Alle rechtspraak  

IEF 15340

Natuurgetrouwe weergave van bestaande hond Boo maakt knuffelhond niet beschermd

Vzr. Rechtbank Den Haag 13 oktober 2015, IEF 153340; ECLI:NL:RBDHA:2015:11888 (Knuffelhond Boo)
Rechtspraak.nl: Kort geding; auteursrecht; pluchen knuffelhond Boo niet auteursrechtelijk beschermd, aangezien zijn trekken enerzijds een natuurgetrouwe weergave van de bestaande hond Boo betreffen en anderzijds voor pluchen dieren gebruikelijke uitvoeringsvormen zijn. Het ontwerp van de Boo Knuffelhond is gebaseerd op de bestaande dwergkeeshond Boo, die een specifiek kapsel heeft. Geen auteursrecht, geen inbreuk. Dino Trading heeft terecht aangevoerd dat het uiterlijk van de hond Boo of wel voor pluchen dieren gebruikelijke uitvoeringsvormen zijn en dus banaal, dan wel technisch of functioneel bepaald zijn.

5.7. Voor zover een werk een weergave vormt van de natuurlijke verschijningsvorm van een object of een dier dan is het overnemen van trekken in het werk die zo dicht mogelijk bij die verschijningsvorm aansluiten niet oorspronkelijk.3

5.8. Het ontwerp van de Boo Knuffelhond is een natuurgetrouwe weergave van het uiterlijk van de hond Boo, zoals Enesco zelf stelt. Gelet op het voorgaande ontberen de voor het uiterlijk van de hond Boo kenmerkende trekken, door Enesco omschreven als de elementen 1 t/m 7 (hiervoor opgenomen in 3.3), die zijn overgenomen in het ontwerp van de Boo Knuffelhond voorshands oordelend oorspronkelijk karakter.

5.10. Enesco heeft nog aangevoerd onder verwijzing naar haar productie 16 (met voorbeelden van knuffels en andere speelgoedobjecten die ieder zijn gebaseerd op het uiterlijk van een herdershond maar die in de uitvoering van elkaar verschillen) dat bij de vertaling van een natuurgetrouw object naar een werk, altijd keuzes worden gemaakt. Anders zouden al die objecten er hetzelfde uitzien. De enkele omstandigheid dat hetzelfde idee op uiteenlopende wijzen kan worden vormgegeven, brengt echter niet mee dat de gekozen vormgeving een eigen oorspronkelijk karakter heeft.4

5.11. Wat betreft de overige ontwerpkeuzes 8 t/m 29 (zie 3.4), waarmee naar zeggen van Enesco de vertaalslag is gemaakt van het uiterlijk van de hond Boo naar een pluchen ontwerp, geldt het volgende. In dit verband heeft Dino Trading onder meer verwezen naar de in 2.12 opgenomen afbeeldingen van pluchen knuffeldieren die reeds op de markt waren voor de Boo Knuffelhond verscheen. Voorshands oordelend, heeft Dino Trading terecht aangevoerd, onder verwijzing naar genoemde afbeeldingen, dat de elementen 8 t/m 29 of wel zijn terug te voeren op het uiterlijk van de hond Boo of wel voor pluchen dieren gebruikelijke uitvoeringsvormen zijn en dus banaal, dan wel technisch of functioneel bepaald zijn.

Op andere blogs:
Dirkzwager
SOLV

 

IEF 15321

Inbreuk omdat in folders het script van webdesign zit

Vzr. Rechtbank Den Haag 9 oktober 2015, IEF 15321; ECLI:NL:RBDHA:2015:11848 (Kingbee tegen Eenmanszaak)
Auteursrecht. Makerschap. Contractenrecht. Mediarecht. Kingbee is een internetmarketingbedrijf dat diverse websites in Nederland, België en Duitsland exploiteert waarop een verzameling van actuele reclamefolders, acties en kortingscodes gerubriceerd per categorie en winkel. Gedaagde eenmanszaak verricht programmeerwerkzaamheden voor eiser. Na opdrachtwijzigingen en onbetaald laten van facturen, stopt gedaagde de samenwerking. Via sitedeals en gegegevensbestand biedt hij de scripts te koop aan. Het script is een auteursrechtelijk beschermd werk ex 10 lid 1 onder 12 Aw, waarvan gedaagde de rechthebbende is op de back end. In de mailwisseling is paragraaf over Copyright geschrapt voor de werkzaamheden omdat “dit aanpassingen aan reeds beschreven code is”. Voor de latere opdrachten is dit auteursrecht voorbehouden, maar moet Kingbee door geven van instructies voor de front end, als maker worden aangemerkt.

Nu het script het webdesign van de website aldus in zich bergt, levert in gebruikneming onder een nieuwe domeinnaam een verveelvoudiging van het webdesign op. De Eenmanszaak moet scripts van de websites verwijderen en wordt verboden de opnieuw de scripts te koop aan te bieden of in licentie te geven. Kingbee wordt in reconventie verboden in het openbaar negatief uit te laten over de Eenmanszaak.

3.1. Kingbee vordert – samengevat – voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, [de eenmanszaak]:
(...)
(II) te gebieden om de scripts van Kingbee op de websites www.gegevensbestand.nl en www.sitedeals.nl onmiddellijk te verwijderen en verwijderd te houden,
(III) te verbieden om scripts van de websites van Kingbee aan derden te koop aan te bieden, aan derden in licentie te geven en/of te publiceren als zijnde de eigendom van [de eenmanszaak],
(...)

5.8. Het voorgaande overziend, heeft [de eenmanszaak] bij het maken van de initiële afspraken in 2011 dus duidelijk te kennen gegeven dat rechten ten aanzien van nieuwe code bij [de eenmanszaak] rusten, waarna [X] een versie van de algemene voorwaarden heeft ondertekend. Vervolgens heeft [X] in de periode waarin het vervaardigen en ontwerpen van nieuw materiaal tussen partijen aan de orde was, onbestreden aanspraak gemaakt op de rechten op het design van de nieuwe websites. De hieraan voorlopig te verbinden conclusie dat [de eenmanszaak] op basis van deze ‘afspraken’ auteursrechthebbende is op het script en Kingbee op het webdesign van de website, strookt ook met hetgeen Kingbee en [de eenmanszaak] intellectueel aan de website hebben bijgedragen en wie op basis van de Auteurswet voorlopig als maker van de te onderscheiden werken moet worden aangemerkt.

5.9. Zo staat vast dat Kingbee als opdrachtgever de in PSD (Photoshop) gemaakte ontwerpen van het uiterlijk van de website bij [de eenmanszaak] aanleverde en ook is uit verschillende emails af te leiden dat Kingbee instructies gaf welke aanpassingen aan de front end diende plaats te vinden. Zie bijvoorbeeld de emails van [X] van 10 maart 2014 en 13 april 2014 (rov 2.10) met lijstjes met aanwijzingen voor te verrichten aanpassingen. Verder is onbestreden dat Kingbee de plaatjes en teksten voor de website inbracht. Ten aanzien van het webdesign van de website rechtvaardigt dit de voorlopige conclusie dat het is tot stand gebracht naar het ontwerp van Kingbee en/of (ook) onder diens leiding en toezicht, zodat Kingbee als de maker van het webdesign van de website kan worden aangemerkt.

5.10. Ditzelfde kan niet worden gezegd voor het tot stand brengen van het script. Indachtig het door Kingbee gewenste webdesign en de gewenste functionaliteiten, heeft [de eenmanszaak] immers de onderliggende technieken voor de website ontwikkeld en die samengebracht in het script. Bij het ontwikkelen van die technieken heeft enkel [de eenmanszaak] geestelijke arbeid verricht, oftewel in lijn met artikel 10 lid 2 Aw heeft [de eenmanszaak] de zelfstandig beschermde vertaling (verveelvoudiging in gewijzigde vorm) van het gewenste uiterlijk en de gewenste functionaliteiten van de website gemaakt. Dit rechtvaardigt ten aanzien van het script derhalve de voorlopige conclusie dat niet Kingbee maar [de eenmanszaak] als de maker moet worden aangewezen.

Inbreuk - te koop aanbieden en verkopen script(s)?
5.14. Nu het script het webdesign van de website aldus in zich bergt, brengt verkoop van het script voor gebruik onder een nieuwe domeinnaam naar voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter mee dat het webdesign van de website wordt verveelvoudigd in de vorm waarin het ook in dat script is vertaald. In het verlengde daarvan en omdat het verveelvoudigen van het werk aan de auteursrechthebbende is voorbehouden, is met de verkoop van [de eenmanszaak] van het script zonder toestemming van Kingbee eveneens naar voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter inbreuk gemaakt op het auteursrecht van Kingbee op het webdesign van de website. Door het script blijvend te koop aan te bieden op www.gegevensbestand.nl en www.sitedeals.nl, dreigt bovendien een nieuwe inbreuk, zeker omdat [Gedaagde] in zijn brief van 23 juni 2015 aan de advocaat van Kingbee schrijft dat [de eenmanszaak] het script mag doorverkopen aan iedereen en dit ook zal blijven doen (productie 32 van de zijde van Kingbee). De vorderingen van Kingbee onder II) en III) zullen ten aanzien van de website dan ook worden toegewezen.

Slotsom
5.22. Voor wat betreft de in conventie gevorderde maatregelen is de slotsom dan ook dat de vorderingen onder II) en III) zullen worden toegewezen ten aanzien van de website en www.kortingscodez.nl. Daaraan zal als gevorderd een dwangsom worden verbonden. De vorderingen onder I) en IV) tot en met VII) zullen worden afgewezen.

Verbod tot het doen van negatieve uitlatingen
6.3. Het spoedeisend belang van [de eenmanszaak] bij het door hem gevorderde verbod vloeit voort uit de gestelde schadelijke negatieve uitlatingen van Kingbee en de vrees dat Kingbee dat andermaal zal doen. (...)

6.5. De voorzieningenrechter is van oordeel dat [de eenmanszaak] voor nu voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat het bericht van [Y], welk bericht niet is overgelegd maar waarin [Gedaagde] kennelijk – volgens de beheerder van www.sitedeals.nl – voor oplichter wordt uitgemaakt, te linken is aan Kingbee. Dat is al af te leiden uit het antwoord van deze [Y] op de mail van de beheerder en de reactie daarop van [Gedaagde] (rov 2.13), waarin hij schrijft over ‘zijn compagnon’ en ten aanzien van folderz.be spreekt over dat ‘we hebben besloten daar een ander naar te laten kijken’. Maar [X] maakt die verdenking compleet als hij de dag daarna aan [Gedaagde] schrijft dat (rov 2.14) hij slechte recensies over [Gedaagde] kan schrijven en dat ook de mensen met wie [X] heeft gewerkt staan te popelen om zulke recensies te schrijven. En als Kingbee al niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor het bericht van deze [Y], dan geeft zijn bericht van 14 maart 2015 in elk geval grond te vrezen dat hij negatieve uitlatingen over [de eenmanszaak] zal doen. Naast de mogelijkheid van het schrijven van slechte recensies, geeft hij immers te kennen dat hij contact heeft met een journalist van het programma Tros Opgelicht over ‘jouw oplichtingspraktijken’.
IEF 15310

Link op social media met automatische foto is nieuwe openbaarmaking

Ktr. Rechtbank Amsterdam 2 oktober 2015, IEF 15310 (Fotograaf tegen Myjour)
Uitspraak ingezonden door Quirijn Meijnen, LMO advocaten. Hyperlinken. Toepassing Svensson en Sanoma. Myjour is een 'online kiosk' waar de mogelijkheid is om losse artikelen uit kranten en tijdschriften voor een lage prijs te kopen. In Panorama is een artikel gepubliceerd met de foto van Holleeder, eiser is maker van die foto. Myjour heeft een hyperlink gedeeld via twitter en facebook waarbij de Holleeder-foto zichbaar is; door te klikken werd de internetgebruiker geleid naar een betaalmuur. Dat Panorama een licentievergoeding heeft betaald, volgt niet dat een derde deze foto mag (her)gebruiken, ook het beroep op citaatrecht vanwege het ontbreken van naam van de maker faalt. De foto is gewoon een zelfstandig bestand dat opnieuw openbaar gemaakt werd. Omdat fotograaf nooit eerder eerder een websitelicentie heeft afgeven, is er geen gebruikelijke te eisen vergoeding en wordt er onweersproken aangesloten bij de tarievenlijst van stichting FotoAnoniem.

3. De kantonrechter overweegt (...) Uit het Svensson-arrest volgt dat het aanbieden van hyperlinks beschouwd moet worden als een mededeling. Wanneer deze mededeling dezelfde werken betreft als de oorspronkelijke mededeling en dit op dezelfde technische wijze wordt verricht, is slechts sprake van een 'mededeling aan het publiek' als het een nieuw publiek betreft. (...)

4. De kantonrechter leidt hieruit af dat een hyperlink naar werken op een vrij toegankelijke websites in beginsel geen mededeling vormt aan een nieuw publiek. Het linken vormt daarmee geen openbaarmaking en is dus geen auteursrechtelijk voorbehouden handeling.

9. De kantonrechter overweegt dat vaststaat dat de hyperlink boven de foto door Myjour is geplaatst. Myjour heeft aangegeven op de hoogte te zijn van de door haar gestelde automatische plaatsing van beeldmateriaal en de mogelijkheid om deze automatische handeling uit te zetten. Daaruit volgt dat de gestelde automatische plaatsing een door Myjour bewust gebruikte dienst betreft. Hieruit volgt dat de openbaarmaking van de foto aan Myjour moet worden toegerekend.

Op andere blogs:
Intellectuele Eigendom Nijmegen

IEF 15302

Google moet persoonsgegevens verkoper illegale e-books afstaan aan BREIN

Vzr. Rechtbank Den Haag 5 oktober 2015, IEF 15302; ECLI:NL:RBDHA:2015:11408 (Stichting BREIN tegen Google)
Uitspraak ingezonden door Dirk Visser en Patty de Leeuwe, Visser Schaap & Kreijger. Uit het persbericht: Google moet aan stichting BREIN de persoonsgegevens leveren van iemand die illegale e-books verkocht via Google Play. Dat heeft de Haagse kortgedingrechter bepaald in een kort geding dat BREIN had aangespannen tegen het bedrijf. De stichting die voor haar leden opkomt tegen piraterij op internet heeft volgens de rechter aannemelijk gemaakt dat er inderdaad sprake is van inbreuk op auteursrechten door de verkoop van e-books van onder meer Harry Mulisch, John Grisham en Tommy Wieringa tegen een prijs van 2,21 euro.

Afweging tussen eigendom, vrij ondernemerschap en privacy: De kortgedingrechter beveelt de afgifte van de persoons- en adresgegevens van de houder van het Google Play-account Flȃmanca Hollanda, die de e-books verkocht, op grond van de Auteurswet. Om tot deze beslissing te komen, heeft de rechter de grondrechten van de betrokken partijen tegen elkaar afgewogen. Dat zijn enerzijds het recht op bescherming van eigendom van (de auteurs die aangesloten zijn bij) de stichting BREIN en het tegengaan van inbreuken op rechten van intellectuele eigendom. Dat is anderzijds het recht van Google op vrij ondernemerschap en van de accounthouder van Flȃmanca Hollanda op vrije meningsuiting, waaronder het belang om anoniem te blijven en het recht op privacy/eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer.

BREIN heeft een reëel belang bij verkrijging van de identificerende gegevens, namelijk de effectieve handhaving van de auteursrechten van haar leden, waarop inbreuk wordt gemaakt. Zij kan die inbreuk stoppen door de persoon of personen achter Flȃmanca Hollanda daarop aan te spreken. Google is voor BREIN het enige aanknopingspunt om deze houder te achterhalen. De daartegenover staande belangen van de houder van Flȃmanca Hollanda leggen volgens de rechter weinig gewicht in de schaal. Google heeft niet duidelijk gemaakt welk zwaarwegend belang zij heeft waardoor de rechter tot een andere afweging zou moeten komen. De inbreuk op de vrijheid van ondernemerschap van Google is minimaal: zij hoeft enkel de gegevens ter beschikking te stellen die zij op dit moment nog heeft.

Op andere blogs:
MediaReport

IEF 15294

Geen persoonlijk stempel, want er is altijd iemand die de camera instelt en positie neemt

Rechtbank Amsterdam 30 september 2015, IEF 15294; ECLI:NL:RBAMS:2015:5852(Roadside tegen LAKS)
Uitspraak ingezonden door Irene de Jonge, BRight advocaten. Auteursrecht foto. Tijdens de door LAKS georganiseerde eindexamenklachtenlijn 2009 zijn enkele foto's gemaakt van medewerkers, die zijn in een voor een ieder toegankelijk flickr.com-album geplaatst. Roadside claimt auteursrechten voor het zonder toestemming, vergoeding en naamsvermelding plaatsen van deze foto's. Het is, aldus de rechtbank, onvoldoende dat de fotograaf de camera instelt, een positie inneemt, bepaalt wat er op de foto komt en bijvoorbeeld de scherpte-diepte instelt. Bij vrijwel iedere foto zal iemand dat moeten doen, maar daarmee draagt de foto nog niet het persoonlijk stempel van de fotograaf. Dat is pas het geval als de keuzes die worden gemaakt in een foto resulteren die zich zodanig van andere foto's onderscheidt, dat daaraan is af te zien dat de fotograaf persoonlijke keuzes heeft gemaakt. De vorderingen worden afgewezen.

3.3. De vorderingen van Roadside c.s. zijn gegrond op de stelling dat de door LAKS in het flickr-album gepubliceerde foto's van X werken zijn in de zin van Auteurswet en dat LAKS, door deze foto's zonder toestemming in het flickr.-album te plaatsen, deze werken heeft openbaargemaakt en aldus primair inbreuk heeft gemaakt op het exploitatie- en persoonlijkheidsrecht van Roadside of X, omdat Roadside als werkgever van X op grond van artikel 7 Aw wordt aangemerkt als de maker van de foto's.
4.3. Dat de foto's van X ontleend zijn aan andere werken is door LAKS niet gesteld. LAKS heeft echter wel gesteld dat de foto's banaal of triviaal zijn, althans niet het persoonlijk stempel van de maker dragen. Roadside c.s. heeft daartegenover gesteld dat het X is "die de camera instelt, een camerapositie inneemt, bepaalt wat er op de foto komt en bijvoorbeeld de scherptediepte kiest."

4.4. Nu Roadside c.s. zich op de rechtsgevolgen van haar stelling, dat de foto's het persoonlijk stempel van de maker dragen, beroept, dient zij voldoende feiten te stellen en bij betwisting te bewijzen die die stelling kunnen dragen.
Daarvoor is, naar het oordeel van de rechtbank, onvoldoende dat de fotograaf de camera instelt, een positie inneemt, bepaalt wat er op de foto komt en bijvoorbeeld de scherpte-diepte instelt. Bij vrijwel iedere foto zal iemand, (...) dat moeten doen, maar daarmee draagt de foto nog niet het persoonlijk stempel van de fotograaf. Dat is pas het geval als de keuzes die worden gemaakt in een foto resulteren die zich zodanig van andere foto's onderscheidt, dat daaraan is af te zien dat de fotograaf persoonlijke keuzes heeft gemaakt.

Op andere blogs:
PhotoQ
Intellectuele Eigendom Nijmegen
De Nieuwe Reporter
Mediareport

IEF 15285

Filmlobby: overheid moet meer doen tegen illegaal downloaden

Auteursrecht. De overheid heeft de afgelopen tien jaar te weinig gedaan om illegaal downloaden te ontmoedigen. Dat stelt SEKAM, de auteursrechtorganisatie van de filmindustrie. Daarom stelt de organisatie de overheid aansprakelijk voor de geleden schade, meldde het FD eerder vanmorgen. Of de organisatie ook echt geld wil zien van de overheid, hangt af van de maatregelen die nu worden genomen, zegt advocaat Bas Le Poole van SEKAM. "De overheid doet ook nu nog te weinig tegen illegaal downloaden." Mocht de organisatie zijn schadeclaim doorzetten, dan kan die hoog oplopen. Onderzoek uit 2014 dat in opdracht van de filmindustrie werd uitgevoerd suggereerde dat de filmindustrie per jaar 78 miljoen euro aan inkomsten misloopt door illegaal downloaden.

Geen consumenten aanpakken
Eén ding is zeker: het is niet het doel van SEKAM om individuele downloaders aan te pakken, stelt Le Poole. "Dat staat niet op de agenda." Volgens Le Poole is het ook praktisch onmogelijk om downloaders aan te pakken. Wel moet er volgens de organisatie betere voorlichting komen, moeten aanbieders van illegale aanbieders van content worden aangepakt en moet legaal aanbod worden gepromoot, denkt de organisatie.

Downloadverbod
Sinds april 2014 is het illegaal in Nederland om te downloaden uit illegale bron, dus zonder toestemming van de auteursrechthebbende. Tot dan toe viel illegaal downloaden onder de uitzondering voor het maken van een thuiskopie, maar volgens het Europese Hof van Justitie was dat onterecht. Er is sinds de invoering van het downloadverbod nog niemand gepakt voor overtreding ervan. Dat komt deels omdat overtreding van het verbod niet strafrechtelijk wordt aangepakt. Wel zouden auteursrechteigenaren zelf downloaders kunnen aanpakken, maar dat is vooralsnog niet gebeurd. Een Duits pornobedrijf deed een poging, maar die liep spaak.

Lees het artikel hier.

Op andere blogs:
Nu.nl

IEF 15282

Prime Sportsgear moet slogans verwijderen van website

Rechtbank Den Haag 23 september 2015, IEF 15283 (Eiser tegen Prime Sportsgear)
Auteursrecht. Tussen eiser en Prime bestond een overeenkomst tot het bouwen van een website, die door Prime is opgezegd. In kort geding is geoordeeld dat eiser de website offline moest halen en de data niet zelf mocht gebruiken. Eiser vordert nu wettelijke rente, hostings- en indexeringskosten en verzet op het gebruik van de slogans en foto's waarop het auteursrecht bij eiser zou rusten. De rechtbank oordeelt dat rente verschuldigd is. De gewerkte uren van eiser zijn per kwartaal gefactureerd en daar vallen de jaarlijkse hostingskosten niet onder. De indexeringskosten zijn wel verschuldigd. Auteursrechtelijke bescherming op de foto's ontbreekt omdat er geen sprake is van creatieve maar functioneel en technische keuze's. Eiser is wel auteursrechthebbende van de slogans en kan zich ook tegen het gebruik verzetten. Prime moet wettelijke rente betalen en de slogans verwijderen.

4.9 Vaststaat dat [eiser] zijn gewerkte uren van meet af aan per kwartaal factureerde en de hoogte van deze facturen met het aantal uur per kwartaal varieerde. Het in de Overeenkomst genoemde jaarlijkse bedrag voor hostingkosten betreft een andersoortige en in beginsel vaste vergoeding, die aanvankelijk jaarlijks en in ieder geval nooit per kwartaal werd gefactureerd. Naar het oordeel van de rechtbank brengt een redelijke uitleg daarom mee dat de nieuw overeengekomen vaste kwartaalbedragen slechts dienden ter vervanging van de eerdergenoemde variabele kwartaalbedragen voor werkzaamheden van [eiser] en niet tevens van het vaste bedrag van € 350,- aan hostingkosten.

4.10. Met betrekking tot de indexering komt de rechtbank tot een ander oordeel. De in de Overeenkomst genoemde indexverhoging van (jaarlijks) 5% is gekoppeld aan de in die Overeenkomst genoemde vaste bedragen. Het in de Overeenkomst genoemde vaste uurtarief
van € 25,- voor werkzaamheden van [eiser] hebben partijen per 2010 losgelaten. In plaats daarvan is - ongeacht de hoeveelheid gewerkte uren - een gemaximeerd (kwartaal)budget vastgesteld, dat voor 2011 ten opzichte van 2010 bovendien is verlaagd. De indexeringsregeling uit de Overeenkomst verdraagt zich daarmee niet. Gezien het vorenstaande brengt een redelijke uitleg van de nieuwe afspraken mee dat de indexering niet van toepassing is op de kwartaalbedragen voor ná 1 januari 2010 verrichte werkzaamheden.

4.24. (...)De rechtbank is wel met Prime van oordeel dat geen sprake is van zodanig creatieve keuzes dat de foto’s als auteursrechtelijk werk moeten worden beschouwd. Gezien de foto’s en gegeven het gebruiksdoel gaat het veeleer om functioneel en technisch bepaalde keuzes en niet om vrije, creatieve keuzes waarmee [eiser] zijn werk een persoonlijke noot heeft weten te geven. (...)

4.32. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat [eiser] zich als auteursrechthebbende kan verzetten het gebruik van Prime op haar website van de uitingen “Voor mij is er alleen Grays”; “Grays is mijn keuze”; “Ik stop ze allemaal met Grays” en “Mijn Grays passeer je echt niet”. Het gevorderde verbod komt daarom op na te melden wijze voor toewijzing in aanmerking.

 

IEF 15280

Onrechtmatig met mede-auteursrecht op add-on software wapperen

Hof Den Haag 22 september 2015, IEF 15280; ECLI:NL:GHDHA:2015:2592 (SDC tegen Femto)
Auteursrecht op software. Wapperverbod anders dan de rechtbank [IEF 13683]. SDC geeft technisch ontwerp en advies voor werktuig-, machine- en apparatenbouw en heeft een add-on software genaamd SDC Verifier. Het programmeren is deels feitelijk uitbesteed aan Femto in Oekraïne. Femto laat brieven uitgaan via naar wederverkopers in Japan, Oostenrijk, de VS en Oekraïne waarin IE-rechten op de software wordt geclaimd. Er wordt aangeknoopt bij het recht van het land van oorsprong, de lex originis: Nederlands recht, nu sprake is van een ontwerp van en leiding en toezicht door een Nederlander, aldus SDC. Het wapperen is onrechtmatig, en zijn geen opinies of louter informatief en moet worden gerectificeerd.

24. Voor het geval dat zou moeten worden aangenomen dat sprake is van gemeenschappelijk auteursrecht van SDC en (onder meer) Femto Ltd heeft SDC gesteld dat Femto Ltd onrechtmatig heeft gehandeld, omdat zij als medegerechtigde niet bevoegd was eenzijdig de onderhavige stappen te ondernemen tot handhaving van de auteursrechten en zij, SDC, bovendien als medegerechtigde gerechtigd was de software te gebruiken en te exploiteren nu Femto Ltd als medegerechtigde verplicht was SDC toestemming te geven voor gebruik en exploitatie van de software en omdat dat voortvloeit uit de relatie tussen partijen.

34. Nu voormelde omstandigheden meebrachten dat Femto SDC (op wier, al dan niet (pre)contractuele, relatie hetzij Oekraïens, hetzij Nederlands recht van toepassing is) niet mocht weerhouden, bemoeilijken en/of verbieden de software te exploiteren, is naar het voorlopig oordeel van het hof het wapperen door Femto Ltd in alle betrokken landen, naar het op de gestelde onrechtmatige gedragingen van toepassing zijnde Nederlandse recht, onrechtmatig. Gelet op voormelde omstandigheden wist [geïntimeerde 3] c.s ook dat zij SDC niet mocht weerhouden, bemoeilijken en/of verbieden om de software te exploiteren, althans moet zij dit redelijkerwijs hebben begrepen.

Het hof acht voorshands de stelling van Femto Ltd dat zij niet verwijtbaar heeft gehandeld omdat zij 1.) zich heeft laten adviseren door advocaten en 2.) omdat haar wapperbrieven geen sommatie, maar slechts informatie zouden bevatten, onjuist.
Ad 1.) In de opinies wordt niet, althans onvoldoende ingegaan op bovenomschreven relatie tussen partijen, terwijl overigens een (onjuiste) visie van een advocaat zijn cliënt niet disculpeert.
Ad 2.) Deze stelling acht het hof voorshands onjuist, gelet op de in rechtsoverweging 1.6. tot en met 1.8 geciteerde tekst van de wapperbrieven, waaruit de bedoeling blijkt de wederverkopers te waarschuwen dat hun leverancier inbreuk maakt, terwijl in de brief van Siemens nog is toegevoegd dat derden (wederverkopers en afnemers) ook inbreuk maken. Dat de offensieve brief aan de Oekraïense wederverkoper een sommatie bevat behoeft geen betoog.
Ook de omstandigheid dat [geïntimeerde 3] Siemens op 5 oktober 2012 informeerde dat nog zou worden uitgezocht “waar het intellectual property van SPD ligt” (prod. 19 […]), doet aan het bovenstaande niet af; door daarop een jaar later met de waarschuwing dat op de IE-rechten van Femto Ltd inbreuk wordt gemaakt, terug te komen, wordt juist de indruk gewekt dat het gaat om een serieuze waarschuwing.
IEF 15262

Dubbelinterview over implementatie van de Richtlijn Collectief Beheer in de Wet Toezicht

Erik Thijssen, Enerzijds/Anderzijds, Sena Performers Magazine 2015-3, p. 10-11.
Bijdrage ingezonden door Erwin Angad-Gaur, secretraris/directeur Ntb en voorzitter sectie Uitvoerend Kunstenaars Sena. Vlak voor de zomer ging het wetsvoorstel Implementatie Richtlijn Collectief Beheer naar de Tweede Kamer: een aanpassing van de Nederlandse toezichtregels op collectief beheersorganisaties (CBO’s) waaronder ook Sena. Het wetsvoorstel roept diverse vragen op: hoe ver mag de overheid gaan bij het stellen van regels voor rechtenorganisaties? Past de aanpak van Nederland wel bij de wensen van de Europese Commissie? We vroegen het PvdA-woordvoerder Astrid Oosenbrug en Sena-sectievoorzitter Peter Boertje.
Lees verder

IEF 15259

Inbreuk op auteursrechten Foto 'Inbreker'

Ktr. Rechtbank Overijssel 15 september 2015, IEF 15259 (Dijkstra tegen gedaagde)
Uitspraak ingezonden door Kitty van Boven, i-ee.. Auteursrecht. Dijkstra is auteursrechthebbende op de foto "Inbreker". Gedaagde is eigenaresse en beheerster van www.cmswebsitebouwen.nl en www.blokzijl.nl. Op beide websites is de Foto geplaatst zonder toestemming van Dijkstra. De kantonrechter oordeelt dat gedaagde de volledige proceskosten aan Dijkstra moet betalen vanwege inbreuk op auteursrechten. Het feit dat Dijkstra geen factuur heeft gestuurd, maar direct een advocaat heeft ingeschakeld en daardoor onnodig hoge kosten heeft gemaakt, doet daar niets aan af. Ook het gegeven dat er geen watermerk aanwezig was op de Foto en het daardoor leek dat het vrijelijk te gebruiken was, zorgt niet voor een andere uitkomst. Dijkstra vordert ook bekendmaking van de bron van de Foto. Gedaagde heeft hieraan voldaan door bij de conclusie van antwoord een document toe te voegen op welke manier de Foto gevonden is. De normale vergoeding die voor licenties en gebruik gevraagd wordt is toewijsbaar: 2x 270 euro = 540 euro.

1. Voor de beoordeling van het geschil kan van de volgende feiten worden uitgegaan. Dijkstra is de maker van de foto getiteld 'Inbreker', een geënsceneerde nachtopname van een persoon met een bivakmuts op, een koevoet in de hand, die staat bij een raam. Dijkstra is als maker tevens de auteursrechthebbende van dat werk. Gedaagde is eigenaresse en beheerster van de websites www.cmswebsitebouwen.nl en www.blokzijl.nl. Op beide websites is de Foto geplaatst zonder medeweten en zonder toestemming van Dijkstra.

3.4.2. (...) is van mening dat Dijkstra gewoon een factuur had moeten sturen. In plaats daarvan heeft Dijkstra onnodig juridische kosten gemaakt door direct een advocaat in te schakelen. Uit berichten op het internet is op te maken dat dit kenmerkend is voor de handelswijze van Dijkstra. Daar komt bij dat Dijkstra nalaat zijn werk op enige wijze te beschermen. Zo heeft Dijkstra niet verhinderd dat Google de Foto kon indexeren en is de Foto vanaf de website van Dijkstra te laden in een hoge resolutie, hetgeen ongebruikelijk is, terwijl in de Foto geen doordruk van een watermerk aanwezig is. Hierdoor ontstaat de indruk dat de Foto vrijelijk te gebruiken is. (...)

3.4.5. (...) Bij die stand van zaken en gelet op de uitkomst van de procedure, acht de kantonrechter het, anders dan de kantonrechter in de rechtbank Amsterdam, billijk dat (...) veroordeeld wordt in de volledige proceskosten van Dijkstra, een bedrag aan nakosten daaronder begrepen.