Auteursrecht  

IEF 19532

Auteurs en artiesten profiteren nog weinig van Wet Auteurscontractenrecht

Van de Wet Auteurscontractenrecht, die ten doel heeft om de contractuele positie van auteurs en uitvoerende kunstenaars te versterken, wordt in de praktijk nog weinig gebruik gemaakt. De Wet, die in 2015 als een nieuw onderdeel van de Auteurswet werd ingevoerd, belooft auteurs en artiesten die met exploitanten in zee gaan een ‘billijke vergoeding', geeft makers de kans om contracten open te breken en verbiedt oneerlijke contractsbepalingen. Auteurs en artiesten blijken maar zelden op de bepalingen van de Wet een beroep te doen. Daarbij lijkt de angst voor verlies aan opdrachten of om op een zwarte lijst te komen een belangrijke rol te spelen. Ook blijkt de door de Wet in het leven geroepen laagdrempelige geschillenprocedure nauwelijks te functioneren. Dit zijn enkele van de conclusies van een praktijkevaluatie van de Wet Auteurscontractenrecht die door onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam en de Universiteit Leiden in opdracht van het WODC is uitgevoerd.
Lees verder op de website van het WODC.

Bron: WODC

IEF 19512

Levering tweedehands laptop met illegale software

Hof 's-Hertogenbosch 6 okt 2020, IEF 19512; ECLI:NL:GHSHE:2020:3075 (Illegale software), https://ie-forum.nl/artikelen/levering-tweedehands-laptop-met-illegale-software

Hof ’s-Hertogenbosch 6 oktober 2020, IEF 19512, IT 3283; ECLI:NL:GHSHE:2020:3075 (Illegale software) Conformiteit. Tussenarrest. Geïntimeerde heeft appellant gevraagd om aan hem een tweedehands laptop te leveren met een bepaald softwareprogramma. Appellant heeft de laptop met het softwareprogramma geleverd. Op enig moment ontvangt geïntimeerde de mededeling van de advocaat van het softwarebedrijf dat hij niet de benodigde licentie heeft en daarmee inbreuk heeft gemaakt op het auteursrecht van het softwarebedrijf. Volgens geïntimeerde is appellant tekortgeschoten in de nakoming de verbintenis uit de overeenkomst om een laptop te leveren met een legale versie van het softwareprogramma, met schade tot gevolg. In het bestreden vonnis heeft de kantonrechter de vorderingen van geïntimeerde grotendeels toegewezen. Appellant gaat in hoger beroep. Als de levering van een legale versie van het softwareprogramma niet is overeengekomen, komt het gebruik van de illegale versie van het softwareprogramma voor risico van geïntimeerde zelf. Er is namelijk geen goede reden om aan te nemen dat geïntimeerde redelijkerwijs mocht verwachten dat het een legale versie van een dergelijk kostbaar programma betrof, als dat niet was overeengekomen. Geïntimeerde wordt toegelaten tot het leveren van bewijs. Elke verdere beslissing wordt aangehouden.

IEF 19509

Video met Dirk Visser over Creative Commons-licenties

Met een Creative Commons-licentie kun je eenvoudig publicaties Open Access delen. Maar welke Creative Commons-licenties kun je als onderzoeker hiervoor gebruiken? En wat zijn nou de verschillen tussen CC-BY, CC-BY-NC en CC-BY-ND?

Dirk Visser, hoogleraar intellectueel eigendomsrecht, vertelt in deze video over auteursrecht in relatie tot Open Access en de verschillende licenties die je als auteur voor je gebruikers kunt hanteren.

IEF 19505

Uitspraak ingezonden door Arnout Groen, Hofhuis Alkema Groen.

Staat veroordeeld tot schadevergoeding voor onjuiste thuiskopieheffing

Rechtbank Den Haag 30 sep 2020, IEF 19505; ECLI:NL:RBDHA:2020:9999 (Stichting de Thuiskopie tegen Imation), https://ie-forum.nl/artikelen/staat-veroordeeld-tot-schadevergoeding-voor-onjuiste-thuiskopieheffing

Rechtbank Den Haag 30 september 2020, IEF 19505, IT 3280; ECLI:NL:RBDHA:2020:9999 (Stichting de Thuiskopie tegen Imation) Thuiskopievergoeding. Vervolg op het tussenvonnis van 13 februari 2019. Zie eerder [IEF 17161], [IEF 16925], [IEF 16637], [IEF 14984] en [IEF 13010].  In deze uitspraak worden twee zaken behandeld: de incassozaak tussen Thuiskopie en Imation en de restitutiezaak tussen Imation en Thuiskopie en de Staat. In de incassozaak vordert Thuiskopie een bedrag aan niet betaalde thuiskopievergoeding. In de restitutieprocedure vordert Imation restitutie van te veel betaalde thuiskopievergoeding. Imation stelt dat zij op drie gronden (de A-grond, B-grond en C-grond) in strijd met artikel 5 lid 2 Arl teveel thuiskopieheffing heeft betaald.

De vorderingen van Imation slagen, maar De Thuiskopie hoeft de onverschuldigd betaalde thuiskopievergoeding niet terug te betalen, omdat dit zou leiden tot ongerechtvaardigde verrijking. De rechtbank oordeelt dat Imation de heffingen heeft verdisconteerd in haar prijzen en dat De Thuiskopie de ontvangen bedragen gereparteerd heeft aan de door haar vertegenwoordigde rechthebbenden. Terugbetaling van het onverschuldigd betaalde zou dan leiden tot een verarming van De Thuiskopie en tot een verrijking van Imation (rov. 3.27 – 3.32). Omdat Imation haar betalingen had ingehouden wordt Imation ook veroordeeld tot alsnog betaling van een deel van hetgeen zij had ingehouden (rov. 3.90).

In de restitutieprocedure wordt voor recht verklaard dat de Staat onrechtmatig heeft gehandeld jegens Imation en wordt veroordeeld tot een schadevergoeding een schadevergoeding gelijk aan 59% van de door Imation voor cd’s aan Thuiskopie betaalde thuiskopievergoeding en 54% van de door Imation voor dvd’s betaalde thuiskopievergoeding (rov. 3.33 – 3.87).

IEF 19504

Uitspraak ingezonden door Arnout Groen, Hofhuis Alkema Groen.

De thuiskopietarieven van 2003-2015 waren onjuist

Rechtbank Den Haag 30 sep 2020, IEF 19504; ECLI:NL:RBDHA:2020:10057 (Stobi c.s. tegen de Staat en Stichting de Thuiskopie), https://ie-forum.nl/artikelen/de-thuiskopietarieven-van-2003-2015-waren-onjuist

Rechtbank Den Haag 30 september 2020, IEF 19504, IT 3281; ECLI:NL:RBDHA:2020:10057 (Stobi c.s. tegen de Staat en Stichting de Thuiskopie) Thuiskopieheffing. Vervolg op het tussenvonnis van 13 februari 2019 [IEF 18234]. Deze procedure gaat over de Nederlandse thuiskopieregeling in een tijdvak van 12 jaar. Na een uitvoerig onderzoek van over en weer in het geding gebrachte rapporten luidt de conclusie dat het thuiskopiëren in Nederland afneemt. De schade voor rechthebbenden in de jaren 2013-2015 is afgenomen van € 24 miljoen tot € 18 miljoen. Tegen de achtergrond van het afnemende kopieergedrag en de vastgestelde schade is een totaal beoogd incassobedrag van rond de € 40 miljoen te hoog. Thuiskopie wordt veroordeeld de onverschuldigd betaalde bedragen terug te betalen. Het gaat om meer dan 40% van hetgeen er ooit aan Stichting De Thuiskopie betaald is.

IEF 19493

Openbaar videocollege Auteursrechtspraak 2020

Voor alle geïnteresseerden is gratis beschikbaar een openbaar videocollege "Auteursrechtspraak 2020". Hierbij hoort een pdf van de gebruikte PowerPoint en een overzicht van de besproken rechtspraak met vindplaatsen en hyperlinks.
Prof. Dirk Visser (Universiteit Leiden) behandelt alle belangrijke rechtspraak op het gebied van het auteursrecht van 2020 (tot 8 oktober 2020).
 
YouTube video Auteursrechtspraak 2020 deel 1 I prof. Visser | JPAO Leiden
YouTube video Auteursrechtspraak 2020 deel 2 | prof. Visser | JPAO Leiden

Het videocollege kan desgewenst bekeken worden als voorbereiding op het Leidse Webinar Actualiteiten Auteursrecht begin november.

IEF 19486

Overnemen blogs is schending van auteursrecht

Rechtbank Limburg 30 sep 2020, IEF 19486; ECLI:NL:RBLIM:2020:7293 (Overnemen blogs), https://ie-forum.nl/artikelen/overnemen-blogs-is-schending-van-auteursrecht

Ktr. Rechtbank Limburg 30 september 2020, IEF 19486, IT 3273; ECLI:NL:RBLIM:2020:7293 (Overnemen blogs) Auteursrecht. Eiser heeft geconstateerd dat (delen van) door haar geschreven blogs zijn overgenomen in een aantal advertenties op de Google Business pagina van gedaagde. Eiser vordert veroordeling van gedaagde tot betaling van € 875,00 wegens schending van haar auteursrecht, € 875,00 wegens inbreuk op haar persoonlijkheidsrecht en € 1.750,00 wegens vermindering van exclusiviteit, opgelopen reputatieschade en misgelopen opdrachten. Gedaagde heeft onder meer betwist dat de blogs van eiser afkomstig zijn. Als onvoldoende inhoudelijk betwist komt vast te staan dat de teksten van eiser zijn en dat het auteursrechtelijk beschermde werken zijn. De schending van de Auteurswet staat daarmee vast. Dat er geen sprake is van opzet aan de kant van gedaagde is niet relevant. Bij gebrek aan een onderbouwde weerlegging van de stellingen van eiser worden de gevorderde bedragen geheel toegewezen.

IEF 19483

Cassatie Montis op grond van artikel 81 RO afgewezen

Hoge Raad 9 okt 2020, IEF 19483; ECLI:NL:HR:2020:1588 (Montis tegen Klaver), https://ie-forum.nl/artikelen/cassatie-montis-op-grond-van-artikel-81-ro-afgewezen

HR 9 oktober 2020, IEF 19483; ECLI:NL:HR:2020:1588 (Montis tegen Klaver) Auteursrecht. Opnieuw mag de Hoge Raad zich buigen over de vraag of de Charly-stoel van Montis in Nederland auteursrechtelijke bescherming geniet. De geschilpunten zijn voor een deel dezelfde als in de eerdere zaak Montis/Verweerster [IEF 19168]. Maar in deze zaak is ook een nieuw hoofdstuk toegevoegd: na zich aanvankelijk te hebben beroepen op het Nederlandse en vervolgens op het Duitse auteursrecht, doet Montis in onderhavige zaak tegen Klaver een beroep op het Franse auteursrecht. De vraag die in cassatie centraal staat is of het auteursrecht op de Charly-stoel van Montis herleeft op grond van art. 51 lid 1 Auteurswet wegens auteursrechtelijke bescherming in Frankrijk. Het hof [IEF 18212] had geoordeeld dat dit niet het geval was. De conclusie van de A-G [IEF 19295] tot verwerping van het cassatieberoep wordt gevolgd. Op grond van artikel 81 lid 1 RO kan de klacht niet leiden tot vernietiging van het arrest van het hof.

IEF 19476

Uitspraak ingezonden door Robin van Kleeff, Hoyng Rokh Monegier.

Ziggo, XS4ALL en KPN moeten mirror- en proxysites The Pirate Bay blokkeren

Rechtbank Midden-Nederland 8 okt 2020, IEF 19476; ECLI:NL:RBMNE:2020:4399 (BREIN tegen Ziggo c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/ziggo-xs4all-en-kpn-moeten-mirror-en-proxysites-the-pirate-bay-blokkeren

Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 8 oktober 2020, IEF 19476, IT 3269; ECLI:NL:RBMNE:2020:4399 (BREIN tegen Ziggo c.s.) Auteursrecht. Naburige rechten. Kort geding. BREIN voert sinds 2010 gerechtelijke procedures tegen diverse Nederlandse internetproviders (waaronder gedaagden) om een einde te maken aan de door de website The Pirate Bay (hierna: TPB) gepleegde inbreuken op de auteursrechten van de bij haar aangesloten rechthebbenden. Nadat de Hoge Raad bij eindarrest van 29 juni 2018 de zaak heeft terugverwezen [IEF 17798] naar het hof, heeft het gerechtshof Amsterdam op 2 juni 2020 [IEF 19248] Ziggo en XS4ALL onder meer bevolen om – kort gezegd – de toegang van hun klanten tot de (sub)domeinnamen en IP-adressen via welke TPB opereert of zal gaan opereren te blokkeren en geblokkeerd te houden. Echter, het hof heeft destijds de door BREIN ingediende eisvermeerdering om ook (sub)domeinen via welke (de dienst van) TPB bereikbaar wordt gemaakt te blokkeren, niet aanvaard. Ziggo c.s. zijn na dit arrest gestopt met het blokkeren van dergelijke (sub)domeinnamen.

IEF 19472

Hof gelast comparitie in ABMD tegen Buma/Stemra

Hof Amsterdam 15 sep 2020, IEF 19472; ECLI:NL:GHAMS:2020:2583 (ABMD c.s. tegen Buma/Stemra), https://ie-forum.nl/artikelen/hof-gelast-comparitie-in-abmd-tegen-buma-stemra

Hof Amsterdam 15 september 2020, IEF 19472; ECLI:NL:GHAMS:2020:2583 (ABMD c.s. tegen Buma/Stemra) Tussenarrest. Mededingingsrecht. ABMD betaalt per afnemer van achtergrondmuziek voor zakelijk gebruik een licentievergoeding volgens het Buma/Stemra bepaalde tarief. Streamingsdiensten zoals Spotify bieden abonnementen aan die alleen een licentie geven voor persoonlijk gebruik, maar die feitelijk regelmatig gebruikt worden in bedrijfsruimten. Deze abonnementen zijn veel goedkoper dan de producten van de ABMD-leden. Buma/Stemra brengt de ABMD-leden een hogere vergoeding voor het distribueren van muziek in rekening, dan de vergoeding die zij in rekening brengt aan streamingsdiensten voor consumenten, die worden gebruikt voor het afspelen van muziek in bedrijfsruimten, [IEF 18202]. Hebben Buma, Stemra en Sabam een gezamenlijke machtspositie? Verzwaarde motiveringsplicht verweer Buma/Stemra. Er wordt een comparitie van partijen bepaald. Inbrengen van gegevens omtrent gehanteerde licentievoorwaarden, marktpositie, onderlinge samenwerking en handhavingspraktijk.