Merkenrecht  

IEF 21334

Billie vs B Biller

BBIE 30 mrt 2023, IEF 21334; (Billie tegen B Biller), https://ie-forum.nl/artikelen/billie-vs-b-biller

BBIE 30 maart 2023, IEF 21334; Beslissing oppositie 2018070 (Billie tegen B Biller) De opposant heeft oppositie ingesteld tegen de inschrijving van het woord-/beeldmerk 'B Biller'. De oppositie is gebaseerd op Uniemerkinschrijving van het woordmerk 'Billie'. Het Bureau heeft geoordeeld dat er sprake is van verwarringsgevaar tussen het oudere merk 'Billie' en het betwiste teken vanwege de visuele en auditieve overeenstemming, deels identieke, deels overeenstemmende en deels in zekere mate overeenstemmende waren en diensten, en het verhoogde aandachtsniveau van het relevante publiek. Zelfs als de 'IT-diensten' in klasse 42 van het ingeroepen merk buiten beschouwing worden gelaten, blijft het oordeel hetzelfde.

ProDemos tegen Stichting Eerlijk Stemadvies

Rechtbank Den Haag 10 mrt 2023, IEF 21326; (ProDemos tegen de Stichting), https://ie-forum.nl/artikelen/prodemos-tegen-stichting-eerlijk-stemadvies

Rechtbank Den Haag 10 maart 2023, IEF 21326; C/09/644062 / KG ZA 23-185 (ProDemos tegen Stichting Eerlijke Stemadvies) Het gaat hier om een rechtszaak tussen ProDemos en Stichting Eerlijk Stemadvies (hierna: de Stichting), waarbij ProDemos aanvankelijk eiste dat de Stichting stopt met het gebruik van het merkteken 'stemwijzer' en de domeinnaam waarop dit merkteken gebruikt werd, op straffe van een dwangsom. De Stichting heeft kort voor de mondelinge behandeling een onthoudingsverklaring getekend en de gestelde merkinbreuken beëindigd, waardoor ProDemos haar eerdere eis heeft ingetrokken en alleen nog de proceskosten vordert op grond van artikel 1019h Rv. ProDemos vindt dat de stichting de door haar gemaakte kosten moet vergoeden, omdat zij als in het ongelijk gestelde partij is veroordeeld en pas daags voor de zitting heeft gereageerd op de sommaties van ProDemos en geen verweer heeft gevoerd tegen haar stellingen. De rechter heeft geoordeeld dat de Stichting inderdaad als in het ongelijk gestelde partij moet worden veroordeeld en de kosten van de procedure moet vergoeden.

IEF 21325

Geen geldige reden om merk IMPOSSIBLE niet te gebruiken

EUIPO - OHIM 17 mrt 2023, IEF 21325; (Impossible Foods tegen Nestlé), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-geldige-reden-om-merk-impossible-niet-te-gebruiken

Kamer van Beroep EUIPO 17 maart 2023, IEF 21325; R 665/2022-5 (Impossible Foods tegen Nestlé) Merkenzaak, zie eerder IEF 20590. Impossible Foods heeft in 2014 het Uniemerk IMPOSSIBLE geregistreerd. Tot op heden is nog geen sprake van gebruik in de Europese Unie. Impossible Foods voert aan dat een markttoelatingsprocedure in de weg staat aan normaal gebruik en er dus een geldige reden is in de zin van artikel 18(1) Vo. 2017/1001. De Kamer van Beroep verwerpt dit argument. Impossible Foods heeft er zelf voor gekozen om zich eerst te richten op markttoelating in haar thuismarkt en later pas inspanningen te verrichten om in de EU markttoelating te verkrijgen. Bovendien is Impossible Foods niet voortvarend geweest in haar aanvraag, onder meer omdat zij heeft verzuimd de juiste veiligheidsstudies te verrichten. Tot slot heeft Impossible Foods het merk wel gebruikt voor een vervangend product in het Verenigd Koninkrijk, hetgeen zij ook in de EU had kunnen doen.

IEF 21320

Duurzaamheidsclaims: EC doet voorstel voor richtlijn

Op 24 maart 2023 heeft de Europese Commissie een voorstel voor een nieuwe richtlijn gedaan. Dit voorstel bevat criteria die greenwashing en misleidende milieuclaims tegen dient te gaan. Met het voorstel krijgen consumenten meer duidelijkheid wanneer iets als ‘groen’ wordt verkocht, of het ook echt groen is, en krijgen zij betere informatie om milieuvriendelijke producten en diensten te kiezen. Ook bedrijven zullen hiervan profiteren, aangezien bedrijven die zich daadwerkelijk inspannen om de milieuduurzaamheid van hun producten te verbeteren, gemakkelijker door de consument zullen worden herkend en beloond, hetgeen hun verkoop zal stimuleren - in plaats van te worden geconfronteerd met oneerlijke concurrentie. Op die manier zal het voorstel bijdragen tot gelijke concurrentievoorwaarden wanneer het gaat om informatie over de milieuprestaties van producten.

 

IEF 21319

‘Red sauce made with TABASCO pepper'

Rechtbank Den Haag 15 mrt 2023, IEF 21319; ECLI:NL:RBDHA:2023:3520 (Cantina Mexicana v McIlhenny ), https://ie-forum.nl/artikelen/red-sauce-made-with-tabasco-pepper

Rechtbank Den Haag 15 maart 2023, IEF 21319; ECLI:NL:RBDHA:2023:3520  (Cantina Mexicana tegen McIlhenny)  Cantina Mexicana produceert en verhandelt wereldwijd Tex-Mex producten. McIlhenny produceert en verkoopt wereldwijd verschillende sauzen, waaronder een rode pepersaus. Voor deze saus wordt een specifieke peper gebruikt, de tabascopeper. McIlhenny is houdster van het Beneluxwoordmerk TABASCO en het TABASCO Beneluxbeeldmerk.

McIlhenny is van mening dat het gebruik van het woord TABSCO op de verpakking van de rode pepersaus van Cantina Mexicana inbreuk maakt op de merkrechten van McIlhenny en vordert dan ook de staking van deze inbreuk. Cantina Mexicana is echter van mening dat het gebruik van de aanduiding ‘red sauce made with tabasco pepper’ geen inbreuk maakt op de Tabasco-merken. Cantina Mexicana beroept zich op de nietigheid van het merk TABASCO ex art. 2.2bis lid 1 sub c BVIE. TABASCO zou beschrijvend zijn voor alle waren waarvan de tabascopeper een ingrediënt kan zijn.

IEF 21316

Uitspraak ingezonden door Nadiya Disveld en Anne de Laat, Bright Advocaten

Inbreuk op merkenrecht door overeenstemmend woord 'bekwaam'

Rechtbank Gelderland 21 mrt 2023, IEF 21316; (Bekwaam Intererim Management B.V. tegen Bekwaam Zorggroep B.V.), https://ie-forum.nl/artikelen/inbreuk-op-merkenrecht-door-overeenstemmend-woord-bekwaam

Vzr. Rechtbank Gelderland 21 maart 2023, IEF21316; C/05/414747 / KG ZA 23-35 (Bekwaam Interim Management B.V. tegen Bekwaam Zorggroep) Kort geding. Bekwaam Interim Management (hierna BIM) is een onderneming die gespecialiseerd is in detachering en arbeidsbemiddeling voor professionals, met name in de infrastructuur- en utiliteitsbouw. Het bedrijf is ingeschreven in het handelsregister en is houder van een Benelux woord-/beeldmerk waar het woord Bekwaam groot wordt afgebeeld. Bekwaam Zorggroep (hierna BZ) is een onderneming die tevens is gespecialiseerd in het aanbieden van dienste op het detachering, werving en selectie, met name in de zorgsector. Deze onderneming maakt eveneens gebruik van een logo waarbij het woord Bekwaam een duidelijke rol speelt. De merkgemachtigde van BIM heeft BZ gesommeerd het gebruik van de naam BZ en bijbehorend logo te staken. De voorzieningenrechter overweegt als volgt. Het woord-/beeldmerk van BIM is geldig, nu BZ de nietigheid hiervan niet heeft ingeroepen. Daarnaast is het niet zuiver beschrijvend. Het BVIE is van toepassing, waardoor er op grond van art. 2.20 lid 2 sub b BVIE inbreuk wordt gemaakt. Immers is het dominante bestanddeel het element 'Bekwaam'. De prominente plek van het woord in beide logo's stemt overeen en de overige elementen zijn beschrijvend. Op basis van deze feiten wordt geconcludeerd dat het woord-/beeldmerk en teken dezelfde totaalindruk maken, hetgeen tot verwarring bij het publiek zou kunnen leiden. BZ maakt met haar logo inbreuk op de merkenrechten van BIM. De vordering betreffende de handelsnaam op grond van art. 5 Hnw wordt tevens toegewezen. 

IEF 21315

Uitspraak ingezonden door Max van Oostrum en Marga Verwoert, Leeway

Wunderkind maakt inbreuk op het Wonderkind-merk

Rechtbank Den Haag 17 mrt 2023, IEF 21315; (Wonderkind tegen Wunderkind), https://ie-forum.nl/artikelen/wunderkind-maakt-inbreuk-op-het-wonderkind-merk

Rechtbank Den Haag 17 maart 2023, IEF 21315; C/09/636431 / KG ZA 22-910 (Wonderkind tegen Wunderkind) Het Nederlandse bedrijf Wonderkind, actief in de online advertentiemarkt, is de houder van het Uniemerk WONDERKIND. Wonderkind heeft een kort geding aangespannen tegen het Amerikaans-Britse bedrijf Wunderkind, dat zich bezighoudt met performance marketing. In dit kort geding vordert Wonderkind een bevel om iedere inbreuk op het WONDERKIND-merk te staken, door ieder gebruik van het teken ‘Wunderkind’ in de gehele Europese Unie te staken op grond van art. 9 lid 2 sub b UMVo. Omdat Wunderkind een vordering tot vervallenverklaring heeft ingesteld bij het EUIPO onderzoekt de voorzieningenrechter eerst de geldigheid van het WONDERKIND-merk. Volgens de rechter is er geen serieuze kans aanwezig dat het WONDERKIND-merk in een bodemprocedure of een procedure bij het EUIPO niet geldig zal worden bevonden. Zowel visueel, auditief als begripsmatig is er volgens de rechter een grote mate van overeenstemming tussen het merk en de tekens. Daarnaast is er een zekere mate van overeenstemming tussen de diensten, nu beide bedrijven zich onder meer richten op reclame en marketingadvies. De rechter komt dan ook tot de conclusie dat Wunderkind inbreuk maakt op het WONDERKIND-merk en wijst de vorderingen toe. Wunderkind wordt als in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten.

IEF 21311

UNREAL vs unreel

BBIE 14 mrt 2023, IEF 21311; (UNREAL tegen unreel), https://ie-forum.nl/artikelen/unreal-vs-unreel

BBIE 14 maart 2023, IEF 21311; Decision opposition 2018021 (UNREAL tegen unreel) De opposant heeft oppositie ingesteld tegen de inschrijving van het woordmerk unreel. De oppositie is gebaseerd op Uniemerkinschrijving van het woordmerk UNREAL. Het Bureau oordeelt dat het betwiste teken visueel vergelijkbaar is en auditief identiek aan het ingeroepen handelsmerk. Er is daarnaast een waarschijnlijkheid van verwarring dat de aangeboden diensten van dezelfde of economisch gekoppelde ondernemingen komen. Daarom concludeert het Bureau dat er een waarschijnlijkheid van verwarring bestaat voor de omstreden diensten in klassen 41 en 42. De opposant heeft ook oppositie ingesteld op basis van artikel 2.2ter, 3 (a) BCIP, maar het Bureau oordeelt dat er geen overeenkomst is vastgesteld in klasse 35. De aard, het doel en het publiek van de betwiste diensten in klasse 35 zijn verschillend van de diensten van het ingeroepen handelsmerk. Hoewel de tekens visueel vergelijkbaar en auditief identiek zijn, oordeelt het Bureau dat het relevante publiek geen link zal leggen tussen de tekens gezien het conceptuele verschil, de specifieke aard en het publiek van de betwiste diensten in klasse 35. Daarom wordt het bezwaar op basis van dit artikel verworpen.

IEF 21305

Uniemerk ‘Akari’ en teken ‘Akaya’ voor identieke waren

Rechtbank Den Haag 22 feb 2023, IEF 21305; ECLI:NL:RBDHA:2023:2172 (Bidfood tegen DYF, DYO respectievelijk DYT (DY)), https://ie-forum.nl/artikelen/uniemerk-akari-en-teken-akaya-voor-identieke-waren

Rechtbank Den Haag 22 februari 2023, IEF 21305; ECLI:NL:RBDHA:2023:2172 (Bidfood tegen DY) De zaak betreft een geschil tussen Bidfood, houder van twee Uniemerken 'AKARI', en groothandelsbedrijf DY, die het merk 'Akaya' gebruikt voor vergelijkbare producten in de Japanse/Oosterse keuken. Bidfood vordert - samengevat - DY te veroordelen de inbreuken op de merkrechten van Bidfood te staken en gestaakt te houden. Bidfood legt aan het gevorderde ten grondslag dat DY door het gebruik van het Akaya-teken voor de Akaya-producten inbreuk maakt op haar Uniemerken als bedoeld in artikel 9 lid 2 sub b UMVo. De rechtbank oordeelt dat er verwarringsgevaar bestaat tussen de merken van Bidfood en het Akaya-teken van DY. DY kan zich niet beroepen op het gebruik van het Akaya-teken als handelsnaam. Bidfood heeft het Akaya-teken als Uniemerk kunnen registreren en heeft niet onrechtmatig gehandeld. DY betoogt dat het beroep van Bidfood op haar merkrechten disproportionele gevolgen heeft voor haar bedrijfsvoering, maar de rechtbank gaat hier niet in mee. Gelet op al het voorgaande kan Bidfood zich verzetten tegen gebruik van het Akaya-teken door DY.

IEF 21304

HELIX vs HELIX TECHNOLOGY

BBIE 7 mrt 2023, IEF 21304; (HELIX tegen HELIX TECHNOLOGY), https://ie-forum.nl/artikelen/helix-vs-helix-technology

BBIE 7 maart 2023, IEF 21304; Decision opposition 2017705 (HELIX tegen HELIX TECHNOLOGY) De opposant heeft oppositie ingesteld tegen de inschrijving van het woordmerk HELIX TECHNOLOGY. De oppositie is gebaseerd op Uniemerkinschrijving van het woordmerk HELIX. In deze zaak heeft het Bureau vastgesteld dat het onderscheidende deel van de betrokken handelsmerken identiek is. Hoewel de goederen en diensten slechts in geringe mate vergelijkbaar zijn, heeft het Bureau een waarschijnlijkheid van verwarring tussen de handelsmerken vastgesteld omdat ze visueel en auditief zeer vergelijkbaar zijn, en een deel van het publiek mogelijk geen conceptuele vergelijking kan maken. Het Bureau heeft rekening gehouden met de gemiddelde consument, die een normaal niveau van aandacht heeft en afhankelijk is van onvolmaakte indrukken. De beschrijvende aard van een woord in een van de handelsmerken is overwogen, maar het heeft de hoge mate van gelijkenis tussen de handelsmerken niet tenietgedaan. Daarom wordt de oppositie toegewezen.