Niet is gebleken dat handelsnaam gebruikt wordt
Vzr. Rechtbank Den Haag 26 oktober 2022, IEF 21088; ECLI:NL:RBDHA:2022:11280 (MGK tegen 't centrum) MGK is een samenwerkingsverband tussen drie afzonderlijke vennootschappen die gezamenlijk een tandheelkundig centrum voeren in Pijnacker. ‘t Centrum is een tandartspraktijk sinds 9 juli 2013. Op 21 april 2022 heeft MGK een banner opgehangen waarin wordt aangekondigd dat er een tandheelkundig centrum komt in Pijnacker. Zowel MGK als 't Centrum hebben op 26 april 2022 in het handelsregister de handelsnaam Tandheelkundig Centrum Pijnacker geregistreerd. MGK vordert in conventie dat 't Centrum niet de naam Tandheelkundig Centrum Pijnacker mag gebruiken. 't Centrum vordert in reconventie dat MGK niet de naam Tandheelkundig Centrum Pijnacker en de domeinnaam tandartspijnacker.nl mag gebruiken. De voorzieningenrechter wijst de vordering in conventie af omdat niet is gesteld of gebleken dat 't Centrum voornemens is de handelsnaam Tandheelkundig Centrum Pijnacker te gaan gebruiken. Ook de vorderingen in reconventie worden om die reden afgewezen. Door 't Centrum wordt namelijk niet onderbouwd dat de domeinnaam tandartspraktijkhetcentrumpijnacker.nl door hem wordt gebruikt.
Oppositie tegen beeldmerk wolf terecht afgewezen
Gerecht EU 9 november 2022, IEF 21087, IEFbe 3573; ECLI:EU:T:2022:697 (Société Elmar Wolf tegen EUIPO) Op 25 juli 2016 heeft Fuxtec GmbH, een Duitse verkoper van tuingereedschap, een Unie-beeldmerk geregistreerd. Het merk is een afbeelding van de kop van een wolf. Société Elmar Wolf heeft op 17 augustus 2017 tegen deze registratie oppositie ingesteld omdat haar merk ook de kop van een hond/wolf afbeeldt. De oppositie is door de kamer van beroep van het EUIPO afgewezen. Het Gerecht stelt dat de kamer van beroep terecht heeft geoordeeld dat de betrokken tekens visueel slechts in geringe mate overeenstemmen. Ook heeft de kamer van beroep terecht geoordeeld dat de tekens niet conceptueel overeenstemmen. Tot slot is er geen sprake van verwarringsgevaar. Het beroep van Société Elmar Wolf wordt verworpen.
Auteursrecht op software is niet overgedragen
Vzr. Rechtbank Den Haag 31 oktober 2022, IEF 21085, IT 4146; ECLI:NL:RBDHA:2022:11934 (eiser tegen gedaagde) Gedaagde heeft een eenmanszaak die zich bezig houdt met het ontwikkelen en aanbieden van een softwarepakket waarmee VvE’s hun administratie kunnen voeren. Eiser is een klant van gedaagde en betaalt hem jaarlijks een licentievergoeding. De software wordt in eigendom overgedragen aan eiser door middel van een intentieverklaring. Er ontstaat, onder meer, een geschil over de auteursrechten op de software en het gebruik van de software. De voorzieningenrechter oordeelt dat niet aannemelijk is geworden dat eiser rechthebbende is geworden van de auteursrechten op de software omdat niet in de intentieverklaring staat dat partijen hebben beoogd de auteursrechten op de software over te dragen. Eiser mag de software wel blijven gebruiken vanwege het belang om zijn klanten te bedienen. De vorderingen in conventie en in reconventie worden afgewezen.
Artikel ingezonden door Allard Ringnalda, KLOS c.s.
Allard Ringnalda: Terugblik vormgevingsbescherming
De rechtspraak over de auteurs-en modelrechtelijke bescherming van productvormgeving heeft in de afgelopen 12 maanden wederom een groot aantal voorbeelden opgeleverd van al dan niet beschermd of inbreukmakend geachte ‘gebruiksvoorwerpen’. In al die voorbeelden komt een aantal belangrijke algemene thema’s en vragen aan bod. Grensverleggende uitspraken – van de Hoge Raad of het Hof van Justitie – zijn met een enkele geringe uitzondering in het verleden jaar niet gewezen. In de feitenrechtspraak zijn echter diverse onderwerpen aan bod gekomen die signalering en korte bespreking verdienen. Hier komen onder meer aan bod de ‘drempel’ voor auteursrechtelijke bescherming voor productvormgeving; de techniekrestrictie; de rol van het vormgevingserfgoed in het modellenrecht en in het auteursrecht; tangwerking; de modelbescherming van delen van het uiterlijk van voortbrengselen, en het zichtbaarheidsvereiste in het modellenrecht; internationaal auteursrecht (in het bijzonder: reciprociteit en land van oorsprong); makerschap (en daarop toepasselijk recht); en nevenvorderingen bij inbreuk. De terugblik wordt afgesloten met een signalering van thans aanhangige prejudiciële vragen op het vlak van vormgevingsbescherming.
Jong IE-pubquiz op donderdag 8 december
Ha mede Jong IE'er,
Na twee lange jaren is de Jong IE-pubquiz weer terug! Op donderdag 8 december om 20:00 uur kan je al je kennis over dieren, films, muziek, geschiedenis, etc, naar lieve lust toepassen in Café Lust! Café Lust heeft plek voor 55 deelnemers. Voorgaande edities van de Pubquiz zaten al snel vol, dus geef je meteen op en wie weet ga jij er dit jaar met de wisselbeker vandoor. Je kunt je alleen of met je (kantoor)team opgeven.
Ja, ik wil! En nu?
In verband met de organisatie vragen we je om uiterlijk maandag 28 november door te geven of je bij dit feest aanwezig bent. Wij gaan om 18 uur ook bij Café Lust wat eten.
HR: Diesel/Calvin Klein
Uitspraak ingezonden door Tobias Cohen Jehoram en Gertjan Harryvan, De Brauw Blackstone Westbroek.
Evaluatie Uniemerkenverordening door Commissie - Call for evidence
The Commission is carrying out an evaluation in accordance with Article 210 of the European Union Trade Mark Regulation (EU) No 2017/1001. The evaluation encompasses the Regulation’s implementation, as well as the review of the legal framework for cooperation between the EUIPO and the central industrial property offices of the Member States, including the Benelux Office for Intellectual Property, paying particular attention to the financing mechanism laid down in Article 152 EUTMR. The evaluation shall further assess the impact, effectiveness and efficiency of the Office and its working practices. Finally, the evaluation shall, address the possible need to modify the mandate of the Office, and the financial implications of any such modification.
As a part of the evaluation process, the Commission has published a ‘Call for Evidence’, via the European Commission's ‘Have Your Say’ portal. It aims at collecting public and stakeholder feedback and consists of a description of the initiative and setting out the key elements of the planned evaluation. The feedback period lasts until the 5 December 2022.
The Call can be accessed through this link: https://ec.europa.eu/info/law/better-regulation/have-your-say/initiatives/13629-Evaluation-of-Regulation-EU-2017-1001-on-the-European-Union-trade-mark_en
Inhoudsopgave Berichten Industriële Eigendom
Verkorte inhoud van Berichten Industriële Eigendom • november 2022
Artikelen
Een update over marktonderzoek in merkenzaken − Jorn Torenbosch
Terugblik
Vormgevingsbescherming − Allard Ringnalda
Rechtspraak
Merkenrecht
Nr. 10 HvJ EU 2 juni 2022, X/Classic Coach Company, IEF 20773; ECLI:EU:C:2022:428 (eerder recht; ouder recht; handelsnaamrecht; merkenrecht; rechtsverwerking; recht van plaatselijke betekenis) − met noot van Roderick Chalmers Hoynck van Papendrecht
Kantonrechter onbevoegd in auteursrecht geschil
Ktr. Rb. Rotterdam 10 november 2022, IEF 21079; ECLI:NL:RBROT:2022:9562 (eiser tegen gedaagde) Op 20 oktober 2018 heeft eiser een reisdagboek op de markt gebracht. Op iedere pagina wordt een land genoemd, waaraan een persoonlijk reisverhaal kan worden toegevoegd. Verder bevat het reisdagboek (invul)opdrachten, to-do-lijsten en een wereldkaart waarop kan worden aangegeven welke landen zijn bezocht. Gedaagde heeft dit boek gekocht. Op 23 mei 2019 vroeg eiser via een chatbericht op Instagram aan gedaagde of zij voor de nieuwe editie van haar reisdagboek verbeterpunten had. Daarop heeft gedaagde voorgesteld om het Verenigd Koninkrijk op te splitsen in vier landen, zodat ook Noord-Ierland wordt genoemd. Eind april 2021 heeft gedaagde zelf een reisboek op de markt gebracht over Noord-Ierland. Het boek hanteert hetzelfde concept als het boek van eiser. Eiser vordert bij de kantonrechter schadevergoeding op grond van onrechtmatige daad die bestaat uit schending van haar auteursrechten. De kantonrechter verklaart zich onbevoegd omdat de schade is ingetreden in het Verenigd Koninkrijk en niet in Nederland.
Oppositie tegen K Water merk onterecht toegewezen
Gerecht EU 9 november 2022, IEF 21078, IEFbe 3571; ECLI:EU:T:2022:700 (L'Oréal tegen EUIPO) Op 10 juli 2019 heeft L'Oréal bij het EUIPO een aanvraag tot inschrijving van een beeldteken K Water als EU-merk ingediend. Arne-Patrik Heinze heeft op 15 augustus 2019 oppositie ingesteld tegen deze inschrijving. De oppositieafdeling heeft de oppositie afgewezen, maar deze beslissing is vernietigd door het EUIPO. Het EUIPO heeft namelijk geoordeeld dat er verwarringsgevaar is tussen de twee merken. L'Oréal is tegen deze beslissing in beroep gegaan. Het Gerecht oordeelt dat de visuele overeenstemming tussen de twee merken als gering moet worden beschouwd, evenals fonetische overeenstemming. Begripsmatig verschillen de merken van elkaar. Tot slot oordeelt het Gerecht dat er geen sprake is van verwarringsgevaar. De beslissing van het EUIPO wordt vernietigd.