Gedaagde voert geen verweer; Nederlands octrooi vernietigd
Rb. Den Haag 30 augustus 2023, IEF 21736; ECLI:NL:RBDHA:2023:12987 (Eiser tegen gedaagde). Gedaagde heeft een octrooiaanvraag ingediend voor een “Method for the preparation of a biodegradable article”, waarvan het octrooi in 2017 verleend is. In het octrooischrift zijn eiser en gedaagde vermeld als octrooihouders. In het octrooiregister is alleen gedaagde als aanvrager/octrooihouder vermeld. In het octrooischrift, de aanvraag en het octrooiregister is eiser als uitvinder vermeld. Het Europees octrooibureau heeft in het internationale geldigheidsonderzoek vermeld dat de conclusies van het octrooi niet nieuw, en in ieder geval niet inventief zijn. Onder inroeping van de prioriteit van de Nederlandse octrooiaanvrage heeft gedaagde in 2017 een internationale octrooiaanvraag ingediend. Ten behoeve van de Europese aanvrage is het aantal conclusies gereduceerd van 39 naar 15. Eiser heeft octrooicentrum Nederland (hierna: OCNL) verzocht om advies omtrent de toepasselijkheid van de nietigheidsgronden op het octrooi. Het OCNL heeft geconcludeerd dat conclusies 1 tot en met 34 vernietigbaar zijn vanwege gebrek aan inventiviteit en dat conclusies 35 tot en met 39 vernietigbaar zijn wegens gebrek aan nieuwheid. Ten aanzien van conclusies 35 tot en met 39 is ook geconcludeerd dat deze niet inventief zijn. Eiser vordert vernietiging van het octrooi onder verwijzing naar het advies van OCNL wegens gebrek aan nieuwheid en inventiviteit. Gedaagde heeft geen verweer gevoerd, waardoor de rechter het octrooi vernietigt. Gedaagde verzoekt wel om compensatie van de kosten van de procedure, maar hier ziet de rechter geen aanleiding toe.