DOSSIERS
Alle dossiers

Kamerstukken & EU  

IEF 12350

Kamerbrief verslag stuurgroep gedragscode licenties en veredelingsvrijstelling

Kamerbrief over verslag Stuurgroep Gedragscode Licenties en Uitvoering motie Koopmans inzake veredelingsvrijstelling in het octrooirecht, kenmerk DGBI-I&K / 12373604

Uit het voortgangsverslag van de Stuurgroep Gedragscode Licenties verslag blijkt dat het overleg over een licentiegedragscode gestaag verloopt en dat inmiddels een voorstel daarvoor aan de Europese Commissie ter beoordeling is voorgelegd.

Uitvoering motie Koopmans

In aanvulling op de brief bericht de staatssecretaris over de stand van zaken bij de uitvoering van de aangenomen motie Koopmans over herstel van de balans tussen octrooirecht en kwekersrecht. In deze motie werd de regering verzocht om in te zetten op het inbouwen van een beperkte veredelingsvrijstelling zowel in de Rijksoctrooiwet 1995 als in de Verordening unitair octrooi. Tevens werd de regering verzocht om op politiek niveau actief steun te werven onder EU-lidstaten voor een kritische evaluatie en aanpassing van de Bio-octrooirichtlijn voor een balans tussen kwekersrecht en het octrooirecht, met oog voor de belangen van alle betrokken partijen.

Wijziging Rijksoctrooiwet 1995
Het voorstel van Rijkswet tot wijziging van artikel 53b van de Rijksoctrooiwet 1995 in verband met de invoering van een beperkte veredelingsvrijstelling is inmiddels bij de Tweede Kamer ingediend.

Verordening unitair octrooi
Met het unitair octrooirecht kan in één procedure octrooibescherming worden verkregen in 25 landen van de Europese Unie (Spanje en Italië doen niet mee), wat zal leiden tot een aanzienlijke daling van octrooikosten.

Verzoek om evaluatie Bio-octrooirichtlijn (richtlijn 98/44/EG)

Aan Eurocommissaris Barnier is gevraagd om een evaluatie van richtlijn 98/44/EG, waarbij met name aandacht wenselijk is voor het vraagstuk in hoeverre door octrooirechtelijk beschermde uitvindingen veranderde eigenschappen van planten - en daarmee in de markt aanwezige rassen - wel onder de exclusieve bescherming van het octrooirecht moeten vallen.Onder verwijzing naar een resolutie van het Europees Parlement over octrooiering van werkwijzen van wezenlijk biologische aard voor de voortbrenging van planten (en dieren)9, heeft hij laten weten dat een verslag op basis van artikel 16 (c) van richtlijn 98/44/EG het meest geëigend is om vraagstukken gerelateerd aan de octrooiering van plantenmateriaal nader te onderzoeken.

Rapport Trojan [IEF 11715]
In de verdere gedachtevorming over herstel van de balans tussen octrooirecht en kwekersrecht is het rapport van de heer Trojan van belang. De reacties inventariseren van de organisaties die betrokken waren bij de consultatie door de heer Trojan. Aan deze organisaties heb ik, zoals al aangekondigd door mijn ambtsvoorganger12, gevraagd hun standpunt over en voorkeuren bij de door de heer Trojan voorgestelde oplossingsrichtingen aan te geven en te vermelden welke rol zij bij de uitwerking daarvan zouden kunnen spelen.

IEF 12339

Benelux Gerechtshof krijgt twee rechtsprekende kamers

Protocol tot wijziging van het Verdrag van 31 maart 1965 betreffende de instelling en het statuut van een Benelux-Gerechtshof; Luxemburg, 15 oktober 2012, Kamerstukken I, 2012/13, 33 543, nr. 1.

Benelux-Gerechtshof. Wijziging van het Statuut. De Minister van Buitenlandse Zaken overlegt ter stilzwijgende goedkeuring het protocol tot wijziging van het Benelux-verdrag en de instelling van het Benelux-gerechtshof.

Op een belangrijk terrein van gemeenschappelijk recht in de Benelux Unie, namelijk het merkenrecht, bleek zich uiteenlopende nationale rechtspraak te ontwikkelen. Op Aanbeveling van de Raadgevende Interparlementaire Beneluxraad was besloten het Benelux-Gerechtshof de bevoegdheid tot rechtspraak te geven. Het tot stand gekomen Benelux-Verdrag inzake de intellectuele eigendom zal te zijner tijd worden gewijzigd. De prejudiciële procedure en de nauwelijks gebruikte bevoegdheid tot advisering zijn niet van dien aard dat ze de gewenste harmonisatie of rechtseenheid teweegbrengen. Van geval tot geval kan de rechtsprekende bevoegdheid aan het Hof worden verstrekt.

Een belangrijke factor van de nieuwe rechtsprekende bevoegdheid is, dat deze zal worden uitgeoefend in twee instanties (zie de nieuwe artikelen 9bis en 9ter van het Verdrag). Voor de structuur, waarbij twee instanties figureren binnen hetzelfde Hof, staat het Europese Hof van Justitie model.

Het Benelux-Unie-hof krijgt een Eerste Kamer die de bestaande prejudiciële en adviserende bevoegdheid blijft uitoefenen en die in tweede instantie oordeelt over uitspraken van een Tweede Kamer (cassatieberoep). De Tweede Kamer is uitsluitend bevoegd tot uitoefening van de rechtsprekende bevoegdheid in eerste instantie.

2. De prejudiciële procedure en de – nauwelijks gebruikte – bevoegdheid tot advisering zijn echter niet van dien aard dat ze in alle omstandigheden de gewenste harmonisatie of rechtseenheid teweegbrengen. Dit is onder meer het geval wanneer feitelijke overwegingen een grote rol spelen in de beoordeling van de zaak. Het gebrek aan harmonisatie is bijzonder storend in domeinen die volledig eengemaakt zijn, zoals in het merken- en modellenrecht, en leidt tot forum shopping. De huidige toestand zorgt in die rechtsgebieden voor vertraging en uiteenlopende rechtspraak. De dringende behoefte aan een rechtsprekende bevoegdheid voor het Benelux-Gerechtshof inzake het merken- en modellenrecht werd aan de orde gesteld in de aanbeveling van de Raadgevende Interparlementaire Beneluxraad dd. 18 juni 2005 (stuk 733/2, punt 4), die werd onderschreven door het Comité van Ministers in hun antwoord d.d. 20 november 2008.

3. Tijdens de onderhandelingen over de verdragswijziging die nodig is om de bedoelde rechtsprekende bevoegdheid aan het Hof toe te kennen, werd voorts besloten om de mogelijkheid tot het scheppen van deze bevoegdheid niet te beperken tot het terrein van het merken- en modellenrecht, maar om het Verdrag zodanig te wijzigen dat deze bevoegdheid van geval tot geval kan worden verstrekt in verdragen. Dit betekent dat op terreinen die zich daarvoor in de toekomst lenen, zonder wijziging van het Verdrag, rechtsprekende bevoegdheid aan het Hof kan worden toegekend. Het eerste verdrag waarin deze toekenning zal plaatsvinden, zal het te wijzigen Benelux-Verdrag inzake de intellectuele eigendom (merken en tekeningen of modellen) van 25 februari 2005 zijn.

5. In het aangepaste artikel 1 van het Verdrag worden de drie bevoegdheden opgesomd waarover het Hof in het gewijzigde Verdrag beschikt, namelijk:
- de prejudiciële bevoegdheid;
- de rechtsprekende bevoegdheid, die zowel de reeds bestaande bevoegdheid als administratieve rechter betreft als de nieuwe bevoegdheid ten aanzien van per verdrag aan te duiden terreinen;
- de adviserende bevoegdheid.

6. Een belangrijke factor van de nieuwe rechtsprekende bevoegdheid is, dat deze zal worden uitgeoefend in twee instanties (zie de nieuwe artikelen 9bis en 9ter van het Verdrag). Voor de structuur, waarbij twee instanties figureren
binnen hetzelfde Hof, staat het Europese Hof van Justitie model.

7. Een Eerste Kamer die de bestaande prejudiciële en adviserende bevoegdheid blijft uitoefenen en die in tweede instantie oordeelt over uitspraken van een Tweede Kamer die uitsluitend bevoegd is tot uitoefening van de rechtsprekende bevoegdheid in eerste instantie. De bestaande bevoegdheid van het Hof om kennis te nemen van administratiefrechtelijke beroepen inzake de rechtsbescherming van personen in dienst van de Benelux Unie, de Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom of een Benelux Gemeenschappelijke Dienst wordt toebedeeld aan een Derde Kamer.

Onder B. Commentaar op de artikelen van de voorgestelde tekst, Artikel IX:
Een artikel 4quinquies wordt toegevoegd, waarin de onderverdeling in Kamers van het Hof wordt neergelegd.

De Eerste Kamer spreekt recht in prejudiciële zaken en adviseert desgevraagd de regeringen. Dit is een voortzetting van de al bestaande bevoegdheden van het Hof. Deze Kamer is voorts op grond van artikel 9ter bevoegd ter zake van de voorziening die kan worden ingesteld tegen uitspraken van de Tweede Kamer ingevolge artikel 9bis (cassatieberoep).

De Tweede Kamer oefent de nieuwe rechtsprekende bevoegdheid van het Hof uit in eerste instantie. De Tweede Kamer kan eventueel bestaan uit afdelingen, al naar gelang het rechtsdomein ten aanzien waarvan de bevoegdheid aan het Hof wordt toegewezen.

IEF 12333

Internetconsultatie wetsvoorstel afschaffing geschriftenbescherming

Internetconsultatie, wetsvoorstel afschaffing geschriftenbescherming, internetconsultatie.nl 11 februari - 11 april 2012.

Uit't persbericht: De Auteurswet beschermt straks alleen nog geschriften waaraan een creatieve prestatie van de maker ten grondslag ligt. Dit blijkt uit een ontwerp-wetsvoorstel van staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie dat voor internetconsultatie is openbaar gemaakt. Het voorstel is onderdeel van de modernisering van het auteursrecht die in het regeerakkoord is aangekondigd.

Uit de consultatie: De consultatie betreft de afschaffing van de geschriftenbescherming voor niet-oorspronkelijke geschriften. Het wetsvoorstel beoogt de Auteurswet te wijzigen. Het strekt ertoe te bewerkstelligen dat voortaan slechts geschriften met een oorspronkelijk karakter of persoonlijk stempel van de maker bescherming genieten op grond van de Auteurswet. De bescherming van andere geschriften op grond van de zogeheten geschriftenbescherming komt te vervallen.

Concept regeling - Wetsvoorstel afschaffing geschriftenbescherming
Ontwerp toelichting - Wetsvoorstel afschaffing geschriftenbescherming

Verwachte effecten van de regeling
Afschaffing van de geschriftenbescherming brengt meer duidelijkheid. In de rechtspraktijk kan onduidelijkheid bestaan over de reikwijdte van de regeling. Daaraan komt nu een einde. Afschaffing van de geschriftenbescherming leidt tot betere beschikbaarheid van feitelijke informatie. Zij werkt mogelijk ook concurrentiebevorderend.

Doel van de consultatie
De consultatie dient ter verkrijging van meer informatie over de belangen die door de afschaffing van de geschriftenbescherming worden geraakt en de mening van belanghebbenden over het ontwerp-wetsvoorstel.

Doelgroepen die door de regeling worden geraakt
Bedrijven en consumenten. Gebruikers van feitelijke informatie.

Op welke onderdelen van de regeling wordt een reactie gevraagd
Gehele wetsvoorstel

Publicatie reacties
Reacties worden gepubliceerd tijdens de loop van de consultatie. Alleen die reacties worden gepubliceerd waarvan is aangeven, door de inzender, dat deze openbaar mogen zijn. Voordat reacties gepubliceerd worden, worden deze eerst gecontroleerd op beledigende of aanstootgevende uitspraken. Deze controle kan enkele dagen duren.

IEF 12323

Publieke EU-consultatie: bedrijfsgeheimen en know-how

Europese Commissie, Public consultation on the protection of business and research know-how, ec.europa.eu.

De EC (DG Internal Market & Services) is zich momenteel zeer breed op dit onderwerp aan het oriënteren. Zo is vorig jaar, in opdracht van de Europese Commissie, een rapport van Hogan Lovells LLP verschenen over dit onderwerp (IEF 10788). Tevens wordt dit kwartaal de uitkomst van een tweede studie verwacht, uitgevoerd door Baker & McKenzie (IEF 12010). Naast het laten verrichten van verschillende onderzoeken treedt de EC echter graag in contact met het bedrijfsleven, zodat ze een duidelijk beeld kunnen vormen van de problematiek omtrent de bescherming van bedrijfsgeheimen. De consultatietermijn loopt tot 8 maart 2013.

Keeping valuable information secret is often the only or the most effective way that companies have to protect their intellectual property (such as the results of their research and innovation efforts). Although patents play a decisive role in this area, there are limitations as to what can be patented. New business solutions, marketing data and many incremental technological improvements, for example, are not patentable). Concerns regarding the effectiveness of the legal protection against the misappropriation of trade secrets in the Internal Market are already being voiced.

The differences between national laws of Member States are claimed to be such as to make it difficult to ensure that the right protective measures against such misappropriation are being applied in cross-border business. The current redress possibilities are claimed not to represent a sufficiently strong deterrent against theft of such confidential business information. This could dissuade the sharing of confidential business information across borders with business partners who could offer valuable possibilities to develop new markets for innovative products.

In view of these concerns, the European Commission has decided to analyse the current situation in the Union in more detail and to collect views with regard to the protection of business and research know-how in the Union.

If you are answering this consultation as a citizen, [hier klikken, Nederlandstalig].
If you are answering this consultation on behalf of an organisation, please click here to submit your contribution, [hier klikken, Engelstalig].
If you are answering this consultation on behalf of a public authority [hier klikken, Nederlandstalig]

IEF 12319

Downloadverbod definitief en thuiskopieheffing blijft nog enkele jaren

De brief en verzamelde reacties over de Thuiskopieheffing die nog enkele jaren blijft en het downloadverbod dat definitief van de baan is.

Brief van Staatssecretaris Teeven, Uitvoering motie-Verhoeven/Oosenbrug over afzien van een downloadverbod, 4 februari 2013. - officiele bekendmaking

De Vaste Commissie voor Veiligheid en Justitie verzocht mij bij brief d.d. 24 januari 2013 uw Kamer te informeren over de uitvoering van de aangenomen motie Verhoeven/Oosenbrug (Kamerstukken II 2012-13, 29 838, nr. 56). Bij dezen geef ik gevolg aan dat verzoek.

De motie Verhoeven/Oosenbrug verzoekt de regering af te zien van voorstellen tot wetswijzigingen die een downloadverbod tot stand brengen of anderszins het recht op het maken van een thuiskopie beperken. Naar aanleiding van het aannemen deze motie wordt het indienen van een wetsvoorstel tot inperking van de thuiskopie-uitzondering thans niet voorzien.

In mijn brief van 19 december 2012 (Kamerstukken II 2012-13, 29 838, nr. 62) heb ik verder aangegeven dat het aannemen van de motie Verhoeven/Oosenbrug als gevolg zou hebben dat, net als voor 2013, ook voor de komende jaren een thuiskopieheffingen op voorwerpen zal moeten worden geheven. Dit betekent dat in 2013 wederom een algemene maatregel van bestuur zal worden voorbereid.

Uw Kamer zal door middel van de voorgeschreven nahangprocedure bij het proces worden betrokken.

Kabinet ziet af van downloadverbod en handhaaft thuiskopieheffing, Tweakers.

Tim Kuik van auteursrechtorganisatie Stichting Brein wijst er op dat een downloadverbod nog niet compleet van de baan is: op dit moment buigt het Europese Hof van Justitie zich over de vraag of er in Nederland een downloadverbod ingevoerd moet worden. De Hoge Raad vermoedt dat het in strijd met het Europees recht is dat downloaden uit illegale bron in Nederland is toegestaan [vermoedelijk is bedoeld IEF 12086]. Verder zegt Kuik door te gaan met het aanspreken van websites die illegaal materiaal aanbieden. "Dat deden we altijd al en daar gaan we onverminderd mee door", aldus Kuik.

Kabinet houdt thuiskopieheffing na 2013 in stand, Webwereld.

Patstelling duurt voort. Met deze status quo duurt de politieke patstelling voorlopig voort, want Teeven rept ook verder niet meer over modernisering van het auteursrecht. Teleurstellend, vindt D66-kamerlid Kees Verhoeven. "Het is jammer dat nu een downloadverbod van de baan is, de discussie over het auteursrecht lijkt te stoppen", aldus Verhoeven tegen Tweakers.

In de rechtszaal woedt de discussie echter wel volop, en mogelijk zorgt dat wel voor een doorbraak in het moeizame dossier van wel of geen downloadverbod en wel of geen thuiskopieheffing. Er woeden verschillende rechtszaken over, waaronder een bij de Hoge Raad, die vragen heeft gesteld aan het Europees Hof [vermoedelijk is bedoeld IEF 12086]. De Hoge Raad vraagt zich hardop af of downloaden uit illegale bron, die typische Nederlandse verworvenheid, niet in strijd is met het Europees recht.

Teeven ziet af van downloadverbod, SOLV

Wat we nodig hebben is een systeem dat gebruikt maakt van nieuwe technologieën en de verspreidingsmogelijkheden die daarmee gepaard gaan, in plaats van een stelsel dat hardnekkig blijft vasthouden aan rigide wetgeving van vóór het digitale tijdperk. Anders dan wel gesuggereerd wordt, hoeven internet en auteursrecht elkaar niet in de weg te staan. Het internet kan auteurs juist ook helpen, door hen snel en gemakkelijk in contact te brengen met het publiek, dat op zijn beurt eenvoudig en snel toegang heeft tot materiaal. Handhaving moet dan ook plaatsmaken voor andere betaalmodellen, en de vergroting van het legale aanbod van muziek en films op internet.

Downloadverbod 100% van de baan, PCMweb

Mening van Nederland. Toch vinden ook VVD- en PvdA-kiezers volgens het onderzoek van Nu.nl dat dit beter is dan een algeheel downloadverbod. Bij de PvdA vindt 51 procent van de achterban dat en bij de VVD 43 procent. Tevens geeft 66 procent van de mensen aan dat ze niet zullen stopen met downloaden, ondanks het verbod. Een klein aantal van 14 procent zou wel stoppen met de dan illegale praktijken. Over het algeheel genomen is 78 procent tegen het downloadverbod en 11 procent steunt het voorstel. Nog eens 11 procent weet het niet.

 

Uit het onderzoek blijkt ook dat D66-stemmers het meest downloaden, namelijk 25 procent vaak en 45 procent soms. Wanneer Fred Teeven met het voorstel voor het downloadverbod zal komen is nog niet bekend.

Fred Teeven: Thuiskopie blijft, via Alpha-Audio.nl; één van de reacties:

 

Wat hebben we nu:
- betalen voor embedden van content Buma/Stemra
- betalen voor embedden van content Sena
- Extra heffing op media, mp3 players, HD’s etc
- DVD die ik jaren geleden heb gekocht (licentiekosten) ipv voor een paar euro kan upgraden naar BR moet ik weer de volle mep betalen (ik had toch een licentie?)
- Radio stations moet voor elk liedje betalen.
- Als bedrijf/horeca gelegenheid luistert naar datzelfde radiostation moeten ze ook betalen.

(...) Extra heffing? doen!Maar dat geeft mij nu het recht om ALLES te downloaden wat ik maar wil (bij voorkeur ‘illegaal’), indirect of direct heb ik er minstens al 2 of 3 keer voor betaald/er aan bijgedragen.

Zijn er andere reacties, of wilt u een reactie inzenden: redactie@ie-forum.nl.

IEF 12317

Europese Commissie lanceert "Licences for Europe"

Neelie Kroes, Speech: Digital technology and copyright can fit together, SPEECH/13/96, 4 februari 2013.

Stakeholders dialogue on copyright "Licences for Europe".

New technologies have huge implications for the creative sector. And for the policies and regulatory structures that underpin it. As many of you will know, I have for a long time called for changes to those structures.

I was first confronted with this relationship as the Competition Commissioner at the time of the "CISAC decision". That dealt with the old-fashioned licensing practices and territorial separation of markets by collecting societies. And that case left me unsatisfied. Because the fact is, old practices need to adapt to new digital realities. That calls for real change and legal and practical solutions: competition tools are not enough for that.

(...)
And it's not just the creative sector that can benefit: scientists and researchers can too. Indeed "Licences for Europe" will deal directly with text and data-mining, automated research techniques that extract meaningful results from vast amounts of text or data.

That can boost research, and potentially save lives. But often it faces significant transaction costs. Because it requires not just a licence to access content, but the permission of each right holder just to copy and reformat each of the huge number of works.

Overall, there's a lot to do. But general trends reassure me: my calls for change, starting over 5 years ago, were not in vain. You are here, so many stakeholders – from copyright owners, users, collecting societies, publishers, universities, and more – and you have reacted so positively and agreed to make things move. For me that shows two important things: first, change is needed; second, we are ready for it.

But technology, and society, are moving forward faster than our framework and licensing practices. I hear all the time about people who want to watch their favourite soap operas across borders, but can't. About those trying to digitise our film heritage and preserve our cultural diversity - but who must deal with a pile of complex licensing requirements. About people afraid to innovate by re-using content. About researchers unable to compete, and citizens unable to benefit from their discoveries, because they can't use the opportunities of technology.

Let me also say a couple of words about the wider context.

So we are launching this initiative to show technology and copyright can go together.

I am not too keen on heavy-handed legislative measures. They aren't always needed; and sometimes, pragmatic and easy-to-implement solutions are just as valid. The goal is to adjust current practices or get rid of costly inefficiencies.

This initiative is called "Licences for Europe": and new licensing approaches for protected content will no doubt feature prominently in your discussions. We do not prejudge its outcome.

But keep your minds open: maybe in some cases licensing won't be the solution. Maybe it will be provided by technology and data, like the Global Repertoire Database or some wider initiative not yet on the table. This exercise will show us how far we can solve our issues within the current framework.
IEF 12302

Oneerlijke handelspraktijken. Voldoet bestaande (zelf)regulering?

Oneerlijke handelspraktijken. Voldoet bestaande (zelf)regulering? bijlage bij Kamerstukken II 2013/31531 nr. 22

2. Oneerlijke handelspraktijken
3. Bestaande regelgeving
4. Zelfregulering
5. Internationale quickscan
6. Samenvatting en conclusie

In beginsel bieden het burgerlijk recht en het mededingingsrecht de mogelijkheid om
oneerlijke handelspraktijken tegen te gaan. In de praktijk zorgt de vrees van de leveranciers voor schade aan de commerciële relatie met de supermarkt, de onduidelijkheid door de open normen, het niet kunnen aanpakken van oneerlijke handelspraktijken door niet-dominante ondernemingen en het lastig vaststellen van zowel een economische machtspositie als het misbruik hiervan, ervoor dat de bestaande regelgeving niet effectief is in het tegengaan van oneerlijke handelspraktijken. De bestaande regelgeving moet daarom worden aangevuld met zelfregulering of andere regelgeving. Hierbij is ook gekeken naar de ervaringen in het buitenland.

Zelfregulering (nationaal perspectief)
In Nederland wordt veelvuldig zelfregulering toegepast. Dat is echter niet het geval bij het tegengaan van oneerlijke handelspraktijken. Bestaande zelfreguleringsinstrumenten zoals de Geschillencommissie en de Reclame Code Commissie zien niet toe op, respectievelijk de levensmiddelensector en op oneerlijke handelspraktijken. Mediation is toepasbaar op meerdere soorten conflicten en alle sectoren maar kampt met een aantal generieke problemen waardoor het gebruik in de praktijk erg laag is. Bestaande zelfregulering is dan ook onvoldoende om oneerlijke handelspraktijken op te lossen of afspraken hierover te handhaven.

Buitenlandse ervaring
Interessant aan de buitenlandse ervaring op het gebied van gedragscodes is dat, hoewel de Engelse code bindend is voor supermarkten, leveranciers toch geen gebruikmaakten van het geschilbeslechtingstraject dat is vastgelegd in de code. Hiervoor moest als eerste stap een klacht worden ingediend bij de afnemer en deze stap werd in de praktijk niet gezet door leveranciers. Het opstellen van een gedragscode hoeft, in tegenstelling tot de Engelse situatie, niet per se door de overheid te gebeuren. Er kan ook worden gekozen voor geconditioneerde zelfregulering. Hiervan is sprake als de overheid het doel van de regulering formuleert maar het aan marktpartijen overlaat hoe dit in te vullen.

De casuïstiek in de levensmiddelensector

Nu duidelijk is dat bestaande wetgeving en zelfregulering niet voldoende zijn om oneerlijke handelspraktijken op te lossen, is het de vraag of de hierboven beschreven aanvulling met zelfregulering, oneerlijke handelspraktijken door afnemers had voorkomen. Zoals eerder al gezegd doet dit rapport geen uitspraak over of handelspraktijken door supermarkten wel of geen oneerlijke handelspraktijk is.

IEF 12298

Kabinet wil hergebruik eenvoudiger maken

Een redactionele bijdrage van VOI©E.

Het kabinet wil hergebruik van beschermde werken eenvoudiger maken zonder afbreuk te doen aan de bescherming van creatieve prestaties van rechthebbenden. Bij voorkeur zou dit moeten leiden tot een aanpassing van de lijst met uitzonderingen in de Europese richtlijn.

Mededeling “Licensing Europe” (hier)
Aan de Tweede Kamer is de mededeling van de Europese Commissie inzake content in de digitale interne markt (“Licensing Europe”) aangeboden. De mededeling beschrijft het project “Licensing Europe” en is gericht op het tot stand brengen van een digitale interne markt op het terrein van het auteursrecht door middel van het bevorderen van online licenties. De Commissie zet in op twee parallelle werkterreinen. De inspanningen om het Europese wetgevingskader inzake het auteursrecht te herzien en te moderniseren worden voortgezet en afgerond. In 2014 zal besloten worden of het Europees regelgevend kader aangepast moet worden.

Daarnaast worden er voor 2013 vier terreinen aangemerkt waarop snelle en praktische oplossingen noodzakelijk zijn:

  • Ten eerste wil de Commissie voor consumenten de grensoverschrijdende toegang tot online aanbod verbeteren.

  • Ten tweede wil de Commissie verzekeren dat het voor eindgebruikers duidelijk is welk gebruik is toegestaan en welk gebruik niet. Ook wil de Commissie bekijken of 'user generated content' kan worden bevorderd met 'one click' licenties en wil zij de mogelijkheid onderzoeken van gratis licenties voor eindgebruikers.

  • Ten derde wil de Commissie de online beschikbaarheid van films in de EU voor commerciële en niet-commerciële (educatieve en culturele) doeleinden bevorderen. De Commissie constateert met name problemen bij het regelen van rechten voor films die niet meer in de handel zijn.

  • Ten vierde wil de Commissie werken aan een Europese oplossing voor tekst- en datamining (d.w.z. het elektronisch doorzoeken van grote hoeveelheden informatie) bij wetenschappelijk onderzoek. Voor tekst- en datamining moeten in de huidige situatie overeenkomsten met rechthebbenden worden gesloten, bijvoorbeeld voor het kopiëren van artikelen uit wetenschappelijke tijdschriften.

Thuiskopieheffingen
In de mededeling wordt ook melding gemaakt van het rapport met de uitkomst van de lopende bemiddelingsprocedure over thuiskopieheffingen onder leiding van de heer Vitorino, zie verder dit bericht.

Daarnaast lopen er bij het Hof van Justitie van de EU een aantal prejudiciële zaken over het thuiskopiestelsel. Daarin spelen onder andere vragen over de relatie tussen heffingen en beschikbare technische voorzieningen die rechthebbenden kunnen toepassen om het kopiëren zelf te regelen en de vraag of kopiëren uit onrechtmatige bron onder de thuiskopie-uitzondering mag vallen. De uitkomst van het bemiddelingstraject en de lopende prejudiciële procedures zijn van belang voor de verdere gedachtevorming over het thuiskopiestelsel.

Nederlandse positie over de mededeling
In het ‘fiche’ over deze mededeling staat ook de primaire reactie van het kabinet.

Het kabinet is verheugd over deze initiatieven, mits deze binnen afzienbare tijd leiden tot concrete resultaten.

Met betrekking tot de gewenste verbetering van het legale aanbod van films op internet zou de Commissie volgens het kabinet ook voldoende aandacht moeten besteden aan mogelijkheden om de ontwikkeling van het legale aanbod van commerciële films te bevorderen.

Nederland heeft agendering van de problemen rond user generated content de laatste jaren actief bepleit. Het kabinet verwelkomt daarom de beslissing van de Europese Commissie om hier de komende tijd prioriteit aan te geven. Hetzelfde geldt voor de plannen inzake tekst- en datamining. In het onderzoek Flexible Copyright is bevestigd dat het huidige auteursrecht onvoldoende rekening houdt met user generated content, datamining, cloud computing, gebruik van werken binnen het onderwijs en creatief hergebruik door bijvoorbeeld documentairemakers.

Voor het kabinet staat voorop dat hergebruik van beschermde werken eenvoudiger moet worden zonder afbreuk te doen aan de bescherming van creatieve prestaties van rechthebbenden. Ook bij tekst- en datamining moet dit de doelstelling zijn. Bij voorkeur zou dit moeten leiden tot een aanpassing – in de vorm van flexibilisering – van de lijst met uitzonderingen op het auteursrecht in de richtlijn auteursrecht in de informatiemaatschappij.

IEF 12297

Aanbevelingen uit een Europees rapport over thuiskopieheffingen

António Vitorino, Recommendations resulting from the mediation on private copying and reprography levies, Brussel 31 januari 2013, ec.europa.eu.

Uit ´t persbericht: The first part of Mr Vitorino’s recommendations relates to new business models and refers to the need to clarify that copies that are made by end-users for private purposes in the context of a service that has been licensed do not cause any harm that would require additional remuneration in the form of levies.

The second part of the Recommendations focuses on how to improve the functioning of levy systems in order to reconcile them with the free movement of goods and services in the Single Market. Mr Vitorino recommends to:

  • Collect levies in cross-border transactions in the Member State in which the final customer resides;
  • Shift the liability to pay levies from manufacturers and importers to retailers provided that the tariff systems are simplified and that manufacturers and importers are obliged to inform collecting societies about their transactions concerning goods subject to a levy; or, alternatively, establish clear and predictable ex ante exemption schemes for those operators that should in principle not bear liability ;
  • Place more emphasis, in the field of reprography, on operator levies than on hardware-based levies;
    Make levies visible for the final consumer;
  • Ensure greater consistency with regard to the process of setting levies, notably by defining "harm" (i.e. caused to right holders by acts of copying made by virtue of the private copying and reprography exceptions) uniformly across the EU and by simplifying the procedural framework in which levies are set, guaranteeing its objectiveness and ensuring the observance of strict time-limits.

Inhoudsopgave:
Introduction
Executive summary
I. New business models, licensed services and
The private copying exception
New business models in the digital environment
Copies made in the context of licensed services
II. Levy systems in the internal market
The general "leviability" of products
The country of destination principle in cross-border transactions
Double payments in cross-border sales and the liability to pay levies
Non-application of private copying levies to professional users
Specificities with regard to the reprography exception
Ex ante exemptions as a possible alternative to shifting the liability to pay
Levies to the final point of sale
The visibility of levies
Methodology
- the notion of harm
- establishment of the level of tariffs

Pagina 8, bevat een uitnodiging aan het adres van het Hof om uitleg te geven over zaken in de lopende VG Wort-zaken, IEF 12269:

My conclusions appear to be in line with the current legal framework (in particular Recitals 35 and 45 of Directive 2001/29/EC), as the latter allows for, and potentially favours, contractual relations that are designed to ensure the payment of rightholders. I also believe that my conclusion is supported by the decisions of the CJEU in Cases C-467/08 (Padawan vs SGAE) and C-462/09 (Stichting de Thuiskopie vs Opus). In these judgments the Court stressed that fair compensation must make good the harm rightholders suffer because of the unauthorised reproduction of their works. This could be seen as an indication that authorised – i.e. licensed - reproductions do not cause any 'harm' that would require fair compensation. The Court will have the opportunity to clarify this matter further in pending Cases C-457/11 – C-460/11 (VG Wort vs Kyocera Mita et al.).

Op andere blogs:
KluwerCopyrightBlog (EU: Private Copying Recommendations fall in January)

IEF 12293

Wetsvoorstel basisregistratie grootschalige topografie

Wet basisregistratie grootschalige topografie, regels omtrent de basisregistratie grootschalige topografie, Kamerstukken II, 2012/13, 33 527, dossier.

Wetsvoorstel. Basisregistratie. Topografie. Open data. Het wetsvoorstel ter bevordering van een goede vervulling van bepaalde publiekrechtelijke taken ziet op het tot stand brengen van een basisregistratie grootschalige topografie (BGT).

Artikel 2
1. Er is een basisregistratie grootschalige topografie, bestaande uit een landsdekkend topografisch bestand op een schaalniveau van 1:500 tot en met 1:5.000.
2. De basisregistratie grootschalige topografie wordt gehouden door de Dienst.

Artikel 3 - De basisregistratie grootschalige topografie heeft als doel het aan eenieder beschikbaar stellen van de bij of krachtens deze wet in die basisregistratie opgenomen gegevens ten behoeve van:
a. een goede vervulling van publiekrechtelijke taken;
b. de bevordering van een efficiënte uitwisseling en een efficiënt gebruik van geoinformatie.

Memorie van Toelichting onder 2.3 Noodzaak van stroomlijning en kwaliteitsverbetering van grootschalige topografische registratie

Een breed toepasbare, eenduidige grootschalige topografische basiskaart is een belangrijk hulpmiddel voor betere dienstverlening aan burgers en bedrijven en voor betere samenwerking binnen de overheid en draagt daarmee bij aan kostenbesparing in ketens. De BGT voorziet hierin, doordat de hele overheid dezelfde hoogwaardige basisset grootschalige topografie van Nederland gebruikt. Dit is een uitwerking van de doelstelling van basisregistraties in het algemeen: de overheid gebruikt dezelfde basisgegevens. Door de BGT als basisregistratie bij wet te regelen, worden onder meer de inhoud en kwaliteitsborging wettelijk verankerd.

Onder de bronhouder wordt verstaan het bestuursorgaan of de rechtspersoon aan wie bij deze wet de verantwoordelijkheid voor het bijhouden van geografische gegevens is opgedragen (art. 1). De bronhouder draagt zorg voor het bijhouden van de geografische gegevens in de BGT door levering van de gegevens aan de Dienst (art. 11). De Dienst heeft tot taak de basisregistratie grootschalige topografie bij te houden (art. 17, 18 en 19).

Memorie van Toelichting, onder 3.1. Inhoud BGT

De BGT is een landsdekkende topografische registratie. Dat wil zeggen dat de BGT het grondgebied van Nederland omvat dat bestuurlijk is ingedeeld, met inbegrip van de waterdelen binnen de grenzen van kustgemeenten. De registratie bestrijkt zowel de openbaar toegankelijke als niet-toegankelijke ruimte (zoals terreinen van grote industriële complexen). De BGT is ontwikkeld vanuit het perspectief van de gebruiker die de BGT-informatie als basiskaart combineert met andere gegevens en daardoor beter en efficiënter kan werken.

In de Memorie van Toelichting wordt verder ingegaan op het nut van grootschalige topografie, de ontwikkeling van de productie daarvan en de noodzaak van stroomlijning en kwaliteitsverbetering. Er wordt een schets van de inhoud van de voorgestelde BGT gegeven, gevolgd door aanduiding van de verantwoordelijkheden van de bij de bijhouding van de BGT betrokken partijen. Op zowel het proces van bijhouding als op de inrichting van de registratie wordt ingegaan. Gebruiksaspecten en het toezicht op registratie komen aan de orde. In de Memorie van Toelichting wordt inzicht in de gevolgen van het wetsvoorstel gegeven, voor wat betreft onder meer bestuurlijke en administratieve lasten, en financiële aspecten.