Ordemaatregel gezamenlijk auteursrecht op software
Vzr. Rechtbank Rotterdam 31 mei 2021, IEF 20147, IT 3632; ECLI:NL:RBROT:2021:7869 (Dmarcian Europe tegen A) Kort geding. Verzet. De kern van het geschil tussen partijen is gelegen in de vraag wie de rechthebbende is van de intellectuele eigendomsrechten op de door gedaagde in het verzet ontwikkelde software. Met betrekking tot de samenwerking tussen partijen en ter zake van de intellectuele eigendomsrechten op ontwikkelde en te ontwikkelen software en de reikwijdte van de in verband daarmee verleende/te verlenen licenties zijn geen eenduidig vastgelegde afspraken voorhanden. Wat de juridische situatie is met betrekking tot het eigendom van het intellectueel eigendomsrechten op de huidige versie van de software is gelet op het voorgaande onduidelijk. Op voorhand kan evenwel niet worden uitgesloten dat er sprake is van een gezamenlijk auteursrecht. De onderhavige zaak leent onderhavige zich bij uitstek tot het treffen van een ordemaatregel. Eiser in verzet moet daarom binnen 24 uur de blokkade van (de medewerkers van) gedaagde in verzet tot de voor de uitoefening van haar bedrijfsactiviteiten vereiste (computer)systemen opheffen en opgeheven te houden totdat het onderzoek van de Ondernemingskamer is afgerond, of tot dat een gerechtelijk bodemvonnis is gewezen en in kracht van gewijsde is gegaan. De voorzieningenrechter verbindt hieraan de voorwaarde dat gedaagde in verzet in ruil hiervoor vanaf heden een vergoeding van 20% van de inkomsten uit de verkoop van de software aan eiser in verzet dient af te dragen.