat begint met een apart element LED, maar eerder als een neologisme. Gelet op al het voorgaande komt de nietigheidsafdeling tot de conclusie dat het merk niet valt binnen de werkingssfeer van het verbod van artikel 7, lid 1, sub b, c of d, EUTMR valt. Bijgevolg moet het beroep worden verworpen.

IEF 20239

Uitspraak ingezonden door Maarten Haak en Lisanne Steenbergen, Hoogenraad & Haak.

Oppervlaktepatroon niet onderscheidend genoeg

Hof Den Haag 5 okt 2021, IEF 20239; ECLI:NL:GHDHA:2021:241 (Birkenstock tegen Footsie), https://ie-forum.nl/artikelen/oppervlaktepatroon-niet-onderscheidend-genoeg

Gerechtshof Den Haag 5 oktober 2021, IEF 20239; ECLI:NL:GHDHA:2021:241 (Birkenstock tegen Footsie) Beide partijen in het geding ontwikkelen en produceren onder andere orthopedisch schoeisel. Birkenstock heeft het Birkenstock-merk ook als Uniemerk willen inschrijven. Footsie vorderde in dit geschil dat de rechtbank de inschrijving nietig zal verklaren en dat deze wordt geschrapt uit het Benelux merkenregister. De rechtbank heeft het Birkenstock-merk inderdaad nietig verklaard wegens gebrek aan ieder onderscheidend vermogen. Birkenstock heeft hiertegen grieven gericht en vordert vernietiging van het vonnis voor zover de vorderingen van Footsie zijn toegewezen. Het hof kijkt opnieuw naar het onderscheidende vermogen van de merkinschrijving. Of er sprake is van een gelijkenis tussen het merk moet worden beoordeeld uitgaande van de perceptie van het relevante publiek, gelet op de intrinsieke kenmerken van het merk. Het Birkenstock-merk bestaat uit een herhalend patroon waarbij de indruk wordt gewekt dat het afgebeelde vierkant slechts een uitsnede is hiervan. Dit moet volgens het hof worden aangemerkt als een oppervlaktepatroon. Er kan daarom alleen onderscheidend vermogen zijn indien het significant afwijkt van de norm of van wat gangbaar is in de betrokken sector. Het hof is van oordeel dat dit vermogen ten tijde van het inschrijven niet aanwezig was en bekrachtigt dan ook het vonnis. 

IEF 20237

Akkoord homologatie verkoop IE activa

Rechtbank Den Haag 8 okt 2021, IEF 20237; ECLI:NL:RBDHA:2021:11006 (Verzoek homologatie ), https://ie-forum.nl/artikelen/akkoord-homologatie-verkoop-ie-activa

Rechtbank Den Haag 8 oktober 2021, IEF 20237; ECLI:NL:RBDHA:2021:11006 (Verzoek homologatie) Verzoekster is een vennootschap waarbij de activa voornamelijk bestaat uit intellectuele eigendommen. Op 24 juni 2021 heeft verzoekster een crediteurenakkoord aan haar schuldeisers aangeboden. Het akkoord wordt gefinancierd door de verkoop van de activa. Verzoekster verzoekt homologatie van het aangeboden akkoord. De rechtbank wijst dit verzoek toe, tenzij zich één of meer van de afwijzingsgronden voordoen zoals deze bestaan in artikel 384 lid 1 Fw. Gronden om het homologatieverzoek af te wijzen zijn niet aanwezig en ook de schuldeisers hebben geen bezwaar gemaakt. De rechtbank homologeert het door verzoekster aangeboden akkoord.

IEF 20238

Vervolg in zaak over zonnepanelen

Hof Den Haag 17 sep 2021, IEF 20238; ECLI:NL:GHDHA:2021:1739 (LONGi tegen Hanwha), https://ie-forum.nl/artikelen/vervolg-in-zaak-over-zonnepanelen

Gerechtshof Den Haag 17 september 2021, IEF 20238; ECLI:NL:GHDHA:2021:1739 (LONGi tegen Hanwha) LONGi Nederland maakt onderdeel uit van een concern dat zich onder meer toelegt op de productie en verkoop van zonnepanelen, net als Hanwha. Het geschil draait om Europees octrooi EP 2 220 689. Partijen verschillen van mening wanneer het gaat over het recht tot inbeslagname op grond van een buitenlands octrooirecht, zie [IEF 20112]. LONGi kan aantonen dat tienduizenden beslagen zonnepanelen zijn bestemd voor afnemers in landen waar het octrooi niet geldt. Dat alle overige beslagen zonnepanelen bestemd zijn voor afnemers in de gevalideerde landen is onvoldoende aannemelijk. Het hof deelt het oordeel van de voorzieningenrechter dat er onvoldoende grond is voor opheffing van het bewijsbeslag. Dit kan immers relevant zijn voor de beoordeling van de door Hanwha gestelde inbreuken. Die dreiging is voldoende om de beslaglegging niet op te heffen. 

IEF 20236

Uitspraak ingezonden door Josine van den Berg, Mount Law.

Uitzending 'Undercover in Nederland' niet onrechtmatig

Rechtbank Amsterdam 6 okt 2021, IEF 20236; (Eiser tegen Talpa en Noordkaap), https://ie-forum.nl/artikelen/uitzending-undercover-in-nederland-niet-onrechtmatig

Vzr. Rechtbank Amsterdam 6 oktober 2021, IEF 20236, IT 3677; C/13/706042 (Eiser tegen Talpa en Noordkaap) Kort geding. Noordkaap produceert het programma 'Undercover in Nederland', wat wordt uitgezonden door Talpa. In deze zaak is betrokkene door de presentator van het programma gefilmd, gevolgd en geconfronteerd. Talpa heeft deze opnames uitgezonden, waarbij betrokkene herkenbaar in beeld is. De raadsman van betrokkene heeft Noordkaap verzocht deze uitzending, die nog 'on demand' te bekijken is te verwijderen, dan wel het gezicht van betrokkene te 'blurren'. Na dit verzoek is er in een tweede uitzending nogmaals aandacht aan betrokkene besteed. Betrokkene vordert in deze zaak dat Noordkaap wordt verboden het beeld- en geluidsmateriaal dat er van hem is openbaar te maken, evenals hetgeen al openbaar is gemaakt te verwijderen. Toewijzing van deze vordering zou een beperking vormen op de vrijheid van meningsuiting. Een dergelijk recht kan slechts worden beperkt indien dit bij wet is voorzien en noodzakelijk is in een democratische samenleving. Het belang van Noordkaap als medium is dat zij zich kritisch, informerend en waarschuwend moet kunnen uitlaten. Het belang van betrokkene is dat hij niet in zijn privacy en goede naam wordt aangetast. Voor de beoordeling of deze aantasting zwaarder weegt dan het grondrecht wordt naar de feiten van de zaak en de omstandigheden van het geval gekeken. De rechtbank oordeelt dat de handelwijze van betrokkene kan worden aangemerkt als een misstand waarbij Noordkaap belang had om deze aan de kaak te stellen. Het belang van betrokkene weegt volgens de rechter minder zwaar. Het beschikbaar houden van de beelden is onder deze omstandigheden niet onrechtmatig. 

IEF 20235

Uitspraak ingezonden door Karlijn van Laar, TaylorWessing.

Doorverwijzing na wijziging grondslag voor inzagevordering

Rechtbank Oost-Brabant 7 okt 2021, IEF 20235; (FrieslandCampina tegen Van Loon Group), https://ie-forum.nl/artikelen/doorverwijzing-na-wijziging-grondslag-voor-inzagevordering

Vzr. Rechtbank Oost-Brabant 7 oktober 2021, IEF 20235; C/01/373700 (FrieslandCampina tegen Van Loon Group) Kort geding. FrieslandCampina vermoedt dat Van Loon Group inbreuk heeft gemaakt op haar bedrijfsgeheimen en een wanprestatie onder de NDA heeft gepleegd. Voor de voorzieningenrechter wordt gevorderd dat zij inzage krijgt in afschriften van de door de deurwaarder opgemaakte gedetailleerde beschrijvingen die betrekking hebben op deze inbreuk. Na de per 1 augustus jl. inwerking getreden wijziging van art. 80 lid 2 ROW komt de rechtbank Den Haag op grond van het toegevoegde sub c van genoemd artikel een exclusieve bevoegdheid toe ten aanzien van onder meer een inzagevordering die verband houdt met de handhaving van een octrooi.

IEF 20232

Uitspraak ingezonden door Gino van Roeyen, LAWNCH en Willem Hoyng en Frank Eijsvogels, HOYNG ROKH MONEGIER.

HR: Adidas tegen H&M

Hoge Raad 8 okt 2021, IEF 20232; ECLI:NL:HR:2021:1474 (Adidas tegen H&M ), https://ie-forum.nl/artikelen/hr-adidas-tegen-h-m

HR 8 oktober 2021, IEF 20232; ECLI:NL:HR:2021:1474 (Adidas tegen H&M) Het cassatieberoep van Adidas wordt verworpen. Zie ook de conclusie van A-G Drijber [IEF 19896]. H&M bood in 1997 fitness-kleding aan met twee strepen die, net als de merken van Adidas, zijn gepositioneerd op de mouwen en de broekspijpen van sportkleding. Adidas is daartegen in kort geding opgekomen. Die procedure waarin door de Hoge Raad eerder aan het HvJ EU prejudicële vragen werden gesteld heeft alles bij elkaar 18 jaar geduurd en liep via de Rechtbank Breda, het hof 's-Hertogenbosch en de Hoge Raad. Eind 2015 oordeelde het hof Arnhem-Leeuwarden [IEF 15491], na verwijzing door de Hoge Raad, dat H&M inbreukmakend heeft gehandeld. Adidas heeft vervolgens tegen H&M de onderhavige bodemprocedure aangespannen bij de rechtbank Den Haag. De rechtbank Den Haag oordeelde evenals het hof Arnhem-Leeuwarden dat sprake was van merkinbreuk vanwege verwarringsgevaar tussen het teken van H&M en de beeldmerken van Adidas [IEF 17252]. In hoger beroep oordeelde het hof Den Haag echter dat van merkinbreuk geen sprake was. De tussenruimte tussen de twee strepen is kleiner dan de tussenruimte tussen de drie strepen op de kleding van Adidas, die even breed is als zijn als een Adidas streep [IEF 18980]. Met het vandaag gewezen arrest is het oordeel van het hof Den Haag definitief geworden.