Volgens Joyincare ontbeert het octrooi nieuwheid in het licht van een octrooi dat betrekking heeft op een "Belt holder for portable phones". De rechtbank meent echter dat het sluitelement van de betreffende "belt clip" afwijkt van de definitie uit het octrooi. Daarnaast is deze belt clip niet geschikt voor een bevestigingsinrichting in gebruik met een hijsinrichting voor invalide personen.
Het inventiviteitsverweer wordt verworpen, omdat het beweerdelijke gebrek aan uitvindingshoogte op geen enkele wijze steekhoudend is onderbouwd. Ook de stelling dat het octrooi niet nawerkbaar is, wordt verworpen. Joyincare voert aan dat één van de elementen uit de octrooiconclusie, een "verbindingsgedeelte", niet beschreven wordt en niet met een referentiecijfer aangeduid wordt in de figuren. De rechtbank meent echter dat de vakman onmiddellijk begrijpt dat het verbindingsgedeelte het gedeelte is tussen, dat wil zeggen (ergens) halverwege, het eerste gedeelte en het tweede gedeelte.
Van letterlijke inbreuk is geen sprake, omdat het sluitelement van de careclip niet nabij een eerste uiteinde een sluitdeel en nabij een tweede uiteinde een bedieningsdeel omvat. Voor de beoordeling van de equivalente inbreuk verwijst de rechtbank onder meer naar het recente arrest van de Hoge Raad inzake Lely/DeLaval (zie IEF 4657).
De gemiddelde vakman begrijpt uit het octrooi dat de functie van de geclaimde posities van sluit- en bedieningsdeel bestaat uit het voorkomen van het beknellen van vingers. Diezelfde functie wordt verwezenlijkt in de Careclip, alleen bevindt het sluitdeel zich aan een (gedeeltelijk) bovenliggende zijde van het sluitelement. De rechtbank is van oordeel dat het sluitdeel in de Careclip in wezen dezelfde functie vervult als het sluitdeel in het octrooi en dat zij dat op in wezen dezelfde wijze doet, namelijk door het sluitdeel op een ander gedeelte van het sluitelement te situeren dan het bedieningsdeel, met in wezen hetzelfde resultaat, te weten het verschaffen van een gemakkelijk bedienbare bevestigingsinrichting, zodat de kans op het bekneld raken van vingers wordt verkleind. Daarbij is de rechtbank van oordeel dat de gemiddelde vakman zich bij lezing van het octrooischrift zal realiseren dat de geclaimde situering van het sluitelement geen essentieel kenmerk is van het octrooi, maar als het ware een functionele definitie behelst en dat hetzelfde resultaat op een voor de hand liggende andere wijze kan worden verkregen.
Aldus wordt Joyincare veroordeelt voor equivalente inbreuk, met verbod, bevel om afnemers te verzoeken de producten te retourneren (een beroep op de volksgezondheid faalt), bevel om een lijst van de afnemers te verstrekken, bevel om een opgave van de winst te doen, dwangsommen en vergoeding van geleden schade of afdracht van de gemaakte netto winst. De proceskostenveroordeling is op basis van het liquidatietarief, aangezien Exodus wel om volledige proceskosten heeft gevraagd, maar verzuimd heeft een specificatie in het geding te brengen.
Lees het vonnis hier.