Exequatur aan uitspraak International Court of Arbitration Parijs wordt verleend
Hof Amsterdam 5 juli 2022, IEF 20937; ECLI:NL:GHAMS:2022:1960 (Verzoekster tegen verweerster) Beschikking. Geschil tussen een reisbureau en zijn (voormalige) agent. De Court of Arbitration oordeelde - samengevat – dat het reisbureau de overeenkomst rechtsgeldig had beëindigd, en dat de agent op straffe van dwangsommen, het gebruik van onder meer naam en handelsmerken van het reisbureau moest staken, en dat zij USD 10.000,-- aan boetes verschuldigd was aan het reisbureau. De vordering tot vernietiging van de arbitrale uitspraak is vervolgens door het Cour d’Appel te Parijs afgewezen. In de onderhavige procedure verzet de agent zich tegen het verlenen van exequatur aan de arbitrale uitspraak omdat zich weigeringsgronden zouden voordoen zoals bedoeld in de artikelen V lid 1 sub b en d en artikel V lid 2 sub b van het Verdrag van New York: een van de drie arbiters zou partijdig zijn geweest, en het scheidsgerecht zou buiten haar opdracht zijn getreden. Het hof verwerpt beide stellingen, en oordeelt voorts dat er geen aanleiding bestaat om het cassatieberoep af te wachten. Het arbitrale vonnis wordt erkend en het exequatur wordt verleend.
Uitspraak ingezonden door Bertil van Kaam, Van Kaam Advocaten.
Zembla moet uitspraken over granuliet rectificeren
Rechtbank Den Haag 31 augustus 2022, IEF 20936, IT 4057; ECLI:NL:RBDHA:2022:8625 (GIB tegen Zembla) Zie ook [IEF 20387]. Op 6 februari 2020 heeft het programma Zembla in een tv-uitzending aandacht besteed aan het verondiepingsproject Over de Maas, waarvoor granuliet van het bedrijf Graniet Import Benelux B.V. is gebruikt. De uitzending heeft aandacht gekregen in landelijke en regionale media en tot onrust geleid. Door Zembla is na de uitzending in 2020 op verschillende manieren nadien veelvuldig gepubliceerd over de toepassing van granuliet. Op 7 december 2020 heeft de RvdJ een conclusie genomen in een klachtprocedure aangespannen door GIB en diens klacht gegrond verklaard. BNNVARA heeft daarop aangegeven zich niet te kunnen vinden in de conclusie en heeft besloten de RvdJ niet langer te erkennen. Tevens heeft Zembla aangegeven dat zij geen gehoor zal geven aan het verzoek van GIB over te gaan tot rectificatie. In deze civiele procedure vordert GIB een verklaring voor recht en rectificatie. Zij stelt zich in de eerste plaats op het standpunt dat Zembla door in de televisie-uitzendingen en in andere publicaties meerdere beschuldigingen te uiten die geen steun vinden in het feitenmateriaal onrechtmatig handelt. In de tweede plaats stelt GIB dat Zembla onrechtmatig heeft gehandeld door los van specifieke ongefundeerde beschuldigingen, sinds de uitzending, onvolledig, eenzijdig en tendentieus te berichten over granuliet.
Gemaakte kosten moeten worden vergoed
Rb. Overijssel 17 augustus 2022, IEF 20935; ECLI:NL:RBOVE:2022:2385 (X tegen Z) X heeft een bedrijf dat gespecialiseerd is in esthetische behandelingen. Y heeft een kapsalon waar zij schoonheidsbehandelingen uitvoert. X en Y hebben 21 november 2020 een overeenkomst gesloten. Partijen zijn in de overeenkomst onder meer overeengekomen dat partijen na zes maanden uit elkaar kunnen gaan en dat exploitant dan de gemaakte kosten van de merkhouder zou vergoeden. X vindt dat Y tekortschiet in de nakoming van de overeenkomst doordat zij de door X gemaakte kosten niet vergoedt na beëindiging van de overeenkomst. Z meent dat zij de overeenkomst mocht beëindigen vanwege tekortkomingen aan de kant van X. De rechtbank oordeelt dat er sprake is van een franchiseovereenkomst, maar dat (het door Z aangevoerde) artikel 7:914 BW niet tot een tekortkoming leidt. De verplichting uit dit artikel was op het moment van het sluiten van de overeenkomst namelijk nog niet dwingendrechtelijk vereist. Hierdoor is er geen sprake van het sluiten van een overeenkomst in strijd met een dwingende wetsbepaling en kan er dus niet worden vernietigd op grond van artikel 3:40 lid 2 BW.
Jong IE-borrel op 22 september
Ha mede-Jong IE'er,
Na een zeer geslaagde borrel bij Wildschut in april is het hoog tijd voor weer een Jong IE-borrel! Als jij net als wij in de ban van Jong IE bent, sluiten we de zomer graag met jullie af bij Gollem’s Proeflokaal in Amsterdam-West.
Wie? Alle zich jong voelende IE’ers
Wat? Een borrel, zónder juridische opschepperij c.q. fijnslijperij
Waar? Overtoom 160-162, Amsterdam
Wanneer? Donderdag 22 september vanaf 18:00 uur
Om te voorkomen dat Charlotte door de Orde geschorst wordt omdat ze te veel contant geld aanneemt, hebben we besloten vanaf nu aan de deur via een QR-code Tikkies van EUR 25 (inflatie…) te innen. Zorg dus dat je mobiel bankieren werkt!
Verzochte inzage dient geen redelijk doel
Rb. Den Haag 12 juli 2022, IEF 20932; ECLI:NL:RBDHA:2022:6786 (SEaB tegen TWT) SEaB ontwikkelt duurzame verbeteringsoplossingen voor organisch afval. TWT is een onderneming gespecialiseerd in het op duurzame wijze verwerken van afval. SEaB is houdster van verschillende octrooien. SEaB vordert dat de voorzieningenrechter TWT gebiedt inzage te verschaffen in verschillende bescheiden. Zij voert aan dat ze deze bescheiden nodig heeft om aan te kunnen tonen dat in de verplaatsbare installaties (Waste Transformers) verdere pasteurisatie c.q. thermofiele anaerobe vertering plaatsvindt in kleinere tanks. Voor toewijzing van een vordering tot inzage dient aan verschillende vereisten te worden voldaan. Een van die vereisten is dat eiser partij is bij de rechtsbetrekking waarop het bewijsmateriaal ziet. Een verbintenis uit onrechtmatige daad wegens inbreuk op een recht van intellectuele eigendom geldt als een dergelijke rechtsbetrekking.
Reclame tribute-show Tina Turner mag geen valse indruk wekken
Bundesgerichtshof 24 februari 2022, IEF 20933, IEFbe 3537; I ZR 2/21 (Tina Turner tegen producent tribute-show) Uit het persbericht: Eiseres, die de artiestennaam Tina Turner draagt, is een wereldberoemde zangeres. Verweerder is producent van een show waarin zanger F. optreedt en de grootste hits van eiseres ten gehore brengt. Verweerder adverteerde met posters waarop F. was afgebeeld en waarop de show werd aangekondigd met de woorden "SIMPLY THE BEST - THE tina turner STORY". Eiseres is van mening dat door de overeenkomst tussen F. en haar en genoemde tekst de kijker ervan uitgaat dat zij zelf op de affiches is afgebeeld en betrokken is bij de voorstelling. Eiseres had niet ingestemd met het gebruik van haar beeltenis of haar naam en eist dat de gedaagde met het gebruik stopt.
Gedaagden hebben geen dwangsommen verbeurd
Rb. Rotterdam 17 augustus 2022, IEF 20931; ECLI:NL:RBROT:2022:7392 (eiser tegen gedaagden) Deze uitspraak gaat over een geschil met betrekking tot een vergoeding voor gebruik van een uitvinding. Eiser heeft in 2010 een nieuwe productie- en bewerkingsmethode uitgevonden voor een substraat op basis van de bast van kokosnoten. Dit substraat wordt Shakti Amla genoemd. Bij vonnis van 17 juni 2020 werden gedaagden onder meer veroordeeld om eiser verscheidene schriftelijke opgaves te verstrekken betreffende het gebruik van de uitvinding, zulks op straffe van een dwangsom. Gedaagden hebben dit gedaan, maar eiser was niet tevreden met de gedane opgave. Eiser vordert in deze zaak onder meer dat gedaagden worden veroordeeld tot betaling van de verbeurde dwangsommen en schriftelijke opgave van verschillende bescheiden. De rechtbank oordeelt dat gedaagden wel degelijk hebben voldaan aan de, op grond van het vonnis van 17 juni 2020, verplichte opgave.
Verstappen/Picnic. Portretrecht, lookalike en commerciële parodie
Voorpublicatie uit een annotatie van prof. mr. D.J.G. Visser die in het september-nummer in Ars Aequi verschijnt.
Hoge Raad 22 april 2022, ECLI:NL:HR:2022:621 (Verstappen/Picnic), [IEF 20670]
“De vraag of een commerciële parodie als de onderhavige nu wel of niet mag, is nog niet beantwoord. Het is duidelijk dat de Advocaat-Generaal neigt naar een positief antwoord: “als uitgangspunt [dient] het persiflerende karakter van het portret zwaarder [te} wegen” (3.29) en (ten aanzien van de OD-grondslag) “(i) profiteren van wat anderen doen, mag in beginsel en (ii) humor heeft een bijzonder, beschermd plekje in ons recht (de exceptio humoris)”.
Of het Haagse Hof evenveel gevoel voor humor heeft als het Amsterdamse Hof en de A-G, en ook van oordeel is dat er geen sprake is van relevante schade, zal moeten blijken. Alle argumenten pro en contra zijn in de conclusie A-G met verwijzing naar rechtspraak en literatuur te vinden".
Commentaar BVIE door Léon Dijkman op IE-C
Commentaar gepubliceerd in de databank Intellectuele Eigendom Commentaren (IE-C). Het commentaar, geleverd door Léon Dijkman, ziet op artikel 2.23 van de BVIE. Art. 2.23 BVIE behandelt de beperking van het uitsluitend recht.
Uitnodiging: symposium over content moderatie en de DSA
Op woensdagmiddag 21 september a.s. wordt de jaarlijkse Internetscriptieprijs uitgereikt op het kantoor van Brinkhof. Dit jaar zal de uitreiking, naast de scriptietoelichtingen van de finalisten, gepaard gaan met een symposium over content moderatie (denk bijvoorbeeld aan de Digital Services Act die in coulissen staat!). Tijdens het symposium laten een keynote spreker en panellisten zich vanuit verschillende expertises uit over dit onderwerp. Advocaten kunnen zich aanmelden voor het symposium en 2 PO-punten laten toekennen aan het bijwonen ervan. Toegang is gratis en aanmelden kan hier.
Het programma ziet er als volgt uit:
13.30 – Opening
13.35 – Keynote door Folkert Wilman (Juridische Dienst Europese Commissie)
14.15 – Interactieve workshop content moderatie met Anke Strijbos (Brinkhof)
15.00 – Pauze
15.30 – Presentaties drie finalisten scriptieprijs
16.00 – Panel met Naomi Appelman (IvIR), Inge van Kooten (Booking.com), mr. Dudok van Heel (rechtbank Amsterdam), Folkert Wilman (Juridische Dienst Europese Commissie), Remy Chavannes (moderator, Brinkhof)
17.00 – Juryverslag, prijsuitreiking, borrel