Alle rechtspraak  

IEF 6594

Eerst even voor jezelf spelen

Rechtbank Arnhem 15 augustus 2008, KG ZA 08-373. Otto Simon B.V. tegen Nedac Sorbo B.V. (Met dank aan Karianne Thomas en Remco van Leeuwen, Van Doorne)

Merkenrecht, auteursrecht. Cryptospraak, depot te kwader trouw.

"Als verweer beroept Nedac Sorbo zich voorts op de nietigheid van merk IV ex artikel 2.4 onder f jo artikel 2.28 lid 3 onder b BVIE, als ook op grond van artikel 31 lid 1 onder b Gemeenschapsverordening, wegens deponering te kwader trouw. Nedac Sorbo stelt daartoe dat haar logo ouder is dan het merk. Zij voert daarvoor aan dat zij het logo vanaf februari 2008 op speelgoedbeurzen presenteert en dat sinds maart 2008 speelgoed met het logo in ongeveer 900 Nederlandse en 300 Belgische supermarkten ligt. Nedac Sorbo heeft ter illustratie afleverbonnen aan supermarkten met leverdata in maart 2008 overgelegd. Otto Simon betwist niet dat speelgoed met het logo vóór deponering van merk IV in de supermarkten lag, maar stelt dat zij al in 2007 werkte aan de ontwikkeling van dat merk. Volgens haar is er sprake geweest van bedrijfsspionage."

Lees het vonnis hier.

IEF 6592

Verse rechtspraak: Dept / Bandenservice / KSI

Gerechtshof Arnhem, zaaknr. 104.003.875, DEPT B.V. tegen Intres B.V.(met dank aan Dirk Straathof, Brinkhof).

Merkenrecht. “Wet hof is voorshands echter van oordeel dat ook de aanduiding 'GS' - die blijkbaar staat voor het in het verleden door Intres gebruikte 'Get Smart' - met zich brengt dat er geen gevaar is voor verwarring tussen die afkorting in combinatie met de toevoeging 'dept' en het op zichzelf staande beeldmerk DEPT.”

““4.7 Voorts betoogt Dept dat haar merk een bekend merk is als bedoeld in art. 2.20 lid 1 onder c BVIE, zodat haar ook op die grond bescherming tegen inbreuk toekomt. In dat verband heeft zij erop gewezen dat zij, anders dan uit de letterlijke tekst van deze bepaling lijkt te volgen, ook wanneer het gaat om soortgelijke waren, aan deze bepaling bescherming kan ontlenen. Dat laatste is juist, maar kan desondanks niet tot toewijzing van de vordering leiden, ook indien als juist zou worden aangenomen de gemotiveerd betwiste stelling van Dept dat haar merk voldoende bekend is om aanspraak te maken op de in deze bepaling bedoelde bescherming. In het verlengde van wat het hof reeds onder 4.4 en 4.5 heeft overwogen, geldt immers ook hier dat Dept kennelijk aanvaardt - en ook moet aanvaarden - dat de toevoeging 'dept.' of 'dept' veelvuldig op kleding wordt aangebracht en dat, zonder deugdelijke onderbouwing die ontbreekt, niet kan worden aangenomen dat het gebruik van die toevoeging - hetzij als merk, hetzij louter als versiering - leidt tot voordeel uit of afbreuk aan het onderscheidend vermogen of de reputatie van het beeldmerk DEPT, nu dat beeldmerk zich juist van dit gebruik onderscheidt doordat het geen toevoeging is, maar geheel op zichzelf staat. Ook hier staat dus het oordeel van het hof dat de lettercombinatie GS voldoende duidelijk maakt dat ook Intres de lettercombinatie 'dept' slechts gebruikt als toevoeging in voornoemde - voor kleding gangbare - zin, aan toewijzing van de vordering in de weg.”

Lees het arrest hier.

Rechtbank Dordrecht, 14 augustus 2008, KG ZA 08-138, Kruijthof tegen Ruiter (met dank aan Martin op ’t Ende, Op 't Ende Advocaten)  

Handelsnaamrecht, merkenrecht, onrechtmatige handelingen. Stukgelopen samenwerking. Nawerking, voor-voorgebruik. Merkenrechtelijke bescherming voor streep.

1.2. De Ruijter handelt met het bezigen van de handelsnaam "De Ruijter Bandenservice" in strijd met voormeld art. 5 Hnw. Hieraan doet niet af dat Kruijthof zelf niet meer de handelsnaam "De Ruijter Bandenservice" voert, maar de handelsnaam "Kruijthof Bandenservice." Deze naamswijziging van Kruithof dateert van kort voor, of net na, liet uittreden van De Ruijter als vennoot, eind 2005. Dit tijdsbestek is in de gegeven omstandigheden kort genoeg om aannemelijk te maken dat  het verwarringsgevaar bij het publiek nog immer groot is. Partijen drijven een onderneming in dezelfde regio, hetzelfde handelsdebiet met exact dezelfde producten, hetgeen de kans op verwarring groot maakt. De Ruijter vergroot dit verwarringsgevaar nog verder door het in reclamemededelingen aan het publiek te doen voorkomen alsof het om één en hetzelfde bedrijf zou gaan, met mededelingen als zou zijn bedrijf al sinds 2000 bestaand en verhuisd zijn. Dit rechtvaardigt toewijzing van de vordering tot staking van het voeren van de handelsnaam 'De Ruijter Bandenservice" door De Ruijter. Het is overigens aannemelijk dat De Ruijter nog steeds de handelsnaam  "De Ruijter”voert. Ter zitting voerde de ruiter aan dat hij bezig is met aanpassing van zijn handelsnaam, maar De Ruijter moes,t geconfronteerd met foto’s die Kruijthof recentelijk had genomen, erkennen dat hij in ieder geval nog gedeeltelijk – op bedrijfsauto’s – de betwiste handelsnaam bezigt. 

Het merkenrecht.  (…) 4.4. Het logo bestaat echter niet alleen uit een naam, maar ook uit een kenmerkende streep, onder de naam in het logo. . Op voorhand is aannemelijk dat Kruijthof merkenrechtelijke bescherming toekomt voor deze streep, gelet op diens depot van het merk en het gebruik van  dat merk. Hieraan doet niet af dat het depot dateert van net na de oprichting door De Ruijter van diens bedrijf. Immers, het loge, met streep, werd al gevoerd door Kruijthof toen de Ruijter zelf de streep in het logo ging gebruiken. Indien de deposant in verhouding tot de voorgebruiker als de eerste gebruiker van het merk (de voor- voorgebruiker kan worden aangemerkt, maakt deze geen misbruik van het merk door het merk alsnog te deponeren. (BenGH 25 juni 7004, IER 2004, p. 342; WinnerTaco/E Taco).

Lees het vonnis hier.

Rechtbank Middelburg, 23 juli 2008, LJN: BE0261, Ksi Gastronomiezubehör-Handels Und Produktions Gesellschaft MBH.

“De rechtbank verklaart voor recht dat gedaagde door het verveelvoudigen en/of openbaar maken van de in het lichaam van de dagvaarding omschreven sfeerlampen inbreuk maakt op de auteursrechten van KSI;  verklaart voor recht dat [gedaagde] door het aanbieden van vullingen onder gebruikmaking van de artikelnummers 40, 45, 50 en/of 80 onrechtmatig handelt jegens KSI;

gebiedt [gedaagde] met onmiddellijke ingang inbreuk op auteursrechten van KSI te staken en gestaakt te houden, daaronder in ieder geval begrepen het (doen) vervaardigen, im- en exporteren, in voorraad hebben, ten verkoop aanbieden, verkopen, afleveren of op andere wijze verveelvoudigen en/of openbaar te maken van de in het lichaam van de dagvaarding omschreven lampen;

(…) verwijst de zaak naar de rol van woensdag 8 oktober 2008 teneinde partijen in de gelegenheid te stellen de door de register-accountant gecertificeerde verklaring over te leggen, waarbij KSI de door haar gestelde schade alsmede de door haar gemaakte proceskosten nader dient te specificeren.”

Lees het vonnis hier.

IEF 6589

Woensdag incidentendag

Rechtbank 's-Gravenhage 13 augustus 2008, HA ZA 08-84. European Pallet Association E.V.c.s. tegen Pallet Recycling Baak B.V.

Bevoegdheidsincident in een merkenzaak. "Voor zover de vorderingen zijn gebaseerd op de internationale merkenregistraties met gelding voor de Benelux, geldt dat deze rechtbank op de voet van artikel 4.6 lid 1 BVIE ten aanzien daarvan bevoegdheid toekomt nu EPAL heeft gesteld dat inbreuk op de internationale merken met gelding voor de Benelux mede in dit arrondissement plaats vindt. Baak heeft die stelling weliswaar betwist, doch zulks is slechts van belang voor de toewijsbaarheid van de vorderingen en niet voor de bevoegdheidsvraag waarvoor slechts de in de dagvaarding opgenomen stellingen bepalend zijn."

Lees het vonnis hier.

Rechtbank 's-Gravenhage 13 augustus 2008, HA ZA 08-1053. Delaval Holding A.B. c.s.tegen Reci Prof International B.V.

Incident in een octrooi/merkenzaak. Vordering tot oproeping van derde in vrijwaring.

"Een vordering tot oproeping van een derde in vrijwaring is in beginsel toewijsbaar indien de gedaagde in de hoofdzaak stelt krachtens zijn rechtsverhouding tot deze derde het recht te hebben de nadelige gevolgen van een voor hem ongunstige afloop van de hoofdzaak geheel of gedeeltelijk op deze derde te verhalen. Reci Prof stelt de tepelbekerklauwen van Delgado te hebben betrokken. Gelet op die gestelde rechtsverhouding valt niet uit te sluiten dat Reci Prof, indien de beslissing in de hoofdzaak voor haar nadelig zal uitvallen, verhaal heeft op Delgado. Daarom komt de incidentele vordering voor toewijzing in aanmerking. Voor zover de vrijwaring vertraging in de hoofdzaak  meebrengt, kan dat niet leiden tot een ander oordeel. Het bij deze rechtbank van kracht zijnde rolbeleid biedt voldoende waarborgen om onnodige vertraging te voorkomen."

Lees het vonnis hier.

Rechtbank 's-Gravenhage 13 augustus, HA ZA 07-1385. Sisvel tegen Acer Computer B.V. c.s.

Vonnis van 13 augustus 2008 in het incident tot openstelling van het vonnis in incident van 16 april 2008 voor tussentijds hoger beroep.

"Acer verzoekt de rechtbank op grond van artikel 337 lid 2 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (hierna: Rv) te bepalen dat Acer hoger beroep kan instellen van de in het voornoemde vonnis genomen beslissing tot afwijzing van haar op artikel 843a Rv gebaseerde vordering tot inzage in bepaalde stukken. Artikel 337 lid 2 Rv mist echter toepassing. De beslissing op een op artikel 843a Rv gebaseerde vordering is een eindbeslissing waartegen direct hoger beroep mogelijk is (hof ’s-Gravenhage 25 oktober 2005, NJF 2005, 452). Het verzoek is dus ongegrond en zal worden geweigerd.

2.3. De in het onderhavige vonnis van 20 augustus 2008 (!) opgenomen weigering van het verzoek om tussentijds hoger beroep is daarentegen wel een beslissing waartegen in beginsel slechts met het eindvonnis hoger beroep kan worden ingesteld. Voor de goede orde zal de rechtbank daarom op grond van artikel 337 lid 2 Rv bepalen dat van de beslissing tot weigering van het verzoek in dit vonnis tussentijds hoger beroep mogelijk is. De beslissing hangt namelijk zodanig samen met de beslissing in het vonnis van 16 april 2008, dat het niet wenselijk is dat met hoger beroep van de eerstgenoemde beslissing (wel) moet worden gewacht tot het eindvonnis in de hoofdzaak. Zo wordt ook zeker gesteld dat, indien het hof zou oordelen dat artikel 337 lid 2 Rv wel van toepassing is op de beslissing in het vonnis van 16 april 2008 (en het inmiddels ingestelde beroep van Acer daartegen daarom bij gebreke van een rechterlijke beslissing tot openstelling van dat vonnis voor tussentijds hoger beroep niet-ontvankelijk zou verklaren), Acer het hof tijdig kan verzoeken die bepaling alsnog toe te passen."

Lees het vonnis hier.

IEF 6584

Bruorrestriid (twa)

Rechtbank Leeuwarden, 6 augustus 2008, LJN: BD9727, [Y] Roggebroodbakkerij Tegen [C], H.O.D.N. De Breabakker & Eurobanket Vof.

“Roggebrea Van Dijk wint saak. De bakkerijen De Breabakker en Eurobanket meie gjin roggebrea mear ferkeapje mei de namme Van Dijk op it etiket. Dat is de útspraak fan de rjochter yn in boaiemproseduere.

De bedriuwen meitsje ynbreuk op de merkknamme en it etiket fan roggebrea fan Van Dijk Roggebroodbakkerij út Sint Jânsgea. As de De Breabakker en Eurobanket har net oan de útspraak hâlde moatte se in boete betelje fan 5000 euro deis. De saak spile tusken de bruorren Hindrik en Theade van Dijk. Oant 2002 hiene sy in bakkerij, mar dêrnei gie Theade van Dijk selsstannich fierder. Hindrik van Dijk hat doe de rjochten Van Dijk Roggebroodbakkerij fan syn broer kocht.“

Lees het vonnis hier. KG-vonnis hier. Bericht bij Omrop Fryslân hier.

IEF 6583

Een zeer oplettend publiek

Rechtbank Amsterdam, 9 juli 2008, LJN: BD9579 Novartis Vaccines And Diagnostics Limited tegen Solvay Pharmaceuticals B.V.

Gemeld, maar nog niet samengevat. Merkenrecht. Gevaar voor verwarring tussen FLUVIRIN en FLURALIN, zelfs bij zeer oplettend publiek als artsen, verplegers en apothekers. Geen belangenafweging en geen volledige proceskostenveroordeling wegens nalaten overleggen van specificatie van gemaakte proceskosten.

Novartis vordert voor de Amsterdamse rechter op grond van haar oudere merk FLUVIRIN de nietigheid en doorhaling van de jongere Benelux merkregistratie en FLURALIN van Solvay. Beide inschrijvingen betreffen waren uit klasse 5 (farmaceutische preparaten en substanties).

De rechter stelt op de eerste plaats vast dat beide merken visueel en auditief met elkaar overeenstemmen, al is de begripsmatige overeenstemming niet groot:

"De rechtbank is van oordeel dat het merk FLUVIRIN en het teken FLURALIN zowel in auditief, visueel als begripsmatig met elkaar overeenstemmen. Het feit dat merk en teken dezelfde fonetische structuur hebben, de klemtoon in beide gevallen op de laatste lettergreep ligt en beide merken beginnen met FLU en eindigen op IN, maakt dat de totaalindruk van de merken auditief nagenoeg gelijk is. Ook in visueel opzicht is de totaalindruk gelijk. Zowel het merk FLUVIRIN als het teken FLURALIN bestaan uit 8 letters, waarvan 6 op dezelfde plaats met medeklinkers en klinkers op dezelfde plaats. Omdat FLUVIRIN en FLURALIN, mede door het feit dat ze beiden samengesteld zijn uit afkortingen, hetzelfde beeld oproepen, is er ook enige begripsmatige overeenstemming. Overigens merkt de rechtbank op dat het ontbreken van sterke begripsmatige overeenstemming, gezien de sterke auditieve en visuele gelijkenis van merk en teken, niet meer aan het bestaan van voornoemde overeenstemming afdoet. Met de aanwezigheid van een sterke auditieve en visuele gelijkenis is reeds aan de voor overeenstemming gestelde strengere eisen voldaan."

Gevaar voor verwarring wordt aannemelijk geacht, zelfs bij een zeer oplettend publiek:

"Met Novartis is de rechtbank van oordeel dat zelfs bij een zeer oplettend publiek, bestaande uit artsen, verplegers en apothekers, gevaar voor verwarring kan bestaan omtrent de herkomst van het product. Dat zij weten dat zowel FLUVIRIN als FLURALIN als griepvaccin voorgeschreven dan wel gebruikt kan worden, betekent nog niet dat zij in staat zijn FLUVIRIN en FLURALIN direct aan respectievelijk Novartis en Solvay te verbinden. Verwarringsgevaar is dan ook aannemelijk. Dat Solvay aanvoert FLURALIN altijd in combinatie met het in medische kringen bekende paraplumerk SOLVAY te gebruiken, doet daar niet aan af. Niet gebleken is dat een arts SOLVAY FLURALIN voorschrijft in plaats van FLURALIN. Daarbij komt dat uit de door Solvay bij conclusie van antwoord in conventie, tevens conclusie van eis in reconventie, overgelegde foto’s van medicijnverpakkingen van Solvay blijkt dat het paraplumerk SOLVAY apart en slechts in een kleiner lettertype rechtsonder op de verpakking wordt vermeld."

Een belangenafweging wenst de rechter niet te maken:

"Dat de nietigverklaring en doorhaling van het teken mogelijk internationale gevolgen zal hebben, maakt dit oordeel niet anders. De rechtbank begrijpt dat de belangen groot zijn, maar dat doet niet af aan de geconstateerde inbreuk en is geen zelfstandig argument waarmee bij deze beslissing rekening gehouden moet worden."

Lees vonnis hier.

IEF 6577

Ook om een andere reden

Vzr. Rechtbank Rotterdam, 7 augustus 2008, LJN: BD9629 Segment Interactieve Media B.V. tegen Cimsolutions B.V.

Merkenrecht; ex parte procedure; herziening bevel ex artikel 1019e lid 3 Rv. Indicatietarief? 

“3.3. Vooropgesteld dient te worden dat een verzoek tot het geven van een onmiddellijke voorziening bij voorraad houdende een bevel om dreigende inbreuk op de rechten van
intellectuele eigendom te voorkomen, niet van eenvoudige aard is. Bij een verzoekschrift ex artikel 1019e Rv, waarbij wordt afgeweken van het uitgangspunt dat de rechter alvorens op een verzoek (van niet eenvoudige aard) te beslissen, beide partijen in de gelegenheid stelt te worden gehoord, heeft de voorzieningenrechter dan ook beoordeeld of onherstelbare schade dreigt, die zo ernstig is dat een kort geding op tegenspraak niet kan worden afgewacht. Daarbij was de voorzieningenrechter aangewezen op de informatie van Cimsolutions.

Naar thans is gebleken is – anders dan aanvankelijk op basis van de informatie van Cimso-lutions is geoordeeld – niet aannemelijk dat van een onherstelbare schade veroorzakende situatie sprake is. Reeds hierom kan de beschikking van 1 juli 2008 niet in stand blijven.

3.4 Echter, ook om een andere reden kan de beschikking van 1 juli 2008 niet in stand blijven.

Voor een geslaagd beroep op artikel 2.20 lid 1 sub b BVIE is in elk geval vereist dat merk en teken met elkaar overeenstemmen. Daarvan is sprake indien – mede gelet op de bijzon-derheden van het gegeven geval en met name de onderscheidende kracht van het merk – merk en teken, elk in zijn geheel en in onderling verband beschouwd, auditief, visueel of begripsmatig zodanige gelijkenis vertonen dat reeds daardoor de mogelijkheid bestaat dat bij het publiek dat met het teken wordt geconfronteerd een verband tussen teken en merk wordt gelegd. Daarbij dient mede het verwarringsgevaar te worden betrokken. Naar voorlo-pig oordeel is daarvan geen sprake. “

3.6 Cimsolutions zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de proceskos-ten. Mede gelet op de als zodanig niet weersproken in het geding gebrachte specificatie worden deze kosten op de voet van artikel 1019h Rv aan de zijde van Segment begroot op  € 15.000,=.”

Lees het vonnis hier.

IEF 6575

Eerst even voor jezelf lezen

Rechtbank Amsterdam, 9 juli 2008, LJN: , Novartis Vaccines And Diagnostics Limited tegen Solvay Pharmaceuticals B.V.

De rechtbank komt tot het oordeel dat Novartis, merkhoudster van het teken FLUVIRIN, met een geslaagd beroep op artikel 2.28 lid 3 sub a juncto artikel 2.3 sub b BVIE de nietigheid van het teken FLURALIN kan inroepen. Het gaat om soortgelijke waren en de merken stemmen volgens de rechtbank zowel auditief, visueel als begripsmatig met elkaar overeen. Ook verwarringsgevaar omtrent de herkomst van het product wordt aangenomen en als onbetwist staat vast dat het merk FLUVIRIN in rangorde prioriteit geniet boven het teken FLURALIN.

Lees het vonnis hier.

Rechtbank ’s-Gravenhage, sector bestuursrecht, 29 juli 2008, AWB 07/4532 OCT95, Systemate Group B.V. tegen Octrooicentrum Nederland(met dank aan Leo Kooy, Vriesendorp & Gaade)

ROW 1995. Weigering verstrekking gratis nieuwheidsrapport bij octrooiaanvrage (ingediend als afgesplitst gedeelte eerdere octrooiaanvrage). Weigering is wel een besluit in de zin van de Awb.

Lees de uitspraak hier.

IEF 6574

Den Haag Vandaag

ricastor-mercurius.gifRechtbank ’s-Gravenhage, 6 augustus 2008, KG ZA 08-594, Van Zanten Plants B.V. tegen Hofland B.V.(afbeeldingen met dank aan Hidde Koenraad, Vondst).

Kwekersrecht freesia met de rasbenaming “Ricastor” (bovenste afbeelding) 4.3. De onder 4.2. genoemde verweren van Hofland gaan voorshands oordelend niet op. Gesteld noch gebleken is dat Van Zanten De Haan toestemming heeft gegeven Beatrix te vermeerderen, te telen of te verkopen. Uit het feit dat Van Zanten richting De Haan kennelijk geen mededelingen heeft gedaan dit niet te doen, mag naar voorlopig oordeel geen impliciete toestemming worden afgeleid. De voorzieningenrechter laat daarbij nog in het midden of Hofland, als wel (impliciet) toestemming zou zijn gegeven, er vervolgens als koper op mocht vertrouwen dat ook zij Beatrix mocht, vermeerderen, telen of verkopen.”

Lees het vonnis hier.

abb.gifRechtbank ’s-Gravenhage, 6 augustus 2008, KG ZA 08-773, ABB ASEA Brown Boveri Ltd. tegen Camporiondo

Merkenrecht, handelsnaamrecht. “4.4. Voorshands oordelend komen de op het merkenrecht gebaseerde vorderingen de voorzieningenrechter noch onrechtmatig noch ongegrond voor. Het op de websites van Camporiondo en SAI gebruikte teken ABB is gelijk aan het door ABB op 21 november 2003 gedeponeerde en onder 2.2 van dit vonnis afgebeelde Gemeenschapsbeeldmerk. Bovendien wordt dit teken voorshands oordelend gebruikt voor dezelfde diensten (financiële dienstverlening) als waarvoor het bedoelde Gemeenschapsbeeldmerk is ingeschreven. Het gebruik van het bedoelde teken is daarmee in strijd met artikel 9 lid 1 sub a GMVo. Het gevorderde inbreukverbod zal daarom, te versterken met een dwangsom, als nader in het dictum bepaald worden toegewezen”

Lees het vonnis hier.

IEF 6526

Met spoed

112.bmpGerechtshof Amsterdam 31juli 2008, LJN: BD9055. Bram Heerink tegen de Staat der Nederlanden

Vers van rechtspraak.nl: "Geschil over geregistreerde domeinnaam www.112.nl. Hof bekrachtigt vonnis voorzieningenrechter. Vordering van de Staat tot gebruiksverbod en overdracht van de domeinnaam toegewezen. Onevenredigheid van tegenover elkaar staande belangen. Misbruik van bevoegdheid. Zwaarwegend belang van de Staat bij adequate informatie van de burgers met betrekking tot hulpdiensten van de overheid onder het Europees voorgeschreven nummer 112."

Lees het vonnis hier.  Lees eerdere berichten hier en hier.

Zie voor de procedure over het merk 1-1-2 hier.

 

IEF 6524

Even voor jezelf lezen

Voorzieningenrechter Rechtbank Utrecht 30 juli 2008, LJN BD8862, KG ZA 08-619. Market Food Group B.V. c.s. tegen De Broodpiraat c.s.

Samenvatting Rechtspraak.nl: "Bakkerij 't Stoepje, een franchiseketen van marktbakkers, heeft in kort geding gevorderd dat concurrent De Broodpiraat en een franchisenemer van De Broodpiraat (een voormalig franchisenemer van Bakkerij 't Stoepje) stoppen met het prominente gebruik van de kleur geel bij de inrichting van hun marktkramen. De voorzieningenrechter van de rechtbank Utrecht heeft die vordering toegewezen. Volgens de rechter handelt De Broodpiraat in strijd met de vaststellingsovereenkomst die zij in het verleden met Bakkerij 't Stoepje heeft gesloten, door dit prominente gebruik van de kleur geel door haar franchisenemers toe te staan. De gedagvaarde franchisenemer heeft zich door het voortzetten van het prominent gebruik van de kleur geel in zijn marktkraam naar het oordeel van de voorzieningenrechter schuldig gemaakt aan ongeoorloofde mededinging jegens Bakkerij 't Stoepje. Door zijn handelwijze heeft de franchisenemer er welbewust voor gekozen om de wervingskracht van 't Stoepje aan te tasten ten gunste van de wervingskracht van zijn eigen marktkraam en de formule van De Broodpiraat, en daarmee nodeloos verwarring gesticht bij het publiek, althans de uniforme uitstraling van 't Stoepje doen verwateren. Daarnaast is het De Broodpiraat niet meer toegestaan SMS-berichten met commerciële inhoud te sturen aan bepaalde franchisenemers van Bakkerij 't Stoepje."

Lees het vonnis hier.

Rechtbank Amsterdam 10 juli 2008, KG ZA 08-993. High Fashion Music B.V. tegen Gelderblom (Met dank aan Maarten Leopold, Leopold Law Office)

Auteursrecht. Vordering in kort geding tot onder meer ondertekening van de concept aktes tot overdracht van Gelderblom's aandeel als componist c.q. tekstschrijver in de werken 'The Catwalk', 'Respected', 'Take it down' en 'Insane' toegewezen.

Lees het vonnis hier.