Merkenrecht  

IEF 20916

Geen inbreuk op merk en handelsnaam Dutch Grand Prix

Rechtbank Noord-Holland 30 aug 2022, IEF 20916; ECLI:NL:RBNHO:2022:7745 (DGP Race tegen PST c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-inbreuk-op-merk-en-handelsnaam-dutch-grand-prix

Vzr. Rechtbank Noord-Holland 29 augustus 2022, IEF 20916; ECLI:NL:RBNHO:2022:7745 (DGP Race tegen PST c.s.) Kort geding. DGP is een onderneming die verschillende (motor)sportevenementen organiseert op het racecircuit in Zandvoort, waaronder het Formule 1 evenement ‘The Dutch Grand Prix’. DGP is houder van een exclusieve licentie voor het gebruik van de Benelux woordmerken. PST c.s. is een reisorganisatie die zich bezighoudt met het organiseren van evenementen en (sport)reizen. DGP stelt dat PST c.s. (ongeautoriseerd) toegangskaarten voor het F1-evenement verkoopt en verspreidt en daarmee in strijd handelt met de algemene voorwaarden en onrechtmatig handelt tegenover DGP. PST c.s. heeft in reactie daarop medegedeeld dat zij de verkoop heeft gestaakt nadat zij door haar kaartenvoorraad heen was. Geoordeeld wordt onder meer dat DGP geen gegronde reden heeft zich te verzetten tegen het gebruik van het merk en dat een merkinbreuk niet kan worden aangenomen. Ook wordt geen inbreuk gemaakt op de handelsnaam  ‘Dutch Grand Prix’. Het enkele feit dat PST c.s. gebruik maakt van de aanduiding ‘Dutch Grand Prix’ in de context van het in de markt zetten van haar hospitality-arrangement is daarvoor onvoldoende.

IEF 20911

Uitspraak ingezonden door Gerard van der Wal, Shaharzaad Said en Timme Geerlof, Windt Le Grand Leeuwenburgh Advocaten

Verzoeken tot verbetering en aanvulling eindvonnis afgewezen

Rechtbank Den Haag 17 aug 2022, IEF 20911; ECLI:NL:RBDHA:2022:8273 (Bacardi tegen Loendersloot en Flint Warehousing), https://ie-forum.nl/artikelen/verzoeken-tot-verbetering-en-aanvulling-eindvonnis-afgewezen

Rb. Den Haag 17 augustus 2022, IEF 20911; ECLI:NL:RBDHA:2022:8273 (Bacardi tegen Loendersloot en Flint Warehousing) LI heeft de rechtbank verzocht om verbetering van het dictum in het gewezen eindvonnis [IEF 20900]. LI meent dat er in het dictum niet is opgenomen dat het gaat om merkinbreukmakend handelen door LI. Bacardi heeft gereageerd op dit verzoek van LI. Bacardi meent dat het verzoek van LI moet worden afgewezen. Ook heeft Bacardi aan haar reactie een verzoek tot aanvulling van dictumonderdeel 3.7 toegevoegd. De rechtbank overweegt dat er hier geen sprake is van een kennelijke fout die zich voor eenvoudig herstel leent en wijst de verzoeken van zowel LI als Bacardi af. 

IEF 20900

Uitspraak ingezonden door Gerard van der Wal, Shaharzaad Said en Timme Geerlof, Windt Le Grand Leeuwenburgh Advocaten

Voorshands vermoeden niet ontkracht

Rechtbank Den Haag 27 jul 2022, IEF 20900; ECLI:NL:RBDHA:2022:7684 (Bacardi tegen Loendersloot en Flint Warehousing), https://ie-forum.nl/artikelen/voorshands-vermoeden-niet-ontkracht

Rb. Den Haag 27 juli 2022, IEF 20900; ECLI:NL:RBDHA:2022:7684 (Bacardi tegen Loendersloot en Flint Warehousing) In het tussenvonnis van 17 maart 2021 [IEF 19863] is door de rechtbank geoordeeld dat voorshands moet worden vermoed dat de in augustus 2016 in beslag genomen gedecodeerde Bacardi-producten voorzien van het merk Grey Goose, in gedecodeerde staat zijn gebracht in de in de faciliteit van Pure Handling, terwijl zij douanestatus T2/AGD hadden. Ook is geoordeeld dat er voorshands moet worden vermoed dat die producten in die staat en met die douanestatus bij LI opgeslagen hebben gelegen. De voorzieningenrechter heeft vervolgens voorzieningen getroffen door aan LI en Pure Handling stakingsbevelen op te leggen. Daarnaast is de exhibitievordering van Bacardi gedeeltelijk toegewezen. Vervolgens werd de rechtbank door Loendersloot c.s. verzocht om het dictum van het tussenvonnis van 17 maart 2021 te verbeteren. De rechtbank wijst bij vonnis van 31 maart 2021 [IEF 20887] dit verzoek af omdat het dictum van 17 maart 2021 geen kennelijke fout bevat die zich voor eenvoudig herstel leent.

IEF 20889

Merk is beschrijvend en mist elk onderscheidend vermogen

BenGH 13 mei 2022, IEF 20889; (Good-Bye tegen Henkel), https://ie-forum.nl/artikelen/merk-is-beschrijvend-en-mist-elk-onderscheidend-vermogen

BenGH 13 mei 2022, IEF 20889, IEFbe 3532; C 2020/16 (Good-Bye tegen Henkel) Op 31 oktober 2019 stelt Henkel een vordering tot nietigverklaring in tegen het merk ‘GOODBYE YELLOW’ van Good-Bye. Henkel meent dat het merk elk onderscheidend vermogen mist en beschrijvend is. Het Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom (BOIP) oordeelt dat het merk inderdaad beschrijvend is en elk onderscheidend vermogen mist en wijst de vordering tot nietigverklaring toe. Good-Bye heeft beroep ingesteld bij het Benelux-Gerechtshof tegen de beslissing van het BOIP. Zij vordert dat haar merk geldig wordt verklaard. Het Hof is van oordeel dat het relevante publiek het merk opvat als een beschrijving van de aard van de aard en het beoogde doel van de waren. De waren werken namelijk een ongewenste vergeling van haar, tanden, huid en nagels weg. Het relevante publiek zal het beoogde doel van de waren onmiddellijk en expliciet begrijpen zonder dat hiervoor een extra verklarende zin nodig is. Het Hof oordeelt dus dat het merk beschrijvend is. Daarnaast mist het merk volgens het Hof elk onderscheidend vermogen. Het Hof wijst het verzoek van Good-Bye af en bevestigt de bestreden beslissing van het BOIP.

IEF 20887

Verzoek om verbetering dictum tussenvonnis afgewezen

Rechtbank Den Haag 31 mrt 2021, IEF 20887; ECLI:NL:RBDHA:2021:3142 (Bacardi tegen Loendersloot en Flint Warehousing), https://ie-forum.nl/artikelen/verzoek-om-verbetering-dictum-tussenvonnis-afgewezen

Rb. Den Haag 31 maart 2021, IEF 20887; ECLI:NL:RBDHA:2021:3142 (Bacardi tegen Loendersloot en Flint Warehousing) De rechtbank wordt door Loendersloot c.s. verzocht om het dictum van het tussenvonnis van 17 maart 2021 [IEF 19863] te verbeteren. Loendersloot meent dat een dictumonderdeel een onvolledige weergave van de door de rechtbank genomen beslissing betreft. De rechtbank oordeelt dat het dictum van 17 maart 2021 geen kennelijke fout bevat die zich voor eenvoudig herstel leent. Het verzoek om verbetering wordt afgewezen omdat de rechtbank van oordeel is dat men uit de overwegingen in het lichaam van het tussenvonnis kan afleiden ten aanzien van welke producten de logistieke dienstverlening voor derden moet worden gestaakt.

IEF 20886

Uitspraak ingezonden door Jos van der Wijst, BG.legal.

Domeinnaam maakt geen inbreuk op Betty Blue-merken

Rechtbank Den Haag 17 aug 2022, IEF 20886; ECLI:NL:RBDHA:2022:8269 (CS24 tegen Betty Blue), https://ie-forum.nl/artikelen/domeinnaam-maakt-geen-inbreuk-op-betty-blue-merken

Rechtbank Den Haag 17 augustus, IEF 20886, IT 4025; ECLI:NL:RBDHA:2022:8269 (CS 24 tegen Betty Blue) Betty Blue is een Italiaans kledingbedrijf dat onder de naam 'Elisabetta Franchi' kleding verkoopt via eigen winkels en distributeurs. Betty Blue is houdster van de zogenaamde Betty Blue-merken en domeinnamen. CS 24 exploiteert een kledingwinkel in Amsterdam en een online webwinkel, en verkoopt onder meer kleding van het merk Elisabetta Franchi. CS 24 is houder van de domeinnaam www.elisabetta-franchi.nl. De geschillenbeslechter van de WIPO heeft eerder beslist dat de domeinnaam aan Betty Blue moet worden overgedragen. CS 24 heeft vervolgens de website meerdere malen aangepast, met onder meer een bericht dat er geen commerciele band met Betty Blue bestaat en de website behoort tot de kledingonderneming CS 24.
CS24 vordert nu dat voor recht wordt verklaard zij geen inbreuk maakt op het Elisabetta Franchi-merk van Betty Blue en ook niet anderszins onrechtmatig handelt jegens Betty Blue door registratie en gebruik van de domeinnaam. De vordering wordt toegewezen.

IEF 20885

Uitspraak ingezonden door Timme Geerlof, Gerard van der Wal en Shaharzaad Said, Windt Le Grand Leeuwenburgh Advocaten.

Tussenvonnis ongeautoriseerde parallelhandel in partijen whisky

Hof Den Haag 26 jul 2022, IEF 20885; (Kamstra c.s. tegen Jack Daniel's c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/tussenvonnis-ongeautoriseerde-parallelhandel-in-partijen-whisky

Hof Den Haag 26 juli 2022,IEF 20885; C/09/18799 /HA ZA 02-1706 (Kamstra c.s. tegen Jack Daniel's c.s.) Tussenvonnis. Hoger beroep, zie [IEF 18257] en [IEF 16511]. Deze zaak gaat over ongeautoriseerde parallelhandel in partijen whisky van het merk JACK DANIEL'S door Kamstra c.s. en FBE in de periode van I januari 1996 tot 22 september 1999. In hoger beroep gaat het allereerst om de vraag of Pitts Bay, die in 2007 is ontbonden, ontvankelijk en vorderingsgerechtigd is en voorts om de vraag welke bedragen aan schadevergoeding of winstafdracht Kamstra c.s. aan Jack Daniel's c.s. verschuldigd is. Het Hof vernietigt het vonnis en veroordeelt Pitts Bay tot terugbetaling van hetgeen Kamstra c.s. aan Jack Daniel’s heeft voldaan ter uitvoering van het vonnis in eerste aanleg. De vordering van Jack Daniel’s tot schadevergoeding zal bij eindarrest worden afgewezen.

IEF 20875

Geen sprake van kwade trouw bij merkaanvraag

Gerecht EU (voorheen GvEA) 6 jul 2022, IEF 20875; ECLI:EU:T:2022:430 (Ladislav Zdút tegen EUIPO), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-sprake-van-kwade-trouw-bij-merkaanvraag

Gerecht EU 6 juli 2022, IEF 20875, IEFbe 3529; ECLI:EU:T:2022:430 (Ladislav Zdút tegen EUIPO) Op 6 mei 2013 heeft Ladislav Zdút een aanvraag tot inschrijving van een Uniemerk ingediend. Op 31 oktober 2014 is het merk ingeschreven. Interveniënten voerden vervolgens aan dat Zdút te kwader trouw was bij de indiening van de inschrijving van het litigieuze merk en vorderden daarom een nietigverklaring van het merk. De vordering tot nietigverklaring van het merk werd afgewezen omdat kwade trouw niet zou zijn aangetoond. Interveniënten stelden vervolgens beroep in bij het EUIPO. De tweede kamer van beroep van het EUIPO heeft vervolgens het beroep van interveniënten toegewezen en het litigieuze merk nietig verklaard omdat Zdút te kwader trouw zou zijn geweest bij de indiening. Zdút zou naar oordeel van de tweede kamer van het EUIPO op de hoogte zijn geweest van het bestaan van het oude en identieke Tsjechoslowaakse merk. Er werd geoordeeld dat Zdút de bedoeling zou hebben gehad om ongerechtvaardigd voordeel te trekken uit de reputatie van Jan Nehera en het Tsjechoslowaakse merk. Ladislav Zdút vordert vernietiging van de beslissing van het EUIPO.

IEF 20872

Voldoende recht bij inbreukverbod

Rechtbank Amsterdam 20 jul 2022, IEF 20872; ECLI:NL:RBAMS:2022:4333 (Puma tegen gedaagden), https://ie-forum.nl/artikelen/voldoende-recht-bij-inbreukverbod

Rb. Amsterdam 20 juli 2022, IEF 20872; ECLI:NL:RBAMS:2022:4333 (Puma tegen gedaagden) Puma is houdster van verschillende merkregistraties. Gedaagde 1 (getrouwd met gedaagde 2) heeft verschillende ‘Puma’ producten verkocht aan kopers. Puma heeft onderzoek laten doen naar deze producten en heeft vastgesteld dat het gaat om namaakproducten. Puma vordert onder meer dat gedaagden worden veroordeeld om iedere inbreuk op de merkrechten van Puma te staken. De rechtbank oordeelt dat Puma recht heeft op toewijzing van haar vorderingen. Puma heeft voldoende recht en belang bij een inbreukverbod. Ook de gevorderde afgifte van de voorraad van gedaagden is toewijsbaar. Daarnaast wordt de gevorderde dwangsom als stimulans van het overig gevorderde toegewezen.

IEF 20871

Gebruik tekens op deze wijze is niet toegestaan

Rechtbank Den Haag 14 jul 2022, IEF 20871; ECLI:NL:RBDHA:2022:7828 (OFM tegen Bestseller ), https://ie-forum.nl/artikelen/gebruik-tekens-op-deze-wijze-is-niet-toegestaan

Vzr. Rb. Den Haag 14 juli 2022, IEF 20871; ECLI:NL:RBDHA:2022:7828 (OFM tegen Bestseller) OFM is een modebedrijf dat gericht is op mannen. Bestseller is een internationaal modebedrijf en is licentienemer van de merken van Aktieselskabet. Bij vonnis van 22 december 2021 [IEF 20522] oordeelde de rechtbank dat OFM inbreuk maakte op het merk van Bestseller door gebruik te maken van tekens die overeenstemmen met het Brands-merk en het grote M-merk. In het vonnis van 22 december 2021 werd OFM elk gebruik van het Brands-teken en het grote M-teken voor kleding en schoeisel expliciet verboden, tenzij het zou gaan om gebruik als handelsnaam of domeinnaam. OFM blijft na het verbod gebruik maken van het teken ‘only for men’, het Brands-teken en het grote M-teken. OFM vordert in deze zaak onder meer dat de voorzieningenrechter Bestseller verbiedt zich te verzetten tegen ieder gebruik van het teken ONLY FOR MEN al dan niet in combinatie met een figuratief element. De voorzieningenrechter geeft aan dat niet ter discussie staat dat OFM het Brands-merk en het grote M-merk is blijven gebruiken. De voorzieningenrechter oordeelt dat het blijven gebruiken van het Brands-teken en het grote M-teken zoals OFM dit doet, niet toegestaan is. De verbodsvordering van OFM wordt dan ook afgewezen. Ook de vordering van OFM tot schorsing van de executie van het vonnis wordt door de voorzieningenrechter afgewezen.