Geen inbreuk model uitganginrichting vleermuis

Rb. Gelderland 25 oktober 2022, IEF 22446; ECLI:NL:RBGEL:2022:7602 (Unitra tegen Verhuis de Vleermuis). Unitura exploiteert een onderneming in het leveren van producten en diensten voor de migratie van gebouwbewonende diersoorten. Ter exploitatie hiervan brengt zij diverse ‘natuurinclusieve’ producten op de markt, waaronder uitganginrichtingen voor vleermuizen, waar deze zaak over gaat. Deze uitganginrichting heet de Exclusion Flap, die is ingeschreven als model bij het BBIE. De bestuurders van Ab Ovo en VMG zijn samen bestuurders van Advise-R. Advise-R heeft tweemaal Exclusion Flaps bij Unitura besteld. In 2022 hebben de twee bestuurders, samen met gedaagde sub 4, Verhuis de Vleermuis opgericht. Sinds 2022 heeft deze via haar website de VDV-Flap verkocht, een uitganginrichting voor vleermuizen. Unitura stelt dat Verhuis de Vleermuis met de VDV-Flap inbreuk maakt op haar modelrechten. Verhuis de Vleermuis stelt dat de Exclusion Flap niet voor bescherming in aanmerking komt, omdat het ontwerp is ingegeven door de technische of functionele kenmerken van uitganginrichtingen voor vleermuizen.
Confetti is geen auteursrechthebbende van een patroon op stof

Rb. Gelderland 22 augustus 2023, IEF 22447; ECLI:NL:RBGEL:2023:7484 (Confetti tegen Gedaagde). Confetti is een Turkse stoffenleverancier die de stoffen die zij levert deels zelf ontwerpt en deels uitbesteedt. Het patroon waar het in deze zaak over gaat, heeft zij zelf ontworpen en het is door een Nederlandse textielgroothandel op de markt gebracht. Gedaagde exploiteert een onderneming op het gebied van ontwerp en verkoop van kleding; zij levert kleding en produceert stoffen. Voor haar nieuwe collectie heeft zij diverse leveranciers en printhuizen bezocht, waarna een van deze printhuizen een patroon voor haar heeft ontworpen. Dit patroon heeft zij gebruikt voor een blouse in haar nieuwe collectie. Confetti is van oordeel dat het ontwerp van het patroon van de blouse inbreuk maakt op haar auteursrecht dan wel sprake is van slaafse nabootsing. Hierdoor vordert Confetti staking van de inbreuk. Gedaagde stelt dat Confetti onvoldoende duidelijk heeft gemaakt welk patroon auteursrechtelijke bescherming geniet en dat Confetti ook geen auteursrechthebbende is. Daarnaast betwist zij of de maker van het patroon dit wel echt heeft ontworpen. Ook stelt gedaagde dat zij geen inbreuk heeft gemaakt op het auteursrecht, zelfs als dit wordt vastgesteld.
Handel in flessen namaakwodka is inbreukmakend op merkrechten

Rb. Den Haag 17 december 2024, IEF 22444; ECLI:NL:RBDHA:2024:21280 (Polmos tegen Pilot en gedaagde). Polmos is rechthebbende op een woord- en beeldmerk dat zij als sticker aanbrengt op flessen Belvedere-wodka. Daarnaast is zij auteursrechthebbende van het logo dat onderdeel uitmaakt van het beeldmerk. Pilot was betrokken bij de handel in en was eigenaar van een aantal zendingen flessen namaak-Belvedere-wodka. Deze zendingen zijn in Nederland aangetroffen, deels bij gedaagde en deels bij de douane. Op deze zendingen heeft Polmos conservatoir beslag laten leggen. Daarom vordert Polmos een verbod op de afgifte van de merkinbreukmakende flessen en schadevergoeding op grond van haar merkregistraties, auteursrechten, of onrechtmatige daad.
Uitspraak ingezonden door Alexandra Iedema, Versteeg Wigman Sprey advocaten, en Julia van Leeuwen.
Verzoek van IVB tot inzage van beslagen bescheiden afgewezen wegens een 'fishing expedition'
Rb. Noord-Holland 4 december 2024, IEF 22445; C/15/349043 (IVB tegen gedaagde). Eiseressen houden zich bezig met het in opdracht incasseren van onbetaalde rekeningen. Zij handelen onder andere onder de naam Invorderingsbedrijf en Incassocenter. Samen worden zij IVB genoemd. IVB stelt dat gedaagde een online lastercampagne tegen haar is gestart, anoniem of door gebruik te maken van aliassen. Uit bescheiden waar IVB beslag heeft gelegd zal dit volgens haar blijken, en dus vordert zij inzage hierin. In reconventie vordert gedaagde opheffing van het bewijsbeslag. De rechtbank wijst de inzagevorderingen van IVB af. Van de publicaties onder de eigen naam van gedaagde staat vast dat gedaagde die berichten heeft gepubliceerd. Daarvoor heeft IVB dus geen belang bij inzage in de beslagen bescheiden. Er zijn daarnaast geen concrete aanwijzingen dat gedaagde verantwoordelijk is voor de anonieme publicaties. Daarom is de rechtsbetrekking tussen IVB en gedaagde onvoldoende aannemelijk geworden en is er sprake van een ‘fishing expedition’. De vordering in reconventie wordt eveneens afgewezen. Er is niet gebleken dat gedaagde hinder ondervindt van de handhaving van het bewijsbeslag totdat de beslissingen over de inzagevorderingen onherroepelijk zijn.
Uitspraak ingezonden door Pim Trooster, The Legal Group Advocaten.
Washtower veroordeeld in de proceskosten na tijdig intrekken van kort geding

Vzr. Rb. Den Haag 20 december 2024, IEF 22443; C/09/675521 (Washtower tegen Wasombouw). Washtower brengt sinds 2017 onder de merken Wastoren, Washtower en Waschtürm verschillende varianten vrijstaande wasmachinekasten op de markt. Zij is houdster van meerdere Gemeenschapsmodelregistraties (hierna: de modellen). Wasombouw is een Nederlandse onderneming die eveneens ombouwkasten voor wasmachines en drogers aanbiedt. Tussen partijen is een geschil gerezen over de vraag of Wasombouw met haar ombouwkasten inbreuk maakt op de intellectuele eigendomsrechten van Washtower. In dit kort geding vordert Wasombouw om Washtower te veroordelen in de volledige proceskosten op grond van artikel 1019 Rv. Wasombouw legt aan haar vordering ten grondslag dat Washtower haar heeft gedagvaard in onderhavig kort geding, maar deze kort voor de mondelinge behandeling heeft ingetrokken. Hierdoor is de voorzieningenrechter niet aan de inhoudelijke beoordeling van het geschil toegekomen. Wasombouw heeft daardoor wel proceskosten gemaakt. Washtower voert verweer en verzoekt tot afwijzing van dit verzoek, omdat zij tijdig het kort geding heeft ingetrokken.
Uitspraak ingezonden door Jan van Vegchel, FD Mediagroep.
Voorafgaand publicatieverbod over Iraanse olie-industrie afgewezen

Vzr. Rb. Amsterdam 14 november 2024, IEF 22442; C/13/759349 (ILFT tegen BNR). Deze zaak gaat over een artikel van BNR Nieuwsradio over een in Nederland gevestigd advocatenkantoor. In het artikel wordt beweerd dat dit kantoor jarenlang de Iraanse olie-industrie zou hebben geholpen Amerikaanse sancties te ontwijken. De partijen in dit kort geding zijn International Law Firm Taheri (hierna: ILFT) en eiser 1 tegen Business Nieuws Holding (hierna: BNR). De journalist die het stuk schreef, maakte zich bekend aan eiser 1. Hij vroeg hierbij om een reactie op de aannames in het artikel. Eiser 1 reageerde door kortweg te stellen dat ILFT op geen enkele manier sanctieregels heeft vermeden of overtreden en dat het stuk schade aan het kantoor zal toebrengen. BNR heeft toegezegd het artikel, zodra het af was, aan ILFT voor te leggen om hen gelegenheid tot weerwoord te geven. Een dag later liet BNR weten dat het artikel nog niet af was, maar dat zij geen reden zagen om de publicatie uit te stellen. In dit kort geding vordert ILFT dat BNR wordt geboden om niet tot publicatie over te gaan, dan wel het artikel zodanig aan te passen dat de inhoud niet naar ILFT herleidbaar is.
Save the date – Presentatie Gedenkbundel Antoon Quaedvlieg op 20 maart 2025 om 16:00 uur in Nijmegen

Op 28 februari 2024 overleed onze dierbare collega prof. mr. Antoon Quaedvlieg. Te zijner gedachtenis heeft de sectie IE van de Radboud Universiteit een bundel samengesteld, met bijdragen van Antoon’s naaste collega’s in binnen- en buitenland. De bundel zal worden uitgegeven door deLex.
De presentatie van de gedenkbundel zal plaatsvinden op 20 maart 2025 om 16:00 uur in Nijmegen. Nadere informatie en een inschrijflink volgen op dit forum, maar belangstellenden kunnen deze datum vast noteren in de agenda.
Internetconsultatie Modernisering Rijksoctrooiwet 1995

Zojuist is de internetconsultatie gestart voor de Modernisering Rijksoctrooiwet 1995: Overheid.nl | Consultatie Modernisering Rijksoctrooiwet 1995. De consultatie loopt vanaf vandaag tot en met 31 maart 2025.
Wat verandert er?
De Rijksoctrooiwet 1995 wordt gemoderniseerd. De belangrijkste wijziging die wordt voorgesteld is de introductie van het getoetst octrooi. Dat betekent dat een octrooi alleen wordt verleend als aan alle eisen voor octrooiverlening is voldaan. Nu wordt dat alleen achteraf getoetst door de rechter. Met een getoetst octrooi weten zowel octrooihouders als hun concurrenten beter waar ze aan toe zijn.
Daarnaast wordt de bescherming van octrooien op zee uitgebreid naar de exclusieve economische zone. Daarmee wordt het gebruik van innovaties bij economische activiteiten op zee bevorderd, denk aan windmolenparken op zee.
Er staat laagdrempelige rechtsbescherming open (bezwaar) tegen nieuwe besluiten over het getoetst octrooi. Om te zorgen voor meer eenheid in bestuursrechtelijke en privaatrechtelijke rechtsbescherming, kan beroep worden ingesteld bij de rechtbank Den Haag en cassatie bij de Hoge Raad. Bij de rechtbank en het gerechtshof Den Haag wordt het mogelijk om technisch gespecialiseerde rechters aan te stellen.
Het wetsvoorstel bevat ook voorstellen om de procedure voor octrooiverlening klantvriendelijker te maken.
Uitspraak ingezonden door Jacqueline Schaap en Patty de Leeuwe, Visser Schaap & Kreijger.
Onrechtmatige publicaties in het Dagblad van het Noorden

Rb. Midden-Nederland 11 december 2024, IEF 22439; ECLI:NL:RBMNE:2024:6930 (Eisers tegen Mediahuis). Eisers 1 en 2 zijn oprichters en bestuurders van een adviesbureau op het gebied van ruimtelijke, maatschappelijke en duurzame ontwikkeling (bedrijf 1). Voor de exploitatie van bedrijf 1 hebben de eisers een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met de gemeente Groningen over de invulling en het beheer van het Suikerterrein. Voor het beheer van het Suikerterrein is een ander bedrijf opgericht: bedrijf 2. Vervolgens is de gemeente met bedrijf 2 een huurovereenkomst aangegaan voor het Suikerterrein. In 2018 werd via eiser 3, bestuurder van bedrijf 3, een subsidie aangevraagd voor zonnepanelen. Deze panelen zijn echter nooit geplaatst, waardoor de subsidie niet is uitbetaald. In het Dagblad van het Noorden (hierna: DvhN) zijn verschillende artikelen geplaatst over eisers, waarin zij beschuldigd worden van valsheid in geschrifte en het plan om subsidiegeld aan publieke middelen te onttrekken. Hierbij werd de indruk gewekt dat de ondernemingen van eisers niet deugen en strafbare feiten plegen, die door vriendjespolitiek in de gemeente Groningen onbestraft blijven. Volgens eisers zijn deze beschuldigingen onjuist. Mediahuis stelt echter dat de artikelen deel uitmaken van een breder verhaal over vriendjespolitiek tussen de gemeente en de exploitatie van het Suikerterrein, en daarom informerend en waarschuwend bedoeld zijn.
Bewegingsmerk van een draaiend raam afgewezen

EUIPO kamer van beroep 28 oktober 2024, IEF 22437, IEFbe 3842 (KCT tegen EUIPO). KCT heeft een merkaanvraag ingediend voor een bewegingsmerk betreffende de beweging van een draaiend raam. KCT stelt dat de beweging die het raam van de merkaanvraag maakt, volledig anders is dan die van een normaal klapraam. Bij een klapraam draait het kozijn naar buiten met een draai-as die vastzit aan het bovenste of onderste deel van het kozijn. Het raam in kwestie draait volledig los van het kozijn met behulp van twee zwartgekleurde scharnieren.