Uitspraak ingezonden door Bertil van Kaam en Jurian van Groenendaal, Van Kaam.
Vermelden namen ambtenaren en advocaat Gemeente Amsterdam niet onrechtmatig
Rb. Amsterdam 31 oktober 2024, IEF 22346; ECLI:NL:RBAMS:2024:6672 (Gemeente Amsterdam tegen gedaagden) Gedaagden en de Gemeente Amsterdam hebben meerdere geschillen over het gebruik en de exploitatie van een terrein in het havengebied van Amsterdam. In de vele procedures die tussen partijen aanhangig zijn wordt de Gemeente steeds vertegenwoordigd door dezelfde interne huisadvocaat. Gedaagden hebben een brief van 18 kantjes verstuurd aan de Gemeente waarin zij beschuldigingen en ongenoegen op individuele ambtenaren en de advocaat richten. Zij worden met naam en toenaam genoemd. Gedaagden hebben de brief ook op diens website gepubliceerd. Ook op LinkedIn noemen gedaagden de namen van de individuele ambtenaren.
Vacature Universitair docent Privaatrecht en Intellectueel Eigendom
Het Molengraaff Instituut voor Privaatrecht van de Universiteit Utrecht is op zoek naar een Universitair Docent op het gebied van het privaatrecht, in het bijzonder het intellectueel eigendomsrecht.
Als Universitair Docent binnen het Molengraaff Instituut voor Privaatrecht ben je actief in zowel onderzoek als onderwijs.
Je wordt ingezet in het onderwijs in de vakken van de afdeling Privaatrecht van het departement Rechtsgeleerdheid. De nadruk ligt daarbij op de vakken op het gebied van Intellectueel Eigendom (IE) in de bacheloropleiding Rechtsgeleerdheid. Dit zijn bijvoorbeeld Beginselen IE en andere vakken in het kader van de minor Recht, Innovatie en Technologie. Daarnaast verzorg je onderwijs binnen de masteropleiding Intellectueel Eigendomsrecht, Innovatie en Technologie.
Visibly moet Engelse vertalingen van memorie van eis en bijlagen aanbieden
UPC CFI LD Hamburg 22 oktober 2024, IEF 22342, IEFbe 3818; UPC_CFI_525/2024 (Easee & Yves Prevoo tegen Visibly). In deze procedure vorderen Easee en Yves Prevoo wijziging van de procestaal van Duits naar Engels, de taal waarin het octrooi is verleend (Rule 323 RoP). Visibly vindt deze wijziging geen probleem, maar wil geen Engelse vertalingen overleggen van de memorie van eis en vier in het Duits ingediende bijlagen. Het Gerecht van Eerste Aanleg van het UPC oordeelt dat de procestaal wijzigt naar het Engels, de taal waarin het octrooi is verleend.
Hoogte schadevergoeding voor inbreuk op auteursrecht op een muziekstuk
Rechtbank Zeeland-West-Brabant 25 september 2024, IEF 22334, ECLI:NL:RBZWB:2024:6684 (Eisers tegen gedaagde) Gedaagde heeft zonder toestemming een bewerking van het muziekwerk van eisers uitgebracht en openbaar gemaakt. Na sommatie blokkeerde gedaagde de Track op Spotify en droeg haar distributeurs op de Track overal te verwijderen. Gedaagde erkent de inbreuk op het auteursrecht en de persoonlijkheidsrechten van eisers, maar betwist de hoogte van de gevorderde vergoeding. Eisers vorderen primair een licentievergoeding en schadevergoeding voor gemiste royalty’s en waardevermindering van hun intellectuele eigendomsrechten.
Uitspraken ingezonden door Rik Zagers, Hogan Lovells International LLP.
Octrooi en ABC van BMS op apixaban zijn geldig
Rb. Den Haag 30 oktober 2024, IEF 22341, LS&R 2263; ECLI:NL:RBDHA:2024:17665 (Teva tegen BMS) en Rb. Den Haag 30 oktober 2024, IEF 22341, LS&R 2263; ECLI:NL:RBDHA:2024:17666 (BMS tegen Sandoz). BMS is houder van een octrooi op apixaban, een antistollingsmiddel. Zij stelt dat Sandoz, een producent en distributeur van generieke geneesmiddelen, inbreuk maakt op haar octrooi. Sandoz betwist dit niet, maar doet wel een beroep op nietigheid van het octrooi. Teva, een andere producent en distributeur van generieke geneesmiddelen, stelt in een andere procedure onder andere dat het octrooi ten onrechte prioriteit inroept van US 165 en op de indieningsdatum nieuw noch inventief was gelet op WO 131. Het bestaan van een nietigheidsgrond die vernietiging van het octrooi als basisoctrooi gerechtvaardigd zou hebben, brengt de nietigheid van het ABC met zich. Teva vordert daarom ook vernietiging van het Nederlandse deel van het octrooi en nietig verklaring van het ABC.
Verzoek om terugbetaling gerechtskosten afgewezen
UPC CFI CD Parijs 24 oktober 2024, IEF 22340, IEFbe 3817; UPC_CFI_427/2024 (Qualcomm). Qualcomm heeft het UPC gevraagd om een beslissing van het EOB nietig te verklaren, maar voordat het UPC hierover besliste, had het EOB de beslissing zelf al gecorrigeerd. Vervolgens heeft het UPC op grond van Rule 91.2 RoP de zaak gesloten en geoordeeld dat Qualcomm geen gerechtskosten terug krijgt. In deze procedure verzoekt Qualcomm het Gerecht in Eerste Aanleg van het UPC de beslissing te herzien en terugbetaling van de gerechtskosten te gelasten (Rule 91.2 jo. Rule 370.11 RoP). Het Gerecht in Eerste Aanleg oordeelt dat zelfs als Rule 370.11 RoP bepaalt dat een verzoek ook in een later stadium kan worden ingediend, het zo blijft dat het Hof in Eerste Aanleg zijn eerdere beslissing niet kan herzien en op een andere manier kan beslissen, want de beslissing is genomen door een alleensprekende rechter en daartegen kan hoger beroep worden ingesteld. Het verzoek om terugbetaling wordt afgewezen.
Nieuw verschenen bij deLex: Duurzaamheid via IE: nog een wereld te winnen van Charlotte Vrendenbarg
Nu ook beschikbaar via Legal Intelligence en Rechtsorde voor Praktijkgebied IE Plus abonnees
De oratie van Charlotte Vrendenbarg belicht de rol van het intellectuele eigendomsrecht in de noodzakelijke transitie naar een duurzame en circulaire economie. In een tijd waarin de consumptiemaatschappij de planeet uitput, stelt Charlotte kritische vragen over de bijdrage van het IE-recht aan ons huidige lineaire economische model. Het IE-recht stimuleert innovatie en vooruitgang, maar hoe verhoudt dit zich tot duurzaamheidsdoelen? In deze oratie wordt het potentieel van het IE-recht als katalysator voor circulaire innovatie onderzocht, en worden concrete stappen besproken om duurzaamheid centraal te stellen in toekomstige IE-regelgeving.
Voor meer informatie kunt u de deLex shop bezoeken.
Verlening van toegang tot schriftelijke memories en bewijsstukken
UPC CFI CD München 22 oktober 2024, IEF 22338, IEFbe 3816; ACT_459505/2023 (Verzoek van Dehns in procedure Sanofi tegen Amgen). Dehns verzoekt dat de schriftelijke memories en bewijsstukken van de procedure tussen Sanofi en Amgen, die bij het Gerecht zijn neergelegd en door de griffie zijn geregistreerd, beschikbaar worden gesteld aan publiek, overeenkomstig Rule 262.1 (b) RoP. De rechter-rapporteur bij de Central Division in München van het Gerecht in Eerste Aanleg oordeelt dat het verzoek ontvankelijk is. Het verzoek is met redenen omkleed, want in het verzoekschrift staat welke stukken vallen onder het verzoek, het doel van het verzoek en er is toegelicht waarom toegang tot de gespecificeerde documenten noodzakelijk is voor het gestelde doel.
Uitspraak ingezonden door Frank Eijsvogels, HOYNG ROKH MONEGIER.
Essity/MTS: rechtbank legt verbod en grensoverschrijdend provisioneel verbod op aan MTS wegens inbreuk op twee octrooien
Rb. Den Haag 16 oktober 2024, IEF 22311; ECLI:NL:RBDHA:2024:17019 (Essity tegen MTS). Essity is houder van een Europees octrooi (EP 1 799 083; EP 083) voor een dispenser waarin een rol toiletpapier is opgenomen. Essity is tevens houder van een Europees octrooi (EP 3 260 029; EP 029), dat is afgesplitst van (de aanvrage voor) EP 083, dat een rol toiletpapier onder bescherming stelt dat kan worden opgenomen en gebruikt in een bepaald type dispenser. MTS verhandelde toiletpapier dat volgens Essity aan de op het papier gerichte kenmerken van diverse conclusies van de genoemde octrooien voldoet. Volgens Essity maakte MTS door de verhandeling van dit toiletpapier indirecte inbreuk op diverse conclusies van EP 083 en directe inbreuk op diverse conclusies van EP 029. MTS was naar aanleiding van een verhandeling van dispensers en rollen toiletpapier in november 2015 door Essity aangeschreven wegens inbreuk op EP 083 en had toegezegd om de verhandeling van deze producten te staken en gestaakt te houden. Essity was er achter gekomen dat MTS de verhandeling van het toiletpapier had gecontinueerd. In haar eerste verweer betwiste MTS nog dat het papier dat bij een van haar afnemers was aangetroffen van haar afkomstig was. Essity heeft bewijsmateriaal in het geding gebracht waaruit bleek dat het betreffende toiletpapier door MTS aan klanten werd aangeboden op een enkel voor haar klanten via een login toegankelijk deel van haar website, en bewijsmateriaal dat zij in het kader van een beslag inzake namaak in België had verkregen, waaruit bleek dat MTS in strijd met de gedane toezegging de inbreuk had gecontinueerd.
Geschil over merkenrecht van pannenkoekenhuizen in Aruba
Rechtbank Aruba 2 oktober 2024, IEF 22333; ECLI:NL:OGEAA:2024:223 (DPH tegen Mel’s) The Dutch Pancakehouse (hierna: DPH) en Mel’s Dutch Pancake House (hierna: Mel’s) beide pannenkoekenrestaurants op Aruba, in conflict geraakt over het gebruik van vergelijkbare handelsnamen. DPH staat sinds 2000 ingeschreven in het handelsregister, in 2020 heeft DPH het woordmerk the Dutch Pancakehouse Restaurant geregistreerd. In 2023 heeft Mel’s zich in het handelsregister ingeschreven. In 2023 heeft Mel’s zich in het handelsregister ingeschreven. DPH stelt dat Mel’s inbreuk maakt op haar geregistreerde woordmerk en handelsnaam, wat leidt tot verwarring bij het publiek. DPH heeft haar merk sinds 2000 geregistreerd en heeft aanzienlijke investeringen gedaan om naamsbekendheid op te bouwen. Mel’s betoogt dat de naam beschrijvend is en daarom een beperkte beschermingsomvang heeft.