Overige  

IEF 5891

Strafzaak illegaal kopieren van cd's

Gerechtshof Arnhem, 19 maart 2008, LJN: BC7231, Strafzaak.

Het samen met anderen op zeer grote schaal illegaal verveelvoudigen en in de handel brengen van muziekcd’s, zonder toestemming van de auteursrechthebbende(n): 15 maanden gevangenisstraf en een geldboete van € 20.000,-.

“Het hof heeft bij de straftoemeting in het bijzonder in aanmerking genomen -en vindt daarin de redenen die tot de keuze van een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf van de hierna aan te geven duur leiden- dat verdachte zich samen met anderen, op professionele wijze, heeft schuldig gemaakt aan het op zeer grote schaal illegaal verveelvoudigen en in de handel brengen van cd’s. Daarbij heeft verdachte misbruik gemaakt van de intellectuele prestaties van anderen. Dit vormt een ernstige inbreuk op de rechtsorde. “ “Reeds de omvang van de handel duidt op grootschalig financieel gewin als drijfveer, met totale veronachtzaming van de maatschappelijke gevolgen. Aan de rechthebbenden van de auteursrechten is gedurende een lange periode grote financiële schade toegebracht. Voorts heeft de handelwijze van verdachte geleid tot concurrentievervalsing.
Het hof heeft tevens rekening gehouden met het feit dat verdachte twee maal eerder wegens feiten als de onderhavige door de rechter tot gevangenisstraf is veroordeeld. Hij heeft zich kennelijk aan die eerdere veroordelingen en de daarin begrepen waarschuwingen niets gelegen laten liggen. Integendeel, verdachte is reeds zeer kort na zijn laatste detentie weer begonnen met de verveelvoudiging van en handel in illegale cd’s.
Op grond van het bovenstaande is het hof van oordeel dat de door verdachte gepleegde feiten zo ernstig en voor de direct betrokkenen zo nadelig zijn, dat verdachte dient te worden gestraft met een zwaardere straf dan door de rechtbank is opgelegd en door de advocaat-generaal is gevorderd."
Lees hier meer

IEF 5876

Strafzaak valselijk opmaken van diploma's

Voor IE-ers wellicht aardige passage in twee strafvonnissen van de Rechtbank ’s-Hertogenbosch van 17 maart over het valselijk opmaken van diploma’s: 

“Vervalsen of valselijk opmaken? De officier van justitie heeft betoogd dat verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan het vervalsen van onderwijsdiploma’s en andere getuigschriften. De rechtbank merkt op dat vervalsen een bestaand geschrift met bewijsbestemming vereist, welk geschrift vervolgens zodanig wordt veranderd dat het daarna vals is. Valselijk opmaken daarentegen is het opstellen van een nieuw, vals geschrift of het vervolmaken van een geschrift dat nog niet af was. De rechtbank constateert dat verdachte nieuwe, valse geschriften heeft opgesteld. Het gegeven dat hij dit – grotendeels – deed naar het voorbeeld van reeds bestaande echte diploma’s en getuigschriften, neemt niet weg dat hij steeds nieuwe, voorheen nog niet bestaande, documenten vervaardigde. De rechtbank is om die reden, anders dan de officier van justitie, van oordeel dat verdachte geschriften valselijk heeft opgemaakt, zoals hierna bewezenverklaard.”
Lees hier meer

IEF 5872

Faits divers

Necrologie Hugo Claus. “Dat hergebruik van (eigen) materiaal leverde hem herhaaldelijk het verwijt van plagiaat op. Hij wuifde dat achteloos weg: ‘Ik citeer nogal eens dingen die ik gehoord heb. Vooral van mezelf trouwens. Maar ook wel eens van een ander. Als het maar een muziekje heeft: dat is de enige moraal. Alles is bruikbaar voor een dichter, als een kruidenier ga ik te werk.’”

Lees hier meer (Parool.nl).

Toevloed gezondheidsclaims. “De beoordeling van gezondheidsclaims voor voedingsmiddelen in de EU loopt enorme achterstand op. Beweringen op producten zoals 'goed voor uw botten' kunnen daardoor ook in de toekomst nog onwaar zijn.
Bedrijven moeten de beweringen sinds kort laten toetsen door het EU-agentschap voor veilige voeding EFSA in Parma. Het agentschap heeft een wettelijke termijn van een jaar voor de beoordeling van zogenoemde functieaanspraken ('stimuleert de spijsvertering'). De termijn is slechts vijf maanden voor gezondheidsaanspraken voor kinderen ('helpt Engelse ziekte bij kinderen te voorkomen'). Maar de toevloed blijkt zo groot, dat sommige aanvragen voor slogans waarschijnlijk pas veel later worden getoetst, meldden bronnen in Brussel.”

Lees hier meer (Adformatie.nl).

Emile Ratelband pleegt plagiaat. “De positiviteitsgoeroe zou hele stukken van zijn boek Somatology hebben overgeschreven. (…) ‘Daar verzet ik mij tegen’, reageert mevrouw Carstian ontstelt als ze hoort dat Emile bij haar in de leer zou zijn geweest. ‘Hij is hier maar twee keer geweest en de leer is veel de moeilijk en ingewikkeld om er na zo'n korte periode een boek over te kunnen schrijven.’ Emile reageert verbijsterd: "Ik ben daar tientallen keren geweest en heb duizenden kilometers op en neer gereden. Anders had ik mijn boek toch nooit aan haar opgedragen?

(…) Een Zwitserse schrijver beweert dat Emile hele pagina's uit zijn boek heeft overgeschreven en wil mr. Positivo gaan aanklagen. (…) Mevrouw Carstian laat het hier bij zitten: ‘Tegen dat soort mensen moet je helemaal niets doen.’”

Lees hier meer (Telegraaf.nl).

Nieuwe .nl geschillenregeling roept vragen op. Artikel Maarten Haak  op Webwereld.nl.
“(…) Maar wat als de verliezer wel een procedure initieert: welke rechtskracht heeft een advies van een .nl-geschillenbeslechter dan? De geschillenregeling bepaalt daar niets over. Mag (of moet) de rechter de geschillenprocedure dan overdoen, of toetst de rechter uitsluitend of er geen fundamentele beginselen zijn geschonden? (…) Het advies van de geschillenbeslechter onder de nieuwe regeling kan wellicht worden aangemerkt als een 'bindend advies'. Dat heeft tussen de partijen dezelfde werking als een vaststellingsovereenkomst.

Gek genoeg bepaalt de geschillenregeling dat ook tijdens een geschillenprocedure een gewone procedure voor de rechter kan worden gestart. Moet de rechter zijn oordeel dan aanhouden totdat de geschillenregeling tot een einde is gekomen? De regeling lijkt dat niet te impliceren.”

Lees hier meer (Webwereld.nl).

IEF 5866

Niet benoemd als prioritair

Gerechtshof Amsterdam,19 maart 2008, Beschikking op het beklag met het rekestnummer K06/1605.

Kwekersrecht, strafklacht. Het beklag richt zich tegen de beslissing van de officier van justitie van het functioneel parket te Den Haag om geen strafvervolging in te stellen tegen beklaagden terzake van overtreding van de Zaaizaad- en Plant-goedwet 2005 en/of valsheid in geschrifte. Het hof beveelt de officier van justitie om beklaagden toch te vervolgen.

Klager is ontvankelijk. Het hof is van oordeel dat, nu vaststaat dat klager zich ruim voor het doen van aangifte kenbaar heeft gemaakt als diegene die het lelieras ''Miss Lucy" in Nederland zou introduceren en uiteindelijk de kwekersrechten (eveneens vóór het doen van de aangifte) van Blay heeft gekocht, klager reeds op die grond ook vóór de officiële verkrijging van de kwekersrechten was aan te merken als rechtstreeks belanghebbende in de zin van artikel 12 Sv. Het hof verklaart klager derhalve ontvankelijk in diens beklag.

In de tijd die was gelegen tussen het kopen van de kwekersrechten en de officiële verkrijging daarvan door klager, zouden volgens klager verschillende (rechts)personen mutanten (zoals de "Double Price" en de "Double Pleasure") hebben vermeerderd en verhandeld, terwijl ze ervan op de hoogte waren dat deze mutanten behoorden tot het lelieras van de "Miss Lucy". Ook verschillende exporteurs zouden hieraan hebben meegewerkt. Daarmee zou volgens klager inbreuk zijn gemaakt op het door hem gekochte en uiteindelijk officieel verkregen kwekersrecht. De verschillende beklaagden bestrijden echter dat ze inbreuk hebben gemaakt op dat kwekersrecht en, voor zover dat wel het geval is, dat ze zich daarvan bewust waren.

Het Openbaar Ministerie heeft geen aanleiding gezien om tot strafvervolging over te gaan. De motivering daarvan was betrekkelijk summier: het onderwerp was niet benoemd als prioritair onderwerp in het kader van de strafrechtelijke handhaving, er was slechts sprake van beperkte opsporingscapaciteit en de zaak leende zich meer voor afdoening door de civiele rechter. Het hof kan zich niet vinden in dat oordeel.

Het hof concludeert dat de beklaagden waarschijnlijk wel bewust inbreuk hebben gemaakt en mede gezien  de grootschaligheid van de mogelijk gepleegde strafbare feiten en de hoogte van de mogelijk daardoor door klager geleden schade, is het hof daarom van oordeel dat de aangifte van klager niet op de gronden zoals genoemd in het sepotbericht geseponeerd had mogen worden en gelast vervolging.

Het hof acht het daarbij wel noodzakelijk dat in deze zaak eerst nader onderzoek zal worden gedaan en zal dat bevel vervolging daarom geven in de vorm van een gerechtelijk vooronderzoek. Nu het bovendien niet onwaarschijnlijk is dat ook andere natuurlijke en/of rechtspersonen zich schuldig hebben gemaakt aan voornoemde strafbare feiten, zal het hof het bevel vervolging niet beperken tot beklaagden 1 tot en met 10, maar tevens een gerechtelijk vooronderzoek NN bevelen.

Lees het arrest hier (geen origineel document, IEPT).

IEF 5865

Misbruik gemaakt van de intellectuele prestaties van anderen

Gerechtshof Arnhem, 19 maart 2008, LJN: BC7231, Strafzaak.

Het samen met anderen op zeer grote schaal illegaal verveelvoudigen en in de handel brengen van muziekcd’s, zonder toestemming van de auteursrechthebbende(n): 15 maanden gevangenisstraf en een geldboete van € 20.000,-. 

“Het hof heeft bij de straftoemeting in het bijzonder in aanmerking genomen -en vindt daarin de redenen die tot de keuze van een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf van de hierna aan te geven duur leiden- dat verdachte zich samen met anderen, op professionele wijze, heeft schuldig gemaakt aan het op zeer grote schaal illegaal verveelvoudigen en in de handel brengen van cd’s. Daarbij heeft verdachte misbruik gemaakt van de intellectuele prestaties van anderen. Dit vormt een ernstige inbreuk op de rechtsorde. “

“Reeds de omvang van de handel duidt op grootschalig financieel gewin als drijfveer, met totale veronachtzaming van de maatschappelijke gevolgen. Aan de rechthebbenden van de auteursrechten is gedurende een lange periode grote financiële schade toegebracht. Voorts heeft de handelwijze van verdachte geleid tot concurrentievervalsing.

Het hof heeft tevens rekening gehouden met het feit dat verdachte twee maal eerder wegens feiten als de onderhavige door de rechter tot gevangenisstraf is veroordeeld. Hij heeft zich kennelijk aan die eerdere veroordelingen en de daarin begrepen waarschuwingen niets gelegen laten liggen. Integendeel, verdachte is reeds zeer kort na zijn laatste detentie weer begonnen met de verveelvoudiging van en handel in illegale cd’s.

Op grond van het bovenstaande is het hof van oordeel dat de door verdachte gepleegde feiten zo ernstig en voor de direct betrokkenen zo nadelig zijn, dat verdachte dient te worden gestraft met een zwaardere straf dan door de rechtbank is opgelegd en door de advocaat-generaal is gevorderd."

Lees het arrest hier.

IEF 5862

Parallelle distributie

zind.gifRechtbank ’s-Gravenhage 19 maart 2008, KG ZA 08-174; Kort geding tussen Dr. Fisher Farma B.V. en Z-Index B.V.

Geneesmiddelenrecht. Fisher Farma richt zich op parallelle distributie van geneesmiddelen uit andere landen van de EU, zgn. eurospécialités. Het kort geding heeft betrekking op parallel distributie van geneesmiddelen waarvoor aan de producent/merkhouder een communautaire handelsvergunning is verleend o.g.v. Verordening (EG) nr. 726/2004. Naast distributie door de houder van de communautaire handelsvergunning, mogen deze geneesmiddelen op grond van het vrij verkeer van goederen gedistribueerd worden door parallel distributeurs, mits van de parallel distributie melding is gemaakt aan het Europees Geneesmiddelenbureau (EMEA). Nadat EMEA heeft getoetst of is voldaan aan vereisten voor parallel distributie, geeft zij aan de distributeur een zgn. PD Notice [Parallel Distribution Notice] af.

Fisher Farma is voor de verhandeling van eurospécialités afhankelijk van Z-Index.

Z-Index beheert en exploiteert de zgn. G-Standaard, een databank waarin alle in Nederland op de markt gebrachte geneesmiddelen zijn opgenomen. De G-Standaard wordt gebruikt ter ondersteuning van het voorschrijven, afleveren, bestellen, declareren en vergoeden van geneesmiddelen door de betrokken partijen in de zorgsector. De G-Standaard is de enige databank van geneesmiddelen in Nederland die door alle betrokken partijen in de zorgsector wordt gebruikt.

Het vonnis behandelt de vraag of Z-Index onrechtmatig handelt jegens Fisher Farma indien zij voor de opname van parallel gedistribueerde eurospécialités in de G-Standaard, niet alleen verlangt dat melding van parallel distributie aan EMEA is verricht, maar ook de voorafgaande afgifte van een Parallel Distribution Notice verlangt. Deze eis werd voorheen door Z-Index niet gesteld. Z-Index heeft evenwel – naar aanleiding van een draft Guidance van EMEA waarin afgifte van de PD Notice lijkt te worden beschouwd als post marketing vereiste voor parallel distributie - aan Fisher Farma het voornemen kenbaar gemaakt in het vervolg overlegging van een PD Notice te zullen verlangen, alvorens een eurospécialité in de G-Standaard wordt opgenomen.

Z-Index heeft in de procedure inhoudelijk uitdrukkelijk geen verweer gevoerd en zich gerefereerd aan het oordeel van de rechter.

Naar voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter is in geval van parallel distributie van eurospécialité waarvoor een communautaire handelsvergunning is verleend op grond van Vo. 726/2005, voldoende dat de paralleldistributeur een melding van paralleldistributie aan het EMEA verricht. Uit Vo. 726/2005 kan niet worden afgeleid dat de daadwerkelijke afgifte van een PD Notice geldt als post marketing vereiste voor parallel distributie. Aan de andersluidende draft Guidance van het EMEA dient in dit opzicht geen waarde te worden toegekend - mede gelet op het feit dat tegen dit concept document bezwaar is gemaakt en het sindsdien al 2 jaar stil licht - , nog daargelaten of een dergelijk standpunt van EMEA in strijd zou zijn met het vrij verkeer van goederen. Indien Z-Index desondanks haar beleid in die zin wijzigt dat zij toch voorafgaande afgifte van de PD Notice verlangt voordat een geneesmiddel in de G-Standaard wordt opgenomen, is dat onrechtmatig te achten jegens Fisher Farma. De vorderingen van Fisher Farma worden derhalve toegewezen.

Lees het vonnis hier.

IEF 5861

Parallel distributie

Rechtbank ’s-Gravenhage 19 maart 2008, KG ZA 08-174; Kort geding tussen Dr. Fisher Farma B.V. en Z-Index B.V. Geneesmiddelenrecht.

Fisher Farma richt zich op parallelle distributie van geneesmiddelen uit andere landen van de EU, zgn. eurospécialités. Het kort geding heeft betrekking op parallel distributie van geneesmiddelen waarvoor aan de producent/merkhouder een communautaire handelsvergunning is verleend o.g.v. Verordening (EG) nr. 726/2004. Naast distributie door de houder van de communautaire handelsvergunning, mogen deze geneesmiddelen op grond van het vrij verkeer van goederen gedistribueerd worden door parallel distributeurs, mits van de parallel distributie melding is gemaakt aan het Europees Geneesmiddelenbureau (EMEA). Nadat EMEA heeft getoetst of is voldaan aan vereisten voor parallel distributie, geeft zij aan de distributeur een zgn. PD Notice [Parallel Distribution Notice] af.

Fisher Farma is voor de verhandeling van eurospécialités afhankelijk van Z-Index.

Z-Index beheert en exploiteert de zgn. G-Standaard, een databank waarin alle in Nederland op de markt gebrachte geneesmiddelen zijn opgenomen. De G-Standaard wordt gebruikt ter ondersteuning van het voorschrijven, afleveren, bestellen, declareren en vergoeden van geneesmiddelen door de betrokken partijen in de zorgsector. De G-Standaard is de enige databank van geneesmiddelen in Nederland die door alle betrokken partijen in de zorgsector wordt gebruikt.

Het vonnis behandelt de vraag of Z-Index onrechtmatig handelt jegens Fisher Farma indien zij voor de opname van parallel gedistribueerde eurospécialités in de G-Standaard, niet alleen verlangt dat melding van parallel distributie aan EMEA is verricht, maar ook de voorafgaande afgifte van een Parallel Distribution Notice verlangt. Deze eis werd voorheen door Z-Index niet gesteld. Z-Index heeft evenwel – naar aanleiding van een draft Guidance van EMEA waarin afgifte van de PD Notice lijkt te worden beschouwd als post marketing vereiste voor parallel distributie - aan Fisher Farma het voornemen kenbaar gemaakt in het vervolg overlegging van een PD Notice te zullen verlangen, alvorens een eurospécialité in de G-Standaard wordt opgenomen.

Z-Index heeft in de procedure inhoudelijk uitdrukkelijk geen verweer gevoerd en zich gerefereerd aan het oordeel van de rechter.

Naar voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter is in geval van parallel distributie van eurospécialité waarvoor een communautaire handelsvergunning is verleend op grond van Vo. 726/2005, voldoende dat de paralleldistributeur een melding van paralleldistributie aan het EMEA verricht. Uit Vo. 726/2005 kan niet worden afgeleid dat de daadwerkelijke afgifte van een PD Notice geldt als post marketing vereiste voor parallel distributie. Aan de andersluidende draft Guidance van het EMEA dient in dit opzicht geen waarde te worden toegekend - mede gelet op het feit dat tegen dit concept document bezwaar is gemaakt en het sindsdien al 2 jaar stil licht - , nog daargelaten of een dergelijk standpunt van EMEA in strijd zou zijn met het vrij verkeer van goederen. Indien Z-Index desondanks haar beleid in die zin wijzigt dat zij toch voorafgaande afgifte van de PD Notice verlangt voordat een geneesmiddel in de G-Standaard wordt opgenomen, is dat onrechtmatig te achten jegens Fisher Farma. De vorderingen van Fisher Farma worden derhalve toegewezen.

 

Lees het vonnis hier.

IEF 5860

Te Koop

bbiec.gifAernoud Bourdrez (Use-IP) wijst op een koopje: The domain name https://www.bbie.com/ is for sale. Prices in the region of US$ 4650. “Get On The Web Limited registered for its own websites, portals and client projects a number of generic domain names (including this one) some years ago, which are now no longer required. We are considering selling this domain name alone, or the domain name plus partially-developed website. If you are interested in this domain name please complete this offer form.”

IEF 5850

Valse geschriften

Voor IE-ers wellicht aardige passage in twee strafvonnissen van de Rechtbank ’s-Hertogenbosch van 17 maart over het valselijk opmaken van diploma’s: 

“Vervalsen of valselijk opmaken? De officier van justitie heeft betoogd dat verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan het vervalsen van onderwijsdiploma’s en andere getuigschriften. De rechtbank merkt op dat vervalsen een bestaand geschrift met bewijsbestemming vereist, welk geschrift vervolgens zodanig wordt veranderd dat het daarna vals is. Valselijk opmaken daarentegen is het opstellen van een nieuw, vals geschrift of het vervolmaken van een geschrift dat nog niet af was. De rechtbank constateert dat verdachte nieuwe, valse geschriften heeft opgesteld. Het gegeven dat hij dit – grotendeels – deed naar het voorbeeld van reeds bestaande echte diploma’s en getuigschriften, neemt niet weg dat hij steeds nieuwe, voorheen nog niet bestaande, documenten vervaardigde. De rechtbank is om die reden, anders dan de officier van justitie, van oordeel dat verdachte geschriften valselijk heeft opgemaakt, zoals hierna bewezenverklaard.”

Lees de vonnissen hier en hier

IEF 5803

Van imitatie van die aanduiding of van suggestief gebruik

schneider.gifHvJ EG, 13 maart 2008, zaak C-285/06, prejudiciële vragen in de Duitse procedure Heinrich Stefan Schneider tegen Land Rheinland-Pfalz.

Vragen over het gebruik van de aanduidingen „Réserve”, „Grande Réserve”, „Reserve” en „Privat-Reserve” bij het in de handel brengen van wijn. Omschrijving, aanduiding, aanbiedingsvorm en bescherming van bepaalde wijnbouwproducten. Bescherming van traditionele aanduidingen.Vertaling in andere taal. Gebruik voor wijnen afkomstig uit andere producerende lidstaat.

Bij een controle is komen vast te staan dat Schneider acht soorten wijn produceerde waarvan de etiketten de naam van zijn wijngoed vermeldden alsook de aanduidingen „Grande Réserve” voor twee wijnen in de hoogste prijsklasse, „Réserve” voor vier wijnen in de middenprijsklasse en „Terroir” of „Terroir Palatinat” voor twee wijnen in de laagste prijsklasse. Bij beschikking heeft de Aufsichts- und Dienstleistungsdirektion Trier Schneider verboden de betrokken wijn in de handel te brengen met de Franse aanduidingen „réserve” en „grande réserve”.  Het bezwaar van Schneider, waarin deze zich bereid verklaarde om in plaats van voornoemde aanduidingen, de Duitse aanduidingen „Reserve” of „Privat-Reserve” te gebruiken, is eveneens verworpen. 

Het Hof van Justitie (Vierde kamer) verklaart voor recht:

“1- Artikel 47, lid 2, sub c, van verordening (EG) nr. 1493/1999, houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (…) moet aldus worden uitgelegd dat het gebruik van een aanduiding betreffende een productie-, bereidings-, rijpingsmethode of de kwaliteit van een wijn uit hoofde van die bepalingen slechts kan worden toegestaan indien deze aanduiding bij de personen waarvoor zij bestemd is, geen aanleiding kan geven tot verwarring tussen deze aanduiding en de aanvullende traditionele aanduidingen als bedoeld in genoemde bijlage (…) Het staat aan de verwijzende rechter om te beoordelen of de in het hoofdgeding aan  de orde zijnde aanduidingen aanleiding tot verwarring kunnen geven.

2- Artikel 24, lid 2, sub a, van verordening nr. 753/2002 (…) moet aldus worden uitgelegd dat ingeval een traditionele aanduiding is vertaald in een andere taal dan die waarin die aanduiding in bijlage III bij deze verordening is vermeld, van imitatie van die aanduiding of van suggestief gebruik in de zin van die bepaling sprake kan zijn, wanneer deze vertaling aanleiding kan geven tot verwarring of tot misleiding van de personen voor wie zij bestemd is. Het staat aan de verwijzende rechter om te onderzoeken of dit het geval is in het bij hem aanhangige geding.

3- Artikel 24, lid 2, van verordening nr. 753/2002 (…) moet aldus worden uitgelegd dat een in bijlage III van die verordening opgenomen traditionele aanduiding bescherming geniet zowel voor wijnen van dezelfde wijnsoort of dezelfde wijnsoorten die afkomstig zijn uit dezelfde producerende lidstaat als die van die traditionele aanduiding, als voor wijnen van dezelfde wijnsoort of dezelfde wijnsoorten die afkomstig zijn uit de overige producerende lidstaten.

Lees het arrest hier.