Merkenrecht  

IEF 22254

ICE kledingmerk wordt doorgehaald wegens onvoldoende gebruik

EUIPO - OHIM 2 sep 2024, IEF 22254; R 307/2024-1 (Drifa ehf. tegen GILMAR S.P.A.), https://ie-forum.nl/artikelen/ice-kledingmerk-wordt-doorgehaald-wegens-onvoldoende-gebruik

KvB 2 september 2024, IEF 22254, IEFbe 3789; R 307/2024-1 (Drifa ehf. tegen GILMAR S.P.A.). Deze zaak draait om het ICE merk van GILMAR S.P.A. (hierna: Gilmar), dat als Uniemerk staat ingeschreven met betrekking tot de verkoop van tassen en kleding. In 2022 heeft Drifa ehf. (hierna: Drifa) het EUIPO verzocht om de registratie door te halen wegens niet-gebruik (non-usus), maar dit verzoek is afgewezen. Gilmar had namelijk 2000 pagina´s aan bewijs geleverd waaruit bleek dat zij haar merk in de afgelopen jaren voldoende had gebruikt. Drifa gaat in hoger beroep tegen deze beslissing. Zij voert aan dat het ICE merk niet is gebruikt, omdat Gilmar het merk alleen in combinatie met andere merken heeft gebruikt en ¨ice¨ in die gevallen niet los te onderscheiden was als merkaanduiding. Dat laatste zou daarnaast voortvloeien uit het feit dat het merk überhaupt maar weinig onderscheidend vermogen heeft. Bovendien stelt Drifa dat het gebruik door Gilmar in de gehele relevante periode maar zeer beperkt geweest.

IEF 22246

Onder welke omstandigheden mag een bewerking zonder toestemming van de auteur worden gereproduceerd?

Overig 27 aug 2024, IEF 22246; 4Ob97/24d (Eiser tegen gedaagden), https://ie-forum.nl/artikelen/onder-welke-omstandigheden-mag-een-bewerking-zonder-toestemming-van-de-auteur-worden-gereproduceerd

OGH 27 augustus 2024, IEF 22246; IEFbe 3785; 4Ob97/24d (Eiser tegen gedaagden). De uitgever (hierna: eiser) van de kinderboekenserie Der Räuber Hotzenplotz heeft een politieke partij in rechte aangesproken voor merk- en auteursrechtinbreuk. Gedaagden hebben haar boekomslag verwerkt in een politieke campagne, waarmee kritiek werd geuit op het beleid van een Oostenrijkse burgemeester. Volgens eiser is de reproductie in strijd met haar merk- en auteursrecht. Gedurende de behandeling in hoger beroep stellen gedaagden een beroep in bij de hoogste Oostenrijkse rechter (hierna: het OGH) met het argument dat hun afbeelding een op zichzelf staand werk is, dan wel een parodie. Het OGH verklaart het beroep niet-ontvankelijk, maar geeft desondanks een interessante analyse.

IEF 22245

Parallelimport toegestaan: Gerecht Sint Maarten houdt vast aan Diageo-rechtspraak

Antilliaanse Gerechten 28 nov 2023, IEF 22245; ECLI:NL:OGEAM:2023:98 (Hennessy c.s. tegen Penha c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/parallelimport-toegestaan-gerecht-sint-maarten-houdt-vast-aan-diageo-rechtspraak

Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten 28 november 2023, IEF 22245; ECLI:NL:OGEAM:2023:98 (Hennessy c.s. tegen Penha c.s.). Deze uitspraak van het Gerecht van Sint Maarten loopt parallel aan een al eerder gepubliceerde uitspraak van het Gerecht van Curaçao [IEF 21798]. Kort gezegd stellen de merkhouders van cognac, champagne en wodka (hierna: Hennessy c.s.) dat hun rechten worden geschonden door een aantal winkeliers in Sint Maarten (hierna: Penha c.s.). Penha c.s. verkoopt namelijk flessen van Hennessy c.s. waarvan de identificatienummers zijn verwijderd. Hennessy c.s. vordert dat Penha c.s. wordt veroordeeld tot het staken en gestaakt houden van inbreuk op haar intellectuele eigendomsrechten, in het bijzonder haar merkenrecht en auteursrecht. Ook vordert zij vernietiging van de inbreukmakende flessen en opgave van de gegevens over de inkoop en verkoop van de flessen. Tot slot vordert zij schadevergoeding. Penha c.s. voert gemotiveerd verweer, met name door te stellen dat de winkeliers de flessen rechtmatig via parallelhandel hebben verkregen. 

IEF 22242

Merkaanvraag "ELTON" afgewezen wegens verwarringsgevaar met "ELON"

EUIPO - OHIM 19 aug 2024, IEF 22242; R 2553/2023-5 (Universal Brand Group tegen Elon Group AB), https://ie-forum.nl/artikelen/merkaanvraag-elton-afgewezen-wegens-verwarringsgevaar-met-elon

Kamer van Beroep EUIPO 19 augustus 2024; IEF 22242; R 2553/2023-5 (Universal Brand Group tegen Elon Group AB). Op 15 juni 2022 heeft Universal Brand Group Pty Limited (hierna: de aanvrager) een aanvraag ingediend voor de registratie van een figuurlijk merk, onder verwijzing naar de prioriteit van Zuid-Afrikaanse merken van april 2022. Dit merk omvatte onder meer software voor de intelligente bediening van verwarmingsapparaten en koffieapparaten (klasse 9 en 11). Elon Group AB (hierna: de opponent) diende een oppositie in tegen deze aanvraag, gebaseerd op haar Europese en Zweedse woordmerken "ELON". De oppositie was gericht tegen alle goederen waarvoor registratie was aangevraagd en was gebaseerd op artikel 8(1)(b) van de EUTMR, dat het verwarringsgevaar toetst. De opponent stelde dat er een kans op verwarring bestond tussen het aangevraagde merk "Elton" en het oudere merk "ELON", met name omdat beide merken sterk visueel en auditief overeenkwamen en identieke of soortgelijke goederen betrof. De aanvrager stelde dat de verschillen, vooral in het auditieve en conceptuele aspect, voldoende waren om een verwarring te voorkomen. In eerste instantie werd de oppositie deels gehonoreerd door de oppositieafdeling van het EUIPO.

IEF 22240

Uitspraak ingezonden door Hidde van der Kaaij & Willem Leppink, Ploum.

Geen uitputting: verkoop van parallelgeïmporteerde producten door Depo-Markt is onrechtmatig

Rechtbanken 4 sep 2024, IEF 22240; C/09/656699 / HA ZA 23-1014 (Duru Bulgur tegen Depo-Markt), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-uitputting-verkoop-van-parallelgeimporteerde-producten-door-depo-markt-is-onrechtmatig

Rb. Den Haag 4 september 2024, IEF 22240; C/09/656699 / HA ZA 23-1014 (Duru Bulgur tegen Depo-Markt). Duru Bulgur is een Turks levensmiddelenbedrijf en houdster van het Uniebeeldmerk met woordelement DURU. Haar producten worden geëxporteerd naar zowel EU-landen als landen buiten de EU. De verpakkingen van de producten voor de Turkse markt bevatten alleen productinformatie in het Turks, terwijl die voor de Europese markt zijn voorzien van informatie in verschillende Europese talen. Duru Bulgur procedeert tegen Depo-Markt, een groothandel in levensmiddelen en verpakkingen voor zowel ondernemingen als consumenten. Duru Bulgur is erachter gekomen dat twee van haar producten in de fysieke winkel van Depo-Markt in Den Haag onder andere in de Turkse variant worden verkocht. Zij heeft met toestemming van de voorzieningenrechter conservatoir bewijsbeslag en beslag tot afgifte gelegd onder Depo-Markt. Duru Bulgur vordert bij de rechtbank dat Depo-Markt wordt bevolen om de gehele voorraad van parallelgeïmporteerde producten te verstrekken aan Duru Bulgur en om iedere verdere verhandeling van dergelijke producten te staken. Ook vordert zij een verklaring voor recht dat Depo-Markt onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld en vordert zij opgave van de productie- en distributiekanalen van Depo-Markt ten aanzien van de producten in kwestie. Tot slot vordert Duru Bulgur een schadevergoeding voor het onrechtmatig handelen.

IEF 22237

Ingezonden door Edwin van der Velde & Paul Tjiam, Simmons & Simmons LLP.

Geen dwangsommen verbeurd door Prestige; executie door Coty is onrechtmatig

Rechtbanken 12 sep 2024, IEF 22237; ECLI:NL:RBAMS:2024:5723 (Prestige Perfumes B.V. tegen Coty Beauty Germany Gmbh), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-dwangsommen-verbeurd-door-prestige-executie-door-coty-is-onrechtmatig

Rb. Amsterdam 12 september 2024, IEF 22237; ECLI:NL:RBAMS:2024:5723 (Prestige Perfumes B.V. tegen Coty Beauty Germany Gmbh). Prestige houdt zich bezig met de wereldwijde handel in originele parfumflessen, waaronder parfumflessen van de merken waarvan Coty de houder is. In het verleden heeft rechtbank Den Haag geoordeeld dat Prestige de rechten van Coty heeft geschonden door een prijslijst te versturen aan een derde partij waarin demonstratiemodellen van de Coty-merken werden aangeboden, zonder dat op de prijslijst werd aangegeven of deze modellen op douanestatus T1 (buiten de EU) of douanestatus T0 (binnen de EU) werden geleverd [IEF 22053]. De uitspraak bracht mee dat Prestige inzage moest bieden aan Coty in de productie- en distributiekanalen van alle demonstratiemodellen die zij in de EU heeft aangeboden of verkregen. Coty heeft vervolgens een verzoekschrift ingediend voor het leggen van conservatoir bewijsbeslag ten laste van Prestige, dat door de voorzieningenrechter is toegewezen. Het bewijsbeslag vindt plaats op 26 juni 2024. Coty is van mening dat het bewijsbeslag onnodig traag is verlopen en dat er dwangsommen zijn verbeurd. Prestige is het daar niet mee eens en vordert in kort geding dat Coty wordt bevolen om haar executiemaatregelen te staken; ook vordert Prestige dat de in beslag genomen bescheiden aan Prestige worden geretourneerd. Coty vordert in reconventie dat haar advocaten afschriften van de in beslag genomen bescheiden ontvangen.

IEF 22231

‘Champagne’ mag gebruikt worden als kleuraanduiding voor kleding, ondanks beschermde oorsprongsbenaming

Rechtbanken 9 sep 2024, IEF 22231; ECLI:NL:RBDHA:2024:14332 (CIVC tegen Ferminadaza), https://ie-forum.nl/artikelen/champagne-mag-gebruikt-worden-als-kleuraanduiding-voor-kleding-ondanks-beschermde-oorsprongsbenaming

Rb. Den Haag 9 september 2024, IEF 22231; ECLI:NL:RBDHA:2024:14332 (CIVC tegen Ferminadaza). Het Comité interprofessionnel du vin de champagne (hierna: CIVC) is een bij Franse wet opgerichte instantie die de taak heeft om misbruik van de aanduiding ‘Champagne’ tegen te gaan. Champagne is een door de Europese Commissie beschermde regio in Noordoost-Frankrijk voor de productie van Champagne. Alleen de in die regio geproduceerde wijnen mogen onder deze naam worden aangeduid. Bovendien moet de productie voldoen aan het productdossier dat bij de oorsprongsbenaming staat geregistreerd. Ferminadaza is een dochteronderneming van de Amerikaanse rechtspersoon Cult Gaia LLC. Zij importeert en verhandelt kledingstukken, waaronder jurken, van Cult Gaia in de Europese Unie. Op 30 mei 2024 informeerde de Nederlandse douane het CIVC dat zij een zending jurken van Cult Gaia naar Ferminadaza had tegengehouden, omdat verschillende stickers op de verpakkingen en aan de labels van de jurken het woord Champagne vermeldden (als kleuraanduiding). Nadat Ferminadaza had voorgesteld het woord op zowel de verpakkingen als de labels te laten verwijderen, heeft CIVC de jurken vrijgegeven. Ferminadaza heeft zich echter niet bereid getoond om toe te zeggen dat zij vergelijkbaar gebruik van het woord in de toekomst zal nalaten. CIVC vordert daarom in kort geding dat Ferminadaza wordt veroordeeld om zich te onthouden van ieder toekomstig gebruik van het woord onder straffe van een dwangsom.

IEF 22230

Modeltekening voor bedieningspaneel van een kookfornuis is auteursrechtelijk beschermd, maar staat reproductie niet in de weg

Overig 8 jul 2024, IEF 22230; (AGA Rangemaster Group Limited tegen UK Innovations Group Limited en Michael Patrick McGinley), https://ie-forum.nl/artikelen/modeltekening-voor-bedieningspaneel-van-een-kookfornuis-is-auteursrechtelijk-beschermd-maar-staat-reproductie-niet-in-de-weg

High Court of Justice 8 juli 2024, IEF 22230, IEFbe 3782; [2024] EWHC 1727 (IPEC) (AGA Rangemaster Group Limited tegen UK Innovations Group Limited en Michael Patrick McGinley). De Britse rechter doet in deze zaak uitspraak over een geschil tussen AGA Rangemaster Group Limited (hierna: AGA) enerzijds en UK Innovations Group Limited en Michael Patrick McGinley (hierna: gedaagden) anderzijds. AGA is de fabrikant en verkoper van de populaire Britse AGA-kookfornuizen. Gedaagden specialiseren zich in de installatie en verkoop van elektronische kooksystemen, onder andere met betrekking tot AGA-fornuizen. Met andere woorden, zij refurbishen AGA-fornuizen zodat die op stroom kunnen werken en zij verkopen de aangepaste modellen vervolgens door aan derden. AGA heeft in beginsel geen bezwaar tegen deze praktijk. Echter, AGA stelt dat gedaagden te ver gaan in hun bewerkingen en in hun marketing, wat beide inbreuk zou maken op haar merkrechten. Ook stelt zij dat het door gedaagden geïnstalleerde bedieningspaneel in de AGA-fornuizen inbreuk maakt op het auteursrecht dat AGA heeft op een modeltekening van een van haar eigen fornuizen. Gedaagden zijn het niet met de stellingen eens.

IEF 22224

KPS B.V. maakt geen inbreuk op IE-rechten van FZI B.V.

Rechtbanken 4 sep 2024, IEF 22224; ECLI:NL:RBDHA:2024:13740 (F.Z.I. B.V. tegen KPS B.V.), https://ie-forum.nl/artikelen/kps-b-v-maakt-geen-inbreuk-op-ie-rechten-van-fzi-b-v

Rb. Den Haag 4 september 2024, IEF 22224; ECLI:NL:RBDHA:2024:13740 (F.Z.I. B.V. tegen KPS B.V.). FZI B.V. en KPS B.V. waren beide betrokken bij het online vakmedium Klantcontact.nl. In 2019 nam KPS de exploitatie over via een overnameovereenkomst. Na verloop van tijd introduceerde KPS het medium onder een nieuwe naam, Ziptone. Eind 2022 werd de domeinnaam klantcontact.nl terug overgedragen aan FZI. Dit leidde tot een geschil over het gebruik van de naam en intellectuele eigendomsrechten rondom het vakmedium. FZI vorderde onder meer een verklaring voor recht dat KPS inbreuk maakt op haar handelsnaam-, merk- en auteursrechten en eiste het staken van het gebruik van de termen 'Klantcontact' en 'Klantcontact.nl'. Daarnaast werd vergoeding van schade en doorhaling van KPS' Beneluxmerkregistraties geëist.

IEF 22219

Prejudiciële vragen merkenrecht: is een verkeerd vermeld oprichtingsjaar misleidend?

Overig 5 jun 2024, IEF 22219; (Fauré Le Page Paris SAS tegen Goyard ST-Honoré SAS), https://ie-forum.nl/artikelen/prejudiciele-vragen-merkenrecht-is-een-verkeerd-vermeld-oprichtingsjaar-misleidend

Cour de cassation 5 juni 2024, IEF 22219, IEFbe 3775; Case C-412/24 (Fauré Le Page Paris SAS tegen Goyard ST-Honoré SAS). Een merk is nietig als deze tot misleiding van het publiek kan leiden, bijvoorbeeld ten aanzien van de aard, herkomst of hoedanigheid van de waren of diensten waar het merk betrekking op heeft (art. 4 lid 1 sub g Merkenrichtlijn). Maar wat als de misleiding in plaats daarvan ziet op eigenschappen van de merkhouder? Deze vraag speelt zich af in de zaak tussen Goyard ST-Honoré SAS (hierna: Goyard) en Fauré Le Page Paris SAS (hierna: Fauré). Fauré richt zich op de productie en verkoop van onder andere leren koffers en tassen. Hoewel zij in 2009 is opgericht, staat het door haar gebruikte merk geregistreerd als 'Fauré Le Page Paris 1717'. Deze naam suggereert dat Fauré de werkzaamheden voortzet van Maison Fauré Le Page, een bedrijf dat tot aan 1992 vergelijkbare producten verkocht onder vrijwel dezelfde naam. Het feit dat dit niet daadwerkelijk het geval is, maakt het merk van Fauré volgens Goyard misleidend. De rechter geeft Goyard, na doorverwijzing naar de cassatierechter, gelijk. Zij oordeelt dat de misleidende aard van een merk niet alleen beperkt hoeft te zijn tot de betrokken waren of diensten. Ook de eigenschappen van de merkhouder, zoals het jaar van oprichting, kunnen een rol spelen. Dergelijke eigenschappen kunnen namelijk het koopgedrag van consumenten beïnvloeden, vooral in sectoren voor luxegoederen (consumenten hechten waarde aan ervaring). Fauré stelt dat de uitspraak in strijd is met de Emanuel uitspraak van het Europese Hof: daarin beperkt het Hof zich voor haar oordeel over misleiding wel degelijk tot de betrokken waren en diensten. Fauré gaat dan ook in cassatie; op aanbevelen van de Advocaat-Generaal dient de cassatierechter een aantal prejudiciële vragen in bij het Hof: