Uitspraak ingezonden door Rik Nierop, Sietske de Boer en Roan de Jong, De Roos Advocaten.
Reclame van milieudefensie creëert geen gevoelens van angst
RCC 26 juli 2023, IEF 21748, RB 3806; 2023/00189 (Klager tegen Milieudefensie) Milieudefensie heeft een reclame gemaakt als onderdeel van de campagne ";de Laatste Aanmoediging". Er zijn drie versies van de tv-reclame, waarin steeds een oproep wordt gedaan aan de CEO van een groot vervuilend bedrijf om de klimaatplannen van het bedrijf te verbeteren. Klager maakt bezwaar tegen de versie van de reclame waarin die oproep door een kind wordt gedaan. In het bijzonder valt de klager erover dat het kind in de reclame zegt: “Ze zeggen dat de zee stijgt, maar ik heb mijn zwemdiploma nog niet eens.” Volgens klager roept dat onterechte gevoelens van angst bij de (jonge) kijker op. Mede hierom dient de reclame op een later tijdstip uitgezonden te worden, zodat kinderen de reclame niet te zien krijgen.
Uitspraak ingezonden door Timme Geerlof, Shar Said en Gerard van der Wal, Windt Le Grand Leeuwenburgh advocaten.
Opslag van goederen in transito is niet inbreukmakend
Hof Amsterdam 24 oktober 2023, IEF ; 200.317.061/01 (Rotterdamsche Producten Mij tegen Philip Morris & Loendersloot). Rotterdamsche Producten Mij (hierna: RPM) is een groothandel in onder andere sigaretten, likeuren en medische hulpmiddelen. Philip Morris is een tabaksproducent van de tabaksticks ‘HEETS’ die geschikt zijn voor het apparaat IQOS; een tabaksverbander. Philip Morris is merkhouder van de woordmerken ‘HEETS’ en ‘IQOS’. Begin juli 2020 heeft een levering van in de Filipijnen plaatsgevonden van doosjes HEETS die uit hun originele omdozen zijn gehaald en omgepakt zijn in een blanco dozen met aanduidingen. Deze levering was bestemd voor een distributeur in Armenië. De partij is daarna naar Rotterdam vervoerd, waarbij Loendersloot de geadresseerde was. Philip Morris heeft Loendersloot verzocht om afgifte van de goederen en verstrekking van informatie omtrent de levering, maar dit heeft Loendersloot geweigerd. Philip Morris heeft hierop beslag gelegd van de goederen wegens concrete aanwijzingen van dreigende illegale handel of smokkel. RPM heeft na dit beslag een kort geding aanhangig gemaakt en gevorderd dat het beslag opgeheven wordt, maar heeft hierbij Loendersloot niet gedagvaard. De voorzieningenrechter heeft de voorzieningen afgewezen, waartegen RPM in hoger beroep is gegaan. Het hof heeft vervolgens het vonnis van de voorzieningenrechter vernietigd en Philip Morris verboden om nogmaals beslag te leggen op de partij. Tegen dit vonnis heeft Philip Morris cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft toen geoordeeld dat Loendersloot als partij bij het geding betrokken had moeten worden en dat RPM haar had moeten dagvaarden. Nu heeft RPM Loendersloot in de procedure gedagvaard. De rechtbank in eerste aanleg heeft het vonnis van het hof vernietigd [zie IEF 19671].
Uitnodiging: UNION-IP Round Table: hervorming van het EU-modellenrecht
In november 2022 heeft de Europese Commissie een herziening voorgesteld van de Gemeenschapsmodellenverordening en de Modellenrichtlijn. Het doel daarvan was om de aftermarket voor reserveonderdelen open te stellen voor concurrentie; het verbeteren van de toegankelijkheid, efficiëntie en betaalbaarheid van geregistreerde Gemeenschapsmodelbescherming, en het verhogen van complementariteit en interoperabiliteit tussen de Gemeenschaps- en nationale modelwetgeving, met name door de procedureregels op één lijn te brengen. Op 10 november organiseert UNION-IP een Round Table congres in Amsterdam, waar vele aspecten van de aanstaande hervorming van het EU-modellenrecht aan bod komen. Wat is de status en welke stappen moeten nog worden genomen? De bijdragen worden gevormd door een aantal sprekers namens de overheidsinstanties (BOIP, EUIPO en WIPO) en uit de private praktijk.
Uitspraak ingezonden door Rogier de Vrey, CMS.
Afwijkende vorm drukvat stoomschilmachine Kiremko maakt geen inbreuk op octrooi Tomra
Hof Den Haag 10 oktober 2023, IEF 21741; 200.309.633/01 (Tomra tegen Kiremko). Tomra en Kiremko zijn fabrikanten van verwerkingsmachines voor aardappels. Tomra heeft een Europees octrooi op een drukvat voor stoombehandeling van te schillen producten in een stoomschilsysteem. Het drukvat heeft de vorm van een bol met tegenover elkaar gelegen afgeplatte zijvlakken en heeft een inwendige hefvoorziening. Kiremko is fabrikant van de stoomschilmachine ‘Strata Invicta’ en brengt deze onder meer in Nederland op de markt. Kiremko heeft Tomra gedagvaard en gevorderd te verklaren voor recht dat de Strata Invicta van Kiremko niet onder de beschermingsomvang van het octrooi valt en dat zij geen inbreuk maakt op het octrooi van Tomra. Tomra heeft in reconventie gevorderd Kiremko te verbieden inbreuk te maken op het Nederlandse deel van het octrooi. In eerste aanleg is Kiremko in het gelijk gesteld [zie IEF 20745]. Tomra is hiertegen in hoger beroep gegaan.
Uitspraak ingezonden door Vivien Rörsch, La Rorsch, en Brigitte Spiegeler, Heffels Spiegeler advocaten.
Hoge Raad verwerpt cassatieberoep Jiskefet
HR 27 oktober 2023, IEF 21744; ECLI:NL:HR:2023:1484 (Jiskefet c.s. tegen Noblesse). Jiskefet c.s. hebben in 2021 een kort geding aangespannen om de verkoop van de Jiskefet Encyclopedie van Noblesse Uitgevers tegen te gaan [zie IEF 20292]. De vorderingen van Jiskefet c.s. werden grotendeels toegewezen en Noblesse diende door middel van een sticker aan te geven dat de encyclopedie niet van Jiskefet zelf afkomstig is. Het hof heeft het vonnis van de voorzieningenrechter vernietigd en de vorderingen van Jiskefet c.s. alsnog afgewezen [zie IEF 20802]. Het uitbrengen van de encyclopedie maakt volgens het hof geen inbreuk op het merkrecht van Jiskefet c.s. In deze uitspraak verwerpt de Hoge Raad het cassatieberoep van Jiskefet c.s. Ook de eerdere conclusie van P-G van Peursem strekte tot verwerping van het cassatieberoep [zie IEF 21487].
Artikel ingezonden door Dirk Visser, Visser Schaap & Kreijger.
Belgische twijfel over werkgeversauteursrecht
Artikel geschreven door Dirk Visser, Paul Kreijger en Iris Toepoel over Belgische vragen aan het HvJ EU over cessio legis en het recht op een billijke vergoeding. Is een Belgische regeling waarbij de rechten van uitvoerende kunstenaars bij wettelijk voorschrift tegen een vaste lump sum worden overgedragen aan hun werkgever in strijd met recht op een ‘passende en evenredige vergoeding’? En geldt dat ook als die regeling vóór 7 juni 2021 is ingevoerd en dus al voor die datum overdracht bewerkstelligd heeft? Dat is de kern van de eerste vragen van uitleg aan het HvJ EU over het recht op een billijke vergoeding vastgelegd in de DSM-richtlijn.
UPC behandelt preliminary objections in de hoofdzaak
UPC München 4 oktober 2023, IEF 21739; UPC_CFI_252/2023 (NanoString tegen Harvard). Verweerder Harvard voert aan dat het UPC München niet bevoegd is, omdat reeds een vordering tot herroeping tegen dit octrooi aanhangig is bij de Duitse federale octooirechtbank. Volgens Harvard lijken eisers in beide rechtzaken op elkaar omdat ze dezelfde eisen hebben en onlosmakelijk verbonden zijn. NanoString stelt daartegen dat de internationale bevoegdheid van het UPC alleen behandeld dient te worden in het kader van een Preliminary objection. De preliminary objections dienen alleen besproken te worden bij de vraag of het UPCA van toepassing is op een octrooiaanvrage en/of een octrooi is uitgesloten. NanoString voert aan dat eiser in het UPC beroep en NanoString niet dezelfde onderneming zijn en het daarom onredelijk zou zijn om het recht van NanoString om het octrooi aan te vallen onnodig te beperken.
Stichting REACT bepleit opt-out regime voor buitenlandse rechthebbenden in procedure tegen SLHC
Rb. Den Haag 30 augustus 2023, IEF 21737; ECLI:NL:RBDHA:2023:12742 (Stichting REACT tegen SHLC). Stichting React voert een procedure tegen vermeend inbreukmaker SLHC. SLHC maakt volgens Stichting React inbreuk op de intellectueel eigendomsrechten van verschillende rechthebbenden door imitatiegoederen aan te bieden via het platform vova.com. Stichting React heeft in het tussenvonnis [zie IEF 21627] goedkeuring gekregen om de belangen van rechthebbenden in deze procedure te behartigen. In het tussenvonnis zijn enkele punten naar voren gebracht Stichting React die in dit vonnis nader besproken worden. Stichting React heeft de rechtbank verzocht te bepalen dat voor rechthebbenden die geen woon- of verblijfplaats in Nederland hebben niet het opt-in regime geldt, maar het opt-out regime voor deelname aan de procedure. De benadeelden in deze zaak bestaan voornamelijk uit grote internationale merkhouders die de procedure van Stichting React steunen. Het zou voor Stichting React bewerkelijk en tijdsintensief zijn om een opt-in verklaring van alle rechthebbenden te vragen. De rechter gaat hierin mee en oordeelt dat voor rechthebbenden die niet in Nederland woonachtig zijn het opt-out regime van toepassing is. Stichting React dient daarnaast een advertentie te plaatsen over de behartiging van belangen in de procedure met daarin de mogelijkheid voor rechthebbenden om te opt-outen.
Gedaagde voert geen verweer; Nederlands octrooi vernietigd
Rb. Den Haag 30 augustus 2023, IEF 21736; ECLI:NL:RBDHA:2023:12987 (Eiser tegen gedaagde). Gedaagde heeft een octrooiaanvraag ingediend voor een “Method for the preparation of a biodegradable article”, waarvan het octrooi in 2017 verleend is. In het octrooischrift zijn eiser en gedaagde vermeld als octrooihouders. In het octrooiregister is alleen gedaagde als aanvrager/octrooihouder vermeld. In het octrooischrift, de aanvraag en het octrooiregister is eiser als uitvinder vermeld. Het Europees octrooibureau heeft in het internationale geldigheidsonderzoek vermeld dat de conclusies van het octrooi niet nieuw, en in ieder geval niet inventief zijn. Onder inroeping van de prioriteit van de Nederlandse octrooiaanvrage heeft gedaagde in 2017 een internationale octrooiaanvraag ingediend. Ten behoeve van de Europese aanvrage is het aantal conclusies gereduceerd van 39 naar 15. Eiser heeft octrooicentrum Nederland (hierna: OCNL) verzocht om advies omtrent de toepasselijkheid van de nietigheidsgronden op het octrooi. Het OCNL heeft geconcludeerd dat conclusies 1 tot en met 34 vernietigbaar zijn vanwege gebrek aan inventiviteit en dat conclusies 35 tot en met 39 vernietigbaar zijn wegens gebrek aan nieuwheid. Ten aanzien van conclusies 35 tot en met 39 is ook geconcludeerd dat deze niet inventief zijn. Eiser vordert vernietiging van het octrooi onder verwijzing naar het advies van OCNL wegens gebrek aan nieuwheid en inventiviteit. Gedaagde heeft geen verweer gevoerd, waardoor de rechter het octrooi vernietigt. Gedaagde verzoekt wel om compensatie van de kosten van de procedure, maar hier ziet de rechter geen aanleiding toe.
Collectieve actie Stichting BREIN
Rb. Den Haag 30 augustus 2023, IEF 21738; ECLI:NL:RBDHA:2023:12743 (Stichting BREIN tegen gedaagde). In het tussenvonnis van 3 mei 2023 heeft de rechtbank BREIN een aantal bevelen opgelegd ter zake de wettelijk voorgeschreven mededelingen zoals opgenomen in artikel 1018f Rv. De groep personen wiens belangen BREIN behartigt (de rechthebbenden op de entertainmentcontent van de IPTV-pakketten die via de domeinen iptv-4k.co en uw8k.cc of de winkel van gedaagde beschikbaar zijn gemaakt), is in de gelegenheid gesteld om op uiterlijk 3 juli 2023 een opt-out verklaring uit te brengen. De advocaat van gedaagde heeft zich op 15 februari 2023 onttrokken. Er heeft zich geen nieuwe advocaat gesteld. Daarin ziet de rechtbank aanleiding om deze zaak schriftelijk af te doen en dus geen mondelinge behandeling te bevelen.