Procesrecht  

IEF 22347

Confidentiality Club

Unified Patent Court (UPC) 24 okt 2024, IEF 22347; UPC_CFI_22/2023 (10x Genomics en President and Fellows of Harvard College tegen Vizgen), https://ie-forum.nl/artikelen/confidentiality-club

UPC CFI LD Hamburg 24 oktober 2024, IEF 22347, IEFbe 3819; UPC_CFI_22/2023 (10x Genomics en President and Fellows of Harvard College tegen Vizgen). Deze procedure gaat over bijlage BP 34. 10x Genomics en President and Fellows of Harvard College, eisers in deze procedure, verzoeken dat wordt bevolen dat de inhoud van het BP 34 dossier als vertrouwelijk moet worden behandeld en dat deze alleen toegankelijk mag worden gemaakt voor de gemachtigde vertegenwoordigers en hun secretariaten. Het Gerecht van Eerste Aanleg van het UPC beslist dat voor de toepassing van een vertrouwelijkheidsregeling voldoende is als het Gerecht ervan overtuigd is dat de informatie zeer waarschijnlijk vertrouwelijk is en daar is in casu sprake van.

IEF 22342

Visibly moet Engelse vertalingen van memorie van eis en bijlagen aanbieden

Unified Patent Court (UPC) 22 okt 2024, IEF 22342; UPC_CFI_525/2024 (Easee & Yves Prevoo tegen Visibly), https://ie-forum.nl/artikelen/visibly-moet-engelse-vertalingen-van-memorie-van-eis-en-bijlagen-aanbieden

UPC CFI LD Hamburg 22 oktober 2024, IEF 22342, IEFbe 3818; UPC_CFI_525/2024 (Easee & Yves Prevoo tegen Visibly). In deze procedure vorderen Easee en Yves Prevoo wijziging van de procestaal van Duits naar Engels, de taal waarin het octrooi is verleend (Rule 323 RoP). Visibly vindt deze wijziging geen probleem, maar wil geen Engelse vertalingen overleggen van de memorie van eis en vier in het Duits ingediende bijlagen. Het Gerecht van Eerste Aanleg van het UPC oordeelt dat de procestaal wijzigt naar het Engels, de taal waarin het octrooi is verleend.

IEF 22340

Verzoek om terugbetaling gerechtskosten afgewezen

Unified Patent Court (UPC) 24 okt 2024, IEF 22340; UPC_CFI_427/2024 (Qualcomm), https://ie-forum.nl/artikelen/verzoek-om-terugbetaling-gerechtskosten-afgewezen

UPC CFI CD Parijs 24 oktober 2024, IEF 22340, IEFbe 3817; UPC_CFI_427/2024 (Qualcomm). Qualcomm heeft het UPC gevraagd om een beslissing van het EOB nietig te verklaren, maar voordat het UPC hierover besliste, had het EOB de beslissing zelf al gecorrigeerd. Vervolgens heeft het UPC op grond van Rule 91.2 RoP de zaak gesloten en geoordeeld dat Qualcomm geen gerechtskosten terug krijgt. In deze procedure verzoekt Qualcomm het Gerecht in Eerste Aanleg van het UPC de beslissing te herzien en terugbetaling van de gerechtskosten te gelasten (Rule 91.2 jo. Rule 370.11 RoP). Het Gerecht in Eerste Aanleg oordeelt dat zelfs als Rule 370.11 RoP bepaalt dat een verzoek ook in een later stadium kan worden ingediend, het zo blijft dat het Hof in Eerste Aanleg zijn eerdere beslissing niet kan herzien en op een andere manier kan beslissen, want de beslissing is genomen door een alleensprekende rechter en daartegen kan hoger beroep worden ingesteld. Het verzoek om terugbetaling wordt afgewezen.

IEF 22338

Verlening van toegang tot schriftelijke memories en bewijsstukken

Unified Patent Court (UPC) 22 okt 2024, IEF 22338; ACT_459505/2023 (Verzoek van Dehns in procedure Sanofi tegen Amgen), https://ie-forum.nl/artikelen/verlening-van-toegang-tot-schriftelijke-memories-en-bewijsstukken

UPC CFI CD München 22 oktober 2024, IEF 22338, IEFbe 3816; ACT_459505/2023 (Verzoek van Dehns in procedure Sanofi tegen Amgen). Dehns verzoekt dat de schriftelijke memories en bewijsstukken van de procedure tussen Sanofi en Amgen, die bij het Gerecht zijn neergelegd en door de griffie zijn geregistreerd, beschikbaar worden gesteld aan publiek, overeenkomstig Rule 262.1 (b) RoP. De rechter-rapporteur bij de Central Division in München van het Gerecht in Eerste Aanleg oordeelt dat het verzoek ontvankelijk is. Het verzoek is met redenen omkleed, want in het verzoekschrift staat welke stukken vallen onder het verzoek, het doel van het verzoek en er is toegelicht waarom toegang tot de gespecificeerde documenten noodzakelijk is voor het gestelde doel.

IEF 22331

Hof bij UPC maakt gebruik van discretionaire bevoegdheid: bewijsmateriaal wordt buiten beschouwing gelaten

Unified Patent Court (UPC) 21 okt 2024, IEF 22331; UPC_CoA_297/2024 (SharkNinja tegen Dyson), https://ie-forum.nl/artikelen/hof-bij-upc-maakt-gebruik-van-discretionaire-bevoegdheid-bewijsmateriaal-wordt-buiten-beschouwing-gelaten

UPC CoA 21 oktober 2024, IEF 22331, IEFbe 3814; UPC_CoA_297/2024 (SharkNinja tegen Dyson). SharkNinja, eiser in deze procedure, doet een verzoek tot toelating van bewijsmateriaal overeenkomstig Rule 222 RoP. Het gaat om twee bijlagen uit een pleitnota van de vertegenwoordiger van Dyson, de verweerder in deze procedure, in een andere procedure in de Verenigde Staten. In de bijlagen gaat Dyson in op de uitlegging van het kenmerk van het octrooi, zijnde een ander octrooi met identieke conclusies als het octrooi in deze procedure. Deze uitlegging zou tegenstrijdig zijn met die van het octrooi in deze procedure en daarom is de inhoud van de bijlagen relevant in deze procedure, stelt SharkNinja. Volgens Dyson is het bewijsmateriaal niet relevant voor de beslissing en had het veel eerder kunnen worden ingediend. De vertraging valt volgens Dyson in de risicosfeer van SharkNinja.

IEF 22329

Verzoek om informatieverstrekking (191 RoP) wordt afgewezen

Unified Patent Court (UPC) 20 okt 2024, IEF 22329; UPC_CFI_471/2023 (DISH & Sling tegen AYLO), https://ie-forum.nl/artikelen/verzoek-om-informatieverstrekking-191-rop-wordt-afgewezen

UPC CFI LD Mannheim 20 oktober 2024, IEF 22329, IT 4650, IEFbe 3813; UPC_CFI_471/2023 (DISH & Sling tegen AYLO). DISH heeft een octrooi op een methode voor het presenteren van snelheidsaanpassende streams en Sling heeft een exclusieve licentie. AYLO biedt videobestanden en mediaspelers aan via haar websites en levert aan eindgebruikers die, wanneer ze op de eindgebruikersstations werken, de in het litigieuze octrooi geclaimde methode uitvoeren. In deze procedure verzoeken eisers dat verweerders worden gelast informatie te verstrekken over de wijze waarop de via hun streamingdiensten toegankelijke videobestanden zijn gecodeerd. Dit is een verzoek tot het verstrekken van informatie overeenkomstig Rule 191 RoP.

IEF 22318

Conclusie A-G over bevoegdheid van EU-rechters bij geschillen over octrooien uit derde staten

HvJ EU 5 sep 2024, IEF 22318; ECLI:EU:C:2024:687 (Conclusie AG: BSH tegen Electrolux), https://ie-forum.nl/artikelen/conclusie-a-g-over-bevoegdheid-van-eu-rechters-bij-geschillen-over-octrooien-uit-derde-staten

Conclusie A-G 5 september 2024, IEF 22318, IEFbe 3808; ECLI:EU:C:2024:687 (BSH tegen Electrolux) BSH heeft in de bodemzaak een inbreukvordering ingesteld tegen Electrolux (gevestigd in Zweden). Electrolux zou inbreuk maken op een aan BSH verleend Europees octrooi, dat in wezen een bundel nationale octrooien is die elk een op het grondgebied van de betrokken staat geldige bescherming bieden. Electrolux heeft tegen de vorderingen van BSH een exceptie van ongeldigheid van alle titels ingediend. De Zweedse rechter vraagt zich af of deze bevoegd is te oordelen over een octrooi uit Turkije, een derde staat. 

IEF 22278

Bevoegdheid van het UPC

Unified Patent Court (UPC) 3 sep 2024, IEF 22278; UPC_CoA_188/2024 (AYLO tegen Dish en Sling), https://ie-forum.nl/artikelen/bevoegdheid-van-het-upc

UPC CoA 3 september 2024, IEF 22278, IEFbe 3801; UPC_CoA_188/2024 (AYLO tegen Dish en Sling). Dish is octrooihouder van een methode voor het presenteren van snelheidsaanpassende streams. Sling heeft een exclusieve licentie. AYLO, appellant in deze procedure, biedt videobestanden en mediaspelers aan via haar websites en levert aan eindgebruikers in onder meer Duitsland die, wanneer ze op de eindgebruikersstations werken, de in het litigieuze octrooi geclaimde methode uitvoeren. Dit wijst op een mogelijke indirecte inbreuk en Dish en Sling starten een inbreukactie tegen AYLO, die vervolgens een voorlopig bezwaarschrift indient omdat het UPC niet bevoegd zou zijn. Het Gerecht in Eerste Aanleg wijst dit af en ook het Hof van Beroep oordeelt dat het beroep van AYLO moet worden afgewezen.

IEF 22264

Zekerheidsstelling van procedurele kosten

Unified Patent Court (UPC) 26 aug 2024, IEF 22264; UPC_CoA_328/2024 (Ballinno tegen Kinexon companies en UEFA), https://ie-forum.nl/artikelen/zekerheidsstelling-van-procedurele-kosten

UPC CoA 26 augustus 2024, IEF 22264, IEFbe 3796; UPC_CoA_328/2024 (Ballinno tegen Kinexon companies en UEFA). In deze procedure heeft Ballinno eerst om voorlopige voorzieningen verzocht. Verweerders, Kinexon en UEFA, vroegen hierbij of Ballinno kon worden verzocht zekerheid te stellen voor de kosten. Dit werd toegewezen en het verzoek om voorlopige voorzieningen werd afgewezen. Ballinno verzoekt bij het Hof van Beroep vernietiging van beide beschikkingen. Volgens Ballinno geldt Rule 158 RoP, die gaat over de zekerheidsstelling van de kosten, alleen voor procedures voor het Gerecht in Eerste Aanleg (en niet voor procedures voor het Hof van Beroep of procedures om voorlopige voorzieningen), omdat de Rule in hoofdstuk 6 van deel 1 van de RoP staat. Dit hoofdstuk heeft als titel: Procedures before the CFI. Kinexon en UEFA verzoeken ook voor de procedure voor het Hof van Beroep dat Ballinno zekerheid stelt voor de kosten.

IEF 22268

Eindvonnis in zaak Puma tegen Sporttrading over proceskosten

Rechtbank Den Haag 11 sep 2024, IEF 22268; ECLI:NL:RBDHA:2024:14398 (Puma tegen Sporttrading), https://ie-forum.nl/artikelen/eindvonnis-in-zaak-puma-tegen-sporttrading-over-proceskosten

Rb Den Haag 11 september 2024, IEF 22268; ECLI:NL:RBDHA:2024:14398 (Puma tegen Sporttrading). Deze zaak betreft een geschil tussen Puma en Sporttrading. Puma, een wereldwijd merk in sportartikelen, heeft verschillende merken, waaronder de bovenstaande Puma-merken, die het gebruikt op producten zoals boxershorts. Stichd, een dochteronderneming van Puma, heeft een licentie om boxershorts onder de Puma-merken te produceren en te distribueren. In de zomer van 2021 ontdekte Puma dat het Noorse bedrijf Europris boxershorts met Puma-tekens verkocht. Europris verklaarde vervolgens dat ze de boxershorts van Sporttrading had gekocht. Volgens Puma gaat het om namaakproducten. In het tussenvonnis van 15 november 2023 [zie IEF 21908] heeft de rechtbank geoordeeld dat er geen sprake is van uitputting, waardoor Sporttrading inbreuk maakt op de merkenrechten van Puma. Hierna is Puma in de gelegenheid gesteld om een proceskostenoverzicht in het geding te brengen. Sporttrading is het niet eens met alle gevorderde verschotten.