Geen onderscheidend vermogen voor 3D-merk inhalator van Glaxo: vorm en paarse kleurencombinatie zijn gebruikelijk

Gerecht EU 23 juli, IEF 22901; IEFbe 3863; ECLI:EU:T:2025:745 (Glaxo Group Ltd tegen EUIPO en Cipla Europe NV). Het Gerecht van de EU verwerpt het beroep van Glaxo Group Ltd. De zaak gaat over een drie-dimensionaal Uniemerk voor de vorm van een doseerinhalator met de kleuren lila (Pantone 2645C) en dieppaars (Pantone 2617C), ingeschreven voor geneesmiddelen voor luchtwegaandoeningen (klasse 5) en inhalatoren (klasse 10). Cipla vraagt in 2014 om nietigverklaring. Na een eerdere vernietiging door het Gerecht in 2023 (alleen wegens gebrekkige motivering), beslist de Tweede Kamer van Beroep in 2024 opnieuw dat het merk geen onderscheidend vermogen heeft en geen onderscheidend vermogen door gebruik heeft verkregen. Het Gerecht bevestigt dat oordeel. De vorm van het merk is de standaardvorm van een inhalator; het gebruik van kleuren (ook twee kleuren verdeeld over kap en behuizing) is al gebruikelijk op de relevante markt op de relevante datum (12 april 2001). Daardoor wijkt het teken niet significant af van wat in de sector normaal is (art. 7(1)(b) Verordening 40/94 jo. art. 51(1)(a)). Bij productvormmerken geldt dat alleen een duidelijke afwijking van de norm kan wijzen op herkomst; louter originaliteit of noviteit is onvoldoende.