Auteursrecht  

IEF 7701

Actielijn 3: intellectueel eigendom

Kamerstukken 2008/09, 27406, nr. 141, Bijlage; Evaluatie Programma voor de Creatieve Industrie - 2009-03-13 (bijlage bij 27406, nr. 141) (Ministeries EZ  & OCW)

Actielijn 3: intellectueel eigendom: Deze actielijn is onderverdeeld in drie initiatieven: Creative Commons, auteurscontractenrecht en voorlichting verbeteren. (...) Voor actielijn 3 geldt dat over het geheel genomen de uitvoering en opbrengsten redelijk goed zijn te noemen. Alleen bij de wijziging van het auteurscontractenrecht heeft vertraging plaatsgevonden. Dit initiatief is echter wel van wezenlijk belang om geconstateerde knelpunten weg te kunnen nemen

Creative Commons is een systeem van licenties, binnen het auteursrecht, waarbij rechthebbenden op eenvoudige en transparante wijze aangeven onder welke voorwaarden en tot op welke hoogte hun werk door anderen mag worden gebruikt. Creative Commons is succesvol verlopen. Het bereik onder de doelgroep is hoog te noemen. Binnen het initiatief is onder andere aandacht besteed aan voorlichting en het organiseren van bijeenkomsten. Concrete resultaten zijn het gebruik van licenties (eind 2007 meer dan 200.000 werken op internet), de totstandkoming van een pilot met Buma/Stemra op het gebied van collectief rechtenbeheer en vele bezoekers (200.000) aan de website.

Het initiatief om het auteurcontractenrecht te herzien start begin 2009. In juni 2008 heeft de minister van Justitie aan de kamer laten weten dat begin 2009 het wetsvoorstel zal worden ingediend omdat op het ogenblik thuiskopie, toezicht en geschillenbeslechting voorrang hebben. Hierbij zal ook eerst overleg plaatsvinden met de EU-Commissie over de (on)mogelijkheden om bij wet collectieve tariefafspraken te maken. Er is geen sprake van een juridisch vacuüm omdat de mogelijkheid bestaat om specifieke regelingen in een modelcontract op te nemen. Deze activiteiten voltrekken zich echter buiten de regie van het programma voor de creatieve industrie.

Syntens voert in samenwerking met het Octrooicentrum Nederland de volgende activiteiten uit binnen de voorlichtingsactiviteiten intellectueel eigendom:

- Intake en scan Octrooicentrum
- Jaarlijks vinden minstens 25 workshops plaats rond het thema IE
- Doorverwijzen naar adviesbureaus
- Roadshows langs vestigingen van Syntens

Over de mate van gebruik van advies en het bezoek aan activiteiten zijn geen precieze cijfers bekend. Het aantal Syntens adviseurs dat zich richt op de creatieve industrie is wel toegenomen.

Voor actielijn 3 geldt dat over het geheel genomen de uitvoering en opbrengsten redelijk goed zijn te noemen. Alleen bij de wijziging van het auteurscontractenrecht heeft vertraging plaatsgevonden. Dit initiatief is echter wel van wezenlijk belang om geconstateerde knelpunten weg te kunnen nemen

Lees de evaluatie hier

IEF 7700

Aan de objectieve vorm zijn subjectieve elementen te herkennen

Vlnr. Crocs Kayman - Classic BirkiRechtbank ’s-Gravenhage, 18 maart 2009, HA ZA 08-1522,  Crocs Inc & Crocs Europe B.V. tegen Metro Cash & Carry Nederland B.V. en HA ZA 08-1899 & HA ZA 08-2842,   Crocs Inc & Crocs Europe B.V. tegen Capelli Europe GmbH

Eerst even voor jezelf lezen. Merkenrecht. Modellenrecht. Auteursrecht. Schorsing reconventionele vordering tot nietigverklaring Gemeenschapsmodel van Crocs i.v.m. lopende nietigheidsprocedure bij het OHIM. Vorm Crocs-schoen is niet oorspronkelijk (prior art, de Classic Birki), gaten en hielrem zijn technisch effect. Look & feel hangt samen met keuzes die gemaakt zijn op het vlak van stijl en techniek. Maar wel auteursrecht als geheel. Geen inbreuk auteursrecht en modelrecht (voldoende afstand). Geen slaafse nabootsing. Gebruik gemeenschapsmerk Crocs in folder toegestaan: uitputting en geen suggestie commerciële band.

5.8. Wat betreft de auteursrechtelijke bescherming voert dat tot de conclusie dat het auteursrecht in elk geval niet ziet op de algemene basisvorm van de Crocs modellen. Deze basisvorm is objectief bepaald, dat wil zeggen door banale (niet nieuwe) vormen, door techniek en door stijl gegeven. Dat neemt evenwel niet weg dat aan de objectieve vorm subjectieve elementen zijn te herkennen die wel voldoen aan de eis dat zij een eigen, oorspronkelijk karakter hebben en het persoonlijk stempel van de maker dragen. Tot deze subjectieve elementen rekent de rechtbank in elk geval de – hierna verder te bespreken – vorm van de gaten en de plaatsing daarvan, de profilering van de binnen- en buitenzool, de vorm van de zijkant van de zool en de band langs de wreef en de detaillering van de hielband. Deze elementen dragen tezamen zoveel bij aan het door de Crocs-modellen opgeroepen beeld dat geoordeeld moet worden dat de Crocs modellen als geheel auteursrechtelijke bescherming genieten. De beschermingsomvang is daarbij niet gelegen in de objectieve hoofdvorm maar wel in de te onderscheiden subjectieve toevoegingen.

Lees het vonnis hier.

IEF 7698

De eis van tijdigheid

Gerechtshof ’s-Gravenhage, 24 februari 2009, zaaknummer 105.007.131/01, Carmo B.V. tegen  Reich GmbH.

Eerst even voor jezelf lezen. Modellenrecht. Auteursrecht. Slaafse nabootsing. Proceskosten.

Kort gezegd gaat het in dit hoger beroep om de vraag of, en in hoeverre, Reich, door een parkeerhulp voor caravans, genaamd RK Mover Trend, op de markt te brengen, inbreuk maakt op het Gemeenschapsmodelrecht dat Sora heeft verkregen op de SimPark, eveneens een parkeerhulp voor caravans, en/of op het auteursrecht daarop en/of zich schuldig heeft gemaakt aan slaafse nabootsing. De Voorzieningenrechter heeft de vorderingen van Carmo c.s. afgewezen en hen in de kosten veroordeeld.

Het hof bekrachtigt het vonnis waarvan beroep (Rechtbank 's-Gravenhage 28 juni 2007, IEF 4263),  behalve waar het de proceskosten betreft. De overwegingen van het hof betreffen vooral de termijn van indienen van de noodzakelijke onderbouwing van de vordering tot volledige proceskostenvergoeding, dit i.v.m. het bepaalde in art. 10.5.1 van het rolreglement voor dagvaardingsprocedures bij de hoven.

Modellenrecht: 16. Wat betreft de kenmerken die niet zijn bepaald door hun technische functie is het hof, met de Voorzieningenrechter, voorshands van oordeel dat de RK Mover Trend bij de geïnformeerde gebruiker een andere algemene indruk wekt dan de SimPark. Het hof verwijst naar hetgeen de Voorzieningenrechter op dit punt heeft overwogen en neem dat over. Voor nadere bewijslevering omtrent de door Sora gestelde verwarring is, gelet op het feit dat het om een kort geding gaat, geen plaats.

Auteursrecht & Slaafse nabootsing: 18. (…) Blijkens hetgeen in r.o. 14 is overwogen, zijn de door Sora genoemde kenmerken nu juist wel (te zeer) bepaald door hun technische functie. Daarvan uitgaand, kan, gelet op hetgeen in r.o. 16 is overwogen, niet worden gezegd dat de RK Mover Trend de auteursrechtelijk beschermde trekken van de SimPark vertoont in een mate dat de totaalindrukken van beide parkeerhulpen overeenkomen. Ook deze grief faalt dus.

19. Gelet op het voorgaande is de RK Mover Trend naar ’s hofs voorlopig oordeel geen slaafse nabootsing van de SimPark, zodat ook grief 6 wordt verworpen.

Proceskosten: 23. Naar ’s Hofs voorlopig oordeel omvat de specificatie-eis meer dan de opgave die in eerste aanleg als productie 9 is overgelegd. Daaruit blijkt immers niet aan welke werkzaamheden de daarop vermelde uren zijn besteed, waardoor niet toetsbaar is of het aantal bestede uren voldoet aan de redelijkheids- en evenredigheidstoets. Ook in hoger beroep heeft Reich, ondanks de tegen de kostenveroordeling gerichte grief, de vereiste specificatie niet tijdig overgelegd. Eerst op 6 januari 2009 (twee dagen voor het pleidooi) heeft Reich een specificatie in het geding gebracht. De - door het beginsel van hoor en wederhoor ingegeven - eis van tijdigheid is nader uitgewerkt in artikel 10.5.1 van het Landelijk procesreglement voor civiele dagvaardingszaken bij de gerechtshoven, zoals dat sinds 1 september 2008 van toepassing is (hierna: het rolreglement), ingevolge artikel 11.2 ook op de onderhavige procedure. In artikel 10.5.1 van het reglement is bepaald dat een partij die bij pleidooi nieuwe producties in het geding wil brengen, deze uiterlijk op de elfde dag voor de dag van het pleidooi indient. Ingevolge artikel 1.2 sub d van het rolreglement gaat het daarbij om werkdagen.

24. Anders dan Reich betoogt, bestaat er geen grond om deze bepaling ten aanzien van een specificatie van de proceskosten buiten toepassing te laten. Dat betekent dat de onderbouwing en specificatie van kosten, voor zover bekend, uiterlijk op de elfde werkdag voor het pleidooi moet worden ingediend. Ten aanzien van de kosten die nadien nog gemaakt worden overweegt het hof, met toepassing van artikel 1.14 van het rolreglement, dat de vereiste specificatie van die kosten uiterlijk bij gelegenheid van het pleidooi nog kan worden overgelegd. Veelal zal het daarbij immers gaan om een stuk dat kort en eenvoudig te doorgronden is, waardoor de wederpartij niet in diens recht op verweer zal worden geschaad.

Lees het arrest hier.

IEF 7692

AUTEURSRECHT HOOFDARTIKEL TELEGRAAF

Telegraaf 17 maart 2009Naar aanleiding van Rechtbank Amsterdam, 24 december 2008, IEF 7667 (Tick / Vevam) bericht de Telegraaf vandaag in chocoladeletters op de voorpagina:  “Reclame kost kijker geld. Televisiekijkers betalen via hun kabelaar voor reclame op tv. (…) Of de kijker nu geïrriteerd wegzapt bij commercials of niet, jaarlijks vloeit een deel van het betaalde kabelgeld naar de reclamemakers.

PvdA-Kamerlid Van Dam vindt de geldstroom 'te gek voor woorden'. Hij wil daarom de Mediawet zo aanpassen, dat het met deze 'mistige' vergoeding is afgelopen. Volgens de Stichting ter incasso van commercial kabelgelden (Tick) ligt er op een filmpje dat een wasmiddel, auto of vliegvakantie aanprijst net zo goed auteursrecht als op muziek of films. Jaarlijks int de stichting een kleine twee ton, zonder dit geld overigens onder de makers te verdelen. Hoogleraar auteursrecht Dirk Visser noemt de afdracht voor commercialmakers 'getickt' (…) Dat Tick het geld zogenaamd int voor creatieve geesten, maar er ondertussen alleen congressen en seminars van organiseert, vindt de wetenschapper van de Universiteit Leiden onacceptabel.”

Lees hier meer.

IEF 7689

Auteursrecht op maatvoering

Dirk Visser: Auteursrecht op maatvoering. Kort commentaar bij Rechtbank ’s-Gravenhage, 6 maart 2009, KG ZA 08-1667, Noordwand B.V. tegen Spits Wallcovering B.V. (IEF 7643).

Gestreept behang (in zes varianten met als gemeenschappelijk kenmerk: de donker gekleurde streep heeft een breedte van 13,7 centimeter en de licht gekleurde streep een breedte van 12,9 centimeter) is auteursrechtelijk beschermd (en het één op één kopiëren ervan is dan uiteraard inbreuk).

De redenering is eenvoudig en sluitend:

1. De ontwerper heeft het behang niet gekopieerd en niet ontleend aan een ander (deze specifieke maatvoering bestond (kennelijk) nog niet). Dus is er, zo weten wij sinds ‘Endstra’, sprake van een ‘eigen oorspronkelijk karakter’.

2. De ontwerper heeft “uit een veelheid van mogelijke patronen, kleurstellingen en structuren een zestal specifieke combinaties van patroon, kleurstelling en structuur”, oftewel juist déze strepen met déze maatvoering gekozen. Sinds ‘Technip’ kan kiezen uit ‘een veelheid van mogelijkheden’ voldoende zijn om een ‘persoonlijk stempel’ aan te nemen.

3. En als er maar geen sprake is van ‘technisch bepaaldheid’ (Lancôme/Kecofa) is kiezen uit ‘een veelheid van mogelijkheden’ ook voldoende om een ‘persoonlijk stempel’ aan te nemen. Immers, dergelijk kiezen, is onderdeel van de ‘schepping’ door de ontwerper, gebeurt door een mens en kan dus gekwalificeerd worden als ‘scheppende menselijke arbeid’. En: “Die keuzes zijn, mede gelet op de context waarin zij zijn gemaakt, te weten het ontwerpen van behang, te kwalificeren als creatief”. Immers, het bedenken van nieuw behang is een creatieve bezigheid, in die ‘context’ is kiezen voor behang in deze specifieke maatvoering dus creatief.

4. Dit leidt ook niet tot stijlmonopolisering (‘Decaux/Mediamax’) want het persoonlijk stempel is slechts gelegen in die specifieke maatvoering (13,7 centimeter resp. 12,9 centimeter) en daarom is op grond van ‘Accordo/Tros’ de beschermingsomvang ook daar toe beperkt. Alleen één op één kopiëren kan op basis van dit behang-auteursrecht worden verboden. (Alleen wanneer de verwarrende totaalindrukken veroorzaakt worden door de overgenomen auteursrechtelijk beschermde trekken is er sprake van auteursrecht inbreuk. Aangezien de maatvoering de auteursrechtelijk beschermde trek is, is overname daarvan noodzakelijk om auteursrechtinbreuk aan te nemen.)

Zie hier, het auteursrecht op maatvoering (van twee gekleurde strepen), het gevolg van een onweerstaanbare mix van Technip, Endstra en Lancôme/Kecofa (en verenigbaar met Accordo/Tros en Decaux/Mediamax). De Haagse voorzieningenrechter past de rechtspraak van de Hoge Raad volledig juist toe. Geen speld tussen te krijgen. De beschermingsomvang is beperkt, maar je hebt wel een echt auteursrecht, een exclusief recht tot 70 jaar na de dood. Op gestreept behang.

Dirk Visser, 13 maart 2009

IEF 7688

Alleen doorgeven

Kamerstukken II 2008/09,31876, nr. 3. Wijziging van de Mediawet 2008 en de Tabakswet ter implementatie van de richtlijn Audiovisuele mediadiensten. Uit de Memorie van Toelichting:

"Juridische aansprakelijkheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid van dienstenaanbieders moet duidelijk worden onderscheiden van redactionele verantwoordelijkheid. Zo mag uit de mogelijkheid van bijvoorbeeld de aanbieder van videomateriaal om filmpjes te weigeren of te verwijderen die het auteursrecht of strafrecht schenden geen automatische redactionele verantwoordelijkheid in de zin van de richtlijn worden afgeleid. De redactionele verantwoordelijkheid moet specifiek betrekking hebben op de audiovisuele media-inhoud. Ook het uitsluitend doorgeven van programma’s waarvoor een derde redactioneel verantwoordelijk is, brengt de organisatie die de programma’s doorgeeft niet onder de werkingssfeer van de richtlijn of de wet. Een voorbeeld hiervan zijn kabelaars en providers, zij geven alleen de signalen door."

Voorstel van Wet hier, MvT hier, Koninklijke Boodschap hier, advies Raad van State hier.

IEF 7686

Mogen luisteren?

Suplacon plaatbewerkingKamerstukken II 2008/09, vraagnr. 2009Z04606. Vragen van het lid Teeven (VVD) aan de minister van Justitie over een uitspraak van de rechtbank Zwolle in de zaak tussen Buma en het bedrijf Suplacon (IEF 7655) over de uitleg van artikel 12 van de Auteurswet (Ingezonden 13 maart 2009)

"1. Hebt u kennisgenomen van de uitspraak van de civiele kamer van de rechtbank Zwolle tussen de Buma en het bedrijf Suplacon te Emmeloord? Geeft deze uitleg van artikel 12 van de Auteurswet u aanleiding een wetswijziging aan te brengen?

2. Deelt u de mening dat Nederlandse burgers niet tweemaal zouden moeten betalen voor het uitluisteren van muziek? Deelt u de mening dat na de aanschaf van een mp3-speler niet opnieuw door de werkgever zou moeten worden betaald voor het uitluisteren van muziek op de werkvloer, indien door die werkgever wordt toegestaan dat werknemers tijdens hun werkzaamheden luisteren naar muziek van een privé mp3-speler of hun mobiele telefoon?"

Lees alle vragen hier

IEF 7685

Atavismen uit onze rechtsorde

Mr ir Henk S.M. Kruijer: Bestuursrechtelijke onderbewindstelling van de CBO's voor auteurs- en naburige rechten. 

(Het materiaal voor dit artikel heeft de auteur vergaard als lid van een studiecommissie van de Vereniging voor Auteursrecht. Het artikel is geschreven op persoonlijke titel)

In dit artikel wordt een wetsvoorstel besproken dat onlangs door de Tweede Kamer in behandeling is genomen en waardoor de belangrijkste collectieve beheersorganisaties voor auteurs- en naburige rechten (CBO's), georganiseerd als civielrechtelijke verenigingen en stichtingen, onder een verregaande vorm van overheidsbewind geplaatst dreigen te worden.Dit geschiedt niet in het belang van de openbare orde maar omdat het algemeen belang zulks zou vergen. Het wetsvoorstel kan de toets der rechtskritiek, gevormd door met name art. 11 EVRM ("freedom of association"), dan ook niet doorstaan.

En passant blijkt dat deze CBO's een rechtsvorm hebben gekozen die niet past bij hun werkzaamheden - die zij bedrijfsmatig als lasthebbers ten bate van hun cliènteles van auteurs uitoefenen. Zij overtreden aldus wettelijke verboden die voor hun rechtsvorm zijn gesteld. Het is dringend geboden dat het OM zijn wettelijke, corrigerende rol in deze (art. 2:21 BW) gaat vervullen.

De Minister van Justitie blijkt over volstrekt willekeurige (absolutistische) bevoegdheden te beschikken waarmee hij aan enkele CBO's een monopolie heeft verleend, o.a. aan Buma. Het is onderhand geboden dat deze atavismen uit onze rechtsorde worden geëlimineerd.

Lees het volledige artikel hier.

IEF 7684

Maatregelen die passen

Rapport Studiecommissie Toezicht, Vereniging voor Auteursrecht: Collectief beheer, toezicht en geschillenbeslechting. Reactie op het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet van 6 maart 2003, houdende bepalingen met betrekking tot het toezicht op collectieve beheersorganisaties voor auteurs- en naburige rechten.

Het rapport zal op de eerstvolgende vergadering van de VvA worden besproken. Op dit moment is het derhalve nog geen rapport van de Vereniging en zijn de meningen als weergegeven in het rapport van de studiecommissie.

De verschillende opvattingen binnen de studiecommissie hebben tot felle en vruchtbare discussies aanleiding gegeven. Tot een eenduidig oordeel zijn wij niet gekomen. De studiecommissie erkent het belang van toezicht op het beheer van wettelijke vergoedingsrechten, maar is verdeeld ten aanzien van de aard van de maatregelen die passen bij de verschillende vormen van vrijwillig collectief beheer (collectieve uitoefening van rechten op basis van een contractueel mandaat van rechthebbenden).

De algemeen gedeelde conclusie is dat het wetsvoorstel onvoldoende rekening houdt met de verschillende vormen van collectief beheer en de uiteenlopende gevolgen die het toezicht als gevolg daarvan kan hebben op het functioneren van de cbo en de positie van de door de cbo vertegenwoordigde rechthebbenden. Het wetsvoorstel brengt alle in de Bijlage bij het wetsvoorstel vermelde cbo’s onder eenzelfde regime, zonder onderscheid naar de aard van de activiteiten, de organisatievorm, de bestaande toezichtstructuur en de positie in de markt

(…) Met dit rapport wil de Studiecommissie aangeven dat de aard en omvang van het toezicht dient te passen bij de vorm van collectief beheer. De rechthebbende draagt de zeggenschap over zijn rechten over aan de collectieve beheersorganisatie opdat deze zijn rechten zo goed mogelijk uitoefent. De cbo kan dit waarma ken als zij die zeggenschap inderdaad kan uitoefenen. Regulering van collectief beheer dient te waarborgen dat de cbo die zeggenschap in het belang van de rechthebbenden kan uitoefenen en ook daadwerkelijk uitoefent, met inachtneming van de gerechtvaardigde belangen van gebruikers.

Lees het volledige rapport hier.

IEF 7680

Creatieve keuzes

Rechtbank Amsterdam, 28 januari 2009, LJN: BH5886, A tegen Civas
 
Auteursrecht. Inbreuk op het op een vragenlijst (voor gebruikers van de Bachbloesemtherapie) rustende auteursrecht.  Eerst even voor jezelf lezen.

4.4.  Met [A] is de rechtbank voorts van oordeel dat de door [A] ontwikkelde/vervaardigde vragenlijst een bewerking is in de zin van artikel 10 lid 2 Aw en als zodanig auteursrechtelijke bescherming toekomt. De rechtbank overweegt hiertoe als volgt. Ten opzichte van de vragenlijst van [B] en [C] heeft [A] duidelijk andere creatieve keuzes gemaakt bij de ontwikkeling/vervaardiging van haar vragenlijst. Deze creatieve keuzes zijn niet alleen af te leiden uit het aantal vragen en een andere lay-out maar ook uit de formulering. [A] heeft er onder meer voor gekozen de vragen te formuleren vanuit een ik-perspectief in plaats van in algemene bewoordingen. Daarbij heeft [A] haar vragenlijst voorzien van een inleiding, die een instructie geeft voor het gebruik van de lijst, en is de lijst qua inhoud en samenstelling wezenlijk anders doordat [A] aan elke hoofdvraag één of meer subvragen en bijpassende remedies heeft toegevoegd en op andere plaatsen bewust subvragen en remedies heeft weggelaten.

Lees het vonnis hier.