Auteursrecht  

IEF 14293

Vergoedingen voor kunstuitleen gaan omhoog en thuiskopieheffingen gaan omlaag

Uit het persbericht: Onderhandelingen tussen Stichting Leenrecht en de kunstuitleenbranche zijn met succes afgerond! Stichting Leenrecht heeft overeenstemming bereikt over een hogere vergoeding voor de kunstenaars. Het huidige tarief van € 1,50 per uitlening wordt in jaarlijkse stappen van 0,25 euro verhoogd tot € 2,50! In 2018 wordt het nieuwe tarief bereikt. Lees verder

Uit het persbericht: De thuiskopieheffingen dalen met ingang van 1 januari 2015 met 30%. Dit betekent een heffing van € 3,50 op desktop pc’s, notebooks, smartphones, telefoons met mp-3 spelers, tablets, hdd recorders en settopboxen met harde schijf. Portable audio-/videospelers krijgen een heffing van € 1,40. Voor externe hdd-drives en e-readers geldt straks een bedrag van € 0,70. Bij de aanschaf van een cd-rom of dvd geldt het laagste tarief: 2 eurocent. Lees verder

IEF 14290

Modekoning pikt graffitikunst

Bijdrage ingezonden door Bas Kist, Chiever. De bekende Italiaanse modeontwerper Roberto Cavalli neemt het niet zo nauw met andermans rechten. In maart van dit jaar introduceerde Cavalli met veel lawaai zijn Grafitti-collection, een nieuwe collectie van kleding- en accessoires met een graffitiprint. Wat niemand op dat moment wist is dat Cavalli het design één op één gekopieerd had van een muur in het Mission district in San Francisco.

 

De drie artiesten achter de graffiti, met mooie namen als Revok, Reyes en Steel, hebben de modekoning nu voor de rechter gesleept. Ze zijn niet alleen boos omdat de grote Cavalli hun werk gewoon zonder toestemming heeft overgenomen en nu niet thuis geeft, maar ook omdat de man het in zijn hoofd heeft gehaald de indruk te wekken dat het zijn eigen ontwerp
is. Op de prints heeft hij hier en daar de naam ‘Just Cavalli’ gespoten, de naam van een van Cavalli’s lijnen, en op bepaalde
plekken lijkt er zelfs een soort Cavalli-handtekening te staan. De kunstenaars eisen dat Cavalli onmiddellijk stopt met de verkoop van de spullen en eens na gaat denken over een passende schadevergoeding .

Bas Kist
Eerder in: NRC 15 oktober 2014.

IEF 14289

Auteursrechtdebat: Een nieuw publiek, subjectief of objectief getoetst?

Door: Dennis Scheffers, LinkedIn-profiel. Thema: Hyperlinken & embedden. Het HvJ EU lijkt er in de Svensson zaak geen doekjes om te winden: het plaatsen van een hyperlink zorgt er niet voor dat een nieuw publiek wordt bereikt, waardoor er dus ook geen sprake kan zijn van een openbaarmakingshandeling. De uitspraak van het Hof heeft betrekking op hyperlinks die verwijzen naar content die met toestemming van de rechthebbende, openbaar op internet is geplaatst. De vraag die rijst is of dit dan ook geldt indien een hyperlink verwijst naar content die zonder toestemming is geplaatst?

Deze vraag kan op twee manieren worden beantwoord. De eerste manier is via de subjectieve toets. In dat geval wordt gekeken naar het publiek dat de auteursrechthebbende beoogd heeft te bereiken (deze methode werd gehanteerd door de Haagse rechter in de Buma/Nederland.fm zaak [IEF 12159]). Bij content die zonder toestemming van de rechthebbende wordt geplaatst, wordt overduidelijk een publiek bereikt dat niet beoogd was door de rechthebbende. Ook een hyperlink naar deze content bereikt een publiek dat niet beoogd was en daarmee dus een nieuw publiek.

De subjectieve toets gaat daarnaast uit van ‘impliciete toestemming’. Dit houdt in dat bij een openbare plaatsing op internet, impliciete toestemming wordt gegeven om de content te gebruiken door derden. Hieruit kan worden afgeleid dat het beoogde publiek in het geval van impliciete toestemming het hele internetpubliek omvat.

Aan de hand van deze gegevens kan worden aangetoond dat het ‘beoogd publiek’ criterium niet consequent toepasbaar is. De situatie kan zich namelijk voordoen dat bepaalde content zowel met als zonder toestemming op internet wordt geplaatst. De plaatsing zonder toestemming zorgt er in principe voor dat een publiek wordt bereikt dat niet beoogd is. De plaatsing mét toestemming zorgt er echter voor dat het werk openbaar toegankelijk is voor het hele internetpubliek. In dat geval is, volgens het principe van de impliciete toestemming, het hele internetpubliek beoogd. Hieruit blijkt dat beide plaatsingen feitelijk hetzelfde publiek (kunnen) bereiken. Daardoor kan er onmogelijk een onderscheid worden gemaakt tussen een beoogd en niet beoogd publiek.

Mijns inziens pleit deze inconsequentie dan ook voor toepassing van een objectieve toets. Bij de vraag of een nieuw publiek wordt bereikt dient niet te worden gekeken naar het publiek dat de rechthebbende heeft beoogd, maar of het publiek toegang krijgt tot een werk waartoe het anders geen toegang zou hebben gehad. Hierbij is er sprake van een duidelijke koppeling met het ‘interventie’ criterium (ontwikkeld in SGAE/Rafael Hoteles [IEF 3022]).

De objectieve toets kan dus niet tot de uitkomst leiden dat een hyperlink een nieuw publiek bereikt. Een hyperlink verwijst namelijk naar content die in principe al openbaar toegankelijk op internet geplaatst is en zodoende al door het hele internetpubliek kon worden geraadpleegd. Het maakt daarbij geen verschil of de content met of zonder toestemming wordt geplaatst.

Logischerwijs zorgt een hyperlink die een paywall omzeilt wel voor een nieuw publiek, aangezien er in dat geval toegang wordt geboden tot content waartoe men anders geen toegang zou hebben gehad.

Door de objectieve toets blijft de hyperlink dus beschermd tegen auteursrechtclaims (met uitzondering van het laatstgenoemde geval). Hierdoor wordt er ook geen afbreuk gedaan aan de informatievrijheid en de vrije werking van het internet. Het wil echter niet zeggen dat het auteursrecht zijn werking geheel verliest zodra er gelinkt wordt naar content die zonder toestemming is geplaatst; de rechthebbende heeft namelijk altijd nog de mogelijkheid om zijn claim bij de contentplaatser neer te leggen.

Dennis Scheffers

IEF 10559

Overzicht auteursrechtpraktijk HvJ EU

Dit overzicht zal het komende jaar dienst doen als living document met voor de praktijk relevante rechtspraak van het HvJ EU sinds het voorjaar 2010, inclusief conclusies en aanhangige prejudiciële vragen. Steeds als er arresten zijn gewezen, conclusies zijn genomen of verzoeken zijn neergelegd wordt dit overzicht bijgewerkt (in deze serie: auteursrecht, modellenrecht, merkenrecht, octrooirecht en reclamerecht). 

Inhoudsopgave
A. HvJ EU
B. Gerecht EU
C. Conclusies HvJ EU
D. Aanhangige prejudiciële vragen
E. Verder in de pijplijn (vragen nog niet definitief gesteld)

A. HvJ EU
1. HvJ EU 18 maart 2010, zaak C-136/09; IEF 8924 (Organismos Sillogikis Diacheirisis)
Installeren van tv's en verbinden met centrale antenne is mededeling aan het publiek.
2. HvJ EU 7 december 2010, C-585/08 en C-144/09 (Pammer en Hotel Alpenhof)
Gerichtheid van een website op een bepaald land. Relevante factoren
3. HvJ EU 22 december 2010, C-393/09, IEF 9306, IT 194 (Softwarová)
Gebruikersinterface is geen computerprogramma maar kan wel auteursrechtelijk beschermd zijn.
4. HvJ EU 27 januari 2011, C-168/09, IEF 9367; Flos
Auteursecht mag niet worden uitgesloten voor modellen van vóór een bepaalde datum
5. HvJ EU 16 juni 2011, C-462/09, IEF 9791 (Thuiskopie/Opus)
Levering blanco CD of DVD uit ander land aan particulier is heffingsplichtig
6. HvJ EU 30 juni 2011, C-271/10, IEF 9864 (Leenrecht België)
Bij leenvergoeding moet rekening worden gehouden met aantal uitleningen
7. HvJ EU 22 september 2011, C-244/10 en C-245/10; IEF 10216  (Mesopotamia Broadcast en Roj TV / Duitsland)
Op eigen grondgebied kan Duitsland doorzending van tv-programma's in het Koerdisch die worden uitgezonden door Roj TV in Denemarken niet verbieden.
8. HvJ EU 4 oktober 2011, C-429/08 en C-403/08, IEF 10286 (Premier League)
Strijd met vrij verkeer van diensten en harmonisatie auteursrecht
9. HvJ EU 13 oktober 2011, C-431/09 en C-432/09, IEF 10332 (Airfield en Canal Digitaal)
Bij nieuw publiek maakt satellietpakket aanbieder (ook) openbaar
10. HvJ EU 25 oktober 2011, C-509/09 en C-161/10; IEF 10395 (eDate)
Slachtoffers van inbreuken op de persoonlijkheidsrechten via internet kunnen zich voor de volledige schade tot de gerechten van hun woonstaat wenden.
11. HvJ EU 24 november 2011, C-70/10, IEF 10551 (Scarlet Extended / SABAM)
Algemeen preventief filtergebod mag niet zonder wettelijke basis
12. HvJ EU 24 november 2011, C-283/10, IEF 10550 (Circul Globus Bucureşti)
Mededeling aan publiek dat niet aanwezig is op de plaats waar de mededeling wordt gedaan, Openbaarmaking ter plaatse geharmoniseerd?
12. HvJ EU 12 april 2011, C-145/10; IEF 10611 (Eva Maria Painer)
Opsporing. Citaatrecht. Bronvermelding. Verveelvoudigingsrecht.
13. HvJ EU 17 januari 2012, C-302/10, IEF 10831; Infopaq II
Wanneer is er sprake van vastlegging van voorbijgaande aard?
14. HvJ EU 9 februari 2012, C-277/10, IEF 10887 (Luksan tegen Van der Let)
Exploitatierecht komen rechtstreeks en oorspronkelijk toe aan de hoofdregisseur (billijke vergoeding o.g.v. 17 EU handvest)
15. HvJ EU 16 februari 2012, C-360/10; IEF 10920 (Sabam tegen Netlog)
Sociale netwerksite/hostingdienstverlener kan door een nationale rechter niet worden gelast een filtersysteem te installeren.
16. HvJ EU 1 maart 2012, zaak C-604/10; IEF 10977 (Football Dataco e.a. tegen Yahoo UK Ltd e.a.)
Databankenrecht of auteursrecht op lijsten met voetbalwedstrijden? Op lijsten van voetbalwedstrijden rust geen auteursrecht wanneer het is gedicteerd door regels of beperkt zonder ruimte voor creatieve vrijheid.
17. HvJ EU 15 maart 2012, C-162/10, IEF 11046; (Phonographic Performance Ireland)
Een hotelexploitant die fonogrammen doorgeeft in zijn gastenkamers dient de producenten een billijke vergoeding te betalen. De lidstaten kunnen deze hotelexploitant niet vrijstellen van de verplichting om een dergelijke vergoeding te betalen.
18. HvJ EU 15 maart 2012, C-135/10; IEF 11045 (SCF Consorzio Fonografici)
Een tandarts die in zijn particuliere praktijk kosteloos fonogrammen uitzendt, verricht geen „mededeling aan het publiek” in de zin van het Unierecht.
19. HvJ EU 19 april 2012, C-461/10; IEF 11204 (Bonnier Audio)
Verhouding tussen de door ISP te verschaffen NAW-gegevens bij gestelde auteursrechtinbreuk en de handhavingsrichtlijn
20. HvJ EU 24 april 2012, C-510/10; IEF 11233 (DR TV2 Danmark)
Wanneer er sprake is van tijdelijke vastlegging door een omroep en uitleg 'eigen middelen'.
21. HvJ EU 2 mei 2012, C-406/10; IEF 11257 (SAS Institute)
Functionaliteit van een computer programma en programmeertaal wordt niet door het auteursrecht bescherming.
22. HvJ EU 21 juni 2012, zaak C-5/11, IEF 11472 (Donner)
Uitleg begrip distributie onder het publiek: wanneer reclame wordt gemaakt om auteursrechtelijk beschermde werken te leveren in een andere lidstaat.
23. HvJ EU 5 juli 2012, C-128/11; IEF 11521 (UsedSoft)
Er is er sprake van uitputting van licenties van gedownloade software. Over de rechten van de rechtmatige verkrijger van tweedehands software
24. HvJ EU 18 oktober 2012, C-173/11; IEF 11885 Football Dataco II
Opvraging en hergebruik, databankenrecht en IPR
25. HvJ EU 22 januari 2013, zaak C-283/11, IEF 12254 (Sky Österreich tegen Österreichischer Rundfunk)
Eigendomsrecht. Unierecht biedt voor sportwedstrijden geen IE-bescherming. Geen aantasting geldigheid audiovisuele mediadiensten.
26. HvJ EU 7 maart 2013, in zaak C-607/11, IEF 12409 (ITV Broadcasting tegen TV Catch Up Ltd) - dossier
Wederdoorgifte via internet is onder omstandigheden 'mededeling aan het publiek'; free-to-air en derde partijen die achter een inlog werken aanbieden.
27. HvJ EU 27 juni 2013, gevoegde zaken C-457/11; C-458/11; C-459/11; C-460/11, IEF 12809 (Verwertungsgesellschaft Wort; VG Wort tegen elektronicafabrikanten) - dossier - persbericht
BGH stelt vragen over auteursrechtelijke heffing op fotokopieerapparaten, printers, scanners en PC’s. Reproductie met behulp van een proces waarbij als tussenstadium een digitale afbeelding wordt opgeslagen op een computer of geheugendrager.
28. HvJ EU 11 juli 2013, zaak C-521/11, IEF 12851 (Amazon.com) - dossier
Billijke vergoeding thuiskopie, mits aantoonbaar gebruikt voor andere handeling
29. HvJ EU 18 juli 2013, zaak C-201/11P, IEF 12885 (UEFA tegen Commissie); zaken C-204/11P C-205/11P (FIFA tegen Commissie)
Beperking financiële vergoeding voor korte (voetbal)fragmenten gerechtvaardigd.
30. HvJ EU 19 december 2013, zaaknr. C‑202/12, IEF 13350 (Innoweb tegen Wegener)  - dossier
Uitleg hergebruik van het geheel of een substantieel deel van de inhoud van een dedicated metazoekmachine.
31. HvJ EU 3 oktober 2013, IEF 13101, zaak C-170/12 (Pinckney tegen KDG Mediatech) - dossier
Cd's grensoverschrijdend op internet aangeboden. Bevoegde instantie volgens EEX-vo. : plaats vestiging aanbieder: volledige schade; land waarop site is gericht: alleen schade desbetreffende land. Plaats waar schadebrengende feit (materiële drager branden) zich heeft voorgedaan of zich kan voordoen.
32. HR 17 januari 2014, ECLI:NL:HR:2014:88, IEF 13438 (Ryan Air tegen PR Aviation)
Hoge Raad schaft geschriftenbescherming af en stelt HvJ EU vraag over bescherming van online databanken en contractuele beperking.
33. HvJ EU 23 januari 2014, zaak C-355/12, IEF 13453 (Nintendo e.a.) - dossier
De omzeiling van het beschermingssysteem van een spelcomputer kan in bepaalde omstandigheden rechtmatig zijn.
34. HvJ EU 6 februari 2014, IEF 13513, zaak C-98/13 (Blomqvist tegen Rolex) - dossier
Bescherming op het ogenblik dat een in China gekocht goed op het grondgebied komt
35. HvJ EU 13 februari 2014, IEF 13540, zaak C-466/12 (Svensson e.a. tegen Retriever)
Hyperlinken naar beschermde werken kan zonder toestemming
36. HvJ EU 27 februari 2014, IEF 13584, zaak C-351/12 (OSA tegen Lécebné lázne Mariánské Lázne)
Kuuroord doet mededeling aan patiënten
37. HvJ EU 27 maart 2014,  IEF 13690, zaak C-314/12 (UPC Telekabel Wien, inzake: Kino.to)
Grondrechten staan websiteblokkade zonder precisering maatregelen niet in de weg
38. HvJ EU 3 april 2014, IEF 13723, zaak C-387/12, (Hi Hotel HCF)
Rechter is bevoegd als schade kan intreden in het rechtsgebied. Heeft het Duitse gerecht heeft jurisdictie over een auteursrechtinbreuk waarbij de medeplichtige handeling in Frankrijk plaatsvond.
38. HvJ EU 10 april 2014, IEF 13741, zaak C-609/12 (ACI Adam e.a. tegen Stichting De Thuiskopie)
Thuiskopie uit illegale bron (en heffen) is niet toegestaan
39. HvJ EU 5 juni 2014, IEF 13913, zaak C-360/13 (Public Relations Consultants Association tegen Newspaper Licensing Agency)
Browsen valt onder tijdelijke-kopie exceptie
40 HvJ EU 3 september 2014, IEF 14169, zaak C-201/13 (Johan Deckmyn en Vrijheidsfonds VZW tegen Helena Vandersteen e.a.)
Ruim baan voor de Europese parodie
41. HvJ EU 4 september 2014, IEF 14142, zaak C-114/12 (EC tegen Raad van de EU)
Nietigverklaring besluit Raad van de EU over verdrag Raad van Europa over bescherming naburige rechten
42. HvJ EU 11 september 2014, IEF 14192, Zaak C-117/13 (TU Darmstadt tegen Eugen Ulmer KG)
Elektronische leesplaatsen; Digitalisatie door bibliotheken toegestaan zonder toestemming van de rechthebbenden
43. HvJ EU 18 september 2014, IEF 14209, zaak C-205/13 (Hauck tegen Stokke)
Tripp Trapp-kinderstoel en de aard van de waar

B. Gerecht EU
1. Gerecht EU 12 april 2013, zaaknr. T-442/08, IEF 12556 (CISAC-European Broadcasting Union tegen Europese Commissie)

C. Conclusies A-G HvJ EU
1. Conclusie AG HvJ EU 18 juni 2014, IEF 13953, zaak C-463/12 (Copydan Båndkopi)
Geen onderscheid thuiskopievergoeding maken in wel/niet verwijderbare telefoongeheugenkaarten

D. Aanhangige prejudiciële vragen
1.Hogere  voorziening gevraagd aan HvJ EU van 2 maart 2011, C-103/11P; Systran / Europese Commissie
Hogere voorziening inzake verkeerd toepassen van intellectuele eigendomsrechtregels betreffende eigendom, inbreuk en uitleg van de excepties [Gerecht EU T-19/07].
4. Prejudiciële vragen gesteld aan HvJ EU 15 mei 2013, zaak C-279/13, IEF 12808 (C More Entertainment tegen Sandberg) - dossier
6. Prejudiciële vragen aan HvJ EU 8 november 2013, zaak C-572/13, IEF 13420 (Hewlett-Packard Belgium tegen Reprobel) - dossier.
Billijke vergoeding voor reproducties, forfaitaire vergoeding en bladmuziek.
7. Prejudiciële vragen aan HvJ EU 11 april 2013, zaak C-516/13,IEF 13252 (Dimensione Direct Sales tegen Knoll) - dossier
Over de omvang van het distributierecht bij werken van toegepaste kunst en het maken van reclame.
8. Prejudiciële vragen aan HvJ EU 5 augustus 2013, C-441/13, IEF 13169 (Pez Hejduk tegen EnergieAgentur.NRW GmbH) - dossier
Rechterlijke bevoegdheid bij auteursrechtinbreuk bij topleveldomein van een andere lidstaat.
9. Prejudiciële vragen gesteld aan HvJ EU 9 juli 2013, zaak C-413/13, IEF 13168 (FNV KIEM tegen De Staat) - dossier
Vragen over CAO die ziet op de tarieven die musici minimaal moeten ontvangen.
10. Prejudiciële vraag gesteld aan HvJ EU 22 januari 2014, IEF 13596, zaak C-41/14 (Christie’s France)
Kan van het volgrecht contractueel worden afgeweken?
11. Hof van Beroep Brussel 17 juni 2014, IEFbe 898 (SBS Belgium tegen SABAM)
Over uitzending via directe injectie als mededeling aan het publiek

E. Verder in de pijplijn (vragen nog niet definitief gesteld)
1. BGH 6 februari 2013, I ZR 124/11, IEF 12327 (Videospiel-Konsole) persbericht 25/13
BGH stelt vragen over technische beschermingsmaatregelen voor computerspellen als hybride producten.

IEF 14281

Auteursrechtdebat: ACI/Thuiskopie-uitspraak is van groot belang voor aanpak illegale diensten

Door: Tim Kuik, Stichting BREIN. Thema: Downloadverbod&thuiskopie. Ik verwijs naar de opinie van Joost Poort [Auteursrechtdebat IEF 14277] naar aanleiding van de uitspraak van het HvJ EU dat downloaden uit illegale bron illegaal is. Ik ben het eens met zijn stelling dat het aanbieden van een aantrekkelijk legaal alternatief een vereiste is om illegaal downloaden/streamen terug te dringen. Initiatieven als Spotify en Netflix tonen aan dat de industrie er eveneens zo over denkt. Het is echter niet het enige vereiste. Ook is het nodig de concurrentie door illegale diensten en het gebruik daarvan terug te dringen. Daarvoor is de uitspraak van het HvJ EU, anders dan Joost Poort stelt, van groot belang.

Ten eerste is de uitspraak van belang doordat daarmee de onrechtmatigheid wordt aangetoond van diensten die illegaal downloaden faciliteren. Toen de Nederlandse overheid downloaden van illegaal aanbod toestond, was het daardoor in principe ook toegestaan om dat te faciliteren. Dat is nu recht gezet. De illegale concurrentie door faciliterende diensten kan nu beter worden aangepakt.

Daarnaast geeft de uitspraak aan dat legaal gebruik de norm hoort te zijn. Dat opent de mogelijkheid om consumenten daar op te wijzen wanneer zij naar een illegale dienst gaan of daarvan gebruik maken. Bijvoorbeeld door het versturen van online voorlichting, 'copyright alerts', die naar legale diensten verwijzen. De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie antwoordde recent op Kamervragen dat hij daar positief tegenover staat. Dat is ook wel nodig nu het overheidsbeleid het illegaal downloaden eigenlijk jarenlang heeft bevorderd.

Tim Kuik

IEF 14277

Auteursrechtdebat: Tijd voor meer legale popcorn

Door: Joost Poort, IViR. Thema: Downloadverbod&thuiskopie. Op 10 april van dit jaar oordeelde het Europese Hof van Justitie dat downloaden uit illegale bron niet toelaatbaar is onder de thuiskopie-uitzondering . Dat is goed voor de leesbaarheid van dit stukje, omdat de lelijke constructie ‘downloaden uit illegale bron’ nu eindelijk rechtens kan worden ingeruild voor ‘illegaal downloaden’, zoals de muziek- en filmsector het al veel langer noemde. Maar zal de uitspraak ook echt effect hebben op illegaal downloaden?

De uitspraak was een mooie overwinning voor rechthebbenden, zou je denken. Tim Kuik van Stichting Brein haastte zich op deze site [IEF 13964] en elders in de media echter te benadrukken dat de jacht op individuele illegale downloaders niet geopend zou worden. Dat is maar goed ook, want telkens weer blijkt uit onderzoek dat illegale downloaders gemiddeld grotere afnemers zijn van legaal materiaal. Zo bleek in 2012 dat van de Nederlanders die wel eens illegaal muziek downloaden in vergelijking met hen die dat nog nooit deden, een viermaal zo groot deel ook wel eens betaald muziek downloadt of streamt. Voor films en series was dat verschil een factor drie, voor boeken ruim zes en voor games zelfs bijna negen . Hieruit mag natuurlijk geen oorzakelijk verband worden afgeleid: mensen die veel van muziek, films of games houden, blijken die vaak via alle beschikbare kanalen te consumeren. Maar het helpt dan niet om je grootste klanten tegen je in het harnas te jagen, net zoals het niet helpt de internetverbinding af te sluiten van iemand die je graag een abonnement op Spotify of Netflix zou willen verkopen, zoals ze in Frankrijk een tijdje dachten.

De nadruk in de handhaving, aldus Tim Kuik, zou blijven liggen op sites die illegaal materiaal aanbieden, hosting providers, betaaldiensten, advertentie¬netwerken en access providers. Maar dat zijn nu juist de partijen voor wie de uitspraak van 10 april eigenlijk niets verandert. Het zonder toestemming aanbieden van auteursrechtelijk beschermd materiaal was nooit toegestaan en door met gerichte acties de inkomstenbronnen van aanbieders af te snijden, zijn de advertenties op zulke sites langzaam afgegleden van Volvo en Peugeot naar Viagra en porno, alsof er een sterke co-morbiditeit is van illegaal downloaden en seksverslaving.

Wat ik vooral miste in de krant van 11 april, waren de advertenties van Spotify en Netflix, dat dit het moment was te kiezen voor legaal, nu tijdelijk 30 dagen gratis op proef. Want het begint een grijsgedraaide plaat te worden: al kan het helpen dat illegaal downloaden nu echt illegaal is – net als het kan helpen illegale aanbieders het leven zuur te maken – goed legaal aanbod is toch echt de beste remedie tegen illegaal downloaden. In 2008 bleek dat 32 procent van de bevolking wel eens illegaal muziek downloadde. Voor films en series was dat 10 procent. Vier jaar later bleek dat er een opmerkelijke verschuiving had plaatsgevonden: het aantal illegale downloaders van muziek was afgenomen naar 22 procent, terwijl het voor films en series was toegenomen naar 18 procent . Handhaving, breedbandpenetratie en de prijsontwikkeling van fysieke dragers kunnen eenvoudig worden afgestreept als verklaring hiervoor, waarmee ontwikkelingen in het legale aanbod op internet boven komen drijven als de meest aannemelijke verklaring .

De muziekindustrie heeft het tij weten te keren en noteerde vorig jaar weer een voorzichtige plus, maar de verkoop van films en series nam nog fors af . Helaas bieden illegale audiovisuele bronnen zoals Popcorn Time downloaders nogal eens een betere gebruikservaring dan legale bronnen. En dit voorjaar bleek dat het aantal downloaders van films alweer hoger lag dan in 2012, en dat dat flink ten koste gaat van de legale consumptie van films op DVD, VoD en TV . Considerati berekende de jaarlijkse schade voor de Nederlandse filmindustrie op basis daarvan op 78,4 miljoen (inclusief BTW) . Haast is dus geboden om ook voor films en series het tij te keren. Hoog tijd voor meer en betere legale popcorn!

Joost Poort

pdf-versie

IEF 14276

Flexibel beheer en Buma-Stemra

G. de Vries, Flexibel beheer en Buma/Stemra, IE-Forum.nl IEF 14276.
Bijdrage ingezonden door Gerben de Vries, Freeze-Audio. Op 6 juni 2014 kwam naar buiten dat de Autoriteit Consument en Markt een toezegging van Buma/Stemra heeft geaccepteerd, waardoor flexibeler beheer mogelijk wordt gemaakt [IEF 13935 en IEF 14239]. Vanaf heden is het mogelijk om bepaalde rechtencategorieën van bemiddeling door de auteursrechtenorganisatie uit te sluiten, zoals online on-demand. Verdere flexibilisering vindt de ACM echter niet nodig: de achterliggende klacht waar onder meer per werk flexibiliteit werd geëist, werd afgewezen. Er was geen prioriteit om dit te onderzoeken .

(...lees de gehele bijdrage...) Concluderend Met de veranderede mogelijkheden voor muziekauteurs ontstaan er bizarre situaties met betrekking tot Buma/Stemra. Zelf communiceren, goedkoop muziek maken en muziek met andere doelen maken dan direct geld verdienen is aan de orde van de dag. Oplossing van de ACM: het complete repertoire op een bepaald gebied uitsluiten, of niet.

 

Het is echter 2014. Aan de dagelijkse praktijk en de mogelijkheden die er zijn, valt wel af te leiden dat slechts de mogelijkheid bieden om geheel het repertoire uit te sluiten niet meer houdbaar is.

In alle gevallen is het zeer vreemd dat de ACM zonder enig aarzelen, in 2014, oordeelt dat de eis om het complete repertoire over te dragen geheel noodzakelijk is.

Gerben de Vries, Freeze-Audio

IEF 14275

Illegale kopie van bollywood-dvd Blue

Rechtbank Den Haag 8 oktober 2014, IEF 14275 (D. tegen KMI Movies e.a.)
Uitspraak ingezonden door Derya Ada, Kneppelhout & Korthals. Auteursrecht. Bollywood. Bewijsopdracht uit IEF 12255. Dat KMI de videotheek dreef waar een kopie van de film "Blue" is verkocht op 9 januari 2010, is enkel onderbouwd door een verklaring van één getuige. Daartegenover staan diverse (schriftelijke) verklaringen en o.a. een huurovereenkomst. Het verweer van S., dat tasjes met aangekochte illegale kopieën zijn verwisseld, slaagt niet. Er wordt voldoende aangetoond dat de in depot gegeven dvd's afkomstig zijn van gedaagden en dat het om illegale kopieën van de film "Blue" gaat.

Lees de uitspraak hier (IEF 14275 - pdf / HTML)

IEF 14273

Fraaie zaken

Bijdrage ingezonden door Sander Dikhoff, Dikhoff Van Dongen advocaten. Kees van Beijnum is een bekende Amsterdamse schrijver. Hij groeide op rond de Zeedijk, met op nr. 111 het Chinese restaurant Nam Kee. Het boek Oesters van Nam Kee bracht Van Beijnum landelijke bekendheid, vooral door de verfilming ervan met een blote Katja Schuurman. Tot zover de Oesters.Nu naar De Offers, het nieuwe boek van Van Beijnum dat deze week verscheen. Daar is gedoe over.

Rond 2007 is Van Beijnum gevraagd een scenario te schrijven voor een film over het naoorlogse Tribunaal van Tokio met daarin de Nederlandse rechter Bert Röling. Voor de film werd de zoon van deze rechter om gegevens gevraagd. Röling Jr. – historicus van beroep – dook in de dagboeken en brieven van zijn vader en maakte daar een heus boekwerk van. Van de proefuitgave van dat boek verstrekte Röling Jr. een exemplaar aan Van Beijnum om te kunnen gebruiken voor de film.

Van Beijnum vond het boek van Röling Jr. zo interessant dat hij besloot om ook over dezelfde Röling Sr. een boek te schrijven met daarin onderdelen van het materiaal dat hij ten behoeve van de film van Röling Jr. had verkregen. Röling Jr. is daar boos over: “De afspraak was dat hij dat voor de film zou gebruiken, niet voor een boek. Hij wist donders goed dat hij mijn bronnen in vertrouwen ter inzage had gekregen. Dat vind ik onfatsoenlijk van hem”.

Wat ook steekt is dat Van Beijnum in zijn boek van Röling Sr een hoerenloper heeft gemaakt. Om Röling Jr. tegemoet te komen heeft Van Beijnum op het boek laten zetten dat er ook fictie in zit. En de naam Bert Röling is eruit, het is een fictief personage geworden. Helpt dat? Het hele boek gaat over de rechter Bert Röling en alle andere rechters van het Tribunaal hebben nog wel hun eigen naam. Rara: wie zou dat fictieve personage toch zijn?

Röling heeft geen juridische stappen genomen. Verstandig, want vermenging van facts en fiction, het zogenaamde faction, is doorgaans toegestaan. Van Beijnum is vast op de hoogte van de juridische grenzen. Het toeval wil dat hij ooit een bijdrage leverde aan een boekje over juridische kwesties. Fraaie zaken heet dat boekje. Daar zou deze kwestie niet in passen.

Sander Dikhoff

IEF 14267

Auteursrechtdebat: Blokkeer het elektronisch vergiet!

Waarom blokkeren een effectieve manier is om auteursrechten te handhaven
Thema
: Blokkade. Door Victor Bouman, Wieringa advocaten. Een groot gejuich ging in januari 2014 op in het kamp van de voorvechters van “het vrije internet”: het Hof ’s-Gravenhage had de blokkade van The Pirate Bay opgeheven, het vrije web zou van de ondergang gered zijn [IEF 13467]. Inmiddels zijn we meer dan een half jaar verder en is het vrije web van toen, als gevolg van de Europese arresten in de zaken rond de thuiskopieheffing en kino.to, voorgoed verleden tijd. Een mooi moment om nog eens kritisch naar het opheffen van de blokkering van The Pirate Bay te kijken.

Een belangrijke reden voor het Haagse hof om de blokkade op te heffen was dat deze niet voldoende effectief zou zijn geweest. De blokkade zou geen enkel effect hebben gehad op de totale omvang van al het torrentverkeer: het aantal gedeelde megabytes was gedurende de blokkade niet lager dan ervoor. Het hof heeft niet enkel gekeken of het bezoek aan The Pirate Bay zelf was afgenomen als gevolg van de – relatief eenvoudig te omzeilen – blokkade, maar ook of internetters in het algemeen minder bestanden zijn gaan delen via Bittorrent.

Kennelijk zijn gebruikers van The Pirate Bay massaal uitgeweken naar andere websites. Ondanks een bewezen vermindering van het bezoek aan The Pirate Bay, werd er namelijk niet minder gedownload nadat de blokkade was opgeworpen. Rechtvaardigt die constatering de conclusie dat de blokkade niet effectief was?

Om die vraag te kunnen beantwoorden is het uiteraard noodzakelijk het doel van de blokkering te bepalen. Aan de hand daarvan kunnen we immers toetsen of de maatregel ook doel treft. In dit geval zijn er twee doelen denkbaar: het enkele verhinderen van de toegang tot de gewraakte site, en het tegengaan of verminderen van auteursrechteninbreuk in het algemeen. Uitgaande van het eerste doel blijkt een blokkade een zeer effectief middel te zijn: de bezoekersaantallen van geblokkeerde sites in binnen- en buitenland daalden – het zal niet verbazen – significant. Het tweede doel lijkt in ieder geval bij de blokkade van The Pirate Bay niet te zijn gehaald – concurrerende sites zullen de blokkade ongetwijfeld met een zekere mate van Schadenfreude hebben verwelkomd.

Dat de totale hoeveelheid inbreuken kennelijk niet vermindert betekent wat mij betreft echter niet dat we blokkeren als middel om auteursrechteninbreuk te verminderen zonder meer moeten afschrijven. Het effect van een blokkering op de bezoekersaantallen van het object daarvan is immers onmiskenbaar. Het beperkte effect op de totale inbreuk doet er niet aan af dat het blokkeren van een enkele website effectief te noemen is. De blokkade van The Pirate Bay heeft dat eens te meer aangetoond: zij heeft een deel van de gebruikers verleid te stoppen met het delen van bestanden, een brede discussie in de maatschappij aangewakkerd en aan de gebruikers die op de blokkade stuitten een signaal gegeven dat auteursrechten bescherming verdienen en ook daadwerkelijk worden gehandhaafd.

Als rechthebbenden in plaats van een enkele ook de concurrerende sites zouden laten blokkeren, hebben deze blokkades tezamen vermoedelijk ook een effect op de totale omvang van alle inbreuken. Het bemoeilijken van de toegang tot alle websites beperkt immers de mogelijkheden uit te wijken. In dat licht is het raadselachtig waarom Brein niet tegelijk met de blokkade van The Pirate Bay blokkeringen van de belangrijkste andere torrentsites heeft gevraagd.

Of blokkeren ten aanzien van providers en internetgebruikers proportioneel is, en de minst ingrijpende maatregel vormt, is een andere discussie. Daarbij speelt de effectiviteit uiteraard wel een rol. Zou het oordeel van het hof op het vlak van proportionaliteit en subsidiariteit anders zijn geweest als Brein ook andere torrentsites had geblokkeerd?

Victor Bouman, Wieringa Advocaten

Pdf-versie