Octrooirecht  

IEF 21741

Uitspraak ingezonden door Rogier de Vrey, CMS.

Afwijkende vorm drukvat stoomschilmachine Kiremko maakt geen inbreuk op octrooi Tomra

Hof Den Haag 10 okt 2023, IEF 21741; 200.309.633/01 (Tomra tegen Kiremko), https://ie-forum.nl/artikelen/afwijkende-vorm-drukvat-stoomschilmachine-kiremko-maakt-geen-inbreuk-op-octrooi-tomra

Hof Den Haag 10 oktober 2023, IEF 21741; 200.309.633/01 (Tomra tegen Kiremko). Tomra en Kiremko zijn fabrikanten van verwerkingsmachines voor aardappels. Tomra heeft een Europees octrooi op een drukvat voor stoombehandeling van te schillen producten in een stoomschilsysteem. Het drukvat heeft de vorm van een bol met tegenover elkaar gelegen afgeplatte zijvlakken en heeft een inwendige hefvoorziening. Kiremko is fabrikant van de stoomschilmachine ‘Strata Invicta’ en brengt deze onder meer in Nederland op de markt. Kiremko heeft Tomra gedagvaard en gevorderd te verklaren voor recht dat de Strata Invicta van Kiremko niet onder de beschermingsomvang van het octrooi valt en dat zij geen inbreuk maakt op het octrooi van Tomra. Tomra heeft in reconventie gevorderd Kiremko te verbieden inbreuk te maken op het Nederlandse deel van het octrooi. In eerste aanleg is Kiremko in het gelijk gesteld [zie IEF 20745]. Tomra is hiertegen in hoger beroep gegaan.

IEF 21739

UPC behandelt preliminary objections in de hoofdzaak

Unified Patent Court (UPC) 4 okt 2023, IEF 21739; UPC_CFI_252/2023 (Harvard College tegen NanoString), https://ie-forum.nl/artikelen/upc-behandelt-preliminary-objections-in-de-hoofdzaak

UPC München 4 oktober 2023, IEF 21739; UPC_CFI_252/2023 (NanoString tegen Harvard). Verweerder Harvard voert aan dat het UPC München niet bevoegd is, omdat reeds een vordering tot herroeping tegen dit octrooi aanhangig is bij de Duitse federale octooirechtbank. Volgens Harvard lijken eisers in beide rechtzaken op elkaar omdat ze dezelfde eisen hebben en onlosmakelijk verbonden zijn. NanoString stelt daartegen dat de internationale bevoegdheid van het UPC alleen behandeld dient te worden in het kader van een Preliminary objection. De preliminary objections dienen alleen besproken te worden bij de vraag of het UPCA van toepassing is op een octrooiaanvrage en/of een octrooi is uitgesloten. NanoString voert aan dat eiser in het UPC beroep en NanoString niet dezelfde onderneming zijn en het daarom onredelijk zou zijn om het recht van NanoString om het octrooi aan te vallen onnodig te beperken.

IEF 21736

Gedaagde voert geen verweer; Nederlands octrooi vernietigd

Rechtbank Den Haag 30 aug 2023, IEF 21736; ECLI:NL:RBDHA:2023:12987 (Eiser tegen gedaagde), https://ie-forum.nl/artikelen/gedaagde-voert-geen-verweer-nederlands-octrooi-vernietigd

Rb. Den Haag 30 augustus 2023, IEF 21736; ECLI:NL:RBDHA:2023:12987 (Eiser tegen gedaagde). Gedaagde heeft een octrooiaanvraag ingediend voor een “Method for the preparation of a biodegradable article”, waarvan het octrooi in 2017 verleend is. In het octrooischrift zijn eiser en gedaagde vermeld als octrooihouders. In het octrooiregister is alleen gedaagde als aanvrager/octrooihouder vermeld. In het octrooischrift, de aanvraag en het octrooiregister is eiser als uitvinder vermeld. Het Europees octrooibureau heeft in het internationale geldigheidsonderzoek vermeld dat de conclusies van het octrooi niet nieuw, en in ieder geval niet inventief zijn. Onder inroeping van de prioriteit van de Nederlandse octrooiaanvrage heeft gedaagde in 2017 een internationale octrooiaanvraag ingediend. Ten behoeve van de Europese aanvrage is het aantal conclusies gereduceerd van 39 naar 15. Eiser heeft octrooicentrum Nederland (hierna: OCNL) verzocht om advies omtrent de toepasselijkheid van de nietigheidsgronden op het octrooi. Het OCNL heeft geconcludeerd dat conclusies 1 tot en met 34 vernietigbaar zijn vanwege gebrek aan inventiviteit en dat conclusies 35 tot en met 39 vernietigbaar zijn wegens gebrek aan nieuwheid. Ten aanzien van conclusies 35 tot en met 39 is ook geconcludeerd dat deze niet inventief zijn. Eiser vordert vernietiging van het octrooi onder verwijzing naar het advies van OCNL wegens gebrek aan nieuwheid en inventiviteit. Gedaagde heeft geen verweer gevoerd, waardoor de rechter het octrooi vernietigt. Gedaagde verzoekt wel om compensatie van de kosten van de procedure, maar hier ziet de rechter geen aanleiding toe.

IEF 21732

UPC Court of Appeal verlengt termijn voor toevoeging bijlagen

Unified Patent Court (UPC) 13 okt 2023, IEF 21732; UPC_CFI_14/2023 (Sanofi tegen Amgen), https://ie-forum.nl/artikelen/upc-court-of-appeal-verlengt-termijn-voor-toevoeging-bijlagen

UPC Court of Appeal 13 oktober 2023, IEF 21732; UPC_CFI_14/2023 (Sanofi tegen Amgen). Op grond van regel 271 RoP kan een statement of claim, zelfs indien daarin wordt verwezen naar de latere indiening van bijlagen, rechtsgeldig aan een verweerder worden betekend of ter kennis gebracht, mits het statement of de claim zonder de bijlagen de verweerder in staat stelt zijn rechten voor de gerechten van het UPC geldend te maken. Een statement of claim moet daarom zeker minstens het onderwerp en de oorzaak van de vordering vermelden. Indien een eiser de bijlagen niet gelijktijdig met de statement of claim in het Case Management System (hierna: CMS) heeft geüpload, en dus niet heeft voldaan aan regel 13.2, waardoor deze als gevolg daarvan niet beschikbaar zijn geweest toen de vertegenwoordiger van de verweerder het CMS benaderde, is dit op zichzelf voldoende om een met redenen omkleed verzoek van een verweerder in te dienen tot verlenging van de gestelde termijnen voor het indienen van een preliminair bezwaar en het verweerschrift, ongeacht de aard en/of inhoud van de bijlagen. Bij gebrek aan specifieke omstandigheden in een individueel geval die een andere termijn vereisen, die door de eiser naar voren moeten worden gebracht, compenseert de verlenging van de termijnen in de periode gedurende welke de bijlagen in strijd met Regel 13.2 RoP niet beschikbaar zijn geweest na de betekening van de statement of claim.

IEF 21731

Verwijzingsvragen door board of appeal EPO over 'beschikbaarstelling aan het publiek'

Overig 27 jun 2023, IEF 21731; ECLI:EP:BA:2023:T043819.20230627 ( Mitsui Chemicals tegen Borealis), https://ie-forum.nl/artikelen/verwijzingsvragen-door-board-of-appeal-epo-over-beschikbaarstelling-aan-het-publiek

College van Beroep EPO 27 juni 2023, IEF 21731; ECLI:EP:BA:2023:T043819.20230627 (Mitsui Chemicals tegen Borealis). Het verleende octrooi waarop deze verwijzing betrekking heeft, ziet op een inkapselend filmmateriaal voor een zonnecel. Er was oppositie tegen dit octrooi ingediend, maar geen van de gronden daarin bleek afbreuk te doen aan de instandhouding van het octrooi en de oppositie werd afgewezen. Opposant/Appellant (O/A) had beroep ingesteld tegen de beslissing, waarbij hij onder andere aangaf dat er geen sprake was van uitvinderswerkzaamheid ten opzichte van de reeds bekende stand van de techniek. Hier vindt een discussie plaats over wanneer iets aan het ‘publiek beschikbaar is gesteld’. Het College vond hierbij contradicties in jurisprudentie over de interpretatie van het aan het publiek beschikbaar stellen en heeft daarom de zaak doorverwezen naar het uitgebreide College van beroep. De volgende vragen heeft het College gesteld ter verwijzing:

IEF 21734

UPC: proceduretaal wordt veranderd van Nederlands naar Engels

Unified Patent Court (UPC) 18 okt 2023, IEF 21734; UPC_CFI_239/2023 (Arkyne tegen Plant-e), https://ie-forum.nl/artikelen/upc-proceduretaal-wordt-veranderd-van-nederlands-naar-engels

UPC 18 oktober 2023, IEF 21734, LS&R 2214, IEFbe 3692; UPC_CFI_239/2023 (Arkyne tegen Plant-e). Arkyne heeft verzocht om een wijziging van de proceduretaal van Nederlands naar Engels. Zij vond de Engelse taal wenselijker, omdat dit ook de taal is waarin het octrooi is verleend. Ook is het relevant dat het veel geld kost voor Arkyne om de stukken te vertalen, gezien zij een Spaanse onderneming zijn. Plant-e voerde echter aan dat het niet onredelijk was voor Arkyne om de vertaalkosten te betalen. Ook geeft zij aan dat de keuze voor Nederlandse taal logisch is, gezien zij voor het Nederlandse onderdeel van het UPC procederen. Het UPC oordeelt dat de proceduretaal veranderd wordt naar Engels, omdat beide partijen goed Engels kunnen en reeds in het Engels gecommuniceerd hebben. Ook zorgt de wijziging van de proceduretaal er niet voor dat de wederpartij wordt benadeeld, maar juist dat Arkyne minder wordt benadeeld dan wanneer verwacht werd dat deze in het Nederlands procedeerde. 

IEF 21728

Octooirechten op sleepboot wel verkocht in IPS-overeenkomst

Rechtbank Rotterdam 4 okt 2023, IEF 21728; ECLI:NL:RBROT:2023:9285 (NVS Maritime tegen IMC Corporate), https://ie-forum.nl/artikelen/octooirechten-op-sleepboot-wel-verkocht-in-ips-overeenkomst

Rb. Rotterdam 4 oktober 2023, IEF 21728; ECLI:NL:RBROT:2023:9285 (NVS tegen IMC) NVS Maritime Consultancy (hierna: NVS) is een onderneming die zich bezighoudt met advisering in het kader van het ontwerpen van schepen. IMC Corporate Licensing (hierna: IMC) is een onderneming die zich bezighoudt met het ontwikkelen van maritieme technologie. In 2018 hebben partijen een overeenkomst gesloten over de verkoop van intellectuele eigendomsrechten op een sleepboot. IMC werkte aan het ontwerp van een 24 meter lange sleepboot met QR-systeem (2409-model) en later aan een groter model met een lier (2410-model). NVS was in de veronderstelling dat zij ook de rechten op het 2410-model had gekregen die IMC verder aan het ontwikkelen was, niet alleen het 2409-model. NVS vordert een verklaring voor recht dat zij de intellectuele eigendomsrechten overgedragen heeft gekregen van de 2410 en de 2409 in de overeenkomst van 2018. IMC stelt dat NVS niet-ontvankelijk is in haar vorderingen. In reconventie vordert IMC te verklaren dat alleen de auteursrechten van het 2409-model zijn overgedragen. Daarnaast vordert IMC te verklaren dat NVS te kort is geschoten in de nakoming van de overeenkomst. Ook voert IMC in reconventie aan dat de gesloten overeenkomst niet de auteursrechten dekt, zodat zij eigenaar blijft van het auteursrecht op het 2409-model. 

IEF 21713

Hoger beroep in tuchtprocedure tegen drie octrooigemachtigden

Hof Den Haag 2 mei 2023, IEF 21713; ECLI:NL:GHDHA:2023:1785 (Appellanten tegen verweerders), https://ie-forum.nl/artikelen/hoger-beroep-in-tuchtprocedure-tegen-drie-octrooigemachtigden

Hof Den Haag 2 mei 2023, IEF 21713; ECLI:NL:GHDHA:2023:1785 (Appellante tegen octrooigemachtigden). Drie octrooigemachtigden zijn samen kantoorgenoten. Een van de octrooigemachtigden heeft in opdracht van appellant een octrooi en een PCT-vervolgaanvraag voor een octrooi met een methode voor een sluis met onder andere een bruisinstallatie en een bepaald type deursamenstel ingediend. Op alleen het deursamenstel had appellant geen octrooi. Vervolgens heeft appellant tegen die octrooigemachtigde een tuchtklacht ingediend, omdat deze volgens hem tekort is geschoten in zijn zorgplicht tussen de Nederlandse octrooiaanvraag en PCT-vervolgaanvraag toen was gebleken dat de Nederlandse aanvraag onvoldoende bescherming bood. Appellant heeft vervolgens ook twee tuchtklachten ingediend tegen de andere octrooigemachtigden van zijn kantoor, omdat zij zich onvoldoende hebben ingespannen om de octrooigemachtigde te corrigeren. Het hof oordeelt dat de klachten ongegrond zijn en vernietigt de waarschuwing die aan de octrooigemachtigde is opgelegd.

IEF 21700

Inbreuk op octrooi Stöbich afgewezen en octrooi deels nietig

Rechtbank Den Haag 12 jul 2023, IEF 21700; ECLI:NL:RBDHA:2023:11721 (Stöbich tegen Hoefnagels), https://ie-forum.nl/artikelen/inbreuk-op-octrooi-stobich-afgewezen-en-octrooi-deels-nietig

Rechtbank Den Haag 12 juli 2023, IEF 21700; ECLI:NL:RBDHA:2023:11721 (Stöbich tegen Hoefnagels). Stöbich is een Duitse partij die zich bezighoudt met het ontwikkelen van brandwerende producten. Hoefnagels is een Nederlandse onderneming die brandwerende afsluitingen produceert en verkoopt. Eén van de producten die Hoefnagels verkoopt, is een brandwerend rolgordijn met de naam ‘Firescreen Temperature’. Stöbich is sinds 2014 octrooihouder in Nederland van een brandwerende afsluiting in de vorm van een gordijn. Uitvinding GB 310, waarin een brandwerende barrière wordt beschreven, behoorde voor het octrooi van Stöbich reeds tot de stand van de techniek. In GB 310 wordt een brandwerende barrière beschreven met daarin ‘zakken’, waarbij het binnenste materiaal in de zakken uit kan zetten doordat de naden van de zakken desintegreren bij hitte.

IEF 21701

Ingezonden door Allard van Duijn, Freshfields Bruckhaus Deringer LLP.


 

Inbreuk op octrooi langwerkende testosteron-samenstelling ondanks buitenlandse nietigheidsoordelen

Rechtbank Den Haag 3 okt 2023, IEF 21701; ECLI:NL:RBDHA:2023:14813 (Grünenthal tegen Teva), https://ie-forum.nl/artikelen/inbreuk-op-octrooi-langwerkende-testosteron-samenstelling-ondanks-buitenlandse-nietigheidsoordelen

Rechtbank Den Haag 3 oktober 2023, IEF 21701; ECLI:NL:RBDHA:2023:14813 (Grünenthal tegen Teva). Grünenthal is houdster van EP 1 457 208 B9 (EP 208), een Europees octrooi op werkwijzen en farmaceutische samenstellingen voor het betrouwbaar tot stand brengen van aanvaardbare testosterongehaltes in serum. Een door EP 208 beschermd product is een testosteronundecanoaat-samenstelling voor intramusculaire injectie, door Grünenthal op de markt gebracht onder de merknaam Nebido®. Teva is voornemens om met een generieke versie van Nebido (Testosteron Teva) de Nederlandse markt te betreden. De voorzieningenrechter heeft Teva eerder bij [zie IEF 21697] bevolen om haar marktintroductie in elk geval met één maand uit te stellen (door niet in de G-Standaard van oktober te verschijnen). In dit eindvonnis heeft de voorzieningenrechter Teva in de hoofdzaak verboden om directe dan wel indirecte inbreuk te maken op het Nederlandse deel van EP 208. Teva’s nietigheidsverweren op grond van gebrek aan inventiviteit en/of nawerkbaarheid falen. Daarmee komt de voorzieningenrechter tot een andere uitkomst dan twee buitenlandse bodemrechters. Immers, eerder is het Duitse deel van EP 208 vernietigd in een bodemprocedure voor het Duitse Bundespatentgericht vanwege gebrek aan inventiviteit. Vervolgens is ook het Engelse deel van EP 208 vernietigd in een bodemprocedure voor het High Court of Justice van Engeland en Wales (Patents Court). Alhoewel de Engelse rechter (Meade J) EP 208 inventief bevond, oordeelde hij het octrooi alsnog nietig vanwege gebrek aan plausibiliteit (nawerkbaarheid). De voorzieningenrechter overweegt onder meer dat de plausibiliteitstoets die in Engeland werd gehanteerd niet dezelfde is als de toets die in Nederland geldt na de beslissing G2/21 en verwijst naar het recente arrest van het Hof Den Haag inzake BMS/Sandoz [zie IEF 21629].