Auteursrecht  

IEF 21181

Inbreuk op toebehorende rechten

Rechtbank Gelderland 14 dec 2022, IEF 21181; ecli:NL:RBGEL:2022:6849 (Stichting Brein tegen gedaagde partij), https://ie-forum.nl/artikelen/inbreuk-op-toebehorende-rechten

Rechtbank Gelderland 14 december 2022, IEF 21181; ECLI:NL:RBGEL:2022:6849 (Stichting Brein c.s. tegen gedaagde partij) De gedaagde partij vraagt de rechtbank terug te komen op hetgeen de rechtbank heeft geoordeeld in het tussenvonnis van 29 oktober 2021. Daarin heeft de rechtbank geoordeeld dat vooralsnog niet vast is komen te staan dat Brein c.s., althans de bij Stichting Brein aangesloten partijen auteursrechthebbende zijn op de werken die middels de IPTV pakketten zijn openbaar gemaakt. De rechtbank weigert dit verzoek omdat er geen belang is. De gedaagde partij heeft een verklaring afgegeven, maar deze behelst niet veel meer dan een herhaling van de bij het verweer ingenomen standpunten. Omdat de verklaring onvoldoende ondersteund wordt door andere stukken, is de verklaring onvoldoende om het vermoeden te ontzenuwen. De gedaagde partij is hierdoor niet geslaagd in het tegenbewijs. De rechtbank weigert het verzoek van Brein c.s. zich alsnog uit te laten over de vraag of op de auteursrechten van Brein c.s. inbreuk is gemaakt. De vordering tot opgave van opvolgende partijen zal ook niet worden toegewezen, omdat deze voorwaardelijk is ingesteld en geen verweer is gevoerd. De rechtbank oordeelt uiteindelijke dat de gedaagde partij inbreuk heeft gemaakt op auteursrechten door het verhandelen van IPTV-pakketten en heeft dit verklaard als onrechtmatig.

IEF 21182

Geen onvoorziene omstandigheden

Rechtbank Gelderland 21 dec 2022, IEF 21182; ecli:NL:RBGEL:2022:7179 (Arrow tegen Ront en A3 Company), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-onvoorziene-omstandigheden

Rechtbank Gelderland 21 december 2022, IEF 21182; ECLI:NL:RBGEL:2022:7179 (Arrow tegen Ront en A3 Company) Arrow vordert dat de rechtbank voor recht verklaart dat de samenwerkingsovereenkomsten tussen partijen zijn vernietigd of ontbonden per 1 januari 2018 en gewijzigd worden zodat Arrow aan Ront en A3 Company sinds die datum geen vergoeding verschuldigd is. Ront en A3 Company stellen dat in de acquisitieovereenkomst rekening is gehouden met de mogelijkheid van krimp van licentie-inkomsten. Omdat die omstandigheden in de overeenkomst zijn genoemd, is er geen sprake van onvoorziene omstandigheden als bedoeld in artikel 6:258 BW. Arrow heeft onvoldoende onderbouwd dat sprake is van onvoorziene omstandigheden die de instandhouding van de overeenkomst onredelijk maken. De rechtbank oordeelt dat er geen grond bestaat voor ontbinding van de samenwerkingsovereenkomst tussen Ront, Arrow en A3 Company wegens onvoorziene omstandigheden. De subsidiaire vordering van Arrow om de overeenkomst te wijzigen wordt eveneens afgewezen, omdat er geen onvoorziene omstandigheden zijn die dit rechtvaardigen. De gevorderde verklaring voor recht is dus niet toewijsbaar.

IEF 21168

Verkregen informatie geen bedrijfsgeheim

Rechtbank Noord-Holland 12 dec 2022, IEF 21168; ECLI:NL:RBNHO:2022:10719 (Locus tegen HAI), https://ie-forum.nl/artikelen/verkregen-informatie-geen-bedrijfsgeheim

Rechtbank Noord-Holland 12 december 2022, IEF 21168; ECLI:NL:RBNHO:2022:10719 (Locus tegen HAI) Locus beroept zich op de Wet bescherming bedrijfsgeheimen en stelt dat HAI onrechtmatig tegenover haar handelt door het verkrijgen van haar bedrijfsgeheimen en het gebruiken daarvan. HAI voert hier tegen aan dat de informatie, die zij van de ex-werknemer van Locus heeft gekregen, openbare informatie betreft die afkomstig is uit (semi-)openbare bronnen, door de werknemer zelf is verzameld en aldus niet als geheime informatie van Locus kan worden beschouwd. De voorzieningenrechter is van oordeel dat Locus niet aannemelijk heeft gemaakt dat de informatie die HAI heeft verkregen van de ex-werknemer van Locus kwalificeert als bedrijfsgeheim(en) van Locus. Locus heeft onvoldoende onderbouwd dat de informatie die aan HAI is verstrekt geheim is en daarom als bedrijfsgeheim moet worden aangemerkt. Ook is de voorzieningenrechter van oordeel dat onvoldoende is gebleken dat HAI zich schuldig heeft gemaakt aan oneerlijke of onrechtmatige concurrentie. 

IEF 21160

Uitspraak ingezonden door Stan Elsendoorn, BG.legal.

Rechtbank: auteursrechtinbreuk door het verstrekken van thumbnails

Rechtbank Amsterdam 4 jan 2023, IEF 21160; (Eiseres tegen Cobra Art Company B.V.), https://ie-forum.nl/artikelen/rechtbank-auteursrechtinbreuk-door-het-verstrekken-van-thumbnails

Rb. Amsterdam 4 januari 2023, IEF 21160, IT 4191; C/13/714132 / HA ZA 22-168 (Eiseres tegen Cobra Art Company B.V.) Eiseres is professioneel fotografe. Zij heeft meermaals een licentie aan Cobra Art verleend voor het commercieel exploiteren van haar foto’s. Eiseres constateert dat Cobra Art na het verstrijken van de licentieperiode nog een aantal van haar foto’s heeft verkocht en deze gebruikt voor verschillende onlineadvertenties, hetgeen volgens eiseres kan worden gezien als een inbreuk op haar auteursrechten. Eiseres meent dat dit eveneens geldt voor de thumbnails die Cobra Art aan haar wederverkopers heeft verstrekt. Cobra Art stelt echter dat dat de wederverkopers zelf verantwoordelijk zijn voor de inbreuken die zij hebben gemaakt op de auteursrechten van eiseres. 

IEF 21162

Artikel ingezonden door Erwin Angad-Gaur, Senior adviseur Ntb/Kunstenbond en Directeur VCTN.

Maak werk van het auteursrecht

Begin 2023 wordt het wetsvoorstel aanscherping Auteurscontractenrecht verwacht. Wetgeving ter bescherming van auteurs en artiesten tegen onredelijke contractvoorwaarden, die tot nog toe onvoldoende effect had. De brief, ondertekend door onder meer Ntb- en VCTN-voorzitter, toetsenist Will Maas en saxofoniste Susanne Alt, roept de staatssecretaris van cultuur op zich sterk te maken voor de makers.

Uit de brief: “In 2015 werden de Auteurswet en de Wet op de Naburige Rechten aangepast, middels invoering van het Auteurscontractenrecht. De wijzigingen hadden tot doel om ervoor te zorgen dat uitvoerend en scheppend kunstenaars een reële (billijke) vergoeding zouden ontvangen voor de exploitatie (doorgeven/vermenigvoudigen/ openbaarmaken) van hun werk. Uit de evaluatie van de wet door het WODC is gebleken dat dit beoogde doel (nog) niet is bereikt. Met de toegezegde herziening van de wet is opnieuw het moment aangebroken om verbetering aan te brengen en ervoor te zorgen dat de scheve machtsverhoudingen tussen de exploitanten en de makers in evenwicht worden gebracht.

IEF 21156

Uitspraak ingezonden door Sikke Kingma en Maartje Möhring, Pels Rijcken en Tobias Cohen Jehoram, De Brauw Blackstone Westbroek.

HR: CD afspelen in zorginstelling is openbaarmaking

Hoge Raad 23 dec 2022, IEF 21156; (Dagelijks Leven Zorg tegen Sena en Buma), https://ie-forum.nl/artikelen/hr-cd-afspelen-in-zorginstelling-is-openbaarmaking

HR 23 december 2022, IEF 21155; ECLI:NL:HR:2022:1938 (Dagelijks Leven Zorg B.V. tegen Sena en Buma) Dagelijks Leven biedt een woonvoorziening voor ouderen met geheugenverlies die begeleiding en verpleging nodig hebben. De locaties zijn kleinschalig en bevatten gemiddeld 20 bewoners. De organisatie vordert in dit geding een verklaring dat het afspelen van muziek van één van de bewoners, op diens verzoek, in de gemeenschappelijke woonkamers geen openbaarmaking in de zin van de auteurswet is. De kantonrechter en het hof hebben deze vordering afgewezen. Gelet op het doel van richtlijnen 2001/29/EG en 2006/115/EG moet het begrip 'mededeling aan het publiek' ruim worden uitgelegd. Onderdeel 1 van het middel in principale beroep is gericht op het argument van Dagelijks Leven dat in dit verband ook niet-geharmoniseerd recht moet worden uitgelegd, wat het hof heeft verworpen. Dit kan niet tot cassatie leiden, nu richtlijnconforme interpertatie ook zal resultering in een handeling die resulteert in een verplichting tot betaling. Onderdeel 4 is gericht tegen het oordeel van het hof dat het aantal personen de minimisdrempel overschrijdt. Dagelijks Leven betoogt dat het hof miskent dat het relevante publiek moet worden beoordeeld aan de hand van het aantal luisteraars per woonkamer, in plaats van op alle locaties. Ook dit leidt niet tot cassatie. De woonkamers zien wisselend publiek, nu hier vook visitie langskomt en er verschillende zorgverleners rondlopen. De Hoge Raad gaat contrair aan zijn A-G Langemeijer en verwerpt het principale beroep.

IEF 21155

Executie Wodkamerken niet geschorst

Rechtbank Den Haag 28 nov 2022, IEF 21155; ECLI:NL:RBDHA:2022:12736 (Russische wodka), https://ie-forum.nl/artikelen/executie-wodkamerken-niet-geschorst

Vzr. Rb. Den Haag 28 november 2022, IEF 21109; ECLI:NL:RBDHA:2022:1736 (Russische wodka) HVY zijn drie voormalige aandeelhouders van de Russische onderneming Yukos Oil Company, welke onderneming in 2006 is gefailleerd. FKP is een Russische staatsonderneming die zich onder meer bezig houdt met de exploitatie van verschillende merken met betrekking tot Russische wodka. Tussen 2006 en 2020 hebben FKP en Spirits in Nederland meerdere procedures gevoerd over de vraag wie van hen rechthebbende op deze merken is. In die procedures heeft FKP zich aanvankelijk op het standpunt gesteld dat de Russische Federatie de merkrechten in 2002 had ondergebracht bij FKP en dat FKP bevoegd was op eigen naam procedures te starten om deze merken op te eisen. FKP en de Russische Federatie hebben op 15 mei 2015 een overeenkomst gesloten waarin staat vermeld dat de rechten op de merken voor zover nodig zijn overgedragen aan FKP. De rechtsverhouding tussen de Russische Federatie en FKP wordt verder bepaald door de statuten van FKP, laatstelijk gewijzigd in 2019. Op 7 mei 2020 hebben HVY beslag gelegd op de merken. FKP vordert HVY te verbieden om tot verkoop van de merken- en auteursrechten over te gaan zolang de geopolitieke situatie in Oekraïne naar verwachting ongewijzigd van negatieve invloed is op de mogelijk te genereren opbrengst uit hoofde van zo een verkoop. De voorzieningenrechter wijst de vordering af. 

IEF 21152

Uitspraak ingezonden door Wouter Dammers en Nick Vrugt, LAWFOX.

Inbreuk op merkenrecht en handelsnaam aangenomen

Rechtbank Den Haag 14 dec 2022, IEF 21152; (Online Publisher tegen Netmedia en Sparta Solutions), https://ie-forum.nl/artikelen/inbreuk-op-merkenrecht-en-handelsnaam-aangenomen

Rechtbank Den Haag, 14 december 2022, IEF 21152, IEFbe 3597; C/09/566071 / HA ZA l9-18 ECLI:NL:RBDHA:2022:13582 (Online Publisher tegen Netmedia en Sparta Solutions) Zie [IEF 18502]. Online Publisher en Netmedia verlenen diensten die het retailers mogelijk maken hun reclamefolders online onder het voetlicht te brengen. Na een samenwerking van een aantal jaren is tussen Online Publisher en Netmedia een conflict ontstaan. Volgens Online Publisher heeft Netmedia na het verbreken van de samenwerking inbreuk gemaakt op de merken van Online Publisher, op haar handelsnaam en op het auteursrecht op door haar ontwikkelde en geschreven software. De rechtbank oordeelt dat Netmedia inderdaad inbreuk heeft gemaakt op de merken van Online Publisher, te weten op het 'wepublish-merk' en het 'publish-merk'. Verder oordeelt dat Netmedia inbreuk maakt op de handelsnaam 'wepublish' van Online Publisher, die zij onder meer exploiteert in haar domeinnaam en op Twitter. Met betrekking tot de gestelde auteursrechtinbreuk op de software, oordeelt de rechtbank dat niet kan worden vastgesteld dat Online Publisher rechthebbende op de auteursrechten is. Netmedia moet €75.000 aan dwangsommen betalen.

IEF 21149

Logo maakt geen inbreuk op rechten eisers

Rechtbank Rotterdam 16 dec 2022, IEF 21149; ECLI:NL:RBROT:2022:11018 (eisers tegen gedaagden), https://ie-forum.nl/artikelen/logo-maakt-geen-inbreuk-op-rechten-eisers

Vtr. Rechtbank Rotterdam 6 december 2022, IEF 21149; ECLI:NL:RBROT:2022:11018 (eisers tegen gedaagden) Eisers hebben op 20 maart 2018 een vennootschap opgericht die beveiligingsdiensten en verkeersregelaarsdiensten aanbiedt. Op 19 juli 2021 heeft eiser 1 de eenmanszaak Infra Verkeerdiensten opgericht, van waaruit hij verkeersregelaarsdiensten en arbeidsbemiddeling leverde. Voor beide ondernemingen wordt een soortgelijk logo gebruikt. Op 1 oktober 2021 hebben eiser 1 en gedaagde 2 eiser 3 opgericht. Deze samenwerking loopt op 1 december 2021 stuk. Gedaagde 2 richt gedaagde 1 op en gebruikt hierbij een logo dat wat wegheeft van de logo's die door eisers gebruikt worden. Op 24 mei 2022 zijn de beide logo's van eisers ingeschreven als beeldmerken. Eisers vorderen gedaagden de inbreuk op hun auteursrechten en merkenrechten te staken. De voorzieningenrechter wijst de vordering met betrekking tot de auteursrechten af omdat niet aannemelijk is geworden dat eisers maker zijn van de logo's. Met betrekking tot de merkenrechten oordeelt de voorzieningenrechter dat het logo van gedaagden onvoldoende overeenstemt met de logo's van eisers om vrees voor verwarringsgevaar te rechtvaardigen. Tot slot doen eisers een beroep op slaafse nabootsing, ook dit wordt afgewezen.

IEF 21147

Schadevergoeding wegens inbreuk auteursrecht op foto's

Rechtbank Rotterdam 25 nov 2022, IEF 21147; ECLI:NL:RBROT:2022:10932 (eiser tegen gedaagde en bedrijf), https://ie-forum.nl/artikelen/schadevergoeding-wegens-inbreuk-auteursrecht-op-foto-s

Ktr. Rb. Rotterdam 25 november 2022, IEF 21147; ECLI:NL:RBROT:2022:10932 (eiser tegen gedaagde en Bedrijf) Eiser is een professioneel fotograaf. Bedrijf is een makelaardij in onroerende zaken en exploiteert daarvoor een website. Eiser is auteursrechthebbende op de Foto's, gedaagde heeft de Foto’s ter beschikking gesteld aan Bedrijf voor de verkoop van zijn appartement. Gedaagde heeft hiervoor geen toestemming aan eiser gevraagd of gekregen. Bedrijf heeft de Foto’s op haar eigen website en op de website van Funda geplaatst, zonder voorafgaande toestemming van eiser en ook zonder vermelding van eiser als maker van de Foto’s. Eiser heeft Bedrijf gevraagd de inbreuk op zijn auteursrecht te staken, de Foto's zijn van de websites verwijderd. Eiser vordert bij de kantonrechter schadevergoeding op grond van de inbreuk op zijn auteursrechten, de vordering wordt toegewezen.