Alle rechtspraak  

IEF 787

Vers uit Den Haag

Nieuwe BMB nieuwsbrief, vandaag verschenen. Met o.a aandacht voor rechtspraak:

-Prejudiciële vragenvan het Brusselse Hof. "In THE KITCHEN COMPANY is aan het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (HvJEG) de vraag voorgelegd of het BMB in de weigering voor alle waren en diensten afzonderlijk een beslissing moet nemen, en of de nationale rechterlijke instanties feiten en omstandigheden in aanmerking kunnen nemen die niet bij het BMB voorhanden waren. In de zaken EXECUTIVE en SHOP & SERVICE wordt aan het Benelux-Gerechtshof (BenGH) gevraagd of het mogelijk is dat de rechter ambtshalve een nieuwe weigeringsgrond aanvoert."

- In Luxemburg zijn momenteel drie zaken aanhangig betreffende de tekens BABYCENTER  en EASYBYCOACH.COM en een kleurmerk voor flessen.

- Nieuwe uitspraak Gerechtshof Den Haag, RAPIDCHIP.

IEF 786

Gewoon anders doen

Met dank aan Jan Willem Knipscheer, Van Doorne Advocaten: Rechtbank Utrecht 16 augustus 2005, KG ZA 05-648/YT, Twynstra Gudde tegen Capgemini.

Organisatieadviesbureau Twynstra Gudde Adviseurs hanteert sinds enige tijd  de slagzin "Twynstra Gudde Anders denken, gewoon doen" en heeft deze slogan ook als woordmerk gedeponeerd bij het BMB. Capgemini gebruikt sinds dit voorjaar de slogan "The Collaborative Business Experience. Gewoon doen. Anders denken" en heeft de domeinnaam www.gewoondoenandersdenken.nl geregistreerd. Twynstra Gudde vordert ondermeer het verbod op het gebruik van beide en legt daaraan ten grondslag (i) merkinbreuk, (ii) auteursrechtinbreuk, dan wel (iii) onrechtmatig handelen.

Wat betreft het merkrecht oordeelt de rechtbank dat, vooropgesteld dat Twynstra als merkhouder kan worden aangemerkt (hetgeen nog afhankelijk is van een naamswijziging bij het BMB, zie r.o. 3.6 - 3.8), moet worden gekeken naar het merk, zoals dat is ingeschreven. Weliswaar stemmen de merken "Twynstra Gudde Anders denken, gewoon doen" en "The Collaborative Business Experience. Gewoon doen. Anders denken" in enige mate overeen, de overeenstemming gaat niet zodanig ver dat er gevaar zou kunnen bestaan voor een associatie of verwarring bij het publiek. Ook is onvoldoende aannemelijk dat het merk reeds als een bekend merk in de zin van art. 13A lid 1 sub c zou kunnen gelden.

Ten aanzien van het auteursrecht is de rechtbank kort. "De zinsnede "gewoon doen" is al geruime tijd in zwang als een aansporing om over te gaan tot actie wat betreft een onderwerp waar het op dat moment in een gesprek of anderszins om gaat. [...] Het koppelen van "anders denken" aan de bedoelde aansporing is voor de hand liggend en leidt niet tot een zodanig bijzondere betekenis of gedachteassociatie dat die combinatie voldoende origineel moet worden geacht". Bovendien is het de vraag of er sprake is van ontlening.

Tot slot het onrechtmatig handelen. Aanhaken of nabootsen is als zodanig niet reeds onrechtmatig. Het hangt van de bijkomende omstandigheden af. In het midden kan blijven of er sprake is van nabootsing, nu er geen verwarringsgevaar te duchten valt. Lees vonnis

IEF 781

Breed, breder, breedst

Arrest nog niet gezien, wie het heeft mag het mailen : een gerechtshof (welk is nog niet duidelijk), heeft internetprovider BBned in het gelijk gesteld, waardoor Chello het hoger beroep over het gebruik van de term ‘brederband’ heeft verloren, zo bericht o.a. webwereld.nl (eerder bericht hier).

BBned had UPC gedaagd omdat internetprovider Chello, eigendom van UPC, de term ‘brederband’ zou gebruiken in reclamecampagnes, terwijl BBned houder is van de merkregistratie BREDERLAND . Het Hof heeft nu, in aansluiting op het eerder vonnis van de rechtbank, bepaald dat Chello de term ‘brederband’ niet mag gebruiken, aangezien er verwarring zou kunnen ontstaan bij de eindgebruiker.

BBned is natuurlijk tevreden. "Dit betekent dat Chello in haar reclamecampagnes geen gebruik mag maken van de naam 'brederband'", zo concludeert BBned wijselijk.

Saillant detail 1: UPC heeft de naam BREDERBAND op 26 januari 2005 voor de Benelux gedeponeerd onder nr. 1070369, maar de inschrijving hiervan is geweigerd wegens gebrek aan onderscheidend vermogen.

Saillant detail 2: BBned is ook houder van het merk KABELJOUW (wellicht omgekeerd beschrijvend voor waren en diensten betrekking hebbende op 'jouw kabel'?)

IEF 765

Suggestie van Herkomst

Rechtbank Utrecht, 11 augustus 2005, KG 197012, UWV tegen Stichting Ikwilwerken. Zaak over een zogenaamde klaag- of protestsite.

Geen verrassende uitkomst. In tegenstelling tot wat gedaagde stelt is eiser UWV wel een onderneming in de zin van de BMW: naast haar publiekrechtelijke taak neemt ze immers ook op commerciële wijze deel aan het economisch verkeer met het oogmerk om materieel voordeel te behalen. Met betrekking tot de domeinnaam uwvwijzer van gedaagde kan UWV zich dan ook terecht beroepen op de bescherming van haar merkrechten en wel op basis van artikel 13A 1 onder b BMW. De domeinnaam uwvwijzer.nl suggereert immers dat de betreffende website afkomstig is van het UWV. De domeinnamen uwvwijzerverboden.nl en commentaaropuwv.nl acht de rechtbank niet in strijd met de merkrechten van het UWV.

Omdat de gedaagde bestuurder van zowel de gedaagde vennootschap als de gedaagde stichting 'feitelijk verantwoordelijk is voor de registratie en de exploitatie van de website en dat hij het, in die hoedanigheid, in zijn macht heeft gehad om het verbod op merkinbreuk ook ten behoeve van de stichting en de vennootschap na te komen', is het verbod toewijsbaar jegens alle gedaagden. Lees vonnis

IEF 749

Mediamerken

- O.a. het Parool bericht dat de Rechtbank Amsterdam vrijdag direct na de zitting in de zaak RNN7 tegen RTL 7 heeft geoordeeld dat er geen gevaar voor verwarring is en beide zenders rustig onder hun eigen naam kunnen uitzenden. Vonnis volgt.

-O.a. de Telegraaf bericht dat de het logo van Talpa niet alleen lijkt op dat van het Britse Welcome Telecom, maar ook op dat van het Duitse bedrijf Treffert (verf en isolatiematerialen). Volgens het bericht zou Talpa inmiddels een overeenkomst met de Britten hebben gesloten en nog in gesprek zijn met de Duitse handelaren in niet-soortgelijke waren en diensten. "Een eerste gesprek verliep uiterst vriendelijk. Wij verwachten ook met Treffert goede afspraken te kunnen maken."

-Met de onderdelen 'TVGids.nl Shop' en 'Ringtones & logo's' op de website www.tvgids.nl is de Stichting AKN volgens het CvdM dienstbaar aan het maken van winst door derden. (voor de gevolgen zie dit vonnis SBS - In). Het Commissariaat wil de AKN-omroepen hiervoor een boete opleggen van € 40.500,-. Publieke omroepen mogen op hun internetsites geen producten en diensten van derden rechtstreeks aanbieden. Bij het bepalen van de hoogte van de boete heeft meegespeeld dat er sprake is van de verkoop van honderden producten en de Stichting AKN als het ware een webwinkel exploiteert. Lees persbericht.

IEF 740

gewoonweg te veel

In aansluiting op eerdere berichten, meldt het ANP vandaag dat de regionale Rotterdamse tv-zender RNN7 vrijdag in kort geding bij de rechtbank in Amsterdam eist dat RTL Nederland de naam RTL7 niet mag gaan gebruiken voor de zender Yorin. S. Steusel van RNN7 liet dat donderdag weten. ,,De naam lijkt gewoonweg te veel op RNN7 en dat kan onze landelijke plannen in de weg staan'', aldus hoofd televisiezaken S. Steusel.

IEF 739

Ik heb nog zo gezegd…

Ook al komt de zomer nog niet echt op gang, het bommetje-springen is ‘hot’. Nederland krijgt zelfs een nationaal team dat in september ons land moet gaan vertegenwoordigen op het eerste WK Bommetje in het Duitse Heilbronn. Stichting Zwembad Noord in Stadskanaal is bezig met de oprichting van een Nederlandse equipe. Ook Sportfondsen Nederland wil een Nederlands team samenstellen voor het WK, maar de Duitse organisator weigert de deelname van de ploeg.

Sportfondsen Nederland en Stichting Zwembad Noord zijn al enige tijd verwikkeld in een juridische strijd om de sport. In 2004 probeerde Sportfondsen Nederland haar rivaal te verbieden een NK Bommetje te organiseren. Zij dacht dit te kunnen op basis van het beeldmerk 'NK Bommetje' (nr. 725190) dat zij als merk had laten registreren. De rechter besloot wijselijk dat Stadskanaal wel degelijk een eigen Nederlands Kampioenschap mocht houden. Als de Nederlandse ploeg niet de eerste plek verovert rest er nog één chantagemiddel voor Sportfondsen Nederland: een juridische actie op basis van hun merkregistratie WK Bommetje, nr. 725191. (Bron: RTL)

IEF 721

Boven het dal

Vzr Rechtbank Den Haag 29 juli 2005 KG 05/593 Dance Valley tegen Milan. Het vonnis is, zeker na het vonnis in Dance Valley tegen Dancehil (hier) van dezelfde rechtbank van januari 2004, niet verassend. Vele passages zijn letterlijk in het eerste vonnis terug te vinden.

Waar het in het eerste vonnis het overeenstemmende teken "Dance" betrof, ging het in deze zaak om het overeenstemmende teken "Valley". Milan is organisator van het festival "Indian Valley" dat zich overwegend richt op Indiase/Hindoestaanse muziek en dito dj's. Door de grote bekendheid van het woordmerk Dance Valley, en het feit dat het gaat om een de aanduiding van een soortgelijke dienst, oordeelt de rechter dat zich al snel verwarringsgevaar voor zal doen.

Met betrekking tot de bekendheid van het merk wordt het volgende overwogen:

Eiseressen hebben betoogd dat het woordmerk DANCE VALLEY onder het relevante publiek, zijnde jongeren en jonge volwassenen in de leeftijd van 15 tot 35 jaar, (grote) bekendheid geniet. Eiseressen hebben in dit verband gewezen op de aandacht die in verschillende media aan het festival wordt besteed, op de grote mate van bekendheid die de artiesten die op het festival optreden genieten en op de grote omvang van haar reclame-uitgaven (r.o. 2.2). Een en ander is door gedaagden niet gemotiveerd weersproken. Er dient derhalve van uit te worden gegaan dat het merk DANCE VALLEY, zoals sedert 1995 door eiseressen gebruikt als benaming voor een jaarlijks terugkerend open lucht dancefestival, in Nederland bij het relevante publiek bekend is en derhalve ook als een bekend merk in de zin van sub c van bovengenoemde artikelen kan worden aangemerkt.(rov 4.4, zie ook rov 12 Dancehill)

Alhoewel beide festivals een verschillende doelgroep hebben, die zich uit in muziekstijl en bijbehorende dj's, overweegt de rechter in rov 1.5:

Aannemelijk is dat het relevante publiek de door gedaagden aangeboden diensten beschouwt als naar haar aard verwant met de door eiseressen aangeboden diensten, zelfs nu “Indian Valley” zich overwegend richt op Indiase/Hindoestaanse muziek en dito
diskjockeys.

het verwarringsgevaar komt in rov 4.7 aan bod:

Voorop gesteld moet worden dat, nu DANCE VALLEY moet worden aangemerkt als een bekend woordmerk (zie hiervoor 4.4) en in elk geval het bestanddeel “Valley” niet ter zake deze diensten beschrijvend kan worden geacht, het merk van huis uit een sterke onderscheidende kracht bezit zodat zich al snel verwarringsgevaar kan voordoen.

Lees vonnis

IEF 697

Oud-werknemer registreert merk

Kortgeding vonnis van Voorzieningenrechter Rechtbank 's-Gravenhage van 26 juli 2005, rolnr. 05/703 (EDES / EDES-SEAGULL) . Oud-werknemer heeft (kennelijk al tijdens zijn dienstverband) het Beneluxmerk EDES-SEAGULL laten registreren. United Intellectual Property c.s. maken hiertegen bezwaar op grond van het Beneluxmerk EDES.

Zonder een beroep te doen op een depot te kwader trouw wint de (onder meer voormalig) werkgever het kortgeding. Het verweer van de oud-werknemer dat het merk EDES zou zijn vervallen wegens onvoldoende gebruik, wordt door de Voorzieningenrechter verworpen nu de omschrijving in klasse 42 afdoende is om de diensten die onder het merk zijn verleend af te dekken. Lees kortgeding vonnis

IEF 693

Invoer, uitvoer en doorvoer

Nog meer Duitse prejudiciële vragen  aan het HvJ. Deze keer m.b.t de vraag of het in transit hebben van goederen kan leiden tot merkinbreuk (persbericht). Het gaat in deze casus om de houder van het merk "Diesel" voor kleding. "Diesel" bezit merkrechten in Duitsland en Polen, maar niet in Ierland. In Ierland worden spijkerbroeken verkocht onder de naam Diesel.  Deze spijkerbroeken worden vervaardigd in Polen en vervolgens over land en zee naar Ierland getransporteerd. Kan eiser deze goederen nu in beslag nemen, doen vernietigen etc  op grond van schending van haar merkenrechten daar Richtlijn 89/104 ziet op invoer en uitvoer, maar niet op doorvoer?

1) Gewährt die eingetragene Marke ihrem Inhaber das Recht, die Durchfuhr von Waren mit dem Zeichen zu verbieten?
2) Bejahendenfalls: Kann sich eine besondere Beurteilung daraus ergeben, daß das Zeichen im Bestimmungsland keinen Schutz genießt?
3) Ist - im Falle der Bejahung von Frage a) und unabhängig von der Beantwortung der Frage zu 4) - danach zu unterscheiden, ob die für einen Mitgliedstaat bestimmte Ware aus einem Mitgliedstaat, aus einem assoziierten Staat oder aus einem Drittstaat stammt? Kommt es dabei darauf an, ob die Ware im Ursprungsland rechtmäßig oder unter Verletzung eines dort bestehenden Kennzeichenrechts des Markeninhabers hergestellt worden ist?